Organisatiebesluit

Geldend van 11-06-2018 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2018

Intitulé

Organisatiebesluit

Het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal,

Gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

Besluit vast te stellen

het Organisatiebesluit

Artikel 1 Begripsbepalingen

    • a.

      college: het college van burgemeester en wethouders;

    • b.

      gemeentesecretaris: de ambtenaar als bedoeld in hoofdstuk VII, paragraaf 2 van de Gemeentewet;

    • c.

      algemeen directeur: de gemeentesecretaris in zijn functie van hoofd van de ambtelijke organisatie;

    • d.

      directieteam: het gezamenlijk overleg van de algemeen directeur en de directeuren;

    • e.

      directeur: de ambtenaar die deel uit maakt van het directieteam;

    • f.

      concerncontroller: de ambtenaar belast met de interne controle, auditing en onafhankelijke advisering van het college over de rechtmatigheid,  de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het middelenbeleid, het middelenbeheer en de beleidsuitvoering.

    • g.

      team: de organisatorische eenheid die is ontstaan na verbijzondering van taken en als zodanig aangewezen door het college;

    • h.

      teamleider: de medewerker die belast is met de dagelijkse leiding van een team;

    • i.

      groep: de organisatorische eenheid zonder teamleider, die gezamenlijk verantwoordelijk is voor de toebedeelde taken.

Artikel 2 Structuur van de ambtelijke organisatie

  • 1. De ambtelijke organisatie van de gemeente Roosendaal wordt ingedeeld in organisatorische eenheden. Deze organisatorische eenheden worden aangeduid met de benamingen “team” en “groep”.

    De organisatie is de komende periode in ontwikkeling, waardoor beide organisatorische eenheden voorkomen.

  • 2. De taaktoedeling aan de in het eerste lid bedoelde eenheden geschiedt door de gemeentesecretaris/algemeen directeur.

  • 3. Bij de voorbereiding van belangrijke wijzigingen in de organisatie van de onderneming, dan wel in de verdeling van bevoegdheden binnen de onderneming, zal het personeel inspraak hebben volgens de regels van de medezeggenschap.

Artikel 3 Beheer en beleid

  • 1. Het algemeen beheer en beleid over de gehele organisatie berusten bij het college.

  • 2. De eindverantwoordelijkheid voor het dagelijks beheer van de gehele organisatie is gelegd bij de algemeen directeur, die daarbij wordt ondersteund door het Directieteam.

Artikel 4 Taken en bevoegdheden gemeentesecretaris

  • 1. De gemeentesecretaris/algemeen directeur wordt benoemd, geschorst en ontslagen door het college.

  • 2. De gemeentesecretaris is eerste adviseur van het college en als zodanig verantwoordelijk voor

    • a.

      de voorbereiding van de vergaderingen van het college;

    • b.

      het vaststellen van de besluiten in de vergaderingen van het college;

    • c.

      de terugkoppeling van de onder b. bedoelde besluiten naar de ambtelijke organisatie.

  • 3. De taken en bevoegdheden van de gemeentesecretaris zijn vastgelegd in de ''Instructie gemeentesecretaris''.

Artikel 5 Taken en bevoegdheden algemeen directeur

  • 1. De algemeen directeur is, met inachtneming van de gestelde bestuurlijke kaders, verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op het functioneren van de ambtelijke organisatie, waaronder begrepen het bevorderen van de samenwerking en de communicatie zowel binnen de organisatie als daarbuiten.

  • 2. De algemeen directeur is voorzitter van het Directieteam. Hij is eindverantwoordelijk voor het functioneren van het Directieteam en het eerste en enige aanspreekpunt voor het college van burgemeester en wethouders ten aanzien van het algemene functioneren van de leden van het Directieteam. Hij voert hiertoe ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken met de directeuren.

  • 3. Binnen het Directieteam, dat streeft naar consensus, heeft de algemeen directeur een beslissende stem indien dat voor de voortgang van de werkzaamheden noodzakelijk is.

  • 4. De algemeen directeur is bestuurder in het kader van de Wet op de ondernemingsraden en als zodanig degene die, namens het college, de hoogste zeggenschap uitoefent bij de leiding van de arbeid.

  • 5. De algemeen directeur ziet toe op de uitvoering van door of namens het college genomen besluiten en is verantwoordelijk voor het zo nodig initiëren van nader overleg over aspecten van de uitvoering van bedoelde besluiten.

  • 6. De taken en bevoegdheden van de algemeen directeur zijn vastgelegd in de ''Instructie gemeentesecretaris''.

Artikel 6 Taken en bevoegdheden Directieteam

  • 1. De algemeen directeur en dedirecteuren vormen het Directieteam.

  • 2. Het Directieteam geeft, onder eindverantwoordelijkheid van de algemeen directeur, sturing aan de ontwikkeling en implementatie van de gemeentelijke strategie en het stellen van prioriteiten op strategisch niveau.

  • 3. Het Directieteam is verantwoordelijk voor:

    • a.

      het adviseren van het college van burgemeester en wethouders bij de bestuurlijke strategie en strategische gemeentebrede vraagstukken;

    • b.

      het vertalen van bestuurlijke uitgangspunten naar een strategie voor de gemeentelijke organisatie en het stellen van kaders en prioriteiten voor het functioneren van de gemeentelijke organisatie;

    • c.

      het totstandbrengen van een verbinding tussen de ambtelijke organisatie en het bestuur;

    • d.

      het opdrachtgeverschap voor strategische projecten en programma's;

    • e.

      het zorgdragen voor het evalueren van en toetsen op resultaten.

Artikel 7 Taken en bevoegdheden directeur

  • 1. De directeur wordt benoemd in algemene dienst, geschorst en ontslagen door de algemeen directeur/gemeentesecretaris.

  • 2. De directeur is, binnen de door het college van burgemeester en wethouders gegeven richtlijnen, als lid van het Directieteam, belast met en verantwoordelijk voor:

    • a.

      het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling van de gemeentelijke strategie;

    • b.

      het adviseren aan en het fungeren als sparringpartner voor het bestuur;

    • c.

      de tijdige oplevering en kwaliteit van de taken/producten waarvoor hij verantwoordelijk is;

    • d.

      het onderhouden van een gedegen netwerk met bedrijven en instellingen;

    • e.

      het voeren van plannings-, ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken met teamleiders.

  • 3. De directeur legt voor de uitoefening van zijn taken verantwoording af aan de algemeen directeur.

Artikel 8 Concerncontroller

  • 1. De algemeen directeur/gemeentesecretaris wijst een concerncontroller aan. De concerncontroller is adviseur van het Directieteam en van het college.

  • 2. De concerncontroller draagt zorg voor de interne controle van de administratieve organisatie/interne beheersing.

  • 3. Voor zaken die te maken hebben met het aangaan van risico’s en de integriteit van het bestuur en de organisatie, heeft de concerncontroller, met vooraf een meldingsplicht aan de gemeentesecretaris, de mogelijkheid zich rechtstreeks tot het college te wenden en te verlangen dat door de concerncontroller verstrekte informatie ter kennis wordt gebracht van de raad.

  • 4. De concerncontroller adviseert na overleg met de algemeen directeur/gemeentesecretaris  gevraagd en ongevraagd het college over de financiele rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het middelenbeleid, het middelenbeheer en de beleidsuitvoering. In dit kader doet hij voorstellen aan het college over het (doen) uitvoeren van audits.

Artikel 9 Taken en bevoegdheden teamleider

  • 1. De teamleider wordt benoemd in algemene dienst, geschorst en ontslagen door de algemeen directeur/gemeentesecretaris.

  • 2. De teamleider is verantwoordelijk voor een tijdige oplevering en kwaliteit van de taken, producten en projecten waarvoor het team opdrachtnemer is.

  • 3. De teamleider legt voor de uitoefening van zijn taken verantwoording af aan de (algemeen) directeur.

  • 4. De teamleider voert plannings-, ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken met medewerkers.

Artikel 10 De gemeentearchivaris

  • 1. De gemeentearchivaris wordt ingevolge artikel 32, lid 3 van de Archiefwet 1995, benoemd, geschorst en ontslagen door burgemeester en wethouders.

  • 2. De gemeentearchivaris oefent in overeenstemming met het bepaalde in artikel 32, lid 1 van de Archiefwet 1995 rechtstreeks het beheer uit over de gemeentelijke archiefbewaarplaats.

  • 3. Ingevolgde artikel 32, lid 2 van de Archiefwet 1995 oefent de gemeentearchivaris, onder de bevelen van burgemeester en wethouders, toezicht uit op het beheer van de archiefbescheiden van de gemeentelijke organen, voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats.

  • 4. De zorg van de archiefbescheiden van de gemeentelijke organen wordt in een door de gemeenteraad vast te stellen en aan gedeputeerde staten meegedeelde verordening vastgelegd.

Artikel 11 Procedures

  • 1. Ten aanzien van aangelegenheden waarin zulks gewenst wordt geacht geven burgemeester en wethouders een kader aan voor de inbreng van de ambtelijke organisatie bij het ontwikkelen van beleid. Dit kader wordt aangeduid met de benaming "bestuursopdracht". Burgemeester en wethouders stellen nadere regels voor de inrichting van bestuursopdrachten.

  • 2. De algemeen directeur kan richtlijnen vaststellen voor procedures betreffende de besluitvormingstrajecten en de voortgangsbewaking.

Artikel 12 Financieel management en organisatieopzet

Burgemeester en wethouders dragen binnen hun bevoegdheden zorg voor een adequaat financieel management. Dit dient gestoeld te zijn op de, overeenkomstig artikel 212 van de Gemeentewet, door de raad vast te stellen verordening op de organisatie van de administratie en van het beheer van vermogenswaarden van de gemeente Roosendaal.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2014.

  • 2. Het organisatiebesluit, vastgesteld op 23 oktober 2012, sindsdien gewijzigd, wordt ingetrokken.

Artikel 14 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als ‘’Organisatiebesluit’’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal in haar vergadering van 17 december 2013.
de secretaris, de burgemeester