Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Geldend van 12-06-2023 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2023

Intitulé

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Burgemeester en wethouders van Roosendaal;

Gelet op artikel 52 van de Gemeentewet;

Besluiten

Vast te stellen het:

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

  • 1. Het college regelt de verdeling van zijn werkzaamheden.

  • 2. Het college regelt de vervanging van de burgemeester in geval van diens verhindering of ontstentenis.

  • 3. Het college regelt de onderlinge vervanging in geval van verhindering of ontstentenis van één der wethouders.

  • 4. Een lid van het college dat verhinderd is zijn activiteiten uit te oefenen, geeft daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan de secretaris.

Artikel 2 Dag en plaats van de vergaderingen

  • 1. Het college vergadert in de regel eenmaal per week en voorts zo dikwijls de voorzitter of drie wethouders het nodig achten.

  • 2. Indien drie wethouders een extra vergadering nodig achten, verzoeken zij onder opgave van redenen aan de voorzitter deze bijeen te roepen. De secretaris zorgt na overleg met de voorzitter voor een oproep voor deze vergadering – onder vermelding van de te bespreken onderwerpen – die zo mogelijk uiterlijk 24 uur van tevoren op een in de gemeente gebruikelijke wijze aan de leden van het college wordt toegezonden.

  • 3. De vergaderingen worden als regel in het stadskantoor gehouden op dinsdag, aanvang 9.30 uur.

Artikel 3 Verhindering

  • 1. Wanneer een lid verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de secretaris.

  • 2. Wanneer de secretaris verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de voorzitter, alsmede aan degene die de secretaris vervangt.

Artikel 4 Nieuwe oproep vergadering bij ontbreken vergader- en besluitquorum

  • 1. Indien de voorzitter besluit om overeenkomstig het bepaalde in artikel 56 van de Gemeentewet een nieuwe vergadering te beleggen, vindt deze vergadering plaats na verloop van tenminste 24 uur na tijdstip aanvang eerste vergadering.

  • 2. De secretaris zorgt na overleg met de voorzitter voor een oproep voor deze vergadering die uiterlijk 12 uur van tevoren op een in de gemeente gebruikelijke wijze aan de leden van het college wordt toegezonden. Tevens is verzending van de oproep per e-mail mogelijk.

  • 3. Het college kan, gelet op artikel 56, derde lid, Gemeentewet, over andere aangelegenheden dan die waarvoor de eerder vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, indien tenminste de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is.

Artikel 5 Agenda

  • 1. Voor elke vergadering wordt, als regel 48 uur van tevoren, door de secretaris aan de leden van het college digitaal een agenda toegezonden, vergezeld van de bijbehorende stukken.

  • 2. Onderwerpen ten aanzien waarvan tijdige agendering als bedoeld in het eerste lid niet mogelijk is, kunnen uitsluitend worden toegevoegd aan de agenda indien in overleg tussen de betrokken portefeuillehouder en de voorzitter vast komt te staan dat behandeling ten gevolge van de spoedeisendheid geen uitstel duldt.

Artikel 6 Beslotenheid/Openbaarheid van de vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van het college zijn besloten

  • 2. Het college kan besluiten een openbare vergadering te houden.

  • 3. De bepalingen van dit reglement zijn voor zover mogelijk van toepassing op een openbare vergadering.

Artikel 7 Ambtelijke ondersteuning

De secretaris draagt zorg voor al hetgeen binnen de hem opgedragen taak nodig is in het belang van een vlot verloop van de vergadering van het college.

Artikel 8 Deelneming derden aan de vergadering

De voorzitter kan besluiten een ambtelijk medewerker of derden voor een vergadering uit te nodigen teneinde zijn mening ten aanzien van een onderwerp te geven dan wel een (nadere) toelichting te verschaffen op een agendapunt.

Artikel 9 Stemmingen

  • 1. Indien geen van de leden van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 2. Indien een lid van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt mondeling gestemd, tenzij het derde lid wordt toegepast.

  • 3.

    • a.

      Indien een lid van het college dat verlangt, wordt bij het nemen van een besluit over een benoeming, voordracht of aanbeveling van personen gestemd bij gesloten en ongetekende briefjes.

    • b.

      Indien daarbij de stemming beperkt is tot een persoon en de stemmen staken, beslist het lot.

    • c.

      Indien in de overige gevallen bij een eerste stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een tweede stemming plaats tussen de twee personen die bij de eerste stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij die eerste stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de tweede stemming zal plaatshebben. Indien bij de tussenstemming of bij de tweede stemming de stemmenstaken, beslist het lot.

Artikel 10 Paraferen van voorstellen

  • 1. De leden van het college kunnen, tot 1 uur voor aanvang van elke vergadering, door middel van het zetten van een paraaf in het digitaal systeem, van de geagendeerde voorstellen als genoemd onder artikel 5 lid 1 te kennen geven of zij bespreking van een voorstel wensen in de vergadering van het college, dan wel zonder bespreking akkoord kunnen gaan met een voorstel.

  • 2. Alleen indien alle leden van het college door middel van het zetten van hun paraaf in het digitaal systeem te kennen hebben gegeven akkoord te kunnen gaan met een voorstel, wordt dit voorstel ter vergadering zonder bespreking aangenomen en vindt besluitvorming plaats overeenkomstig artikel 9 lid 1.

  • 3. Indien één of meer leden van het college door middel van het zetten van hun paraaf in het digitaal systeem te kennen hebben gegeven dat zij bespreking wensen, wordt het voorstel besproken in de vergadering.

Artikel 11 Verslag en besluitenlijst

  • 1. De secretaris draagt zorg voor het bijhouden van een presentielijst, een kort verslag en de besluitenlijst van de vergadering.

  • 2. Het verslag bevat ten minste:

    • a.

      de namen van de afwezige leden;

    • b.

      de namen van de andere personen die hebben deelgenomen aan de beraadslaging;

    • c.

      een formulering van de door het college genomen besluiten (besluitenlijst).

  • 3. Als een lid van het college daarom vraagt worden stemverhoudingen vermeld in het verslag.

  • 4. Het verslag wordt in de eerstvolgende vergadering vastgesteld.

  • 5. Het verslag is niet openbaar.

  • 6. Aan de hand van het verslag wordt een besluitenlijst opgesteld. Voor zover de aard en de inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordt de besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de vergadering openbaar gemaakt en toegezonden aan de leden van de raad.

Artikel 12 Geheimhouding

  • 1. Ingevolge artikel 87 van de Gemeentewet kan het college op grond van een belang, genoemd in artikel 5.1, eerste en tweede lid, van de Wet open overheid, een verplichting tot geheimhouding opleggen ten aanzien van informatie die bij dat orgaan berust.

  • 2. Ingevolge artikel 88, 2e lid van de Gemeentewet kan het college informatie ten aanzien waarvan hij een verplichting tot geheimhouding heeft opgelegd, verstrekken aan de raad, de rekenkamer en een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet, waarbij op grond van artikel 88, 5e lid van de Gemeentewet geldt dat bij verstrekking aan een dergelijke commissie, die informatie tevens aan de raad wordt verstrekt;

  • 3. Bij een verplichting tot geheimhouding wordt dat op grond van artikel 89, 1e lid van de Gemeentewet vermeld op het stuk ten aanzien waarvan de geheimhouding geldt. Indien de geheimhouding geldt ten aanzien van informatie anders dan in schriftelijke vorm, wordt de verplichting op een passende wijze kenbaar gemaakt;

  • 4. Ingevolge artikel 89, 3e lid van de Gemeentewet duurt een verplichting tot geheimhouding voort totdat het college de geheimhouding opheft, tenzij die verplichting tot geheimhouding aan de raad is verstrekt. In dat geval duurt met toepassing van artikel 89, 4e lid van de Gemeentewet de verplichting tot geheimhouding voort totdat de raad haar opheft.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Dit reglement treedt in werking op de derde dag na bekendmaking.

  • 2. Het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college 2007, vastgesteld op 2 oktober 2007, wordt ingetrokken.

Ondertekening

Aldus besloten door burgemeester en wethouders van Roosendaal op 22 maart 2016,

De secretaris, De burgemeester,