Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006

Geldend van 01-01-2006 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006

RAADSBESLUIT

De raad van de gemeente ;

gezien het voorstel van de burgemeester d.d. ... september 2005;

gelet op artikel 81o van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

I.Vast te stellen de volgende:

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    raad: de raad van de gemeente ;

  • b.

    rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente ;

  • c.

    voorzitter: de voorzitter van de rekenkamercommissie van de gemeente ;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ;

  • e.

    gemeente: de gemeente .

Artikel 2 Rekenkamercommissie

Ter uitoefening van de rekenkamerfunctie als bedoeld in artikel 81o, eerste lid, van de Gemeentewet, is er een gemeentelijke rekenkamercommissie.

Artikel 3 Taak van de rekenkamercommissie

  • 1. De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur alsmede van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

  • 2. Een door de rekenkamercommissie ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213, tweede lid, van de Gemeentewet.

Artikel 4 Samenstelling van de rekenkamercommissie

  • 1. De rekenkamercommissie bestaat uit drie externe leden die door de raad worden benoemd. De raad benoemt twee externe plaatsvervangende leden. Benoeming vindt tijdelijk plaats tot en met 31 december 2008.

  • 2. De raad benoemt uit de leden de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter. Benoeming vindt tijdelijk plaats tot en met 31 december 2008.

  • 3. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de secretaris en de onderzoeker(s).

  • 4. Voorafgaand aan eventuele tussentijdse benoemingen als bedoeld in het eerste en tweede lid, pleegt de raad overleg met de rekenkamercommissie.

Artikel 5 Ontslag

Artikel 5 Ontslag

  • 1. Een lid van de rekenkamercommissie wordt door de raad ontslagen:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap;

    • c.

      indien hij bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien hij bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • e.

      indien hij naar het oordeel van de raad ernstig nadeel toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen.

  • 2. Een lid van de rekenkamercommissie door de raad worden ontslagen bij gebleken ongeschiktheid, indien hij door ziekte of gebreken blijven ongeschikt is zijn functie te vervullen of indien hij verboden handelingen als bedoeld in artikel 9 dezes jo artikel 15 eerste en tweede lid van de Gemeentewet heeft verricht.

Artikel 6 Non-activiteit

  • 1. De raad stelt een lid van de rekenkamercommissie op non-activiteit indien:

    • a.

      hij zich in voorlopige hechtenis bevindt;

    • b.

      hij bij een nog niet onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • c.

      hij onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld ingevolge een nog niet onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak.

  • 2. De raad kan een lid van de rekenkamercommissie op non-activiteit stellen, indien tegen hem een gerechtelijk onderzoek ter zake van een misdrijf wordt ingesteld of indien er een ander ernstig vermoeden is van het bestaan van feiten en omstandigheden die tot ontslag, anders dan op de gronden vermeld in artikel 5, eerste lid, onder a. en tweede lid, zouden kunnen leiden.

  • 3. De raad beëindigt de non-activiteit zodra de grond voor de maatregel is vervallen, met dien verstande dat in een geval als bedoeld in het tweede lid de non-activiteit in ieder geval eindigt na zes maanden. In dat geval de raad de maatregel telkens voor ten hoogste drie maanden verlengen.

Artikel 7 Openbaar maken nevenfuncties

Voor de leden van de rekenkamercommissie is artikel 12 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 8 Eed

Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de rekenkamercommissie in handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring en belofte) als opgenomen in artikel 81g van de Gemeentewet af, met dien verstande, dat voor “rekenkamer” wordt gelezen “rekenkamercommissie”.

Artikel 9 Verboden handelingen

Voor de leden van de rekenkamercommissie is artikel 15, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet, van overeenkomstige toepassing.

Artikel 10 Reglement van orde

De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisname aan de raad.

Artikel 11 Secretaris

  • 1. De raad benoemt de ambtelijk secretaris in overleg met de rekenkamercommissie. Benoeming vindt tijdelijk plaats tot en met 31 december 2008.

  • 2. De secretaris staat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3. De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

Artikel 12 Ondersteuning rekenkamercommissie

  • 1. De raad stelt, na overleg met de rekenkamercommissie, de rekenkamercommissie de nodige middelen ter beschikking voor een goede uitoefening van haar werkzaamheden.

  • 2. De rekenkamercommissie is bevoegd om binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 3. Ten laste van het in tweede lid genoemde budget worden in ieder geval gebracht de kosten van:

    • a.

      de vergoedingen aan de leden van de rekenkamercommissie;

    • b.

      de secretaris, de onderzoeker(s) en het secretariaat;

    • c.

      de eventueel door de rekenkamercommissie ingeschakelde deskundigen;

    • d.

      eventuele overige uitgaven die de rekenkamercommissie nodig acht voor de uitoefening van haar taken.

  • 4. De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 13 Vergoeding leden rekenkamercommissie

  • 1. De voorzitter en de leden van de rekenkamercommissie ontvangen een vergoeding van respectievelijk € 145,-- en € 130,-- voor het bijwonen van een vergadering van de rekenkamercommissie. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd met het percentage dat in tabel IV bij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden wordt gehanteerd.

  • 2. Aan de voorzitter en de leden van de rekenkamercommissie wordt een vergoeding in de reis- en verblijfkosten toegekend:

    • a.

      voor reizen met eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland

    • b.

      voor reizen met openbaar vervoer: de werkelijk gemaakte kosten

    • c.

      voor verblijfkosten: de noodzakelijk gemaakte kosten voor maaltijden en logies.

Artikel 14 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden

  • 1. De rekenkamercommissie presenteert tenminste jaarlijks voor 1 oktober een ontwerp-onderzoeksplan, waarin staat aangegeven welke onderwerpen voor het komende jaar in aanmerking komen voor een onderzoek of quick scan. De raad wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op het ontwerp-onderzoeksplan kenbaar te maken aan de rekenkamercommissie. De rekenkamercommissie beslist vervolgens welke onderwerpen worden onderzocht.

  • 2. Voor het jaar 2006 presenteert de rekenkamercommissie voor 1 april een ontwerp-onderzoeksplan.

  • 3. De rekenkamercommissie is bevoegd alle documenten die berusten bij het gemeentebestuur te onderzoeken voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht. Indien de zorg voor een administratie aan een derde is uitbesteed, is e.e.a. van overeenkomstige toepassing op de administratie van de betrokken derde dan wel van degene die de administratie in opdracht van die derde voert. Het gemeentebestuur verstrekt desgevraagd alle inlichtingen die de rekenkamer ter vervulling van haar taak nodig acht.

  • 4. De rekenkamercommissie is bevoegd alle documenten die berusten bij de besturen en/of directies van de hierna genoemde organisaties te onderzoeken voorzover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht. Indien de zorg voor een administratie aan een derde is uitbesteed, is e.e.a. van overeenkomstige toepassing op de administratie van de betrokken derde dan wel van degene die de administratie in opdracht van die derde voert. Tevens verstrekken de besturen en/of directies van de hierna genoemde organisaties desgevraagd alle inlichtingen die de rekenkamer ter vervulling van haar taak nodig acht:

    • a.

      openbare lichamen en gemeenschappelijke organen, ingesteld krachtens de Wet Gemeenschappelijke regelingen, waaraan de gemeente deelneemt, over de jaren dat de gemeente deelneemt in deze regeling;

    • b.

      naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid waarvan de gemeente meer dan 50% van het geplaatste aandelenkapitaal houdt, over de jaren dat de gemeente meer dan 50% van het geplaatste aandelenkapitaal houdt;

    • c.

      andere privaatrechtelijke rechtspersonen waaraan de gemeente of een derde voor rekening en risico van de gemeente rechtstreeks of middellijk een subsidie, lening of garantie heeft verstrekt ten bedrage van tenminste 50% van de baten van deze instelling, over de jaren waarop deze subsidie, lening of garantie betrekking heeft;

  • 5. De rekenkamercommissie zich bij haar taakuitvoering laten bijstaan door deskundigen.

  • 6. Om de onderzoeken van de rekenkamercommissie naar behoren te kunnen uitvoeren, zijn de stukken, die onder oplegging van geheimhouding aan de rekenkamercommissie ter beschikking worden gesteld, ook beschikbaar voor de secretaris en onderzoeker(s) van de rekenkamercommissie en de door de rekenkamercommissie aangewezen deskundigen.

Artikel 15 Verzoeken tot het verrichten van onderzoek

  • 1. Gemotiveerde verzoeken tot het verrichten van een onderzoek kunnen worden gedaan door alle gemeentelijke bestuursorganen.

  • 2. Inwoners van en organisaties in de gemeente kunnen de rekenkamercommissie gemotiveerd attenderen op onderzoeksonderwerpen.

  • 3. Indieners van een gemotiveerd verzoek tot het verrichten van een onderzoek krijgen schriftelijk bericht over wat er met het verzoek wordt gedaan. Indien de commissie niet aan het verzoek voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

  • 4. De rekenkamercommissie doet geen onderzoek dat krachtens het tweede lid is aangemeld indien:

    • a.

      het een klacht betreft in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht over een gedraging van een bestuursorgaan;

    • b.

      het een bezwaar betreft in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van een bestuursorgaan, of

    • c.

      het een vraag betreft over het gemeentelijk beleid en/of de uitvoering daarvan.

Artikel 16 Openbaarheid

  • 1. De vergaderingen van de rekenkamercommissie worden als regel in het openbaar gehouden.

  • 2. Indien de voorzitter van de rekenkamercommissie of één van de aanwezige leden dat nodig oordeelt, wordt de vergadering voor het publiek gesloten.

  • 3. De rekenkamercommissie besluit vervolgens of in besloten vergadering zal worden beraadslaagd.

Artikel 17 Geheimhouding

  • 1. De rekenkamercommissie op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent de inhoud van stukken die aan haar worden overlegd, geheimhouding opleggen.

  • 2. De geheimhouding wordt door allen die van deze stukken kennis dragen in acht genomen totdat de rekenkamercommissie haar opheft.

Artikel 18 Vergader- en stemmingsquorum

  • 1. De rekenkamercommissie vergadert niet als behalve de voorzitter niet tenminste twee leden aanwezig zijn.

  • 2. De rekenkamercommissie beslist bij meerderheid van stemmen.

Artikel 19 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

  • 1. De rekenkamercommissie voert het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet uit.

  • 2. De rekenkamercommissie de verzoeker tot het verrichten van een onderzoek tussentijds informeren over de voortgang van een onderzoek dat naar aanleiding van het verzoek is ingesteld.

  • 3. Onverminderd het bepaalde in artikel 185 van de Gemeentewet, stelt de rekenkamercommissie betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn in elk geval degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 4. De raad stelt in openbaarheid de onderzoeksresultaten, de conclusies en aanbevelingen vast.

Artikel 20 Voorziening

In alle gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist de rekenkamercommissie de raad gehoord.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening worden aangehaald als “Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006”

Artikel 22 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2006.

II.Tot het aangaan van het Convenant betreffende de samenwerking van rekenkamercommissies.

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad

van de gemeente d.d. 29 september 2005,

de griffier, de voorzitter,

TOELICHTING Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2005

Algemeen

Op grond van de Wet dualisering gemeentebestuur dient iedere gemeente uiterlijk 1 januari 2006 een rekenkamer(functie) te hebben ingesteld. Op grond van artikel 81o van de Gemeentewet, stelt de raad, indien geen rekenkamer is ingesteld als bedoeld in hoofdstuk IVa, bij verordening regels vast voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie. De artikelen 182 (Taak van de rekenkamer) en 185 (Rapporten en verslag rekenkamer) van de Gemeentewet zijn voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie van overeenkomstige toepassing.

De Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2005 strekt tot instelling van een gemeentelijke rekenkamercommissie. Bij de vormgeving van de gemeentelijke rekenkamercommissie is waar mogelijk aansluiting gezocht bij de wettelijke bepalingen inzake de instelling en het functioneren van een rekenkamer als bedoeld in hoofdstuk IVa van de Gemeentewet.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 3 Taak van de rekenkamercommissie

Op grond van artikel 81o van de Gemeentewet is artikel 182 van de Gemeentewet voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie van overeenkomstige toepassing. In aanvulling op de in artikel 182 van de Gemeentewet opgenomen taakomschrijving van de rekenkamer is in artikel 3 opgenomen dat de rekenkamercommissie tevens tot taak heeft de doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd te onderzoeken.

Artikel 4 Samenstelling van de rekenkamercommissie

Er is gekozen voor een collegiale rekenkamercommissie, bestaande uit drie externen. Tevens is bepaald dat er twee externe plaatsvervangende leden worden benoemd. Uit de leden worden de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter benoemd. Vanwege de voorgestane samenwerking met andere gemeenten v.w.b. de vormgeving van de rekenkamerfunctie en de daarbij overeengekomen evaluatie, vindt benoeming van de leden en de voorzitter van de rekenkamercommissie in eerste instantie plaats voor een periode van drie jaren. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 5 Ontslag

Naar analogie van artikel 81c van de Gemeentewet is een ontslagbepaling opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 6 Non-activiteit

Naar analogie van artikel 81d van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot op non-activiteitstelling opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 7 Openbaar maken nevenfuncties

Naar analogie van artikel 81e van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot de openbaarmaking van nevenfuncties opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 8 Eed

Naar analogie van artikel 81g van de Gemeentewet is bepaald dat de leden van de rekenkamercommissie voor de ambtsaanvaarding de eed (verklaring en belofte) afleggen. Met het oog op de voorgestane samenwerking met andere gemeenten v.w.b. de vormgeving van de rekenkamerfunctie geschiedt de eedaflegging in afwijking van het bepaalde in artikel 81g van de Gemeentewet wel in handen van de raadsvoorzitter, maar niet perse in de vergadering van de gemeenteraad.

Artikel 9 Verboden handelingen

Naar analogie van artikel 81h van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot verboden handelingen opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 10 Reglement van orde

Naar analogie van artikel 811 van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot het vaststellen van een reglement van orde opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 11 Secretaris

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 12 Ondersteuning rekenkamercommissie

Naar analogie van artikel 81j van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot de ondersteuning van de rekenkamercommissie opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 13 Vergoeding leden rekenkamercommissie

Naar analogie van artikel 81k van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot de vergoeding voor de leden van de rekenkamercommissie opgenomen. De voorzitter en de leden van de rekenkamercommissie ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen en kunnen tevens aanspraak maken op een vergoeding van reis- en verblijfskosten. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 14 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden

Uit artikel 182 van de Gemeentewet blijkt dat de rekenkamercommissie zowel op eigen initiatief als op verzoek onderzoeken kan doen. In artikel 13 wordt tevens gesproken van de mogelijkheid tot het uitvoeren van een “quick scan”, waaronder een naar aard en omvang beperkt onderzoek dient te worden verstaan. De rekenkamercommissie beslist welke onderzoeken en/of quick scans worden gedaan. Teneinde de gemeenteraad in de gelegenheid te stellen enige invloed uit te oefenen op de onderwerpselectie is een zienswijze-procedure opgenomen.

Naar analogie van de artikelen 183 en 184 van de Gemeentewet zijn bepalingen met betrekking tot het verkrijgen van informatie door de rekenkamercommissie van het gemeentebestuur en andere lichamen, organen en rechtspersonen opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 15 Verzoeken tot het verrichten van onderzoek

Op grond van artikel 182, tweede lid, jo. artikel 81o van de Gemeentewet, kan de rekenkamercommissie op verzoek van de raad een onderzoek instellen. Blijkens de toelichting bij dit artikel (Kamerstukken II 2000/01, 27 751, nr. 3, p. 114) kunnen ook anderen, zoals burgers, maar ook andere gemeentelijke bestuursorganen (bijvoorbeeld het college) een verzoek tot het verrichten van onderzoek aan de rekenkamercommissie richten.

Dit artikel strekt tot nadere regeling van de wijze waarop de rekenkamercommissie verzoeken tot het verrichten van onderzoek dient te behandelen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 16 Openbaarheid

Naar analogie van artikel 82, vijfde lid, jo. artikel 23 van de Gemeentewet, is bepaald dat de rekenkamercommissie in beginsel in de openbaarheid vergadert. E.e.a. leidt tot transparantie en past binnen het duale leerstuk van de publieke verantwoording.

Artikel 17 Geheimhouding

Naar analogie van artikel 86 van de Gemeentewet is een bepaling met betrekking tot geheimhouding opgenomen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 18 Vergader- en stemmingsquorum

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 19 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

In aanvulling op het bepaalde in artikel 185 van de Gemeentewet geeft dit artikel aanvullende bepalingen over de wijze van uitvoering van het onderzoek en de rapportage daaromtrent. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

Artikel 20 Voorziening

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 21 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 22 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen toelichting.