Regeling vervallen per 14-03-2013

Besluit spaarloonregeling

Geldend van 03-02-2005 t/m 13-03-2013 met terugwerkende kracht vanaf 01-02-2005

Intitulé

Besluit spaarloonregeling

Burgemeester en wethouders van Rotterdam,

Gelezen het voorstel van de wethouder van Personeels- en

Organisatiezaken van 25 mei 1994, P&O nr. 94/529;

Gelet op artikel 37a van het Ambtenarenreglement;

Besluiten:

vast te stellen het hierna volgende BESLUIT spaarloonregeling.

Artikel 1

  • 1. Op aanvraag van de ambtenaar wordt op zijn bezoldiging maandelijks of eenmaal per jaar een vast bedrag ingehouden en overgemaakt naar een spaarloonrekening bij de A.S.R. bank. Deelname aan deze regeling is slechts mogelijk door de ambtenaar:

    • a.

      die op 1 januari van het desbetreffende kalenderjaar in dienst is van de gemeente Rotterdam;

    • b.

      voor wie bij de inhouding van de loonheffing rekening wordt gehouden met de algemene heffingskorting.

  • 2. Het in het eerste lid genoemde bedrag is per kalenderjaar niet hoger dan het in artikel 31, tweede lid onder f, van de Wet op de loonbelasting 1964 genoemde maximumbedrag.

  • 3. Op aanvraag van de ambtenaar kan het maandelijks in te houden bedrag met inachtneming van het in het tweede lid genoemde maximumbedrag worden gewijzigd.

  • 4. In de in artikel 32, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting genoemde gevallen is de ambtenaar gerechtigd zijn tegoed binnen de termijn van vier jaar geheel of gedeeltelijk op te nemen.

Artikel 1a

In afwijking van artikel 1, eerste lid, is de ambtenaar die anders dan in de in artikel 32, eerste lid, van de Wet op de Loonbelasting genoemde gevallen, binnen de termijn van 48 maanden een tegoed van de spaarloonrekening opneemt, tot twee jaar na het opnemen van dit tegoed uitgesloten van deelname aan de spaarloonregeling.

Artikel 2

De in artikel 1, eerste lid, genoemde inhouding en overmaking wordt

beëindigd indien:

  • a.

    de ambtenaar daarom verzoekt;

  • b.

    beslag, korting of verrekening, als bedoeld in titel II van de Ambtenarenwet, op het salaris wordt toegepast, tenzij de ambtenaar schriftelijk verzoekt de inhouding en overmaking te continueren;

  • c.

    de ambtelijke dienstbetrekking eindigt, daaronder begrepen de beëindiging van de dienstbetrekking door het overlijden van de ambtenaar

Artikel 3

  • 1. De door de ambtenaar gewenste wijzigingen, zoals genoemd in artikel 1, eerste en derde lid en artikel 2 onder a en b, dienen voor de eerste van de desbetreffende maand schriftelijk aan de administratie van de tak van dienst kenbaar te worden gemaakt.

  • 2. Een verzoek als bedoeld in artikel 1, vierde lid, wordt schriftelijk kenbaar gemaakt aan de Gemeentelijke Kredietbank.

Artikel 4

  • 1. Indien de ambtenaar of zijn erfgenamen bij beëindiging van de dienstbetrekking het tegoed op de spaarloonrekening wenst respectievelijk wensen op te nemen dient een daartoe strekkend verzoek schriftelijk bij ons te worden ingediend.

  • 2. Indien geen verzoek als bedoeld in het eerste lid wordt ingediend, blijft het tegoed op de spaarloonrekening staan zolang de termijn van vier jaar niet is verstreken.

Artikel 5

Wij kunnen in bijzondere gevallen afwijken van de regels van dit besluit.

Artikel 6

  • 1. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit Spaarloonregeling.

  • 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 1994.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 27 mei 1994.

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 1 juli 1994 en ligt op werkdagen van 09.00 tot 16.00 uur ter inzage bij de Bestuursdienst van de gemeente Rotterdam, afdeling Bibliotheek en Documentatie, stadskantoor kamer 100, ingang Rodezand 18.

De Secretaris

N. van Eck

De Burgemeester

A. Peper