Regeling vervallen per 17-04-2018

Verordening geldelijke voorzieningen gebiedscommissies 2014

Geldend van 22-04-2016 t/m 16-04-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2016

Intitulé

Gemeenteblad 2013

Verordening geldelijke voorzieningen gebiedscommissies 2014

De Raad van de gemeente Rotterdam,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 juni 2013. (raadsvoorstel nr. 1197524); raadsstuk 13GR108;

gelet op artikelen 83 en 96 Gemeentewet, artikel 16 verordening op de gebiedscommissies en de voorgenomen inwerkingtreding van de wet Wijziging van de Gemeentewet en enige andere wetten in verband met het afschaffen van de bevoegdheid van gemeentebesturen om deelgemeenten in te stellen;

besluit vast te stellen:

Verordening geldelijke voorzieningen gebiedscommissies 2014

 

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

- leden van de gebiedscommissie: leden van een gebiedscommissie als bedoeld in artikel 1 van de Verordening op de gebiedscommissies, die niet tevens (vice-)voorzitter van de gebiedscommissie zijn;

- Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: Besluit van 22 maart 1994, houdende regels betreffende de rechtspositie van raads- en commissieleden, zoals nadien gewijzigd;

- Rechtspositiebesluit wethouders:Besluit van 22 maart 1994, houdende regels betreffende de rechtspositie van wethouders, zoals nadien gewijzigd;

- Reiskostenregelingen binnenland: Besluit van 1 maart 1993, houdende vaststelling van het Reisbesluit binnenland voor het burgerlijk rijkspersoneel, zoals nadien gewijzigd,alsmede de daarop gebaseerde Reisregeling binnenland van 1993, zoals nadien gewijzigd;

- minister: Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 2 Gemeenteklasse

  • 1.

    Waar in dit besluit wordt verwezen naar bedragen opgenomen in (tabellen behorende bij) hogere regelingen, zijn steeds slechts die bedragen van toepassing die behoren bij gemeenteklassen met een vergelijkbaar aantal inwoners, waarbij geldt dat gemeenteklasse 2 de ondergrens vormt.

  • 2.

    Voor de overgang van een gebied als bedoeld in artikel 4 van de verordening op de gebiedscommissies naar een andere klasse zijn de artikelen 8 en 9 van de Rechtspositiebesluit wethouders van overeenkomstige toepassing.

 

HOOFDSTUK II GEBIEDSCOMMISSIES

 

Artikel 3 Vergoedingen leden van de gebiedscommissies

  • 1.

    De leden van de gebiedscommissie ontvangen een vaste vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de gebiedscommissie.

  • 2.

    De vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de gebiedscommissie bedraagt € 550,- per vergadering.

  • 3.

    Het aantal vergaderingen van de gebiedscommissie op basis waarvan de in het tweede lid genoemde vergoeding wordt uitgekeerd is vastgesteld op maximaal 12 per jaar.

 

Artikel 4 Communicatie– en computerapparatuur leden van de gebiedscommissies en (vice-)voorzitters

De gemeente treft een voorziening opdat de leden van de gebiedscommissies en (vice-)voorzitters kunnen beschikken over de voor de ambtsvervulling noodzakelijke communicatie- en computerapparatuur.

 

Artikel 5 Vergoeding (vice-)voorzitter gebiedscommissies

  • 1.

    De (vice-)voorzitter van de gebiedscommissie ontvangt een vaste vergoeding voor zijn werkzaamheden volgens de tabel behorend bij deze verordening.

  • 2.

    [Vervallen]

  • 3.

    De bepalingen omtrent de aanvang en de beëindiging, zoals vermeld in de artikelen 3 en 4 van het Rechtspositiebesluit wethouders zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 4.

    De (vice-)voorzitter van de gebiedscommissie ontvangt een onkostenvergoeding van ten hoogste het in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders aangegeven maximum, zoals dat jaarlijks door de Minister wordt herzien.

 

Artikel 6 Reis- en verblijfkosten leden en (vice-)voorzitter

  • 1.

    De reis- en verblijfkosten van dienstreizen binnen de gemeente van de (vice-)voorzitter van de gebiedscommissie, met uitzondering van het reizen met de eigen auto, worden volledig vergoed.

  • 2.

    De kosten van het gebruik van een eigen auto ten behoeve van dienstreizen binnen de gemeente worden vergoed op basis van de Reiskostenregeling binnenland.

  • 3.

    Voor de reis- en verblijfskosten buiten gemeente gelden dezelfde voorwaarden als genoemd in het eerste en tweede lid, met dien verstande dat deze slechts voor vergoeding in aanmerking komen indien de reizen zijn gemaakt ter voorbereiding en uitvoering van beslissingen van de gebiedscommissie. Dit betreft in elk geval niet partijpolitieke bijeenkomsten, tenzij die namens de gebiedscommissie worden bezocht.

    Gebiedscommissie

    Bezoldiging (1,0 FTE)

    Pernis

    4221,14

    Hoek van Holland

    4221,14

    Rozenburg

    4221,14

    Overschie

    4664,40

    Centrum

    4964,99

    Hoogvliet

    4964,99

    Hillegersberg-Schiebroek

    5433,96

    Kralingen-Crooswijk

    5433,96

    Noord

    5433,96

    IJsselmonde

    5433,96

    Charlois

    5902,12

    Feijenoord

    5902,12

    Delfshaven

    5902,12

    Prins Alexander

    5902,12

 

HOOFDSTUK III OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 7 Inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op 19 maart 2014.

  • 2.

    Per die datum wordt ingetrokken: De ‘Verordening geldelijke voorzieningen decentrale besturen 2011’, opgenomen in het Gemeenteblad 2011 nummer 141.

 

Artikel 8 Citeertitel

De verordening wordt aangehaald als: Verordening geldelijke voorzieningen gebiedscommissies 2014.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 4 en 11 juli 2013.

 

De griffier,

 

 

 

J.G.A. Paans

 

De voorzitter,

 

 

 

A. Aboutaleb

 

 

 

 

 

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 25 juli 2013 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Gemeentebladen)

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Hierin worden een aantal begrippen zoals deze in onderhavige verordening worden gebruikt nader toegelicht. Van belang is het begrip ‘leden van de gebiedscommissie’: daaronder worden voor wat betreft deze verordening dus niet de voorzitter alsmede de mogelijke vicevoorzitter(s) verstaan. Op die manier wordt voorkomen dat de laatsten zowel presentiegeld als een vergoeding ontvangen.

 

Artikel 2 Gemeenteklasse

De vergoeding van de (vice-)voorzitter(s) is afgeleid van de vergoeding voor een wethouder. Die is gerelateerd aan het aantal inwoners. Vandaar deze bepaling.

 

Artikel 3 Vergoedingen leden van de gebiedscommissies

Conform de besluitvorming in de raad ontvangen de leden van de gebiedscommissie een presentiegeld voor het bijwonen van een vergadering. Het aantal vergaderingen waarover die presentiegelden worden uitbetaald is gemaximeerd op 12 per jaar. Een gebiedscommissie kan natuurlijk vaker vergaderen, maar dat zal niet tot meer presentiegelden leiden.

 

Artikel 4 Communicatie– en computerapparatuur leden van de gebiedscommissies en (vice-)voorzitters

Hierin is opgenomen dat de gemeente een voorziening zal treffen voor het ter beschikking stellen, in bruikleen, van de bedoelde apparatuur (zoals telefoon en iPad of andere ‘tablet’. Dit artikel geldt voor alle leden van de gebiedscommissies, dus ook de (vice-)voorzitter, en is gerelateerd aan de voor de taken noodzakelijke invulling.

 

Artikel 5 Vergoeding (vice-)voorzitter gebiedscommissies

In tegenstelling tot de leden van een gebiedscommissie ontvangen de voorzitter en mogelijke vicevoorzitter(s) geen presentiegeld per vergadering, maar een vaste vergoeding voor hun werkzaamheden. Die vaste vergoeding is deels gerelateerd aan het rechtspositiebesluit wethouders en kent daarbovenop ophogingen voor pensioen, ww en vakantie- en eindejaarsuitkering. Deze ophogingen zijn bedoeld voor de voorzitter en vicevoorzitter om eigen voorzieningen te treffen voor ziekte, wachtgeld, pensioen en dergelijke.

Vervolgens wordt het bedrag opgehoogd met de vaste onkostenvergoeding uit artikel 25 van het rechtspositiebesluit wethouders.

Conform de regelgeving wordt alleen het totaalbedrag, dus de optelsom van de hierboven beschreven componenten, gepresenteerd en opgenomen in de verordening.

 

Indexering door wijzigingen vanuit het rijk zal plaatsvinden over het hele bedrag minus onkostenvergoeding conform het percentage, zoals de minister dat gebruikt voor de vergoedingen wethouders.

 

 

 

 

Artikel 7 (lees: 6) Reis- en verblijfkosten leden en (vice-)voorzitter

Regelt de reis- en verblijfkosten van dienstreizen van de leden en

(vice-)voorzitter van de gebiedscommissies.

 

De artikelen 8 en 9 (lees: 7 en 8) spreken voor zich.