Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR253836
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR253836/2
Regeling vervallen per 01-01-2013
Verordening op de heffing en de verordening van de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten 2012
Geldend van 06-01-2012 t/m 31-12-2012 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012
Intitulé
Verordening op de heffing en de verordening van de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten 2012De raad van de gemeente Súdwest Fryslân;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2011;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
b e s l u i t:
vast te stellen de
Verordening op de heffing en de verordening van de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten 2012
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Artikel 1 Inleidende bepalingen
Krachtens deze verordening worden geheven:
a. een afvalstoffenheffing;
b. reinigingsrechten.
Artikel 2 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a. ‘gebruik maken’ in hoofdstuk II Afvalstoffenheffing: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer;
b. grof bedrijfsafval: afvalstoffen, met uitzondering van autowrakken, afkomstig van bedrijven en instellingen, welke door aard, omvang of hoeveelheid niet periodiek
worden ingezameld.
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
-
1 Onder de naam ‘afvalstoffenheffing’ wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
-
2 De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4 Belastingplicht
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 en 2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 6 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 7 Wijze van heffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
-
1 De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
-
2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
-
3 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
-
4 Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar van een ander perceel gebruik maakt.
Hoofdstuk III Reinigingsrechten
Artikel 10 Belastbaar feit
Onder de naam ‘reinigingsrechten’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
Artikel 11 Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 12 Maatstaf van heffing en belastingtarief
-
1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de
hoofdstukken 3 en 4 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel
genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 13 Belastingjaar
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 14 Wijze van heffing
-
1 De rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel worden geheven bij wege
van aanslag met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan
worden opgelegd.
-
2 De rechten bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel worden geheven door middel
van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het
gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke
kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor
-
1 De rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij het
begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
-
2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt zijn de rechten
verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde
rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle
kalendermaanden overblijven.
-
3 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak
op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde
rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle
kalendermaanden overblijven.
-
4 Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige
binnen de gemeente verhuist.
Artikel 16 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 17 Termijnen van betaling
-
1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de
reinigingsrechten als bedoeld in artikel 14, eerste lid, worden betaald in twee gelijke
termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend
op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede
termijn twee maanden later.
-
2 In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven overeenkomstig de voorwaarden gesteld in het ‘Reglement voor de automatische incasso van de gemeentelijke belastingen in de gemeente Súdwest Fryslân’, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke maandelijkse termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
-
3 De reinigingsrechten als bedoeld in artikel 14, tweede lid, moeten worden betaald, ingeval de kennisgeving:
a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van het uitreiken van de kennisgeving,
dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen een maand na de dagtekening
van de kennisgeving.
-
4 De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden
gestelde termijnen.
Hoofdstuk IV Aanvullende bepalingen
Artikel 18 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van reinigingsheffingen.
Artikel 19 Kwijtschelding
Er wordt geen kwijtschelding als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 verleend voor de rechten bedoeld in de hoofdstukken 2, 3 en 4 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 20 Overgangsrecht
De ‘Verordening reinigingsheffingen 2011’ van:
a. De gemeente Bolsward, vastgesteld op 30 november 2010;
b. De gemeente Sneek, vastgesteld op 30 november 2010;
c. De gemeente Nijefurd, vastgesteld op 30 november 2010;
d. De gemeente Wymbritseradiel, vastgesteld op 30 november 2010;
e. De gemeente Wûnseradiel, vastgesteld op 29 november 2010;
worden ingetrokken met ingang van de in artikel 21, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 21 Inwerkingtreding en citeertitel
-
1 Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van
bekendmaking.
-
2 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
-
3 Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening reinigingsheffingen 2012.
Ondertekening
Tarieventabel 1
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl