Eilandsverordening "Leerplichtverordening Saba 1993"

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

Eilandsverordening "Leerplichtverordening Saba 1993"

Artikel 1 Toezichthoudende instantie, taak

  • 1. Er is een “leerplichtcommissie”.

  • 2. Deze commissie is belast met het toezicht op de naleving van de Leerplichtlandsverordening en de uit kracht daarvan gegeven voorschriften waaronder in ieder geval de Leerplichtverordening Saba 1993.

  • 3. Ten behoeve van het jaarlijks door het bestuurscollege aan de minister van Onderwijs en Cultuur uit te brengen verslag, bedoeld in artikel 8 van de Leerplichtlandsverordening, doet de commissie voor 1 maart van elk jaar aan het bestuurscollege schriftelijk verslag van haar bevindingen over het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 2 Samenstelling commissie

  • 1. De leerplichtcommissie telt minimaal drie (3) en maximaal vijf (5) leden.

  • 2. In de commissie hebben altijd zitting:

    • a.

      het hoofd van het bureau welzijn Saba;

    • b.

      de onderwijscoördinator Saba;

    • c.

      de gouvernementsarts Saba.

  • 3. De leden die niet qualitate qua zitting hebben in de commissie worden voor een periode van vier jaren benoemd door het bestuurscollege.

  • 4. De samenstelling van de commissie wordt bekend gemaakt door het bestuurscollege middels mededeling op de eilandelijke publicatieborden.

  • 5. De commissie wijst uit haar midden haar voorzitter aan.

Artikel 3 Toezichthoudende ambtenaren

De ambtenaren, bedoeld in artikel 9 van de Leerplichtlandsverordening, worden aangewezen door het bestuurscollege .

Artikel 4 Registratie minderjarige leerlingen, verzuim

  • 1. De directie van een school registreert:

    • a.

      de (datum van) in- en uitschrijving van elke minderjarige leerling;

    • b.

      de reden van uitschrijving;

    • c.

      het verzuim van lessen met en zonder een ontheffing als bedoeld in artikel 4, eerste of tweede lid, van de Leerplichtlandsverordening;

    • d.

      het verzuim van lessen met en zonder een vrijstelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Leerplichtlandsverordening.

  • 2. De directie van een school zendt voor elk achtste dag van de maand een overzicht van de registraties, bedoeld in het eerste lid, over de voorafgaande maand aan het bestuurscollege en aan de leerplichtcommissie.

  • 3. Het bestuurscollege verstrekt in de maand mei van elk jaar aan de directie van een school en aan de leerplichtcommissie gegevens uit het bevolkingsregister over de minderjarige kinderen, op wie de Leerplichtlandsverordening met ingang van het aanstaande schooljaar betrekking zou kunnen hebben. Die gegevens betreffen in ieder geval: naam, voornamen, geboortdatum en - zo mogelijk - de naam en het adres van degene die het gezag over de minderjarige uitoefent dan wel met de feitelijke verzorging van die minderjarige is belast.

Artikel 5 Duur vrijstelling

Een vrijstelling, als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder a, b en c, van de Leerplichtlandsverordening, duurt niet langer dan dertig aaneengesloten dagen.

Artikel 6 Procedure ontheffing

  • 1. Verzoeken op grond van het bepaalde in artikel 4, eerste lid, van de Leerplichtlandsverordening moe­ten schriftelijk worden ingediend:

    • a.

      bij de leerplichtcommissie, p/a bestuurskantoor, The Bottom, Saba;

    • b.

      uiterlijk acht weken voor de verplichting, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Leer­plichtlandsverordening zal aanvangen, dan wel: uiterlijk vier weken nadat de geestelijke of lichamelijke toestand, waarin de minderjarige is komen te verkeren en op grond waarvan de onthef­fing wordt verzocht, is aangevangen;

  • 2. Verzoeken om ontheffing op grond van het bepaalde in artikel 4, tweede lid, van de Leerplichtlands­verordening moeten schriftelijk worden ingediend:

    • a.

      bij het bestuurscollege, p/a bestuurskantoor, The Bottom, Saba;

    • b.

      uiterlijk acht weken voor de verplichting als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Leer­plichtlandsverordening zal aanvangen.

  • 3.

    • a.

      De leerplichtcommissie respectievelijk het bestuurscollege beslist binnen vier weken na de ontvangst van het verzoek om ontheffing.

    • b.

      Indien de voorbereiding van de beslissing zulks - naar het uitsluitende oordeel van het beslissende orgaan - vordert kan de beslissing met vier weken worden verdaagd.

    • c.

      Een dergelijke beslissing behoort binnen de eerste periode van vier weken te worden genomen; het beslissende orgaan zendt de verzoeker en de leerplichtcommissie daarvan schriftelijk be­richt.

    • d.

      De beslissing op het verzoek om ontheffing wordt door het beslissende orgaan schriftelijk en ge­motiveerd ter kennis gebracht van de verzoeker, uiterlijk binnen twee weken na het moment van de beslissing.

    • e.

      Wanneer het beslissende orgaan niet tijdig beschikt op het verzoek om ontheffing, wordt de ontheffing geacht geweigerd te zijn.

  • 4. Alvorens de leerplichtcommissie respectievelijk het bestuurscollege beslist om een verzoek om onthef­fing:

    • a.

      wordt de verzoeker in de gelegenheid gesteld zich te laten horen; hij kan zich daarbij laten bijstaan;

    • b.

      kan het beslissende orgaan informatie dan wel advies inwinnen bij de deskundigen wier mening hij in het specifieke geval nodig oordeelt.

Artikel 7 Beroep

  • 1. De in artikel 2, eerste van de Leerplichtlandsverordening bedoeld personen kunnen tegen de beslissing op hun verzoek om ontheffing op grond van het bepaalde in artikel 4, eerste en/of tweede lid, van de Leerplichtlandsverordening, schriftelijk beroep instellen bij:

    • a.

      het bestuurscollege wanneer het gaat om een beslissing van de leerplichtcommissie;

    • b.

      de eilandsraad, wanneer het gaat om een beslissing van het bestuurscollege.

  • 2. Beroep kan worden ingesteld binnen vier weken na:

    • a.

      de dagtekening van de beslissing waartegen beroep wordt ingesteld;

    • b.

      de fictieve weigering, bedoeld in artikel 6, derde lid, onder e.

  • 3. Een beroepschrift moet gemotiveerd zijn.

  • 4.

    • a.

      De beroepsinstantie beslist binnen acht weken na de ontvangst van het beroepschrift.

    • b.

      Indien de voorbereiding van de beslissing in beroep zulks - naar het uitsluitende oordeel van de beroepsinstantie - vordert, kan de beslissing met vier weken worden verdaagd.

    • c.

      Een dergelijke beslissing behoort binnen de periode van acht weken te worden genomen; de beroepsinstantie zendt de indiener van het beroepschrift daarvan schriftelijk bericht.

    • d.

      De beslissing op het beroepschrift wordt door de beroepsinstantie schriftelijk en gemotiveerd ter kennis gebracht van de indiener van het beroepschrift, uiterlijk twee weken na het moment van de beslissing.

  • 5. Alvorens de beroepsinstantie beslist op een beroep­schrift:

    • a.

      wordt de indiener van het beroepschrift in de gelegenheid gesteld zich te laten horen; hij kan zich daarbij laten bijstaan;

    • b.

      kan hij informatie dan wel advies inwinnen bij de deskundigen wier mening hij in het specifieke geval nodig oordeelt.

  • 6. Een tijdig en gemotiveerd ingediend beroepschrift schort de daarbij aangevochten verplichtingen uit de Leerplichtslandsverordening op gedurende de behandelings- en afdoeningsperiode, bedoeld in de leden 3 en 4.

Artikel 8 Kleding, voeding, vervoer

Het bestuurscollege zorgt voor de verstrekking van voeding of kleding aan en zorgt voor vervoer naar en van school van minderjarigen die zonder een dergelijke steun redelijkerwijs niet in staat zouden zijn de lessen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, (naar behoren) bij te wonen.

Artikel 9 Opsporingsbevoegdheden

Met het opsporen van de bij de Leerplichtlandsverordening strafbaar gestelde feiten, zijn, behalve de ambtenaren die in het algemeen belast zijn met het opsporen van strafbare feiten, mede belast zij, die door het bestuurscollege daartoe worden aangewezen.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze eilandsverordening treedt in werking met ingang van de dag na die van afkondiging en werkt terug tot en met 1 augustus 1993.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Leerplichtverordening Saba 1993”.