Beleidsregels speeltuinwerk

Geldend van 02-04-2003 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels speeltuinwerk

Algemeen

Beleidsterrein

Deze beleidsregels betreffen de subsidiëring van instellingen voor speeltuinwerk, waarmee een subsidierelatie bestaat of aangegaan wordt. Deze beleidsregels moeten gezien worden in samenhang met: Algemene Subsidieverordening 2000 (ASV 2000).

Doel

Het doel van de subsidieverlening is het realiseren van activiteiten in een speeltuin tenbehoeve van de doelgroep.

Doelgroep

Tot de doelgroep behoren in principe kinderen vanaf nul jaar tot het moment waarop zij het basisonderwijs verlaten.

Prestaties

  • -

    het organiseren van activiteiten, ten behoeve van de doelgroep, in een speeltuin, of

  • -

    het openstellen van een speeltuin ten behoeve van de doelgroep, minimaal 8 uur per week gedurende het hele jaar.

Subsidiebepalingen

indienen subsidieaanvraag

De aanvraag voor subsidie moet schriftelijk ingediend worden bij het college van burgemeester en wethouders vóór 1 mei van het jaar voorafgaande aan dat, waarvoor de subsidie wordt aangevraagd (conform artikel 13 van de ASV 2000).

subsidievoorwaarden

  • -

    de subsidieaanvrager dient rechtspersoonlijkheid te bezitten;

  • -

    de subsidieaanvrager dient aangesloten te zijn bij de NUSO, landelijke organisatie van Speeltuinwerk en Jeugdrecreatie;

  • -

    de speeltoestellen dienen aan de eisen te voldoen van het Besluit Veiligheid van Attractie en Speeltoestellen.

wijze van subsidiëren

De subsidie wordt verleend als waarderingssubsidie, zoals bedoeld in de ASV 2000. De te leveren prestaties worden opgenomen in de beschikking.

subsidiebedrag

De subsidie voor 2003 en volgende jaren bedraagt maximaal € 2.000,= (het bedrag kan) jaarlijks worden geïndexeerd) per instelling per jaar, onder voorbehoud, dat de gemeenteraad op de gemeentebegroting hiervoor expliciet de benodigde gelden heeft uitgetrokken.

bevoorschotting

De subsidie wordt jaarlijks bevoorschot. Het totaal van het voorschot bedraagt 80% van het toegekende bedrag (conform artikel 28 van de ASV 2000).

wijze van afrekenen

Op grond van de door de instelling ingediend beknopt inhoudelijk- en financieel verslag over het daar voorafgaande jaar (behoeft niet voorzien te zijn van een accountantsverklaring) stelt het college de subsidie definitief vast (conform artikel 26 van de ASV 2000). Indien de aanvraag subsidie en de afrekening niet tijdig, te weten vóór 1 mei, zijn ingediend kan dat gevolgen hebben voor de definitieve vaststelling subsidie, bevoorschotting in het lopende jaar en/of het volgende jaar.

tot slot

Deze beleidsregels zullen van kracht zijn met ingang van het jaar 2003. Met de inwerkingtreding van deze beleidsregels wordt de verordening subsidiëring van 28 maart 1994 ingetrokken.