Regeling vervallen per 23-05-2017

Regeling inzake taken, bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de bestuurscommissie van De Zuidhoek

Geldend van 12-03-2004 t/m 22-05-2017

Intitulé

Regeling inzake taken, bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de bestuurscommissie van De Zuidhoek

HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN

Artikel 1 – Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    raad: de gemeenteraad van Schouwen-Duiveland;

  • b.

    burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders van

    Schouwen-Duiveland;

  • c.

    Wsw: Wet sociale werkvoorziening;

  • d.

    doelgroep: personen, die nog niet de leeftijd van 65 jaar hebben

    bereikt en die door lichamelijke, verstandelijke of

    psychische beperkingen uitsluitend onder aangepaste

    omstandigheden tot regelmatige arbeid in staat zijn;

  • e.

    arbeidscategorie: het vanwege lichamelijke, verstandelijke of psychischebeperkingen verminderd vermogen om arbeid te verrichten;

  • f.

    arbeidshandicapcategorie: een groep van tot de doelgroep behorende personen, die in

    dezelfde orde arbeidsgehandicapt is;

  • g.

    De Zuidhoek de op basis van artikel 2 van de Wsw als werkverband aangewezen organisatorische eenheid en organisatie voor de reïntegratie d.m.v. scholing, activering, werkervaring, bemiddeling en begeleiding van werkzoekenden naar het arbeidsproces;

  • h.

    bestuurscommissie: de commissie van bestuur voor De Zuidhoek ex artikel 83 van de Gemeenwet;

  • i.

    voorzitter: de voorzitter van de bestuurscommissie;

  • j.

    directeur: de in die hoedanigheid bij De Zuidhoek benoemde persoon,

    die onder de directe verantwoordelijkheid van de bestuurs-

    commissie is belast met de dagelijkse leiding;

  • k.

    hoofd van dienst: de door de bestuurscommissie als zodanig aangewezen per-

    soon;

  • l.

    ambtelijk personeel: de bij de Zuidhoek werkzame personen die in dienst zijn van de gemeente Schouwen-Duiveland op basis van een ambtelijke aanstelling of een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht;

  • m.

    WSW-personeel: de bij de Zuidhoek werkzame personen die in dienst zijn van de gemeente Schouwen-Duiveland op basis van een overeenkomst als bedoeld in artikel 2, lid 1 van de Wsw;

  • n.

    overig personeel: de op basis van een overeenkomst al dan niet via een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht bij de Zuidhoek werkzame personen;

  • o.

    Marap: de periodieke managementrapportage die de directeur

    volgens de richtlijnen van burgemeester en wethouders over

    het door hem gevoerde beheer van de dienst uitbrengt.

Artikel 2 – Vestigingsplaats

De Zuidhoek is gevestigd in Zierikzee, Deltastraat 8.

Artikel 3 – Taken van De Zuidhoek

De Zuidhoek heeft tot taak het uitvoeren van de taken en bevoegdheden zoals die bij of krachtens de Wsw zijn opgedragen aan de gemeente en de gemeentelijke bestuursorganen, alsmede de reïntegratie van werkzoekenden d.m.v. scholing, activering, werkervaring, bemiddeling en begeleiding naar het arbeidsproces.

HOOFDSTUK 2 TAAK, DOELSTELLINGEN EN BEVOEGDHEDEN BESTUURSCOMMISSIE

Artikel 4 – Taak en doelstellingen

  • 1.

    • a.

      De bestuurscommissie heeft tot taak het besturen, beheren en exploiteren van De Zuidhoek;

    • b.

      Zij beheert een lijst van ingezetenen die tot de doelgroep behoren, als bedoeld in artikel 11, 4e lid van de Wsw;

  • 2. De bestuurscommissie gaat bij de uitoefening van haar taak uit van de volgende doelstellingen:

    • a.

      aan zoveel mogelijk ingezetenen, die blijkens een indicatie- of herindicatiebeschikking tot de doelgroep behoren, een dienstbetrekking krachtens een arbeidsovereen-komst naar burgerlijk recht aan te bieden voor het verrichten van arbeid onder aangepaste omstandigheden, zoals bedoeld in artikel 2, lid 1 van de Wsw;

    • b.

      het behouden dan wel bevorderen van de arbeidsbekwaamheid van de werknemer mede met het oog op het kunnen gaan verrichten van arbeid onder normale omstandigheden, zoals bedoeld in artikelen 3 en 4 van de Wsw;

Artikel 5 - Taakuitvoering

  • 1. De bestuurscommissie doet al datgene, dat noodzakelijk is ter uitvoering van de in artikel 4 genoemde taak.

  • 2. De bestuurscommissie verricht de in artikel 4 bedoelde taak in ieder geval door:

    • a.

      de controle en het toezicht op al hetgeen zich binnen De Zuidhoek voordoet, mede in relatie tot de uitvoering naar letter en bedoeling van de Wsw, haar uitvoeringsbesluiten en reïntegratietaak;

    • b.

      contacten en samenwerking met instellingen, die belangenbehartiging van gehandicapten in relatie tot arbeid beogen;

    • c.

      het indienen van de voorlopig vastgestelde begroting, jaarrekening en het jaarverslag bij burgemeester en wethouders.

  • 3. De directeur verschaft de bestuurscommissie gevraagd en ongevraagd alle informatie, die zij nodig heeft ter uitvoering van haar taak.

Artikel 6 – Bevoegdheden

  • 1. De bestuurscommissie oefent, binnen de grenzen van de door burgemeester en wethouders vastgestelde begroting, de bevoegdheden uit met betrekking tot het vermelde in de artikelen 4 en 5. De bestuurscommissie oefent deze bevoegdheden uit met inachtneming van alle door burgemeester en wethouders vastgestelde en nog vast te stellen algemene regelingen betreffende de interne organisatie van de gemeente, alsmede met inachtneming van het in deze regeling bepaalde.

    De bestuurscommissie heeft met betrekking tot het personeel de volgende bevoegdheden:

  • 2. De bestuurscommissie heeft met betrekking tot het personeel de volgende bevoegdheden:

    • a.

      ten aanzien van het ambtelijk personeel de bevoegdheden die krachtens de Collectieve Arbeidsvoorwaarden Regeling (CAR) sector gemeenten, Uitwerkingsovereenkomst (UWO) en overige van toepassing zijnde gemeentelijke regelingen toekomen aan burgemeester en wethouders;

    • b.

      ten aanzien van het Wsw-personeel de bevoegdheden die krachtens de Wsw en de daaruit vloeiende gesloten Collectieve Arbeidsovereenkomst en aanvullende regelingen toekomen aan burgemeester en wethouders;

    • c.

      ten aanzien van het overig personeel de bevoegdheden op basis van een overeenkomst overeengekomen bepalingen al dan niet via een daaruit voortvloeiende te sluiten arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht.

  • 3. De bestuurscommissie treedt in de plaats van burgemeester en wethouders als uitvoerings- en bezwaarinstantie en zal m.b.t. bij haar ingediende bezwaren t.a.v. het ambtelijk personeel handelen naar het gestelde in de Verordening commissie bezwaarschriften

  • 4. De bestuurscommissie draagt de in lid 2 sub a., b. en c. bedoelde bevoegdheden bij schriftelijk mandaat over aan de directeur, voorzover deze niet de directeur zelf betreffen, respectievelijk het benoemen en ontslaan van de hoofden van dienst betreft. Ten aanzien van de hoofden van dienst kan de bestuurscommissie besluiten deze bevoegdheden aan de directeur in mandaat over te dragen.

  • 5. De bestuurscommissie is, met inachtneming van het bepaalde in artikel 160, lid 1 sub f van de Gemeentewet en binnen de grenzen van het in deze regeling bepaalde, bevoegd tot het beoordelen en besluiten of vanwege de Zuidhoek of haar commissie rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures zullen worden gevoerd.

  • 6. De bestuurscommissie is, met inachtneming van het overigens in deze regeling bepaalde en uitsluitend ter verwezenlijking van de in artikel 4 bedoelde taak, bevoegd bepaalde en uitsluitend ter verwezenlijking van de in artikel 4 bedoelde taak, bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten en contracten, zulks onverminderd het bepaalde in artikel 7.

  • 7. De bestuurscommissie wijst een of meer accountants aan als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, belast met de controle van de jaarrekening en het daarbij verstrekken van een accountantsverklaring en het uitbrengen van een verslag van bevindingen.

  • 8. De voorzitter of de door de bestuurscommissie daartoe aangewezen persoon of gemachtigde vertegenwoordigt De Zuidhoek in en buiten rechte.

Artikel 7 – Niet overgedragen bevoegdheden

  • 1. De bestuurscommissie is niet bevoegd:

    • a.

      De Zuidhoek of een deel daarvan te vestigen buiten het grondgebied van de gemeente Schouwen-Duiveland;

    • b.

      De Zuidhoek of een deel daarvan op te heffen of over te dragen aan derden;

    • c.

      tot vaststellen van de begroting en/of jaarrekening;

    • d.

      tot het aangaan van publiekrechtelijk en/of privaatrechtelijke samenwerkingsverbanden.

  • 2. Burgemeester en wethouders besluiten over de in het vorige lid genoemde aangelegenheden met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Gemeentewet, op voorstel van de bestuurscommissie.

Artikel 8 – Financieel beheer

  • 1. De bestuurscommissie is belast met en verantwoordelijk voor het beheer van de financiële middelen van De Zuidhoek.

  • 2. Het in het vorige lid bedoelde beheer geschiedt onder de volgende bepalingen:

    • a.

      het beheer van de financiële middelen geschiedt met inachtneming van het Besluit begroting en verantwoording en terzake vastgestelde verordeningenen toepasselijke voorschriften van andere overheden;

    • b.

      uitgaven mogen uitsluitend worden gedaan ter uitvoering van de door burgemeester en wethouders goedgekeurde begroting van De Zuidhoek;

    • c.

      de afschrijvingstermijn van gebouwen en voorzieningen aan terreinen wordt gesteld op een periode variërend van 20 tot 40 jaar;

    • d.

      de afschrijvingstermijn van installaties wordt gesteld op een periode variërend van 10 tot 15 jaar;

    • e.

      de afschrijvingstermijn van machines, gereedschappen, vervoermiddelen en inventarissen wordt gesteld op een periode variërend van 5 tot 10 jaar;

    • f.

      de afschrijvingstermijn van investeringen in automatisering wordt gesteld op een periode variërend van 3 tot 5 jaar;

    • g.

      de afschrijvingstermijn bij investeringen op projectbasis loopt synchroon met de looptijd van het project;

    • h.

      de afschrijvingstermijn van investeringen in reeds bestaande gebouwen en andere tweedehands goederen wordt gebaseerd op de nog te verwachten technische of economische levensduur;

    • i.

      investeringen met een aanschafwaarde van minder dan €2.000,-- worden niet geactiveerd;

    • j.

      aan reserves en voorzieningen wordt geen rente toegerekend met uitzondering van de voorzieningen die worden gewaardeerd tegen contante waarde.

Artikel 9 – Begroting en jaarrekening

  • 1. De bestuurscommissie biedt jaarlijks voor 1 juni de door haar voorlopig vastgestelde begroting, vergezeld van een memorie van toelichting, ter goedkeuring aan burgemeester en wethouders aan.

  • 2. De directeur stelt ten behoeve van de bestuurscommissie voor 1 april een concept jaarrekening op over het afgelopen jaar vergezeld van een toelichtend verslag overeenkomstig het Besluit begroting en verantwoording en toepasselijke voorschriften van andere overheden.

  • 3. De directeur zendt de concept jaarrekening, genoemd onder 2, voor 1 april naar de afdeling Werk, Inkomen en Zorg van de gemeente Schouwen-Duiveland.

  • 4. De bestuurscommissie zendt de door haar voorlopig vastgestelde jaarrekening, vergezeld van het verslag van de accountant betreffende de deugdelijkheid van de jaarrekening, voor 1 mei ter vaststelling aan burgemeester en wethouders.

Artikel 10 – Verantwoording, inlichtingen en toezicht

  • 1. De bestuurscommissie verstrekt aan burgemeester en wethouders alle inlichtingen die door hen worden verlangd en wel door:

    • a.

      toezending van aangewezen stukken binnen drie weken na ontvangst van hetverzoek daartoe;

    • b.

      schriftelijke beantwoording van de gestelde vragen binnen zes weken na ontvangst daarvan.

  • 2. De bestuurscommissie is aan burgemeester en wethouders verantwoording verschuldigd over de wijze waarop zij haar taken en bevoegdheden uitoefent.

  • 3.

    • a.

      de directeur stelt ten behoeve van de bestuurscommissie over de eerste drie kwartalen een Marap op;

    • b.

      de bestuurscommissie informeert het college via de Marap over de realisatie van de begroting;

    • c.

      het college kan nadere eisen stellen aan de inrichting van de Marap en eventuele aanvullende rapportages;

    • d.

      indien daartoe aanleiding bestaat informeert de bestuurscommissie het college buiten de Marap-procedure over bijzondere ontwikkelingen;

    • e.

      in de Marap wordt in ieder geval aandacht besteed aan afwijkingen van:

      • ·

        inkomsten uit doeluitkeringen;

      • ·

        de invloed van de rente-ontwikkeling op de kapitaalmarkt;

      • ·

        het onderhoud van kapitaalgoederen;

      • ·

        het weerstandsvermogen;

      • ·

        ontwikkelingen in de sociale zekerheid;

      • ·

        realisatie op begrote subsidieverwachtingen.

HOOFDSTUK 3 SAMENSTELLING VAN DE BESTUURSCOMMISSIE

Artikel 11 – Leden en plaatsvervangers

  • 1. De bestuurscommissie bestaat uit ten hoogste zeven leden en is als volgt samengesteld:

    • a.

      de wethouder belast met de portefeuille sociale werkvoorzieningsbeleid, als voorzitter. Als de voorzitter verhinderd is de vergadering bij te wonen, treedt een door de commissie uit haar midden aan te wijzen lid als voorzitter op. Bij langdurige afwezigheid van de voorzitter, uitsluitend ter beoordeling van het college van burgemeester en wethouders, treedt het lid van het college als voorzitter op dat met de waarneming van de portefeuille sociale werkvoorzieningsbeleid is belast;

    • b.

      zes leden op basis van deskundigheid, waarbij gestreefd wordt naar een gelijke verhouding van ervaring in het bedrijfsleven of maatschappelijke sectoren en ervaring in politiek bestuurde organen.

  • 2. Naast de in lid 1 genoemde leden kunnen door de bestuurscommissie adviserendeleden worden aangewezen.

  • 3. De bestuurscommissie wijst uit haar midden een secretaris en een plaatsvervangend secretaris aan, alsmede een plaatsvervangend voorzitter, met in achtneming van het gestelde in lid 1, sub a.

  • 4. De directeur neemt met adviserende stem deel aan de vergaderingen van de bestuurscommissie, tenzij in een besloten vergadering over diens persoon wordt gesprokenof in overige naar het oordeel van de commissie voorkomende gevallen.

Artikel 12 – Benoeming

  • 1. De leden van de bestuurscommissie worden benoemd door burgemeester en wethouders, op voordracht van de commissie.

  • 2. Het bestuurscommissielid, zijnde de voorzitter (alsmede zijn plaatsvervanger bij langdurige afwezigheid), die lid is van het college van burgemeester en wethouders, wordt benoemd voor een tijdvak samenvallend met de zittingsperiode van de raad.

  • 3. De overige bestuurscommissieleden worden benoemd voor een periode van vier jaar. De voordracht geschiedt aan de hand van een daartoe opgestelde profielschets met in achtneming van het bepaalde in artikel 11, lid 1, sub b.Via een op te stellen rooster van aftreden, treden om de 4 jaar 3 bestuursleden af. Zij zijn na hun aftreden terstond herbenoembaar, indien zij daartoe door de bestuurscommissie worden voorgedragen, met dien verstande dat de totale zittingsduur ten hoogste 12 jaar is.

  • 4. Bij een tussentijdse vacature als gevolg van het bepaalde in de artikelen 14 en 15 voorzienburgemeester en wethouders daarin, op voordracht van de bestuurscommissie, voor de resterende zittingsperiode van de persoon, door wiens vertrek de vacature is ontstaan.

Artikel 13 – Onverenigbare functies en handelingen

  • 1. Het lidmaatschap van de bestuurscommissie is onverenigbaar met het lidmaatschap van de raad en is ook van toepassing op die personen die behoren tot het ambtelijk-, Wsw- of overige personeel van De Zuidhoek en de gemeente Schouwen-Duiveland.

  • 2. De voorgedragen bestuurscommissieleden als bedoeld in artikel 11, lid 1 sub b. leggen voorafgaand aan hun benoeming aan de voorzitter een schriftelijk overzicht over van de door hen beklede bestuursfuncties onder gelijktijdige mededeling van het door hen uitgeoefende beroep.

  • 3. Indien de bestuurscommissie moet besluiten over leveringen of aannemingen betreffende de rechtspersoon, bij wie eenbestuurscommissielid een functie bekleedt, magdeze laatste niet deelnemen aan de besluitvorming.

Artikel 14 – Beëindiging lidmaatschap

  • 1. Het lidmaatschap van de bestuurscommissie eindigt door:

    • a.

      aftreden na afloop van de zittingsperiode;

    • b.

      overlijden;

    • c.

      schriftelijk bedanken bij de voorzitter;

    • d.

      onder curatelestelling;

    • e.

      het komen te verkeren in een situatie als bedoeld in artikel 13, lid 1;

    • f.

      voor het bestuurscommissielid als bedoeld in artikel 11, lid 1 sub a. bovendiendoor het verlies van de hoedanigheid van wethouder.

  • 2. Bij het ontstaan van een vacature in de bestuurscommissie als gevolg van het bepaaldein dit of het volgende artikel:

    • a.

      doet de bestuurscommissie personen, indien de vacature het gevolg is van de beëindiging van het lidmaatschap van een persoon, als bedoeld in artikel 11, lid 1 sub b, binnen vier weken een voordracht van zo mogelijk twee personen;

    • b.

      voorzien burgemeester en wethouders daarin binnen zes weken na het ontstaan ervan, respectievelijk na ontvangst van de in sub a. bedoelde voordracht, met inachtneming van het bepaalde in artikel 12, lid 4.

Artikel 15 – Schorsing en ontslag

  • 1. Een bestuurscommissielid dat in strijd handelt met het bepaalde in deze regeling, kan worden geschorst door burgemeester en wethouders.

  • 2. Nadat het geschorste bestuurscommissielid in de gelegenheid is gesteld zich mondelingten overstaan van één of meer leden van het college van burgemeester en wethouders te verweren, kunnen burgemeester en wethouders diens lidmaatschap vervallen verklaren. De beslissing wordt terstond bij aangetekend schrijven aan de belanghebbendeen aan de bestuurscommissie medegedeeld.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen een bestuurscommissielid ontslag verlenen. Het ontslag is met redenen omkleed. Het besluit wordt niet genomen dan nadat de betrokkene in de gelegenheid is gesteld zich mondeling ten overstaan van één of meer leden van het college van burgemeester en wethouders te verweren.

Artikel 16 – Vergoedingsregeling

Voorzover de bestuurscommissieleden daarop conform de hiervoor geldende gemeentelijkeregeling aanspraak maken, wordt hen ten laste van de exploitatie van De Zuidhoek presentiegelden/of reiskostenvergoeding per bijgewoonde vergadering uitgekeerd.

HOOFDSTUK 4 WERKWIJZE VAN DE BESTUURSCOMMISSIE

Artikel 17 – Openbaarheid van vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van de bestuurscommissie zijn openbaar. Overeenkomstig de bepalingen van artikel 23 van de Gemeentewet kan evenwel met gesloten deuren worden vergaderd.

  • 2. De voorzitter draagt er zorg voor, dat tegelijk met de oproeping van de bestuurscommissieleden, het tijdstip en de plaats van de vergadering ter openbare kennisworden gebracht en dat de vergaderstukken, voor zover niet voorzien van het predikaat “vertrouwelijk”, tijdig voor eenieder ter inzage liggen.

  • 3. Burgemeester en wethouders hebben het recht inzage te hebben in stukken waaromtrent door de bestuurscommissie geheimhouding is opgelegd. Deze inzage kan slechts worden geweigerd voorzover zij in strijd is met het openbaar belang.

Artikel 18 – Frequentie en procedure van vergaderen

  • 1. De bestuurscommissie vergadert ten minste vijfmaal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of ten minste drie bestuursleden zulks nodig oordelen.In dit laatste geval dienen de desbetreffende bestuursleden de voorzitterschriftelijk, onder vermelding van de te bespreken onderwerpen, teverzoeken een vergadering te beleggen. De voorzitter roept binnen veertien dagen na ontvangst van een dergelijk verzoek de vergadering bijeen. Geeft de voorzitter aan een dergelijk verzoek geen gevolg, dan zijn de verzoekers bevoegd met inachtneming van de vereiste formaliteiten zelf eenvergadering bijeen te roepen.

  • 2. De bestuurscommissieleden en de directeur worden, behoudens in spoedeisende gevallen, tenminste zeven dagen tevoren door de voorzitter schriftelijk ter vergadering opgeroepen.

  • 3. In de in het vorige lid bedoelde schriftelijke oproeping worden de onderwerpen vermeld waarvoor de vergadering is belegd.

  • 4. Voor de bepaling van de geldigheid van een vergadering van de bestuurscommissie geldthet volgende:

    • a.

      een vergadering kan slechts worden gehouden indien, blijkens de vóór de aanvang vande vergadering opgemaakte presentielijst, tenminste de helft van het aantal zittinghebbende bestuursleden ter vergadering is opgekomen;

    • b.

      wanneer het vereiste aantal bestuursleden niet is opgekomen, wordt een nieuwe vergadering belegd op de in artikel 17 en in dit artikel voorgeschreven wijze, met dien verstande, dat slechts vierentwintig uur tussen rondzending van de schriftelijke oproep en het uur der vergadering behoeven te liggen;

    • c.

      de in sub b. bedoelde vergadering wordt gehouden ongeacht het aantal bestuursleden dat is opgekomen.

  • 5. Van het besprokene in de vergadering maakt de secretaris de notulen op, die door de bestuurscommissie in de eerstvolgende vergadering worden vastgesteld.

Artikel 19 – Besluitvorming

  • 1. Over zaken wordt mondeling en bij hoofdelijke oproeping gestemd; over personen schriftelijk met gesloten en ongetekende briefjes. Indien bij het nemen van een besluitover een zaak geen van de bestuurscommissieleden om een stemming vraagt, wordthet voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 2. Een stemming is slechts geldig indien ten minste de helft van het aantal bestuursleden dat zitting heeft, en zich niet op grond van het bepaalde in artikel 13, lid 3 van stemmen moet onthouden, daaraan heeft deelgenomen, waarbij bestuursleden, die bij een schriftelijke stemming een blanco briefje hebben ingeleverd, geacht worden wel aan de stemming te hebben deelgenomen.

  • 3. In afwijking van het in lid 2 bepaalde is een stemming geldig ongeacht het aantal bestuursleden dat eraan heeft deelgenomen, ingeval opnieuw wordt gestemd over een voorstel of over een benoeming, voordracht of aanbeveling van een of meer personen ten aanzien waarvan in een eerdere vergadering een stemming op grond van het in lid 2 bepaalde nietig was. Hetzelfde geldt voor een vergadering zoals bedoeld inartikel 18, lid 4 sub b.

  • 4. Voor het totstandkomen van een besluit bij stemming wordt een volstrekte meerderheid vereist van hen die een stem hebben uitgebracht. Bij een schriftelijke stemming wordtonder het uitbrengen van een stem verstaan het inleveren van een behoorlijk ingevuldstembriefje.

  • 5. Bij het staken der stemmen wordt het nemen van een besluit uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend. In deze volgende vergadering, alsmede in vergaderingen zoals bedoeld in lid 3, geeft bij het staken der stemmen de stem van de voorzitter de doorslag.

Artikel 20 – Ondertekening stukken

Alle rechtstreeks van de bestuurscommissie uitgaande stukken worden door de voorzitter en de secretaris gezamenlijk ondertekend.

Artikel 21 – Huishoudelijk regelement

Al hetgeen verder omtrent de werkwijze van de bestuurscommissie dient te worden bepaald, kan worden geregeld bij een door de bestuurscommissie vast te stellen huishoudelijk reglement.

Dit reglement behoeft de goedkeuring van burgemeester en wethouders.

HOOFDSTUK 5 DAGELIJKSE LEIDING VAN DE ZUIDHOEK

Artikel 22 – De directeur

  • 1. De dagelijkse leiding van De Zuidhoek berust bij de directeur.

  • 2. De bestuurscommissie wijst op voordracht van de directeur diens plaatsvervanger aan.

  • 3. De bestuurscommissie regelt bij mandaatbesluit c.q. instructie voor de directeur,na overleg met deze, diens taak en bevoegdheden.

  • 4.

    • a.

      Burgemeester en wethouders benoemen en ontslaan de directeur.

    • b.

      Burgemeester en wethouders benoemen de directeur op voordracht vande bestuurscommissie, de ondernemingsraad op grond van artikel 30 van de Wet op de Ondernemingsraden gehoord.

HOOFDSTUK 6 SLOTBEPALINGEN

Artikel 23 – Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling bestuurscommissie De Zuidhoek”.

Artikel 24 – Inwerkingtreding en wijziging regeling

  • 1. Deze regeling treedt in werking op de dag na haar bekendmaking.

  • 2. Wijziging van deze regeling geschiedt op voorstel van de bestuurscommissie dan wel na de bestuurscommissie te hebben gehoord, met inachtneming van de hiervoor geldende wettelijke bepalingen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Schouwen-Duiveland in de vergadering van 16 januari 2007.
De secretaris, De burgemeester,
J.W. de Vos J.J.P.M. Asselbergs