MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9C, vijfde lid, onderdeel b, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting en van artikel 6C, vierde lid, van de Landsverordening op de loonbelasting

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9C, vijfde lid, onderdeel b, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting en van artikel 6C, vierde lid, van de Landsverordening op de loonbelasting

Artikel 1

  • 1. In deze ministeriële regeling wordt verstaan onder werkkleding:

    • a.

      kleding, met inbegrip van schoeisel, die gedurende het uitoefenen van de dienstbetrekking of gedurende bepaalde perioden daarvan, moet worden gedragen en die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend daarvoor geschikt is; of

    • b.

      kleding, met inbegrip van schoeisel, waarvan het gebruik gedurende het uitoefenen van de dienstbetrekking of gedurende bepaalde perioden daarvan, zodanig is dat privégebruik daarna geheel of nagenoeg geheel niet mogelijk is.

  • 2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, wordt kleding die niet uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is om gedurende het uitoefenen van de dienstbetrekking of gedurende bepaalde perioden daarvan te dragen, als werkkleding aangemerkt indien:

    • a.

      de kleding is voorzien van een of meer duidelijk zichtbare, aan de inhoudingsplichtige gebonden beeldmerken met een oppervlakte van tezamen ten minste 70 vierkante centimeter en

    • b.

      deze beeldmerken onlosmakelijk aan de kleding zijn aangebracht.

  • 3. Voor de toepassing van dit artikel wordt een kledingsstuk, dat een onlosmakelijk onderdeel is van de werkkleding, als werkkleding aangemerkt. Het is daarbij niet relevant of vorengenoemd onderdeel van de werkkleding in het privéleven gedragen zou kunnen worden.

Artikel 2

De Inspecteur kan, op verzoek van de belastingplichtige dan wel de inhoudingsplichtige, vaststellen of de kleding als werkkleding kan worden aangemerkt.

Artikel 3

De waarde van de door de werkgever verstrekte of ter beschikking gestelde werkkleding wordt op nihil gesteld.

Artikel 4

[vervallen]

Artikel 5

[regelt de inwerkingtreding]

Artikel 6

Deze ministeriele regeling kan worden aangehaald als: Ministeriële regeling werkkleding.