MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 10, eerste lid, van de Landsverordening op de justitiële documentatie en op de verklaringen omtrent het gedrag

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 10, eerste lid, van de Landsverordening op de justitiële documentatie en op de verklaringen omtrent het gedrag

Artikel 1

  • 1. De strafkaart wordt met de schrijfmachine ingevuld met dien verstande echter, dat het beroep en adres van degene te wiens name de strafkaart gesteld is, en de korte aanduiding van het strafbaar feit, zolang het proces-verbaal niet onherroepelijk is afgedaan, in uitwisbaar potloodschrift zullen worden gesteld.

  • 2. De strafkaarten van vrouwen, die gehuwd of gehuwd geweest zijn, worden gesteld op de meisjesnaam.

Artikel 2

De korte aanduiding van het strafbaar feit zal geschieden door middel van een beknopte omschrijving. De enkele vermelding van de wetsartikelen, die (vermoedelijk) zijn overtreden, is niet toegestaan.

Artikel 3

Ten aanzien van elk op de strafkaart geregistreerd proces-verbaal zal de wijze van afdoening worden vermeld, zoals:

  • a.

    overdracht aan een ander vervolgend orgaan;

  • b.

    voeging bij een andere zaak;

  • c.

    seponering;

  • d.

    beslissing tot voorwaardelijk niet-vervolgen;

  • e.

    transactie;

  • f.

    onherroepelijke vrijspraak;

  • g.

    onherroepelijk ontslag van rechtsvervolging;

  • h.

    onherroepelijke veroordeling.

Artikel 4

[regelt de inwerkingtreding]