MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 16 van de Landsverordening basisonderwijs en van artikel 26 van de landsverordening voortgezet onderwijs

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 16 van de Landsverordening basisonderwijs en van artikel 26 van de landsverordening voortgezet onderwijs

Artikel 1

Deze regeling verstaat onder:

school

:

een school voor voortgezet onderwijs;

openbare school

:

een door Sint Maarten in stand gehouden school;

bijzondere school

:

een door een natuurlijke persoon of door een privaatrechtelijke rechtspersoon in stand gehouden school;

inspecteur

:

de ingevolge artikel 2 van de Landsverordening voortgezet onderwijs met het uitoefenen van toezicht daarop belaste instantie;

minister

:

de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd en Sport;

bevoegd gezag

:

voor wat betreft:

a. een openbare school: de minister;

b. een bijzondere school: het schoolbestuur.

Artikel 2

  • 1. Jaarlijks vóór 15 oktober zendt het bevoegd gezag het leerplan van een school in drievoud ter goedkeuring aan de inspecteur.

  • 2. Binnen zes weken na ontvangst van het leerplan beoordeelt de inspecteur het leerplan aan de bij of krachtens de Landsverordening basisonderwijs, respectievelijkvoortgezet onderwijs gegeven voorschriften.

  • 3. Indien het leerplan wordt goedgekeurd, zendt de inspecteur een exemplaar van dit leerplan aan het bevoegd gezag onder vermelding van de datum, waarop goedgekeurd is, terwijl een exemplaar naar de minister gezonden wordt en een door hem wordt behouden.

  • 4. Indien het leerplan niet wordt goedgekeurd, zendt de inspecteur dit ter wijziging aan het bevoegd gezag, onder vermelding van de termijn, binnen welke het gewijzigde leerplan wordt teruggezonden.

Artikel 3

Bij de opening van een school zendt het bevoegd gezag het leerplan, in drievoud, binnen twee maanden na opening van die school aan de inspecteur. Het bepaalde in artikel 2, tweede tot en met vierde lid, is daarbij van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4

  • 1. Indien een, in een schooljaar goedgekeurd leerplan voor een nieuw schooljaar niet gewijzigd is, zendt het bevoegd gezag het leerplan vóór de aanvang van dat schooljaar in enkelvoud aan de inspecteur, met het verzoek het ongewijzigde leerplan voor het komende schooljaar goed te keuren.

  • 2. De inspecteur keurt binnen twee weken het leerplan goed door daarvan aantekening te doen op het leerplan, dat hem is toegezonden en op het bij hem berustende exemplaar en zendt hij het toegezonden exemplaar aan het bevoegd gezag, terwijl hij de minister hiervan in kennis stelt.

Artikel 5

  • 1. Jaarlijks vóór 15 september zendt het bevoegd gezag de lesrooster van een school, tezamen met het overzicht van de uitgetrokken tijden voor de vakken, in drievoud ter goedkeuring aan de inspecteur.

  • 2. Binnen vier weken na ontvangst van de lesrooster en het overzicht beoordeelt de inspecteur deze aan de bij of krachtens de Landsverordening basisonderwijs, respectievelijk voortgezet onderwijs gegeven voorschriften.

  • 3. Het bepaalde in artikel 2, derde en vierde lid, is daarbij van overeenkomstige toepassing.

Artikel 6

  • 1. Bij de opening van een school zendt het bevoegd gezag een voorlopig lesrooster vóór de datum van opening van de school in enkelvoud ter kennisneming aan de inspecteur, en binnen twee maanden na opening van de school zendt het bevoegd gezag het lesrooster en een overzicht van de uitgetrokken schooltijden voor de vakken in drievoud ter goedkeuring aan de inspecteur.

  • 2. Het bepaalde in artikel 5, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7

Bij wijziging van het lesrooster gedurende het schooljaar is het bepaalde in artikel 5 van overeenkomstige toepassing.

Wijzigingen kunnen pas ingaan na goedkeuring van de inspecteur.

Artikel 8

De inspecteur stelt nadere regels vast met betrekking tot de tijd waarbinnen en de wijze waarop verzoeken tot roosterafwijking ingediend worden.

Artikel 9

Het lesrooster, het overzicht van de uitgetrokken tijden voor de vakken en het verzoek tot wijziging van het lesrooster wordt ingericht overeenkomstig de door de minister vast te stellen modellen.

Artikel 10

[regelt de inwerkingtreding]