LANDSVERORDENING betreffende absint

Geldend van 30-05-2015 t/m heden

Intitulé

LANDSVERORDENING betreffende absint

Artikel 1

Het is verboden absint in te voeren, te vervoeren, te vervaardigen, te verkopen, af te leveren of voor verkoop of aflevering voorhanden te hebben.

Artikel 2

De doorvoer van absint is geoorloofd op voet van de Algemene Verordening I. U. en D., met dien verstande dat absint, dat zal worden doorgevoerd, in alle aangiften en documenten met name moet worden vermeld.

Artikel 3

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe bij landsverordening aangewezen ambtenaren van de Belastingdienst. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in de Landscourant.

  • 2. De krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd:

    • a.

      alle inlichtingen te vragen;

    • b.

      inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen;

    • c.

      goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen, deze daartoe tijdelijk mee te nemen en daarvan monsters te nemen;

    • d.

      alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen;

    • e.

      vaartuigen, stilstaande voertuigen en de lading daarvan te onderzoeken.

  • 3. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, verschaft met behulp van de sterke arm.

  • 4. Met machtiging van de Inspecteur der Belastingen zijn de ambtenaren bevoegd tot onderzoek aan kleding en lichaam van personen die zich van schepen aan de wal begeven.

  • 5. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakuitoefening van de krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren.

  • 6. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede en het vierde lid wordt gevorderd.

Artikel 4

[vervallen]

Artikel 5

  • 1. Overtreding van artikel 1 van deze verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de eerste categorie. Het absint wordt verbeurd verklaard.

  • 2. Indien tijdens het plegen van het feit nog geen twee jaren zijn verlopen sinds een vroegere veroordeling van de schuldige wegens overtreding van genoemd artikel onherroepelijk is geworden of de opgelegde geldboete is betaald, wordt de overtreding, onverminderd de verbeurdverklaring van het absint, gestraft met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de tweede categorie.

  • 3. Het verbeurd verklaarde absint, alsmede de verpakking, wordt vernietigd.

Artikel 6

  • 1. De bij deze verordening strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als misdrijven.

  • 2. Op feiten, vallende onder een strafbepaling van deze verordening, zijn niet van toepassing de strafbepalingen, voorkomende in de Algemene Verordening I. U. en D.

Artikel 7

De verordening kan worden aangehaald als: Absintverordening.

Artikel 8

[regelt de inwerkingtreding]

Memorie van toelichting AB 2015, no.9

Memorie van toelichting AB 2015, no. 9