LANDSVERORDENING regelende de samenstelling, inrichting en bevoegdheid van de Kamer van Koophandel en Nijverheid

Geldend van 01-04-2014 t/m heden

Intitulé

LANDSVERORDENING regelende de samenstelling, inrichting en bevoegdheid van de Kamer van Koophandel en Nijverheid

Artikel 1

  • 1. De handel en de nijverheid in Sint Maarten worden door de Kamer van Koophandel en Nijverheid vertegenwoordigd.

  • 2. In Sint Maarten wordt een Kamer ingesteld, die in Philipsburg haar zetel heeft en uit negen leden bestaat.

  • 3. [vervallen]

  • 4. De verkiezing van de leden van de Kamer en alles wat daarmee in verband staat, wordt geregeld bij een afzonderlijk reglement, vastgesteld bij landsverordening, behoudens de hieronder volgende bepalingen.

Artikel 2

  • 1. De Kamer vertegenwoordigt het grootbedrijf en het kleinbedrijf beide.

  • 2. De kiezers voor het grootbedrijf kiezen vijf leden van de Kamer, de kiezers voor het kleinbedrijf kiezen de overige leden.

  • 3. Kiezers voor het grootbedrijf zijn de kiesgerechtigden als omschreven in artikel 3, van wie de namen in het handelsregister voorkomen als betrokken bij een onderneming of een nevenvestiging voor wie de inschrijving in het handelsregister een bedrag verschuldigd is dat gebaseerd is op een in de onderneming of nevenvestiging aanwezige eigen vermogen van tenminste NAƒ 100.000,-. Alle andere kiesgerechtigden als vorenbedoeld zijn kiezers voor het kleinbedrijf.

Kiesrecht

Artikel 3

  • 1. De leden van de Kamer worden gekozen:

    door de ingezetenen, (tevens Nederlanders) die gedurende 1 jaar, onmiddellijk voorafgaande aan het opmaken van de kiezerslijst, in het handelsregister van het gebied van de Kamer voorkomen,

    hetzij als eigenaar van een in gevestigde onderneming of nevenvestiging, en wel alleen of tezamen met andere personen, als vennoot van een openbare vennootschap, niet zijnde commanditaire vennoot.

    hetzij als directeur, als adjunct- of onderdirecteur, aandeelhouder-bestuurder, lid van een algemeen bestuur of een uitvoerend bestuur, lid van een raad van beheer of raad van toezicht, of als commissaris, of als bekleed met een andere functie, die de bevoegdheid meebrengt omtrent het besturen of het beheren van een rechtspersoon aan wie een onderneming of nevenvestiging toebehoort, hetzij zelfstandig, hetzij krachtens gezamenlijk genomen besluit handelingen te verrichten,

    hetzij als algemeen gevolmachtigde of algemeen procuratiehouder bij een ingeschreven onderneming, mits deze de bevoegdheid is toegekend zonder beperking verbintenissen aan te gaan ten bate en ten laste van degene die hij vertegenwoordigt, zij het ook dat collectieve tekening daartoe is vereist.

  • 2. Van het kiesrecht zijn uitgesloten zij, die rechtens van hun vrijheid zijn beroofd, die krachtens onherroepelijke rechterlijke uitspraak wegens krankzinnigheid of zwakheid van vermogens de beschikking of het beheer over hun goederen hebben verloren, die uit het ouderlijk gezag over een of meer van hun kinderen ontzet zijn, of die ingevolge onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak in staat van faillissement verkeren of anderszins de beschikking of het beheer over hun goederen hebben verloren en zij, aan wie bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak het kiesrecht is ontzegd.

  • 3. [vervallen]

  • 4. De Kamer kan het bewijs vorderen dat de personen in het eerste lid bedoeld de hoedanigheid bezitten waarop hun opname in het handelregister is gegrond.

  • 5. Als ingezetene bedoeld in de zin van deze verordening wordt beschouwd hij die in het bevolkingsregister van Sint Maarten is ingeschreven.

Kiezerslijst

Artikel 4

  • 1. De Kamer maakt jaarlijks twee kiezerslijsten op van de kiezers, die gerechtigd zijn hun stem uit te brengen bij verkiezingen voor leden van die Kamer.

  • 2. Deze lijsten blijven van kracht voor de verkiezingen ter vervulling van tussentijds opengevallen plaatsten, totdat de lijsten voor het volgend kalenderjaar zijn vastgesteld.

  • 3. De kiezerslijsten voor de Kamer worden openbaar gemaakt.

  • 4. Tegen die lijsten kunnen bezwaren bij de Kamer worden ingediend.

  • 5. In het reglement, bedoeld in artikel 1, vierde lid, wordt geregeld:

    • a.

      het opmaken van de kiezerslijsten;

    • b.

      het openbaar maken van de kiezerslijsten;

    • c.

      de termijn waarbinnen en de wijze waarop bezwaren tegen de openbaar gemaakte kiezerslijsten kunnen worden ingediend;

    • d.

      de termijn, waarbinnen en de wijze waarop op die bezwaren moet worden beslist;

    • e.

      het tijdstip voor het sluiten van de kiezerslijsten.

Verkiesbaarheid

Artikel 5

  • 1. Tot lid van de Kamer kunnen worden gekozen of benoemd zij die gedurende de laatste twee jaren ingezetenen van Sint Maarten zijn geweest, tevens Nederlanders of Nederlandse onderdanen zijn en de leeftijd van 25 jaar op 15 oktober van het jaar, waarin de verkiezing valt, hebben bereikt.

  • 2. Twee of meer personen, die tot eenzelfde ingeschreven onderneming of nevenvestiging in betrekking staan als eigenaar, directeur, adjunct- of onderdirecteur, aandeelhouder-bestuurder, lid van een algemeen bestuur of een uitvoerend bestuur, lid van een raad van beheer of raad van toezicht, of als commissaris, dan wel een andere functie bekleden, bedoeld in artikel 3, eerste lid, kunnen niet tegelijkertijd leden van de Kamer zijn.

  • 3. Van de verkiesbaarheid zijn uitgesloten zij, die rechtens van hun vrijheid zijn beroofd, die krachtens onherroepelijke rechtelijke uitspraak wegens krankzinnigheid of zwakheid van vermogens de beschikking of het beheer over hun goederen hebben verloren, die uit het ouderlijke gezag over een of meer van hun kinderen ontzet zijn, of die ingevolge onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak in staat van faillissement verkeerden of anderszins de beschikking of het beheer over hun goederen hebben verloren en zij die uit het kiesrecht voor de Kamer of van de verkiesbaarheid bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak zijn ontzet.

Duur van het lidmaatschap

Artikel 6

  • 1. De leden van de Kamer hebben zitting gedurende drie jaren.

  • 2. Jaarlijks treedt op 1 januari een derde van de leden van de Kamer volgens rooster af.

    Indien het getal leden van de Kamer niet deelbaar is door 3 neemt men het dichtbijzijnde veelvoud van drie. Het eerste en het tweede jaar treden af telkenmale een derde van dat veelvoud en het derde jaar de rest van het aantal leden.

  • 3. Hij, die ter vervulling van een buiten de bij de rooster bepaalde tijd opengevallen plaats, tot lid van de Kamer is verkozen, treedt af op het tijdstip, waarop degene, in wiens plaats hij verkozen is, moet aftreden.

  • 4. De aftredenden zijn terstond herkiesbaar.

  • 5. [vervallen]

Artikel 7

  • 1. De leden van de Kamer kunnen te allen tijde hun ontslag nemen; het schriftelijk bericht daarvan wordt door hen opgezonden aan de Kamer, die daarvan aan de Minister van Toerisme, Economische Zaken, Verkeer en Telecommunicatie, hierna te noemen: de minister, bericht geeft.

  • 2. Zij verliezen van rechtswege hun lidmaatschap, zodra zich een van de in artikel 5, derde lid, vermelde omstandigheden voordoet, die de verkiesbaarheid uitsluiten.

  • 3. Wanneer tussen twee of meer leden van de Kamer de verboden verhouding, bedoeld in het tweede lid van artikel 5 ontstaat, verliest of verliezen het lid of de leden, die het laatst in die niet toegelaten betrekking is of zijn gekomen van rechtswege zijn of hun lidmaatschap.

  • 4. Voorts vervalt het lidmaatschap door het opgeven van de vestiging als hoofdverblijf op Sint Maarten of door een afwezigheid daarvan langer dan acht maanden.

Tijdperk van de verkiezingen

Artikel 8

  • 1. De Kamer stelt het tijdperk van elke verkiezing vast, en deelt dat mede aande minister. Tussen deze mededeling en de aanvangsdatum van dat tijdperk moet tenminste een maand verlopen.

  • 2. Bij periodieke aftreding, ingevolge artikel 6, tweede lid, geschiedt deze mededeling in de maand augustus, voorafgaande aan de aftreding, en heeft de verkiezing plaats in de maand november of, indien omstandigheden dit nodig maken, in de maand december daaropvolgend; bij het openvallen van plaatsen ingevolge artikel 7 en in alle andere gevallen geschiedt deze mededeling binnen één maand na het openvallen en heeft de verkiezing plaats binnen drie maanden na die mededeling.

Verkiezingscommissie

Artikel 9

  • 1. Voor de verkiezing van leden van de Kamer van Koophandel en Nijverheid is er een commissie, hierna te noemen: de Verkiezingscommissie.

  • 2. De verkiezingscommissie bestaat uit een voorzitter, twee leden en drie plaatsvervangende leden die voor een kalenderjaar uit de kiesgerechtigden voor de Kamer bij landsbelsuit worden benoemd, geschorst en ontslagen. Als secretaris treedt op de secretaris van de Kamer.

  • 3. De Kamer stelt een lokaal beschikbaar voor de zitting van de Verkiezingscommissie en zorgt voor de inrichting van dat lokaal.

Wijze van verkiezing

Artikel 10

  • 1. De verkiezing geschiedt op de wijze als voorgeschreven is in het reglement, bedoeld in artikel 1, vierde lid.

  • 2. Het tijdstip en de wijze van indiening van - en de beslissing op de bezwaren tegen een verkiezing, alsmede omtrent afgifte, onderzoek en beslissing over geloofsbrieven en indiening van - en beslissing op bezwaren tegen een beslissing ter zake worden tevens in dat reglement vastgesteld.

Bevoegdheden en verplichtingen van de Kamer

Artikel 11

  • 1. De Kamer is verplicht aan de minister adviezen of inlichtingen te geven over die aangelegenheden van handel en nijverheid, waarover door de minister haar oordeel of inlichtingen gevraagd worden.

  • 2. Zij kan ook uit eigen beweging aan de minister zodanige adviezen of inlichtingen geven, en verzoeken of voorstellen doen.

Artikel 12

De Kamer is verplicht de functie te verrichten, die haar door landsverordening of landsbesluiten zijn opgedragen.

Artikel 13

  • 1. De Kamer is bevoegd tot:

    • a.

      het verlenen van subsidies aan instellingen, die een algemeen belang van handel en nijverheid bevorderen;

    • b.

      het zich belasten met het haar opgedragen beheer over al of niet door het openbaar gezag in het leven geroepen inrichtingen ten dienste van handel en nijverheid;

    • c.

      het afgeven van verklaringen ten dienste van het handelsverkeer, zoals verklaringen omtrent het bestaan en de aard van het handelsrecht;

    • d.

      het legaliseeren van handtekeningen, die in het handelsregister zijn ingeschreven;

    • e.

      het heffen van gelden voor het gebruik van bij haar in beheer zijnde inrichtingen en van retributies voor door haar aan belanghebbenden bewezen diensten of voor hen verrichte werkzaamheden;

    • f.

      het verzamelen van statische gegevens;

    • g.

      het verrichten van al hetgeen bevorderlijk kan zijn voor de belangen van handel en nijverheid.

  • 2. De Kamer kan van de overheid de inlichtingen verkrijgen, die zijn nodig heeft voor haar verslagen en verzamelingen van statische gegevens, volgens door de minister te geven voorschriften en behoudens de gevallen, waarin deze geheimhouding nodig acht.

Artikel 14

De Kamer kan zich voor de uitvoering van haar taak met andere autoriteiten rechtstreeks in verbinding stellen.

Artikel 15

  • 1. De Kamer kiest in de eerste vergadering van elk kalenderjaar uit haar leden een voorzitter en een ondervoorzitter.

  • 2. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt de ondervoorzitter als zodanig op. En bij ontstentenis ook van deze laatste treedt als voorzitter op het lid, dat in een onafgebroken reeks van perioden het langst lid van de Kamer is.

  • 3. De voorzitter vertegenwoordigt de Kamer in rechten.

Artikel 16

  • 1. De Kamer benoemt een secretaris en een penningmeester. Deze betrekkingen kunnen door één persoon worden waargenomen. Hun salarissen worden jaarlijks door de Kamer vastgesteld.

  • 2. De secretaris en de penningmeester behoeven geen lid van de Kamer te zijn. Indien de secretaris geen lid van de Kamer is, heeft hij een raadgevende stem in haar vergaderingen.

  • 3. De secretaris en de penningmeester kunnen door de Kamer worden ontslagen.

  • 4. Het verder nodige personeel wordt eveneens door de Kamer benoemd en ontslagen. De salarissen van dit personeel worden door de Kamer jaarlijks vastgesteld.

Vergaderingen

Artikel 17

  • 1. De vergaderingen zijn toegankelijk voor de kiezers. In gevallen ter beoordeling van de voorzitter of van de meerderheid van de Kamer, kunnen geheime vergaderingen worden gehouden.

  • 2. De Kamer kan personen, die geen lid van de Kamer zijn, verzoeken haar tijdens de vergaderingen van voorlichting te dienen.

Reglement van orde

Artikel 18

De Kamer stelt een reglement van orde vast ter regeling van haar werkwijze en organisatie. Dat reglement en de later daarin te brengen wijzigingen behoeven alvorens van kracht te zijn de goedkeuring van de minister.

Geldmiddelen

Artikel 19

  • 1. De kosten van de Kamer worden bestreden uit de gelden en retributies bedoeld in artikel 13, alsmede uit haar overige inkomsten.

  • 2. Het comptabel toezicht op het geldelijk beheer van de Kamer wordt bij huishoudelijk reglement geregeld.

Verslag

Artikel 20

De Kamer brengt jaarlijks een verslag uit van haar handelingen in het voorafgaande kalenderjaar en over de toestand in dit tijdvak van handel en nijverheid. De minister ontvangt een exemplaar van dat verslag.

Toezicht van het bestuur

Artikel 21

  • 1. Aan de goedkeuring van de minister worden onderworpen de besluiten van de Kamer betreffende:

    • a.

      het verlenen van subsidies aan instellingen, die een algemeen belang van handel en nijverheid bevorderen;

    • b.

      het zich belasten met het beheer van inrichtingen ten dienste van handel en nijverheid, welke niet door het openbaar gezag in het leven zijn geroepen;

    • c.

      het stichten van inrichtingen ten dienste van handel en nijverheid;

    • d.

      het kopen, verkopen en bezwaren van onroerende zaken en de rechten waaraan deze zijn onderworpen.

  • 2. De Kamer geeft aan de minister alle gewenste inlichtingen omtrent haar werkzaamheden.

Artikel 22

  • 1. De besluiten van de Kamer kunnen, voor zover zij met wettelijke regelingen in de zin van artikel 81 van de Staatsregeling of het algemeen belang strijden, door de minister worden geschorst of vernietigd bij een met redenen omkleed besluit, dat, ingeval van schorsing, de duur daarvan bepaalt, en welk besluit bekend wordt gemaakt in de Landscourant.

  • 2. Schorsing stuit onmiddellijk de werking van het geschorste besluit. Zij kan niet langer duren dan zes maanden. Besluiten, die geschorst zijn geweest, kunnen niet opnieuw geschorst worden.

  • 3. Vernietiging wegens strijd met wettelijke regelingen brengt mede vernietiging van alle gevolgen van het vernietigde besluit, voor zover die voor vernietiging vatbaar zijn. Bij vernietiging wegens strijd met het algemeen belang kunnen niet met dat belang strijdige gevolgen in stand blijven.

  • 4. Gedeeltelijke schorsing of vernietiging van een besluit heeft geen invloed op de geldigheid van het niet geschorste of niet-vernietigde deel van het besluit.

  • 5. Ingeval de Kamer ernstig nalatig is in het naleven van haar ingevolge deze landsverordening of andere wettelijke regelingen opgelegde verplichtingen, wordt daarin door de minister ten koste van de nalatige Kamer voorzien. Deze voorziening brengt mede de bevoegdheid van de minister om de nodige gelden uit de kas van de Kamer te putten, alsmede om over de diensten van de secretaris/penningmeester van de Kamer te beschikken, hem personeel toe te wijzen en hem bij gebleken ongeschiktheid of nalatigheid te ontslaan en in deze vervanging te voorzien.

Artikel 23

[vervallen]

Overgangsbepalingen

Artikel 24

[vervallen]

Artikel 25

[vervallen]

Slotbepalingen

Artikel 26

  • 1. Deze Landsverordening kan worden aangehaald als: Landsverordening op de Kamer van Koophandel en Nijverheid.

  • 2. [vervallen]

Artikel 27

[regelt de inwerkingtreding]