Regeling van de Minister van Algemene Zaken van de 14e augustus 2014, houdende aanvullende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren

1. Vorderingen als bedoeld in artikel 11 van Verordening 833/2014 worden niet toegewezen indien deze worden ingesteld door de in onderdelen van het eerste lid van dat artikel genoemde entiteiten, personen, of lichamen.

2. In elke procedure waartoe een vordering aanleiding geeft, moet het bewijs dat een dergelijke vordering niet op grond van het eerste lid hoort te worden afgewezen door de eiser worden geleverd.

3. Dit artikel geldt onverminderd het recht als bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Verordening 833/2014.

1. Indien de Bijlagen II en III bij Verordening 833/2014 in het vervolg worden gewijzigd, wordt deze ministeriële regeling geacht eveneens van toepassing te zijn op daaraan toegevoegde of verwijderde technologieën en instellingen

2. Wijzigingen als bedoeld in het eerste lid treden in werking op de eerste dag na uitgifte van het Afkondigingsblad, waarin het besluit tot bekendmaking van deze wijzigingen is geplaatst.

1. Overeenkomstig artikel 2 van Besluit 2014/512/GBVB is de directe of indirecte verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen, daaronder begrepen wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting, en reserveonderdelen daarvoor, aan Rusland verboden, ongeacht of deze al dan niet van het grondgebied van de lidstaten afkomstig zijn.

2. De invoer, de aankoop of het vervoer van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen, daaronder begrepen wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting en reserveonderdelen daarvoor, uit Rusland is verboden.

3. Een verbod, bedoeld in het eerste of tweede lid, is niet van toepassing in geval het de uitvoering betreft van een van vóór 1 augustus 2014 gesloten contract of overeenkomst en het de levering van reserveonderdelen en de verstrekking van diensten voor de instandhouding en veiligheid van binnen de Europese Unie bestaande capaciteiten onverlet laat.