Verordening op de commissie kunst en cultuur

Geldend van 11-04-2003 t/m heden

Intitulé

Verodening op de commissie kunst en cultuur

Artikel 1: begripsbepalingen.

  • 1. Kunst:het vermogen dat wat in geest of gemoed leeft of daarin gewekt is tot uiting of voorstelling te brengen.

  • 2. Cultuur:het totale draagvlak waarop kunst en aanverwante disciplines tot uiting komen. Onder "aanverwante disciplines" wordt verstaan: toonkunst, woordkunst, drama en dans.

  • 3. Commissie:de commissie kunst en cultuur, zijnde een commissie van advies als bedoeld in artikel 84 Gemeentewet.

Artikel 2: taak der commissie.

De commissie heeft tot taak burgemeester en wethouders op verzoek of uit eigener beweging te adviseren omtrent het te voeren kunst- en cultuurbeleid. Daartoe worden in ieder geval gerekend:

  • a.

    adviseren van het college van burgemeester en wethouders inzake het tot stand brengen en in uitvoering brengen van een lokaal kunst- en cultuurbeleid;

  • b.

    adviseren aan het college van burgemeester en wethouders betreffende het opdrachten- en aankoopbeleid van kunstvoorwerpen, mede op basis van een op te stellen inventarisatie van reeds aanwezige voorzieningen;

  • c.

    adviseren over de keuze van de locaties en de aard van de kunsttoepassing;

  • d.

    adviseren met betrekking tot de continuïteit bij de uitvoering van de kunstopdrachten;

  • e.

    adviseren over het organiseren van lezingen, tentoonstellingen, kunstreizen en - excursies;

  • f.

    adviseren met betrekking tot de bevordering van de belangstelling voor (beeldende) kunst en cultuur.

Artikel 3: samenstelling der commissie.

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en vier leden en worden benoemd door burgemeester en wethouders.

  • 2. Tot voorzitter en lid van de commissie zijn niet benoembaar burgemeester en wethouders en leden van de gemeenteraad.

  • 3. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4: secretariaat der commissie.

Het secretariaat van de commissie wordt bekleed door een door burgemeester en wethouders na overleg met de commissie aan te wijzen ambtenaar. Plaatsvervanging wordt verzorgd door de afdeling binnen de gemeentelijke organisatie, waar de secretaris werkzaam is.

Artikel 5: zittingsduur der commissie.

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen een rooster van aftreden vast. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag, die in het rooster is vermeld. Zij kunnen terstond worden herbenoemd.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen. Het ontslag wordt schriftelijk ingediend bij burgemeester en wethouders onder gelijktijdige mededeling aan de commissie.

  • 3. Periodiek aftredende leden blijven hun functie waarnemen, totdat in de opvolging is voorzien. Hetzelfde geldt voor de periodiek aftredende voorzitter.

Artikel 6: vergaderingen.

De voorzitter belegt in overleg met de secretaris een vergadering telkens als dit voor de behandeling van de in artikel 2 genoemde zaken noodzakelijk is.

Artikel 7: tijd en plaats van vergaderen.

De voorzitter bepaalt in overleg met de leden en de secretaris het aanvangstijdstip van de vergaderingen. Deze worden in principe gehouden ten gemeentehuize.

Artikel 8: oproep en agenda.

  • 1. De voorzitter zendt - spoedeisende vergaderingen uitgezonderd - zoveel mogelijk ten minste tien dagen vóór een vergadering de leden een schriftelijke oproep onder vermelding van de dag, tijd en plaats van de vergadering.

  • 2. De oproepingsbrief vermeldt de onderwerpen, die in de vergadering behandeld zullen worden in de volgorde waarin deze aan de orde zullen worden gesteld.

  • 3. Over elk op de agenda geplaatst onderwerp doen burgemeester en wethouders zoveel mogelijk een schriftelijk voorstel aan de commissie, dat tegelijkertijd met de oproepingsbrief wordt toegezonden.

  • 4. De commissie kan besluiten de volgorde van behandeling te wijzigen.

  • 5. De commissie kan besluiten in spoedeisende gevallen, op voorstel van een lid van de commissie of de voorzitter, onderwerpen die niet in de oproepingsbrief zijn vermeld, terstond in behandeling te nemen.

  • 6. De voorzitter kan na het verzenden van de oproepingsbrief zo nodig een aanvullende agenda doen uitgaan. De daarop vermelde voorstellen worden zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk twee maal 24 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 9: ter inzage leggen van stukken.

  • 1. De stukken, welke dienen ter toelichting van de voorstellen, worden gelijktijdig met het verzenden van de voorstellen voor de leden ter inzage gelegd. Indien ná dit tijdstip stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden.

  • 2. Een lid van de commissie mag een origineel van een ter inzage gelegd stuk niet buiten het gemeentehuis brengen. Een lid mag een kopie van een ter inzage gelegd stuk slechts voor eigen gebruik buiten het gemeentehuis brengen.

  • 3. De voorzitter kan toestaan, dat anderen dan de leden de ter inzage liggende stukken inzien.

  • 4. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid blijven stukken, omtrent wier inhoud ingevolge artikel 86, leden 1 en 2 van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, onder berusting van de secretaris, die de leden van de commissie de inzage verleent.

Artikel 10: openbare kennisgeving.

  • 1. De vergadering wordt door aankondiging op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, de aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      een korte weergave van de te behandelen onderwerpen;

    • c.

      de wijze waarop en de plaats waar een ieder de agenda en de daarbij behorende voorstellen kan inzien.

Artikel 11: openbaarheid vergaderingen.

  • 1. De vergadering wordt in het openbaar gehouden. De deuren worden gesloten indien onderwerpen aan de orde komen waarbij gelet op de persoonlijke levenssfeer van verzoekers of aanvragers met een openbare behandeling van een aanvraag of een verzoek geen redelijk belang is gediend.

  • 2. Op het sluiten der deuren is artikel 23 Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Het sluiten van de deuren geldt niet voor de tijdens de vergadering van de commissie op de tribune aanwezige leden van de gemeenteraad van Sint-Michielsgestel.

  • 4. Op de besloten vergadering zijn de bepalingen van artikelen 20 tot en met 22 van toepassing.

Artikel 12: opening vergadering en vergaderquorum.

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien het in artikel 20 van de Gemeentewet vereiste aantal leden, waaronder in ieder geval de voorzitter of diens plaatsvervanger, aanwezig is.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, met inachtneming van het bepaalde in artikel 20 van de Gemeentewet.

Artikel 13: niet-deelneming aan de behandeling.

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een agendapunt indien daarbij hun onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

  • 2. Bij twijfel of zich een omstandigheid voordoet als bedoeld in het eerste lid, beslist de commissie met gesloten deuren met meerderheid van stemmen.

Artikel 14: horen van belanghebbenden.

  • 1. De commissie kan belanghebbenden ter vergadering uitnodigen voor overleg of toelichting indien zulks voor de te behandelen zaak dienstig wordt geacht.

  • 2. Belanghebbenden dienen tijdig, doch tenminste tweemaal vierentwintig uren voor het houden van een vergadering schriftelijk te worden opgeroepen.

  • 3. Belanghebbenden kunnen zich laten vertegenwoordigen bij wege van een schriftelijke machtiging indien zij niet in persoon ter vergadering verschijnen.

Artikel 15: deskundigen.

Belanghebbenden kunnen ter toelichting van hun standpunten deskundigen ter vergadering meebrengen. De hiervoor gemaakte kosten blijven voor rekening van de belanghebbende die de deskundige heeft meegebracht.

Artikel 16: geluid- en beeldregistraties.

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- en/of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Artikel 17: verslag.

  • 1. Door de secretaris wordt schriftelijk verslag opgemaakt van de vergadering van de commissie.

  • 2. Het ontwerp-verslag van de voorgaande vergadering wordt, zo mogelijk, aan de leden toegezonden gelijktijdig met de overige voorstellen.

  • 3. Bij het begin van de vergadering wordt, zoveel mogelijk, het verslag van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 4. De leden hebben het recht, een voorstel tot verandering te doen, indien het verslag onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft wat gezegd of geadviseerd is.

  • 5. Het verslag moet inhouden:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de secretaris en de ter vergadering aanwezige leden, alsmede van de leden die afwezig waren;

    • b.

      een vermelding van de onderwerpen die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      het door de commissie uitgebrachte advies;

    • d.

      de door de leden ingenomen minderheidsstandpunten;

    • e.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van de belanghebbenden, die op grond van het bepaalde in artikel 14 door de commissie zijn uitgenodigd en verschenen.

  • 6. Het vastgestelde verslag wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

  • 7. Het verslag wordt ter kennisneming toegezonden aan burgemeester en wethouders.

Artikel 18: uitbrengen van advies.

  • 1. Het advies wordt, onder meezending van het verslag van de vergadering en eventueel door de commissie ontvangen adviezen, tijdig aan burgemeester en wethouders uitgebracht.

  • 2. De commissie zendt een afschrift van het advies en het verslag aan de belanghebbenden. Daarbij wijst zij erop, dat burgemeester en wethouders bij hun beslissing kunnen afwijken van het advies.

Artikel 19: mededeling beslissing.

  • 1. De beslissing naar aanleiding van het advies wordt binnen vier weken, dat zij is genomen door burgemeester en wethouders aan de commissie medegedeeld.

  • 2. Indien het college van burgemeester en wethouders beslissen in afwijking van het advies van de commissie vindt zo mogelijk vooraf overleg plaats met de commissie, doch wordt in ieder geval achteraf uitleg gegeven.

Artikel 20: besloten vergadering.

Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van toepassing die gelden voor een openbare vergadering.

Artikel 21: verslag besloten vergadering.

  • 1. Het verslag van een besloten vergadering wordt niet rondgedeeld, maar ligt uitsluitend voor de leden ter inzage.

  • 2. Dit verslag wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de commissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van dit verslag.

  • 3. Het vastgestelde verslag wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

Artikel 22: geheimhouding.

Voor het opleggen van geheimhouding omtrent het behandelde en omtrent de inhoud van de stukken is artikel 86, leden 1 en 2 van de Gemeentewet van toepassing.

Artikel 23: inwerkingtreding en citeertitel.

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op de commissie kunst en cultuur".

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking ervan.