Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening van de raad van Sint-Michielsgestel regelende de heffing eninvorde­ring van leges 2017 (Legesverordening 2017)

Geldend van 02-03-2018 t/m 31-12-2018

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

De raad van de gemeente Sint-Michielsgestel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 november 2016;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

  • a. ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b. ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c. ‘maand’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)edag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d. ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e. ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota, aanslag of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

  • c.

    een gevolg zijn van externe tarieven, welke één op één worden doorberekend als onderdeel van de gemeentelijke dienstverlening, zoals:

    Titel 2

    Onderdeel 2.3.1.3 (verplicht advies agrarische commissie)

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijzigingen van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12. Overgangsrecht

  • 1. De "Legesverordening 2010" van 22 oktober 2009, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 9 juni 2016 en bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van 15 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 3. Indien het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd (Kamerstukken I 2015/2016, 34358 (R2065), nr. A), tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt, wordt in artikel 2, onder nummering van de bestaande tekst tot eerste lid, een tweede lid toegevoegd, luidende:

    2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

  • 4. Indien artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt, worden de onderdelen 2.3.12 en 2.3.13 van de bij deze verordening behorende tarieventabel vervangen door:

    2.3.12

    Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

     

     

    Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

         

    € 179,85

     

    2.3.13

    Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)

     

     

    Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

         

    € 179,85

     

  • 5. De op grond van het vierde lid vervangen onderdelen blijven van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de in artikel 13, vierde lid, onder b, bedoelde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

  • 6. De op artikel 10 van de in het eerste lid genoemde verordening gebaseerde regels van het college worden geacht mede gebaseerd te zijn op artikel 11 van deze verordening.

  • 7. Het bepaalde in het vorige lid vindt geen toepassing indien op basis van artikel 11 van deze verordening nieuwe regels worden vastgesteld.

Artikel 13. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De bekendmaking van het in onderdeel 2.1.1.2.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde normblad geschiedt door terinzagelegging.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

  • 4. In afwijking van het derde lid is de datum van ingang van de heffing van:

    • a.

      artikel 12, derde lid, het tijdstip waarop het in dat lid genoemde wetsvoorstel tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt;

    • b.

      artikel 12, vierde lid, het tijdstip waarop artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt.

Artikel 14. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2017.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Sint-Michielsgestel in zijn openbare vergadering van 8 december 2016.
De raad voornoemd,
de raadsgriffier,
N.A. Hoogerbrug - van de Ven
de voorzitter,
mr. J.C.M. Pommer

Bijlage - Tarieventabel 2018

Tarieventabel, behorende bij de Verordening tot derde wijziging van de Legesverordening 2017

Indeling tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens n.v.t.

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014 n.v.t.

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie n.v.t.

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 19 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering n.v.t.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsverguning

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten n.v.t.

Hoofdstuk 9 Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving n.v.t.

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven n.v.t.

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014 n.v.t.

Hoofdstuk 5 Brandbeveiligingsverordening n.v.t.

Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Hoofdstuk 7 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

NB.

Tarieven gemerkt met * vallen onder de wijzigingsbevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders als bedoeld in artikel 10 van de Legesverordening.

Titel 1 Algemene dienstverlening 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in de trouwzaal van het gemeentehuis, Meanderplein 1 te Sint-Michielsgestel op:

 

1.1.1.1

maandag van 10.00 tot 16.00 uur

€ 253,90

1.1.1.2

dinsdag tot en met donderdag van 09.00 tot 16.00 uur

€ 253,90

1.1.1.3

vrijdag van 09.00 tot 15.00 uur

€ 253,90

1.1.1.4

zaterdag van 10.30 tot 14.30 uur

€ 533,65

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op een andere locatie dan met name in dit hoofdstuk genoemd:

 

1.1.2.1

maandag tot en met vrijdag van 09.00 tot 16.00 uur

€ 448,75

1.1.2.2

maandag tot en met vrijdag van 16.00 tot 21.00 uur

€ 546,15

1.1.2.3

zaterdag, zondag en algemeen erkende feestdagen (voor zover niet uitgesloten) van 10.00 tot 16.00 uur

€ 718,35

1.1.2.4

zaterdag, zondag en algemeen erkende feestdagen (voor zover niet uitgesloten) van 16.00 tot 21.00 uur

€ 826,05

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 283,40

1.1.4

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registreren van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op een andere locatie dan de trouwzaal van het gemeentehuis, Meanderplein 1 te Sint-Michielsgestel, van maandag tot en met donderdag van 09.00 tot 16.00 uur, op vrijdag van 09.00 tot 15.00 uur en op zaterdag van 10.30 tot 14.30 uur

€ 156,70

1.1.4.1

Het legesbedrag als bedoeld in 1.1.4 wordt verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan de voltrekking van het huwelijk, het registreren van het partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk mede te delen externe kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een (duplicaat) trouwboekje of partnerschapboekje

€ 30,85

1.1.5.1

Het tarief bedraagt ter zake van het verzorgen van (maximaal 2) getuigen bij de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap, per getuige

€ 26,00

1.1.5.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het benoemen van een (al beëdigd buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand, op grond van de daartoe opgestelde beleidslijn, bedraagt

€ 61,60

1.1.6

vervallen

 

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een attestatie de vita, bestemd voor het binnenland

€ 9,50

1.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag (wettelijk maximum van toepassing):

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 65,30

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 52,00

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 65,30

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 52,00

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteiten paspoort):

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 65,30

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 52,00

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 52,00

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 51,08

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 29,05

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 47,55

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 39,45

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen* 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

a. tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 9,50

 

b. per verstrekking, indien betaling van de leges via bank of giro plaatsvindt en de verstrekking per post wordt verzonden

 

€ 11,45

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 

1.4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 340,30

1.4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 1.184,45

1.4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 1.490,10

1.4.2.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 5.212,40

1.4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 6.459,35

1.4.2.3

vervallen

 

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 9,50

1.4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 

1.4.4.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 348,35

1.4.4.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 1.211,35

1.4.4.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 1.523,00

1.4.4.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 5.329,80

1.4.4.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 6.651,50

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,50*

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 20,60

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister 

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 9,50

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.1.1

een afschrift van de programmabegroting en de financiële begroting

€ 33,85

1.7.1.2

een afschrift van het bijlagenboek van de programmabegroting en de financiële begroting

€ 33,85

1.7.1.3

een afschrift van het jaarverslag en de jaarrekening

€ 33,85

1.7.1.4

een afschrift van het bijlagenboek behorende bij het jaarverslag en de jaarrekening

€ 33,85

1.7.1.5

een afschrift van de kadernota

€ 33,85

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.2.1

een afschrift van de Algemene plaatselijke verordening met toelichting

€ 31,25

1.7.2.2

een afschrift van de Bouwverordening met toelichting

€ 84,65

1.7.2.3

een afschrift van de toelichting op de Bouwverordening

€ 83,00

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.3.1

een structuurplan wordt het legesbedrag bepaald op het bedrag zoals voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als dag van het in behandeling nemen van de aanvraag de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

1.7.3.2

een bestemmingsplan wordt het legesbedrag bepaald op het bedrag zoals voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is meegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Voor toepassing van de vorige volzin geldt als dag van het in behandeling nemen van de aanvraag de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.8.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 2,95

1.8.1.1.2

in formaat A3

€ 4,05

1.8.1.2

plot/kopie (inclusief evt. scannen/snijden/vouwen) met een basistarief (per kwartier) van € 19,70 en vermeerderd met het tarief van het formaat ter grootte van (maten in mm)

 

 

niet vlakgevuld:

 

 

- A4-formaat (200 x 273)

€ 3,60

 

- A3-formaat (287 x 400)

€ 5,40

 

- A2-formaat (410 x 572)

€ 7,10

 

- A1-formaat (584 x 819)

€ 10,80

 

- A0-formaat (824 x 1170) en groter

€ 14,40

 

vlakgevuld:

 

 

- A4-formaat (200 x 273)

€ 7,10

 

- A3-formaat (287 x 400)

€ 10,80

 

- A2-formaat (410 x 572)

€ 14,40

 

- A1-formaat (584 x 819)

€ 21,45

 

- A0-formaat (824 x 1170) en groter

€ 28,70

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de gemeentelijke basisadministratie adressen of de gemeentelijke basisadministratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basis-registratie adressen en gebouwen, per pagina

€ 0,35

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet, per pagina

€ 0,35

1.8.2.3

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet, per pagina

€ 0,35

1.8.2.4

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

€ 0,35

1.8.3

De tarieven onder 1.8.1.1.1, 1.8.1.1.2, 1.8.1.2, 1.8.2.1, 1.8.2.2, 1.8.2.3 en 1.8.2.4 worden voor elk kwartier of gedeelte daarvan, waarmee de tijdsbesteding het eerste kwartier te boven gaat, verhoogd met

€ 20,60

1.8.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet, per afschrift of uittreksel

€ 11,95

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken* 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35*

1.9.2

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 5,55

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief 

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 20,60

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 0,35

1.10.2.2

Een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 0,35

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 12 Leegstandwet 

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 86,95

1.12.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet

€ 43,45

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen 

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot

 

1.14.1

het verlenen of verlengen van een vergunning, voor maximaal een kalenderjaar, als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening, tot het in het openbaar uitoefenen van kleinhandel door middel van een solitaire standplaats of dergelijke

€ 38,10

 

te verhogen met: per bepaalde wekelijkse dag of gedeelte ervan met een maximale diepte van 2,5 meter

 

 

per kalenderjaar per m¹ voor het innemen van de standplaats, exclusief stroomafname

€ 60,60

 

per kalenderjaar voor de stroomafname

€ 70,00

1.14.1.2

het verlenen of verlengen van een vergunning voor maximaal een kalenderjaar als bedoeld in artikel 5.18 van de Algemene Plaatselijke Verordening, tot het in het openbaar uitoefenen van kleinhandel door middel van een tijdelijke standplaats

€ 32,85

 

te verhogen met: per dag of gedeelte daarvan

€ 6,15

1.14.2

het innemen van een standplaats als bedoeld in de Marktverordening

 

 

per kalenderjaar per m¹, exclusief stroomafname

€ 63,40

 

per kalenderjaar voor de stroomafname

€ 70,00

 

per kalenderkwartaal per m¹, exclusief stroomafname

€ 15,85

 

per kalenderkwartaal voor de stroomafname

€ 17,50

1.14.3

het verlenen van een vergunning voor het innemen van een standplaats op een minimarkt, niet zijnde een standplaats als bedoeld in 1.14.1 en 1.14.2, voor het innemen van de standplaats te verhogen met:

€ 38,10

 

per kalenderjaar per m¹ exclusief stroomafname

€ 55,80

 

per kalenderjaar voor de stroomafname

€ 70,00

 

per kalenderkwartaal per m¹ exclusief stroomafname

€ 13,95

 

per kalenderkwartaal voor de stroomafname

€ 17,50

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet 

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

1.15.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 39,15

Hoofdstuk 16 Kansspelen* 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

   

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten

 

1.16.1.2.1

voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2.2

voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

 

1.16.1.4.1

voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

1.16.1.4.2

voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

1.16.2

De onderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 70,30

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie 

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van vergunning of instemming omtrent het tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet waarbij:

 

1.17.1.1

de graaflengte minder is dan 100 strekkende meter of sprake is van een lasgat / montagegat met een oppervlakte van meer dan 2 vierkante meter

€ 189,75

1.17.1.2

de graaflengte gelijk aan of meer is dan 100 strekkende meter maar minder dan 1000 strekkende meter

€ 379,55

1.17.1.3

de graaflengte 1000 strekkende meter of meer is, het bedrag van de vooraf­gaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die terzake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.17.2

Het tarief als bedoeld in 1.17.1.1 en 1.17.1.2 wordt met een toeslag verhoogd over de totaal gemeten sleuflengte, voor zover binnen de bebouwde kom gelegen. De toeslag bedraagt per strekkende meter sleuf

 

€ 1,80

1.17.3

Het tarief als bedoeld in 1.17.1.1 en 1.17.1.2 wordt met een toeslag verhoogd over de totaal bemeten sleuflengte, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom. De toeslag bedraagt per strekkende meter sleuf

 

€ 1,25

1.17.4

Indien een begroting als bedoeld in 1.17.1.3 is uitgebracht, wordt een melding of een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is ge­bracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer 

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.18.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 27,35

1.18.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 27,35

1.18.3

tot het verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

 

1.18.3.1

zonder medische keuring

€ 27,35

1.18.3.2

tot verlenging van de kaart of verstrekking duplicaat bij verlies buiten eigen toedoen

€ 27,35

1.18.4

het legesbedrag als bedoeld in 1.18.3.1 en 1.18.3.2 wordt verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager mede te delen bedrag van de kosten van medische keuring, blijkende uit een begroting die terzake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van deze tabel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten van medische keuring aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

Hoofdstuk 19 Diversen 

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.19.1.1

tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, vierde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 33,75

1.19.1.2

tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:22 en 5:23 van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor het organiseren van een snuffel-/vlooienmarkt of een activiteit van gelijke strekking

€ 133,15

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van:

 

1.19.2.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 1,85

1.19.2.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.19.2.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,35

1.19.2.2.2

per pagina op papier van een ander formaat

€ 0,50

1.19.2.3

Kaarten of tekeningen, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.19.2.1 en 1.19.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart of tekening

€ 2,95

 

vermeerderd met

€ 0,25

 

voor elke dm2 waarmee de oppervlakte van de kaart of tekening de 10 dm2 te boven gaat

 

1.19.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 27,35

1.19.2.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 1,90

1.19.2.6

andere dan met name in deze tabel of in een andere wettelijke regeling genoemde digitale bestanden op dito gegevensdrager, o.a. usb, cdrom en/of dvd

€ 11,95

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

bouwkosten:

 

2.1.1.1.1

de kosten, exclusief omzetbelasting, berekend volgens het bij deze tarieventabel behorende “Overzicht bouwkosten ten behoeve van berekeningen voor de bouwleges-toets, vastgesteld in ROEB-overleg

12 september 2017 ”.

 

2.1.1.1.2

als de bouwkosten niet volgens het in 2.1.1.1.1 genoemde overzicht berekend kunnen worden, het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt of indien nog geen sprake is van een aangegane verplichting, de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

2.1.1.2

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

2.2.1

tot het houden van vooroverleg waarbij toetsing plaatsvindt van:

- bestemmingsplan / voorbereidingsbesluit en/of

- artikel 2 en/of 3 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (vergunningsvrij bouwen) en/of

- artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (kruimelgevallen)

€ 20,60

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning 25% van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld met een minimum van

€ 149,70

2.2.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in rubriek 2.2.1 c.q. rubriek 2.2.2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, dan worden de voor het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning als bedoeld in hoofdstuk 3.

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning* 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 2 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief indien de bouwkosten:

 

2.3.1.1.1

minder dan € 50.000 bedragen, 4,03% van die bouwkosten met een minimum van

€ 187,00

2.3.1.1.2

€ 50.000 bedragen of meer, doch minder dan € 100.000

€ 2.015,00

 

vermeerderd met 3,36% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000 te boven gaan

 

2.3.1.1.3

€ 100.000 bedragen of meer, doch minder dan € 250.000

€ 3.695,00

 

vermeerderd met 2,71% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000 te boven gaan

 

2.3.1.1.4

€ 250.000 bedragen of meer, doch minder dan € 500.000

€ 7.760,00

 

vermeerderd met 2,01% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000 te boven gaan

 

2.3.1.1.5

€ 500.000 of meer bedragen

€ 12.785,00

 

vermeerderd met 1,34% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000 te boven gaan

 

2.3.1.1.6

Het tarief dat voortvloeit uit de berekening genoemd in 2.3.1.1.1 tot en met 2.3.1.1.5 wordt verminderd met 10% als de aanvraag mede dient te worden getoetst aan het bestemmingsplan waarvoor niet is voldaan aan de verplichting als bedoeld in artikel 3.1 lid 2 van de Wro

 

2.3.1.1.7

n.v.t.

 

2.3.1.1.8

Indien voor een aanvraag Omgevingsvergunning bouwen ook een aanvraag voor de subsidieregeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE ) noodzakelijk is om het project te kunnen realiseren, hoeven de tarieven genoemd onder 2.3.1 Bouwactivitei-ten pas betaald te worden als positief beschikt is op de aanvraag SDE. Hiervan worden projecten voor windenergie uitgezonderd.

 

 

Welstandstoets

 

2.3.1.2

Indien de aanvraag als bedoeld in 2.3.1 ter toetsing wordt voorgelegd aan de gemeentelijke welstandscommissie of ambtelijk wordt getoetst aan de welstandsnota, wordt het overeenkomstig in rubriek 2.3.1.1.1 t/m 2.3.1.1.5 berekende bedrag per advies/toetsing verhoogd met, indien de bouwkosten

 

2.3.1.2.1

minder bedragen dan € 500.001, 0,08% van die bouwkosten met een minimum van € 51,50;

 

2.3.1.2.2

€ 500.001 bedragen of meer, doch minder dan € 1.000.001,

€ 532,25

2.3.1.2.3

€ 1.000.001 bedragen of meer, doch minder dan € 1.500.001,

€ 648,20

2.3.1.2.4

€ 1.500.001 bedragen of meer, doch minder dan € 2.000.001,

€ 764,10

2.3.1.2.5

€ 2.000.001 bedragen of meer, doch minder dan € 2.500.001,

€ 883,35

2.3.1.2.6

€ 2.500.001 bedragen of meer, doch minder dan € 5.000.001,

€ 1.064,50

2.3.1.2.7

€ 5.000.001 bedragen of meer, doch minder dan € 7.500.001,

€ 1.344,35

2.3.1.2.8

€ 7.500.001 bedragen of meer, doch minder dan € 10.000.001,

€ 1.617,70

2.3.1.2.9

€ 10.000.001 bedragen of meer, doch minder dan € 12.500.001,

€ 1.913,75

2.3.1.2.10

€ 12.500.001 bedragen of meer, doch minder dan € 15.000.001,

€ 2.173,15

2.3.1.2.11

€ 15.000.001 bedragen of meer, doch minder dan € 17.500.001,

€ 2.450,30

2.3.1.2.12

€ 17.500.001 bedragen of meer

€ 2.768,90

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie wordt beoordeeld (AAB advies)

€ 690,00*

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen verhoogd met 10%

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 253,75

2.3.2.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op een aanlegactiviteit in de zin van een landschapselement, zoals gedefinieerd in het bestemmingsplan Buitengebied, of een kikker-/paddenpoel betreft, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

 

- indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag een externe toetsing is geweest:

€ 182,60

 

- indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag géén externe toetsing is geweest:

€ 504,70

2.3.2.3

Indien de aanvraag betrekking heeft op een aanlegactiviteit in de zin van het rooien van laanbeplanting, bedraagt het tarief

€ 51,20

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a,van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1:

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 567,50

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 567,50

2.3.3.3

vervallen

 

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 567,50

2.3.3.5

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 3.6a Wro, een wijzigingsplan, of artikel 3.6b Wro, een uitwerkingsplan, voor het landelijk gebied

€ 4.595,00

2.3.3.6

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 3.6 lid 1a Wro, een wijzigingsplan, of artikel 3.6 lid 1b Wro, een uitwerkingsplan voor het stedelijk gebied, artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) of bestemmingsplan (art. 3.1 Wro) het bedrag, zoals dat middels een anterieure overeenkomst, als bedoeld in hoofdstuk 6, Wro, in rekening wordt gebracht.

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 567,50

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 567,50

2.3.4.3

vervallen

 

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 567,50

2.3.4.5

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 3.6a Wro, een wijzigingsplan, of artikel 3.6b Wro, een uitwerkingsplan, voor het landelijk gebied

€ 4.595,00

2.3.4.6

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 3.6 lid 1a Wro, een wijzigingsplan, of artikel 3.6 lid 1b Wro, een uitwerkingsplan voor het stedelijk gebied, artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) of bestemmingsplan (art. 3.1 Wro) het bedrag, zoals dat middels een anterieure overeenkomst, als bedoeld in hoofdstuk 6, Wro, in rekening wordt gebracht.

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 196,00

2.3.5.2

Met dien verstande dat het bedrag in 2.3.5.1 wordt verhoogd voor een inrichting met een oppervlakte tussen:

 

 

a. 0 m2 of meer, doch minder dan 500 m2

€ 133,90

 

b. 500 m2 of meer, doch minder dan 2.000 m2

€ 451,75

 

c. 2.000 m2 of meer, doch minder dan 5.000 m2

€ 1.101,80

 

d. 5.000 m2 of meer, doch minder dan 50.000 m2 

€ 1.523,50

 

e. boven 50.000 m2

€ 2.314,55

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument

€ 488,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht

€ 488,00

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief

€ 488,00

2.3.6.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke erfgoedverordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 11 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.6.3.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een provinciaal of gemeentelijk monument

€ 488,00

2.3.6.3.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een provinciaal of gemeentelijk monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht

€ 488,00

2.3.7

Sloopactiviteiten bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

 

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo:

 

2.3.7.1.1.1

Bij 10 m3 tot 100 m3 af te voeren sloopmateriaal

€ 146,40

2.3.7.1.1.2

Bij meer dan 100 m3 af te voeren sloopmateriaal

€ 178,10

2.3.8

Tijdelijke woonunit bij ver- ,her- en nieuwbouw van een woning

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een tijdelijke woonunit bij ver-, her- en nieuwbouw van een woning bedraagt het tarief, in afwijking van het bepaalde in 2.3.1 (bouwactiviteiten 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo) en 2.3.3.2 (planologische afwijking 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo)

€ 559,15

2.3.9

Uitweg/inrit

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 51,00

2.3.10

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 2 van de Bomenverordening Sint-Michielsgestel, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk:

€ 51,00

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 

 

vervallen

 

2.3.12

Natura 2000-activiteiten

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 182,50

2.3.13

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 182,50

2.3.14

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.14.1

vervallen

 

2.3.14.2

betreft het in behandeling nemen van een verzoek tot het starten van een procedure ter vaststelling van een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder, bedraagt het tarief

€ 879,00

2.3.14.2.1

indien de aanvraag als bedoeld in 2.3.14.2 betrekking heeft op meer dan één geluidsgevoelige bestemming, dan wordt het tarief verhoogd met € 84,50 per geluidsgevoelige bestemming waarmee de aanvraag het aantal van één geluidsgevoelige bestemming te boven gaat

 

2.3.14.3

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.14.3.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning;

 

2.3.14.3.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.14.3.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing bouwlawaai op grond van artikel 8.4 van het Bouwbesluit 2012 bedraagt

€ 235,25

2.3.14.3.4

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief, indien een aanvraag om een omgevingsvergunning moet worden getoetst aan de Verordening ruimte 2014, verhoogd met

€ 1.045,65

2.3.14.3.5

 

Onverminderd het bepaalde in rubriek 2.3.14.3.4 wordt het tarief, indien een aanvraag om een omgevingsvergunning niet hoeft te worden getoetst aan de nadere regels Verordening ruimte 2014 (BZV), verhoogd met

€ 520,20

 

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

2.3.15

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

Beoordeling bodemrapport

 

2.3.16

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 130,70

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 261,40

 

Advies

 

2.3.16.3

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.16.4

 

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.3 is uitgebracht, wordt een

aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo, het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.18

Algemene verzoeken

 

2.3.18.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een verzoek/initiatief waarvan de verwachting is dat dit niet zal leiden tot een dienstverlening als bedoeld in 2.3.3 en 2.3.4

€ 1.125,90

2.3.18.2

Indien uit een ambtelijk onderzoek (Quick-scan) blijkt, dat aan het verzoek/initiatief medewerking kan worden verleend, worden de legeskosten als bedoeld in 2.3.18.1 in mindering gebracht op de betreffende planprocedurekosten.

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7 intrekt, terwijl deze al in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.1.1

 

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

75%

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken op een later tijdstip dan in 2.5.1.1 bedoeld na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning doch vóór het verlenen van de vergunning, waarbij deze aanvraag op aanvraag wordt ingetrokken

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

50%

2.5.1.3

vervallen

 

2.5.1.4

indien de aanvraag wordt ingetrokken op verzoek van het bevoegd gezag

100%

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 1 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.

       

 

De teruggaaf bedraagt

10%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

    

 

De teruggaaf bedraagt

25%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

  

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij een rechterlijke uitspraak.

 

2.5.4

Ter zake van de berekende bedragen ingevolge onderdeel 2.3.1 Bouwactiviteiten wordt een teruggaaf verleend van:

- 25% ingeval door nieuwbouw een woning wordt gerealiseerd met een Energieprestatie coëfficiënt (EPC) die minimaal de helft bedraagt van de wettelijke eis uit het Bouwbesluit;

- 100% ingeval door nieuwbouw een woning wordt gerealiseerd met een EPC van 0 of lager;

- 25% ingeval door renovatie een woning wordt gerealiseerd met energielabel A (Energie-Index 0,6 of lager);

- 100% ingeval door renovatie een woning wordt gerealiseerd met een Energie-index van 0 of lager.

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

2.5.5.1

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is

€ 104,50

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project  

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project

€ 104,50

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 9 Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking  

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking

€ 104,50

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2 

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een:

 

3.1.1

aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 388,65

3.1.2

aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet

€ 35,15

3.1.3

melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 70,30

3.1.4

aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet

€ 70,30

3.1.5

aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 35,15

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten 

2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening voor het organiseren van een evenement met een te verwachten bezoekersaantal van:

     

2.1.1

minder dan 1000

€ 110,55

2.1.2

1000 of meer

€ 201,55

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven  

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 5 Brandbeveiligingsverordening

Dit hoofdstuk is niet van toepassing.

Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking 

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 27,10

Hoofdstuk 7 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen 

3.7

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om toestemming voor het in exploitatie nemen van een kindercentrum, gastouderbureau, gastouderopvang of peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 1.45 en 2.2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuter-speelzalen bedraagt:

  

3.7.1

indien de aanvraag betrekking heeft op gastouderopvang:

 

3.7.1.1

waarbij voor de behandeling van de aanvraag volledige toetsing door de GGD noodzakelijk is

€ 550,00

3.7.1.2

waarbij voor de behandeling van de aanvraag verkorte toetsing door de GGD noodzakelijk is

€ 451,00

3.7.1.3

waarbij voor de behandeling van de aanvraag geen toetsing door de GGD noodzakelijk is

€ 43,50

3.7.2

indien de aanvraag betrekking heeft op een gastouderbureau

€ 1.340,00

3.7.3

indien de aanvraag betrekking heeft op een kindercentrum, kinderopvang, buitenschoolse opvang of peuterspeelzaal

€ 1.231,00

3.7.4

indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.7.3. afwijzend wordt beschikt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 790,00

Behoort bij raadsbesluit van 21 december 2017.

Mij bekend,

De raadsgriffier,

mevrouw N.A. Hoogerbrug – van de Ven

Bijlage - Overzicht als bedoeld in onderdeel 2.1.1.1.1 van de tarieventabel, behorende bij de Verordening tot derde wijziging van de Legesverordening 2017

R egionaal

O verleg

E indhoven

B ouwtoezicht

Overzicht bouwkosten ten behoeve van berekeningen voor de bouwleges-toets, vastgesteld in ROEB-overleg 12 september 2017.

2018

2018

De vermelde prijzen gelden per eenheid zoals vermeld

excl. BTW

incl. 21% BTW

eenheid

(euro)

(euro)

(bruto)

1.

WONINGEN

1.1

Rijtjeswoningen

193,00

233,53

per m3

1.2

Halfvrijstaande woningen

233,00

281,93

per m3

1.3

Vrijstaande woningen / appartementen

260,00

314,60

per m3

1.4

Bungalows

278,00

336,38

per m3

1.5

Woonwagens (nieuw en verplaatst)

175,00

211,75

per m3

1.6

(Tijdelijke) woonunit

175,00

211,75

per m3

1.7

Recreatiewoning

175,00

211,75

per m3

2.

WONINGUITBREIDINGEN EN VERBOUWINGEN

2.1

Uitbreiding woonruimte / dakopbouw

264,00

319,44

per m3

2.2

Uitbreiding bergruimte / garage

117,00

141,57

per m3

2.3

Kelder 

242,00

292,82

per m3

2.4

Serre

524,00

634,04

per m2

2.5

Verandering woonruimte (inpandig)

121,00

146,41

per m3

2.6

Dakkapel

1.002,00

1.212,42

per ml

2.7

Gevelwijziging

541,00

654,61

per m2

2.8

Nieuw dak

108,00

130,68

per m2

3.

BIJGEBOUWEN

3.1

Berging/garage met plat dak

121,00

146,41

per m3

3.2

Berging/garage met kapconstructie

112,00

135,52

per m3

3.3

Carport / Overkapping

144,00

174,24

per m2

3.4

Tuinhuisje (prefab)

135,00

163,35

per m2

3.5

Zwembad

179,00

216,59

per m3

4.

TUIN en STRAATMEUBILAIR

4.1

Houten schutting/pergola

63,00

76,23

per ml

4.2

Gemetselde tuinmuur

112,00

135,52

per ml

4.3

Schotelantenne

904,00

1.093,84

per st.

4.4

Hout + metselwerk tuinmuur

85,00

102,85

per ml

4.5

Gaashekwerk

45,00

54,45

per ml

5.

BEDRIJFSHALLEN

- Gemetselde wandconstructie:

geldt voor gehele pand (geen opsplitsing)

5.1

Bedrijfshal hoogte tot en met 3m

90,00

108,90

per m3

5.2

Bedrijfshal hoogte tussen 3 en 6 m

54,00

65,34

per m3

5.3

Tussenvloer in de hal extra

121,00

146,41

per m2

5.4

Bedrijfskantoor in de hal

184,00

222,64

per m3

- Systeembouw:

geldt voor gehele pand (geen opsplitsing)

5.5

Hal hoogte tot en met 6m

54,00

65,34

per m3

5.6

Hal hoogte tussen 6 tot en met 9 m

45,00

54,45

per m3

5.7

Hal hoger dan 9 m, opp. Kleiner dan 5.000 m2

41,00

49,61

per m3

5.8

Hal hoger dan 9 m, opp. Tussen 5.000 en 10.000 m2

41,00

49,61

per m3

5.9

Hal hoger dan 9 m, opp. Tussen 10.000 en 20.000 m2

36,00

43,56

per m3

5.10

Hal hoger dan 9 m, opp. Groter dan 20.000 m2

36,00

43,56

per m3

5.11

Tussenvloer in de hal extra

77,00

93,17

per m2

5.12

Kantoorvloer in de hal extra

117,00

141,57

per m2

5.13

Open loods

117,00

141,57

per m2

5.14

Semi-permanente unit

184,00

222,64

per m3

5.15

Romneyloods

26,00

31,46

per m3

6.

OVERIGE GEBOUWEN

6.1

Kantoor 

260,00

314,60

per m3

6.2

Showroom

153,00

185,13

per m3

6.3

Winkel

260,00

314,60

per m3

6.4

Bouwmarkt

117,00

141,57

per m3

6.5

Horeca

237,00

286,77

per m3

6.6

Sporthal

233,00

281,93

per m3

6.7

Kleedgebouwen

215,00

260,15

per m3

6.8

Scholen / kinderdagverblijven

206,00

249,26

per m3

6.9

Noodscholen

170,00

205,70

per m3

6.10

Zorgfunctie (kleinschalig)

309,00

373,89

per m3

6.11

Interne wijzigingen overige gebouwen

90,00

108,90

per m3

6.12

Gevelwijzigingen overige gebouwen

546,00

660,66

per m2

7.

TUINBOUWKAS

7.1

Verwarmde kas

41,00

49,61

per m2

7.2

Onverwarmde kas

27,00

32,67

per m2

8.

VARKENSSTAL

8.1

Stal fokzeugen en biggen (traditioneel metselwerk)

358,00

433,18

per m2

8.2

Stal voor vleesvarkens ( traditioneel metselwerk)

331,00

400,51

per m2

8.3

Stal voor fokzeugen (groepshuisvesting op stro)

233,00

281,93

per m2

* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

9.

KOEIENSTAL

9.1

Stal voor vleeskalveren (traditioneel metselwerk)

322,00

389,62

per m2

9.2

Grupstal (traditioneel metselwerk)

260,00

314,60

per m2

9.3

Ligboxenstal (traditioneel metselwerk)

278,00

336,38

per m2

* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

9.4

Gedeelte voor rnelkinrichting, installatie en tank

550,00

665,50

per m2

10.

KIPPENSTAL

10.1

Vleeskuikens (traditioneel metselwerk)

269,00

325,49

per m2

10.2

Legkippen (traditioneel metselwerk)

287,00

347,27

per m2

* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

10.3

Extra kosten legbatterijen/mestverwijdering

85,00

102,85

per m2

11.

PAARDENSTAL

11.1

Paardenstal (traditioneel metselwerk)

541,00

654,61

per m2

11.2

Manege (rijhal) (traditioneel metselwerk)

264,00

319,44

per m2

* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

12.

OVERIGE ARGRARISCHE BEDRIJFSGEBOUWEN

 

 

 

12.1

Opslagloods agrarische (spouwmuur traditioneel)

193,00

233,53

per m2

12.2

Opslagloods (houten gevels)

103,00

124,63

per m2

12.3

Opslagloods (beton gevels)

103,00

124,63

per m2

12.4

Prefab werktuigen/opslagloods (stalen gevels)

85,00

102,85

per m2

12.5

Prefab veldschuur open (stalen gevels)

50,00

60,50

per m2

12.6

Aardappelloods (incl. kelderventilatie + inrichting)

296,00

358,16

per m2

12.7

Champignonkwekerij (incl. basisinrichting)

533,00

644,93

per m2

12.8

Nertsen

130,00

157,30

per m1

13.

MEST SILO / KELDER

13.1

Bovengronds van staal en/of hout systeembouw

35,00

42,35

per m3

13.2

Mest kelder (losse kelder)

121,00

146,41

per m2

13.3

Sleufsilo

220,00

266,20

per m1

14.

(PARKEER)KELDER

14.1

Gedeeltelijk boven- of ondergronds

157,00

189,97

per m3

14.2

Geheel ondergronds

211,00

255,31

per m3

14.3

Geheel bovengronds

99,00

119,79

per m3

14.4

(Parkeer)kelder onder gebouw

103,00

124,63

per m3

Behoort bij raadsbesluit van 21 december 2017.

Mij bekend,

de raadsgriffier,

Mevrouw N.A. Hoogerbrug – van de Ven

Toelichting Tarieventabel Leges

Toelichting Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2017

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1. Burgerlijke stand

Op basis van een overeenkomst met de eigenaar kon tot 1 januari 2016 tegen een vastgestelde vergoeding op Raadhuisplein 8 te Berlicum een huwelijk worden voltrokken. Inmiddels is een andere locatie gevonden. Uit praktische overwegingen wordt de locatie niet meer genoemd in de tarieventabel, gesproken wordt over ‘…een andere locatie dan de trouwzaal van het gemeentehuis….’.

Hoofdstuk 2. Reisdocumenten/ Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

De tarieven zijn van rijkswege gemaximeerd. Voor 2017 zijn voor wat betreft de reisdocumenten wel tariefwijzigingen aangekondigd (+ 0,5%). Deze zijn nog niet officieel van toepassing omdat nog publicatie in het Staatsblad moet plaatsvinden. Daarom zijn de tarieven vooralsnog gehandhaafd op het niveau van 2016. Als de maximumbedragen (definitief) gewijzigd worden, zal gebruik gemaakt worden van de in de verordening opgenomen mogelijkheid om de tarieven door het college te laten aanpassen.

Hoofdstuk 4. Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Het tarief in onderdeel 1.4.5 is een wettelijk vastgesteld (maximum) tarief. Voor 2017 is geen tariefwijziging aangekondigd. Dit tarief kan, indien noodzakelijk, door het college van burgemeester en wethouders worden gewijzigd. Voor 2017 wordt het tarief voorshands gehandhaafd op het thans geldende maximale wettelijke tarief van € 7,50.

Hoofdstuk 9. Overige publiekszaken

Het tarief in onderdeel 1.9.1 (verklaring om omtrent gedrag) is een wettelijk vastgesteld (maximum) tarief. Voor 2017 is geen tariefwijziging aangekondigd. Ook dit tarief kan, indien noodzakelijk, door het college van burgemeester en wethouders worden gewijzigd. Voor 2017 wordt het tarief voorshands gehandhaafd op het thans geldende maximale wettelijke tarief van € 41,35.

In onderdeel 1.9.3 waren bepalingen opgenomen omtrent naturalisatie. De bevoegdheid tot het heffen van naturalisatiegelden volgt rechtstreeks uit artikel 13 van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Omdat het rijksleges zijn en de gemeente geen vrijheid heeft om zelf een tariefbesluit te nemen hoeft in de gemeentelijke legesverordening geen tarief te worden opgenomen. Daarom is onderdeel 1.9.3 geschrapt.

Hoofdstuk 16. Kansspelen

De tarieven in hoofdstuk 16 (kansspelen) zijn wettelijk gemaximeerd. Voor 2017 zijn geen tariefwijzigingen aangekondigd. Ook deze tarieven kunnen, indien noodzakelijk, door het college van burgemeester en wethouders worden gewijzigd. Voor 2017 wordt het tarief voorshands gehandhaafd op de thans geldende maxima.

Hoofstuk 17. Telecommunicatie

In de legesverordening is thans een aparte bepaling opgenomen voor meldingen omtrent kabels en leidingen die onder de werking van de Telecommunicatiewet vallen. Hierbij wordt een vast bedrag berekend, hoogte afhankelijk van de graaflengte. Dit bedrag wordt vervolgens verhoogd met een bedrag per strekkende meter, hoogte afhankelijk van ligging (binnen/buiten bebouwde kom en lengte). Voor tracés met een aanzienlijke lengte kunnen voornoemde tariefbepalingen bezwaarlijk toegepast worden omdat de kosten per geval behoorlijk uiteen kunnen lopen. Daarom wordt voor tracés met een lengte vanaf 1000 strekkende meter de zogenaamde ‘begrotingsconstructie’ gebruikt. Via deze constructie wordt aan de melder vooraf inzicht verschaft in de (begrote) kosten. Een en ander is verwoord betreffende tariefbepalingen (onderdeel 1.17.1.3 en 1.17.4).

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen/ Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning (bouwkosten)

De hoogte van de (basis)leges wordt bepaald door de bouwkosten en de bijbehorende tarieven.

Thans worden de bouwkosten gesteld op de bouwkosten zoals deze worden vastgesteld op basis van de bij deze legestabel behorende “Tabel eenheidsprijzenlijst berekening bouwkosten bouwleges Sint-Michielsgestel”. Voornoemde tabel is in 2014 voor het laatst vastgesteld (door het college). Met ingang van 2017 worden de bouwkosten gebaseerd op normbedragen die als bijlage bij de tarieventabel door de raad zijn vastgesteld. Deze bedragen worden dan jaarlijks geactualiseerd. Hierbij wordt uitgegaan van de bedragen die jaarlijks worden vastgesteld door het Regionaal Overleg Eindhoven Bouwtoezicht (ROEB). Dit overzicht vormde overigens ook de basis voor de eenheidsprijzenlijst van 2014. In die gevallen waarin het overzicht niet voorziet, werd een ambtshalve berekening gemaakt van de bouwkosten. Hiervan kon worden afgeweken indien door de aanvrager een aannemingsovereenkomst of een gespecificeerde (open) begroting van alle werkzaamheden en bijbehorend bestek als bedoeld in het normblad NEN 2631 werd overgelegd. Met ingang van 2017 wordt, in die gevallen waarbij geen normbedragen beschikbaar zijn, uitgegaan van de aannemingssom of een raming van de bouwkosten bedoeld in het normblad NEN 2699. Vanwege ontwikkelingen in de jurisprudentie is het noodzakelijk dat het voornoemde normblad ter inzage wordt gelegd. Hiernaar zal ook verwezen worden in de verordening.

Uitgangspunt is om de tarieven maximaal trendmatig te verhogen. Op dit moment wordt voor de berekening van de bouwkosten nog getoetst aan normbedragen die dateren uit 2014.

Vanaf 2017 wordt uitgegaan van de actuele normbedragen, welke jaarlijks aangepast zullen worden. De actuele normbedragen liggen lager dan die van 2014. Daarom zijn de tarieven boventrendmatig verhoogd, en wel dusdanig dat gemiddeld genomen in 2017 een opbrengst wordt verkregen die 1,5% hoger ligt dan in 2016.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (welstand)

In onderdeel 2.3.1.2 zijn tarieven opgenomen bij toetsing van een vergunningaanvraag aan de welstandseisen. De hoogte van het tarief is afhankelijk van de hoogte van de bouwkosten. Hierbij ontbrak een tarief als de bouwkosten hoger zijn dan € 17.500.001. Hiervoor is nu een bepaling opgenomen.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (verplicht advies agrarische commissie)

De leges wordt ingevolge onderdeel 2.3.1.3 verhoogd met het tarief dat door de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen in rekening wordt gebracht. Het tarief bedraagt in 2017 € 816,75 (incl. BTW).

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (beoordeling aanvullende gegevens)

Op grond van onderdeel 2.3.1.4 werden de leges verhoogd met 50% als na het in behandeling nemen van een vergunningaanvraag aanvullende gegevens werden ingediend. Uitgaande van de extra werkzaamheden die hiermee doorgaans gemoeid zijn, wordt het toereikend geacht om de legesverhoging te beperken tot 10%.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (aanlegactiviteiten)

De leges wordt ingevolge onderdeel 2.3.2.1 verhoogd als er sprake is van aanlegactiviteiten. Hierbij werd de hoogte van het tarief bepaald door de aanlegkosten. Met ingang van 2017 wordt een vast bedrag berekend.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit)

In onderdeel 2.3.3.6 en 2.3.4.6 was een tariefbepaling opgenomen waarbij verwezen werd naar het bedrag dat op grond van een anterieure overeenkomst, als bedoeld in hoofdstuk 6, Wro, in rekening werd gebracht. Deze bepaling is overbodig nu hiervoor een overeenkomst de basis is en niet de legesverordening. Daarom is de bepaling geschrapt.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (in gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid)

In onderdeel 2.3.5.2 is een toeslag opgenomen. De hoogte is afhankelijk van de oppervlakte van de inrichting. De bepalingen voor inrichting met een oppervlakte van 0 tot 100 m2 en van 100 tot 500 m2 zijn samengevoegd tot 1 categorie omdat hiervoor dezelfde tarieven werden berekend.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (uitweg/inrit)

In onderdeel 2.3.9 is een nieuwe tariefbepaling opgenomen voor die gevallen waarin sprake is van het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor een vergunning nodig is. Het tarief is bepaald op € 50,00.

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (nieuwe Wet natuurbescherming)

Naar verwachting treedt op 1 januari 2017 de nieuwe Wet natuurbescherming in werking.

In de Wet natuurbescherming worden onder andere de Natuurbeschermingswet en Flora- en Faunawet geïntegreerd. Dit heeft gevolgen voor de onderdelen 2.3.12 en 2.3.13. Als de nieuwe Wet natuurbescherming in werking treedt, komen voornoemde onderdelen als volgt te luiden:

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 179,85

2.3.13

Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 179,85

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning (activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving)

In onderdeel 2.3.14.1 is een tariefbepaling opgenomen voor activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo. Deze activiteit is echter (wettelijk) vrijgesteld van leges. Daarom is de betreffende bepaling geschrapt.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Een vergunningstelsel valt alleen onder de Europese Dienstenrichtlijn (EDR) als het vergunningstelsel specifiek is gericht op dienstverrichters of dienstverleners. Een algemeen vergunningstelsel (bijv. de omgevingsvergunning voor bouw- en aanlegactiviteiten) valt niet onder de EDR omdat dit zich niet uitsluitend richt op dienstverrichters/dienstverleners, maar ook op particuliere burgers.

Hoofdstuk 2. Organiseren evenementen of markten

De hoogte van het tarief werd afhankelijk gesteld van het aantal aanwezigen (bezoekers) en het aantal m² gemeentegrond dat in gebruik werd genomen. Bij minder dan 700 aanwezigen werd € 107,35 berekend, bij 700 of meer aanwezigen € 195,65, e.e.a. te vermeerderen met € 0,15 per m2 gemeentegrond. Met ingang van 2017 wordt een tweedeling gemaakt van minder dan 1000 personen en 1000 of meer personen. Hierbij worden de bestaande tarieven trendmatig verhoogd. Het tarief bedraagt dan resp. € 108,95 en € 198,60. De toeslag per m2 gemeentegrond vervalt. De gewijzigde tariefbepalingen hebben geen wezenlijke invloed op de mate van kostendekkendheid. Deze was en blijft minimaal. Verder is de bepaling dat het tarief met 50% wordt verhoogd als de aanvraag te laat wordt ingediend, geschrapt. Uit de Algemene plaatselijke verordening valt namelijk niet expliciet af te leiden wanneer een aanvraag te laat wordt ingediend.