Regeling vervallen per 24-12-2009

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Sliedrecht 2006

Geldend van 25-05-2006 t/m 23-12-2009

Intitulé

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Sliedrecht 2006

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

MARKTVERORDENING SLIEDRECHT 2006

De raad der gemeente Sliedrecht;

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 maart 2006;

B e s l u i t:

Gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

vast te stellen:

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Sliedrecht 2006.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening en de daarop berustende nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    markt: de wekelijkse warenmarkt welke krachtens besluit van het college op de daartoe aangewezen plaats, dag en tijd wordt gehouden;

  • b.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • c.

    vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

  • d.

    dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;

  • e.

    standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;

  • f.

    standwerkerplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

  • g.

    vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

  • h.

    wachtlijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats;

  • i.

    anciënniteitlijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats;

  • j.

    marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college;

  • k.

    college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Inrichting van de markt; branche-indeling

  • 1. Het college kan ten aanzien van de markt bepalen:

    • a.

      het aantal standplaatsen;

    • b.

      de afmetingen van de standplaatsen;

    • c.

      de opstelling en indeling van de markt;

    • d.

      welke standplaatsen worden toegewezen als vaste standplaats en als standwerkerplaats.

  • 2. Het college kan voor de markt vaststellen:

    • a.

      een lijst met artikelengroepen of branches;

    • b.

      een maximumaantal standplaatsen per branche.

  • 3. Het college kan bepalen, dat:

    • a.

      om bijzondere reden er geen markt wordt gehouden;

    • b.

      de markt tijdelijk geheel of gedeeltelijk op een nadere (andere) locatie wordt gehouden.

Artikel 3 Nadere regels

De Raad geeft het college de bevoegdheid om een Marktreglement vast te stellen.

Artikel 4 Venten op het marktterrein

  • 1. Het is verboden op het marktterrein tijdens de duur van de markt met goederen of waren ten verkoop rond te lopen of te rijden.

  • 2. Van het bepaalde in het eerste lid kan door het college ontheffing worden verleend voor de verkoop van alcoholvrije dranken en geringe eet- en drinkwaren ten behoeven van de vergunninghouders.

Artikel 5 Voorschriften en beperkingen

  • 1. Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.

  • 2. Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen na te leven.

Paragraaf 2 Vergunningen

Artikel 6 Standplaatsvergunning

  • 1. Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

  • 2. Het college kan in nader te bepalen gevallen afwijken van het onder lid 1 gestelde verbod.

Artikel 7 Vereisten

Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die schriftelijk dan wel elektronisch een aanvraag voor een vergunning heeft ingediend bij het college en die daarbij aantoont dat hij persoonlijk voldoet aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie, waarbij hij het volgende moet overleggen:

  • a.

    een recent bewijs van inschrijving in het Handelsregister (Kamer van Koophandel);

  • b.

    een geldige registratiekaart van het Centraal Registratiekantoor (HBD);

  • c.

    een recent gemaakte pasfoto;

  • d.

    een legitimatiebewijs

Artikel 8 Intrekking vaste standplaatsvergunning

  • 1. Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

    • b.

      bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij met inachtneming van het bepaalde in het Marktreglement de vergunning wordt overgeschreven.

  • 2. De vergunning voor een vaste standplaats kan worden ingetrokken van degene die de toegewe-

    zen plaats gedurende een periode van twee achtereenvolgende jaren in overwegende mate niet

    of niet persoonlijk heeft bezet.

  • 3. Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt:

  • 4. Indien degene op wie een vergunning ingevolge artikel 11 sub 2a van het Marktreglement wordt overgeschreven, reeds vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken.

Paragraaf 3 Straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 9 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 10 Intrekking en schorsing vaste standplaatsvergunning

Onverminderd artikel 8 kan het college een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel telkens voor ten hoogste vier achtereenvolgende marktdagen schorsen, indien de vergunninghouder of een persoon die hem bijstaat:

  • a.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening, het door het college vastgestelde Marktreglement of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • b.

    zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • c.

    van een standplaats gebruik maakt, strijdig met het doel waarvoor zij is bestemd;

  • d.

    het marktpersoneel in de uitoefening van zijn taak belemmert dan wel direct of indirect de orde op de markt verstoort of in gevaar brengt;

  • e.

    niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet;

  • f.

    niet meer voldoet aan de in artikel 6 genoemde vereisten.

Artikel 11 Uitsluiting meeloper of standwerker

Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkerplaats uitsluiten voor ten hoogste vier marktdagen, indien:

  • a.

    de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    hij het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

  • c.

    hij zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • d.

    hij niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkerplaats;

  • e.

    hij niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

Artikel 12 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij:

  • a.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • b.

    zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • c.

    het marktpersoneel in de uitvoering van zijn taak belemmert;

  • d.

    direct of indirect de orde op de markt verstoort of in gevaar brengt;

  • e.

    op een hem toegewezen standwerkerplaats niet als standwerker actief is.

Artikel 13 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 14 Overgangsbepalingen

De bestaande anciënniteit- en wachtlijsten worden geacht anciënniteit- en wachtlijsten in de zin van deze verordening te zijn.

Artikel 15 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 25 mei 2006

  • 2. De Verordening 1994, vastgesteld op 30 mei 1994 wordt per gelijke datum ingetrokken.

Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Marktverordening gemeente Sliedrecht jaar 2006.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 april 2006.

De griffier, De voorzitter

A.Koenen M.C. Boevée