Verordening Rekenkamercommissie gemeente Sliedrecht 2017

Geldend van 01-04-2017 t/m heden

Intitulé

Verordening Rekenkamercommissie gemeente Sliedrecht 2017

De raad van de gemeente Sliedrecht;

gelezen het voorstel van de rekenkamercommissie van de gemeente Sliedrecht d.d. 31 januari 2017

gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de

Verordening Rekenkamercommissie gemeente Sliedrecht 2017

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: de Gemeentewet;

  • b.

    raad: de gemeenteraad van Sliedrecht;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van Sliedrecht;

  • d.

    commissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Sliedrecht;

  • e.

    voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie van de gemeente Sliedrecht;

  • f.

    lid: een lid van de rekenkamercommissie van de gemeente Sliedrecht;

  • g.

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

Ter uitoefening van de rekenkamerfunctie als bedoeld in artikel 81oa, eerste lid, van de Gemeentewet is er een gemeentelijke rekenkamercommissie.

Artikel 3 Taak

  • 1. 1.De commissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur alsmede van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

  • 2. Een door de rekenkamercommissie ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213, tweede lid, van de Gemeentewet.

Artikel 4 Samenstelling

  • 1. 1.De commissie bestaat uit een voorzitter en tenminste drie (burger)raadsleden.

  • 2. De (burger)raadsleden zijn lid. Maximaal één lid per fractie.

  • 3. De voorzitter is een onafhankelijke externe voorzitter;

  • 4. De griffier is in elke vergadering van de commissie aanwezig. Hij is secretaris en adviseur.

Artikel 5 Benoeming en zittingsduur

  • 1. De raad benoemt de voorzitter en de (plaatsvervangende)leden van de commissie.

  • 2. De commissie benoemt uit hun midden een lid tot plaatsvervangend voorzitter van de commissie.

  • 3. De voorzitter wordt benoemd voor een periode van zes jaar, met de mogelijkheid tot herbenoeming voor een periode van telkens zes jaar.

  • 4. Voorafgaand aan een voorstel tot (her)benoeming voert de (beoogd)voorzitter een gesprek met de commissie en het presidium van de raad. De commissie doet het voorstel tot (her)benoeming aan de raad.

  • 5. De leden en hun plaatsvervangers worden benoemd voor een periode gelijk aan de zittingsduur van de raad.

Artikel 6 Eed of belofte

Ten aanzien van de voorzitter is artikel 81g Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. Hij legt de eed of belofte af in de besluitvormende vergadering van de raad.

Artikel 7 Ontslag en non-activiteit

De voorzitter en de leden van de commissie worden door de raad ontslagen of op non-actief gesteld:

  • a.

    op eigen verzoek;

  • b.

    indien het lid aftreedt als lid van de raad;

  • c.

    indien de raad van oordeel is dat de voorzitter of het lid niet langer geschikt is de functie van de commissie te vervullen.

Artikel 8 Vergoeding werkzaamheden van de voorzitter

  • 1. De voorzitter ontvangt een vergoeding ter hoogte als door de raad is vastgesteld.

  • 2. De vergoeding als genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de commissie.

  • 3. Ten aanzien van de vergoedingen alsmede de onkostenvergoedingen van de leden is het bepaalde in artikel 96 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamhedenvast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

Artikel 10 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1. De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2. De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 3. De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek.

  • 4. De commissie bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 11 Werkwijze

  • 1. De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2. De commissie oordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren. Ook andere leden dan de voorzitter, in principe de plaatsvervangend voorzitter, kunnen mededelingen doen over het verloop van het onderzoek.

  • 3. De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4. De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5. De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten en besluitenlijsten van de vergaderingen van de commissie zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 6. De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7. Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8. De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9. Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 12 Budget

  • 1. De commissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoeding aan de externe voorzitter;

    • b.

      externe deskundigen die eventueel door de commissie zijn ingeschakeld;

    • c.

      eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3. De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad. De griffier is beheerder van het budget.

Artikel 13 Besluitvorming

  • 1. De leden van de commissie hebben elk één stem in de besluitvorming. De voorzitter heeft geen stemrecht.

  • 2. Besluiten van de commissie worden genomen bij meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen

  • 3. Indien één der leden van de commissie dit wenst, wordt een minderheidsstandpunt in de openbare besluitenlijst vermeld.

  • 4. De commissie kan slechts besluiten wanneer meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden bij aanvang van de vergadering aanwezig is.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1. De 'Verordening gemeentelijke Rekenkamercommissie', als vastgesteld op 12 december 2005, en de daarop volgende drie wijzigingen, als vastgesteld op respectievelijk 4 oktober 2010, 29 mei 2012 en 10 december 2013, worden ingetrokken per 1 april 2017.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 april 2017.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening Rekenkamercommissie gemeente Sliedrecht 2017'.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Sliedrecht op 14 maart 2017.
De griffier, De voorzitter,
mr. R.P.A. van Aalst drs. A.P.J. van Hemmen