Regeling vervallen per 06-08-2012

Verordening kleinschalig kamperen gemeente Sluis

Geldend van 25-08-2011 t/m 05-08-2012

Intitulé

Verordening kleinschalig kamperen gemeente Sluis

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sluis.

  • b.

    kampeermiddel: een tent, tentwagen, kampeerauto of caravan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor ingevolge artikel 2.1 van de Wabo een omgevingsvergunning is vereist; één en ander onder het beding dat deze onderkomens blijvend zijn bestemd, opgericht en ingericht en worden gebruikt voor recreatief verblijf door personen die hun hoofdverblijf elders hebben.

  • c.

    kampeerseizoen: de jaarlijkse periode van 15 maart tot en met 31 december.

  • d.

    kustgebied: het gebied zoals is aangeduid op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte kaart.

  • e.

    seizoenplaats: het gedeelte van een kampeerterrein dat bestemd is voor het plaatsen of geplaatst houden van eenzelfde kampeermiddel gedurende meer dan drie maanden in het kampeerseizoen.

  • f.

    stacaravan: een kampeermiddel uit één niet-samengesteld geheel, die in zijn geheel (over de weg) vervoerd kan worden met een maximale oppervlakte van 55 m², één bouwlaag en maximaal 3.50 meter hoog, gemeten vanaf het maaiveld.

  • g.

    standplaats: het gedeelte van een kampeerterrein aangewezen voor recreatief (nacht)verblijf (gedurende het kampeerseizoen) in één of meerdere kampeermiddelen, niet zijnde een stacaravan; nader te onderscheiden in één kampeermiddel met maximaal twee bijzettentjes van elk maximaal zes vierkante meter.

  • h.

    terrein voor kleinschalig kamperen: een terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens de inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van maximaal 25 kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf. Zowel seizoensplaatsen als toeristische standplaatsen zijn toegestaan, met dien verstande dat minimaal 30% toeristische standplaatsen aanwezig moeten zijn.

  • i.

    toeristische standplaats: het gedeelte van een kampeerterrein dat bestemd is voor het plaatsen of geplaatst houden van een kampeermiddel gedurende een beperkte periode van ten hoogste enkele weken.

Artikel 2. Omgevingsvergunning kleinschalig kamperen

  • 1. het college kan in het kustgebied maximaal 20 omgevingsvergunningen verlenen ten behoeve van kleinschalig kamperen met inachtneming van de bepalingen van het vigerende bestemmingsplan.

  • 2. Voor het kleinschalig kamperen buiten het kustgebied geldt geen maximumstelsel voor het aantal te verlenen omgevingsvergunningen.

Artikel 3. Groepskamperen

  • 1. Het college kan ontheffing verlenen voor het plaatsen en geplaatst houden van kampeermiddelen voor groepen, uitgaande van een vereniging of daarmee te vergelijken organisatie met een doelstelling van sociale, culturele, educatieve, sportieve of wetenschappelijke aard, ten behoeve van groepskamperen op een terrein voor kleinschalig kamperen met inachtneming van het volgende:

    • a.

      het bij de verleende omgevingsvergunning toegestane aantal kampeermiddelen mag met maximaal 5 eenheden worden overschreden;

    • b.

      de periode van ontheffing bedraagt maximaal 3 aaneengesloten nachten;

    • c.

      een ontheffing mag slechts één keer per kampeerseizoen per terrein voor kleinschalig kamperen worden verleend;

    • d.

      voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op het eigen terrein;

    • e.

      een ontheffing mag geen nadelige gevolgen hebben met betrekking tot brandveiligheid.

  • 2. Het college kan aan de ontheffing als bedoeld in lid 1 voorwaarden en beperkingen verbinden.

Artikel 4. Weigering groepskamperen

Het college kan de ontheffing weigeren in het belang van:

  • a.

    de openbare orde;

  • b.

    het voorkomen of beperken van overlast;

  • c.

    de verkeersveiligheid of de veiligheid van personen en goederen;

  • d.

    de zedelijkheid of gezondheid;

  • e.

    de bescherming van natuur en landschap;

  • f.

    als niet voldaan wordt aan hetgeen gesteld is in artikel 3.

Artikel 5. Aanvraag groepskamperen

  • 1. Op een aanvraag voor groepskamperen is Afdeling 4.1.1 Awb van toepassing.

  • 2. Bij de aanvraag is in ieder geval een situatieschets en een inrichtingstekening van het terrein gevoegd.

Artikel 6. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast:

  • a.

    de gemeentelijke en de bijzondere opsporingsambtenaren en de algemene opsporingsambtenaren;

  • b.

    de bij besluit van het college dan wel van de burgemeester aan te wijzen ambtenaren.

Artikel 7. In werking treden

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

Artikel 8. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening kleinschalig kamperen Sluis”