Regeling vervallen per 01-07-2019

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Smallingerland houdende regels omtrent aanwijzing voor inlichtingenverplichtingen Aanwijzingsbesluit voor inlichtingenverplichtingen

Geldend van 01-01-2019 t/m 30-06-2019

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Smallingerland houdende regels omtrent aanwijzing voor inlichtingenverplichtingen Aanwijzingsbesluit voor inlichtingenverplichtingen

Het college van burgemeester en wethouders van Smallingerland;

gelet op de artikelen 231 en 246a van de Gemeentewet, de artikelen 30 en 31 van de Wet waardering onroerende zaken, artikel 56 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 63a van de Invorderingswet 1990;

besluit vast te stellen het volgende besluit:

Artikel 1

De verplichtingen die ingevolge de artikelen 47, 49 en 50 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a van de Gemeentewet bestaan jegens de gemeenteambtenaren bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b en c, van de Gemeentewet, gelden mede jegens de volgende gemeenteambtenaren belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen:

  • 1.

    de medewerk(st)ers van de afdeling Belastingen en Financiële administratie, belast met de heffing van gemeentelijke belastingen;

  • 2.

    de medewerk(st)ers van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie, belast met de invordering van gemeentelijke belastingen;

  • 3.

    de belastingdeurwaarder;

  • 4.

    de hoofden van alle afdelingen binnen de gemeentelijke organisatie.

Artikel 2

De verplichtingen die ingevolge de artikelen 47, 49, 50, 51 en 53a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 31 van de Wet waardering onroerende zaken bestaan jegens de gemeenteambtenaar bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken, gelden mede jegens de volgende gemeenteambtenaren belast met de heffing van gemeentelijke belastingen:

  • 1.

    de medewerk(st)ers van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie, belast met de heffing van gemeentelijke belastingen;

  • 2.

    de medewerk(st)ers van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie, belast met de invordering van gemeentelijke belastingen;

  • 3.

    de hoofden van alle afdelingen binnen de gemeentelijke organisatie;

  • 4.

    de taxateur en

  • 5.

    de controleur gemeentelijke belastingen.

Artikel 3

Het aanwijzingsbesluit van november 2017, Inlichtingenverplichtingen, wordt ingetrokken.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

Artikel 5

Dit besluit wordt aangehaald als: Aanwijzingsbesluit voor inlichtingenverplichtingen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Smallingerland.

Drachten, november 2018.

De secretaris,

De burgemeester,