Beleidsregel tijdelijke verhuur ex artikel 15 Leegstandwet”

Geldend van 07-07-2010 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel tijdelijke verhuur ex artikel 15 Leegstandwet”

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Son en Breugel;

Gelet op het bepaalde in artikel 15 jo. 16 van de Leegstandwet en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht

Overwegende dat:

  • voor bepaalde categorieën woningen en gebouwen en onder specifieke omstandigheden het college op grond van de Leegstandwet vergunning kan verlenen aan eigenaren om woningen tijdelijk te verhuren;

  • daarmee beoogd wordt een bijdrage te leveren aan het in beweging brengen van de vastgelopen koopwoningenmarkt;

  • het wenselijk is voor de uitoefening van deze bevoegdheid een beleidsregel vast te stellen waardoor op zorgvuldige en voor belanghebbende(n) kenbare wijze besluiten genomen kunnen worden;

  • de beleidsregel vanaf de dag na bekendmaking voor een periode van zes weken ter inzage heeft gelegen.

Besluit vast te stellen:

Beleidsregel tijdelijke verhuur ex artikel 15 Leegstandwet”

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • 1.

    Maximale huurprijs: de op grond van artikel 16 lid 9 van de Leegstandwet in de vergunning vermelde huurprijs waar tegen de woning ten hoogste mag worden verhuurd;

  • 2.

    Vergunning: een vergunning in de zin van artikel 15 lid 1 van de Leegstandwet;

  • 3.

    Verlening: een verlening in de zin van artikel 15 lid 4 van de Leegstandwet;

  • 4.

    Sloop- of renovatiewoning: een woning als bedoeld in artikel 15 lid 1 aanhef onder c van de Leegstandwet

  • 5.

    Koopwoning: een woning als bedoeld in artikel 15 lid 1 aanhef onder b van de Leegstandwet;

  • 6.

    Woningen in een gebouw: een woning als bedoeld in artikel 15 lid 1 aanhef onder a van de Leegstandwet;

  • 7.

    Eigenaar: degene, die bevoegd is tot het in gebruik geven van een woning of gebouw.

Artikel 2 De aanvraag

  • 1.

    De vergunning wordt door de woningeigenaar aangevraagd door het indienen van een volledig en naar waarheid ingevuld formulier zoals bedoeld in de Regeling formulieren Leegstandwet.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van deze aanvraag worden bij de aanvrager conform hoofdstuk 7, artikel 18 van de “Legesverordening” leges in rekening worden gebracht.

Artikel 3 Maximale huurprijs

  • 1.

    De eigenaar dient bij de aanvraag van een vergunning of verlening van een vergunning gemotiveerd aan te geven op hoeveel punten op grond van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en het puntenstelsel van het woonwaarderingsstelsel de woning wordt gewaardeerd.

  • 2.

    De maximale huurprijs wordt vastgesteld op 75% van de huurprijs, die op grond van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en het puntenstelsel van het woonwaarderingsstelsel in rekening gebracht mag worden.

  • 3.

    Indien het een woning betreft die het maximaal aantal punten op grond van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte overschrijdt, dan wordt de maximale huurprijs naar redelijkheid vastgesteld.

  • 4.

    Indien de woning in een onevenredig slechte staat van onderhoud verkeert, dan kan een lager maximale huurprijs vastgesteld worden dan de maximale huurprijs genoemd in lid 2.

Artikel 4 Duur van de vergunning

  • 1.

    Burgemeester en wethouders verlenen de vergunning als bedoeld in artikel 15 van de Leegstandwet in beginsel voor de duur van de termijn genoemd in de aanvraag met een maximum van 2 jaar zoals genoemd in de Leegstandwet.

  • 2.

    Op verzoek van de woningeigenaar kunnen burgemeester en wethouders de vergunning als bedoeld in artikel 15 van de Leegstandwet verlengen. Burgemeester en wethouders sluiten bij het verlengen van de vergunning aan bij de termijnen genoemd in de Leegstandwet.

Artikel 5 Sloop- en renovatiewoningen

  • 1.

    Vergunning voor een sloop- of renovatiewoning wordt slechts verleend indien de eigenaar voldoende aannemelijk maakt dat binnen een periode van een half jaar na afloop van de periode waarvoor vergunning wordt aangevraagd, met de sloop- of renovatiewerkzaamheden wordt begonnen en deze niet in strijd is met bestemmingsplan, voorschriften en verordeningen en of andere gemeentelijke bepalingen is of zal worden gebruikt.

  • 2.

    De eigenaar dient een reële planning te overleggen waaruit voldoende blijkt wanneer met de sloop- of renovatiewerkzaamheden wordt begonnen.

  • 3.

    De eigenaar dient aan te tonen dat er sprake is van een renovatie van ingrijpende aard.

  • 4.

    Van een renovatie van ingrijpende aard is in ieder geval sprake, indien gedurende de renovatiewerkzaamheden normale bewoning niet mogelijk is.

Artikel 6 Koopwoningen

  • 1.

    Tenzij de eigenaar aantoonbaar een andere gegronde reden heeft, wordt vergunning voor een koopwoning slechts verleend in geval de eigenaar aantoonbaar vergeefs serieuze pogingen heeft ondernomen zijn koopwoning te verkopen en deze niet in strijd is met bestemmingsplan, voorschriften en verordeningen en of andere gemeentelijke bepalingen is of zal worden gebruikt.

  • 2.

    Van een serieuze poging zoals genoemd in lid 1 is sprake indien de koopwoning vanaf het moment van leegstand gedurende een periode van 6 maanden onafgebroken voor een marktconforme of lagere prijs te koop heeft gestaan, zonder dat dit heeft geleid tot verkoop.

  • 3.

    Vergunning voor een koopwoning wordt geweigerd indien er aanwijzingen of gerechtvaardigde vermoedens zijn dat de vergunning louter of overwegend voor speculatieve doeleinden gebruikt zal worden. Van de eigenaar kan verlangd worden dat hij op verzoek een door een beëdigd taxateur vervaardigd taxatierapport verstrekt.

  • 4.

    Van speculatieve doeleinden is in ieder geval sprake indien de woning boven de marktconforme prijs te koop wordt of is aangeboden.

Artikel 7 Woningen in een gebouw

  • 1.

    Vergunning voor een woning in een gebouw dat wordt gesloopt, gerenoveerd of her-bestemd, wordt slechts verleend indien de eigenaar voldoende aannemelijk maakt dat binnen een half jaar na afloop van de periode waarvoor vergunning wordt aangevraagd, met de sloop- of renovatiewerkzaamheden wordt begonnen of een uitvoering zal worden gegeven aan de herbestemming van het gebouw en deze niet in strijd is met bestemmingsplan, voorschriften en verordeningen en of andere gemeentelijke bepalingen is of zal worden gebruikt.

  • 2.

    De eigenaar dient een reële planning te overleggen waaruit voldoende blijkt wanneer met de sloop- of renovatiewerkzaamheden wordt begonnen of uitvoering zal worden gegeven aan de herbestemming van het gebouw.

  • 3.

    Onder herbestemming kan mede worden verstaan het geschikt maken van het gebouw voor permanente bewoning.

  • 4.

    Vergunning voor een woning in een gebouw dat bestemd is voor verkoop of verhuur wordt slechts verleend, indien de eigenaar serieuze pogingen heeft ondernomen zijn gebouw te verkopen of te verhuren.

  • 5.

    Van een serieuze poging zoals genoemd in lid 4 is sprake indien het gebouw vanaf het moment van leegstand gedurende een periode van 6 maanden onafgebroken voor een marktconforme of lagere prijs te koop heeft gestaan, zonder dat dit heeft geleid tot verkoop of verhuur.

  • 6.

    Vergunning voor een woning in een gebouw wordt geweigerd, indien er aanwijzingen of gerechtvaardigde vermoedens zijn dat de vergunning louter of overwegend voor speculatieve doeleinden gebruikt zal worden. Van de eigenaar kan verlangd worden dat hij op verzoek een door een beëdigd taxateur vervaardigd taxatierapport verstrekt.

  • 7.

    Van speculatieve doeleinden is in ieder geval sprake indien een gebouw boven de marktconforme prijs te koop of te huur wordt of is aangeboden.

Artikel 8 Verlenging

  • 1.

    Vergunning verleend voor een sloop- of renovatiewoning wordt slechts verlengd indien door onvoorziene omstandigheden niet binnen een half jaar na afloop van de periode waarvoor de vergunning is aangevraagd met sloop- of renovatiewerkzaamheden kan worden begonnen.

  • 2.

    Vergunning verleend voor een koopwoning wordt slechts verlengd indien ondanks voortdurende pogingen daartoe van de eigenaar de woning aan het einde van de vergunningsperiode nog steeds niet verkocht is.

  • 3.

    Van voortdurende pogingen in de zin van lid 2 is sprake indien de eigenaar kan aantonen dat hij vanaf de ingangsdatum van de vergunning, de woning onafgebroken te koop heeft aangeboden tegen een marktconforme of lagere prijs zonder dat dit tot verkoop heeft geleid.

  • 4.

    Vergunning verleend voor een woning in een gebouw dat niet te koop of te huur wordt aangeboden, wordt slechts verlengd indien door onvoorziene omstandigheden niet binnen een half jaar na afloop van de periode waarvoor de vergunning is aangevraagd met sloop- of renovatiewerkzaamheden kan worden begonnen of een uitvoering kan worden gegeven van de herbestemming.

  • 5.

    Vergunning verleend voor een woning in een gebouw dat bestemd is voor verkoop of verhuur wordt slechts verlengd indien ondanks voortdurende pogingen in de zin van lid 3 daartoe de eigenaar, de woning aan het einde van de vergunningsperiode nog steeds niet verkocht of verhuurd is.

  • 6.

    Voor alle categorieën genoemd in artikel 1 geldt dat verlenging van een vergunning wordt geweigerd indien er aanwijzingen of gerechtvaardigde vermoedens zijn dat de vergunning louter of overwegend voor speculatieve doeleinden gebruikt zal worden. In dat kader kan van de eigenaar verlangd worden dat hij op verzoek een door een beëdigd taxateur vervaardigd taxatierapport verstrekt.

  • 7.

    Van speculatieve doeleinden is in ieder geval sprake indien een gebouw of woning boven de marktconforme prijs te koop of te huur wordt of is aangeboden.

Artikel 9 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze beleidsregel niet voorziet beslist het college van burgemeester en wethouders naar redelijkheid.

Artikel 10 Slotbepaling

  • 1.

    Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Deze beleidsregel wordt aangehaald als: “Beleidsregel tijdelijke verhuur ex artikel 15 Leegstandwet”:

Aldus vastgesteld in vergadering van Burgemeester en wethouders van de gemeente Son en Breugel d.d. 22 juni 2010

Burgemeester en wethouders van Son en Breugel,

De secretaris, drs. A.J.M. van Etten

De burgemeester, drs. J.F.M. Gaillard

Ondertekening