Regeling vervallen per 01-07-2021

Beleidsregels Integrale schuldhulpverlening Steenwijkerland 2020

Geldend van 01-01-2020 t/m 30-06-2021

Intitulé

Beleidsregels Integrale schuldhulpverlening Steenwijkerland 2020

Het college van burgermeester en wethouders van gemeente Steenwijkerland;

gelet op het op 28 januari 2014 door de gemeenteraad van Steenwijkerland vastgestelde beleidsplan schuldhulpverlening 2014-2017;

gelet op de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening;

besluit vast te stellen de volgende:

Beleidsregels Integrale schuldhulpverlening Steenwijkerland 2020.

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

  • 2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      beleidsplan: het beleidsplan schuldhulpverlening 2014-2017 van de gemeente Steenwijkerland;

    • b.

      GKB: de Gemeentelijke Kredietbank waarmee

      • i.

        de gemeente Steenwijkerland een raamovereenkomst heeft afgesloten over de uitvoering van de Schuldhulpverlening en,

      • ii.

        het college een uitvoeringsovereenkomst heeft afgesloten over Schuldhulpverlening;

    • c.

      inkomen: inkomen als bedoeld in paragraaf 3.4 Participatiewet, waarbij artikel 31, tweede lid, onder c, h, j, k, l, m, n, q, r en z Participatiewet en artikel 33, vijfde lid, Participatiewet niet van toepassing zijn;

    • d.

      bijstandsnorm: de bijstandsnorm als bedoeld in artikel 5 sub c Participatiewet;

    • f.

      het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenwijkerland;

    • g.

      schuldhulpverlener: schuldhulpverlener die de hulpvraag in het kader van schuldhulpverlening vaststelt en die adviseert en besluit of en in welke mate verzoeker voor schuldhulpverlening in aanmerking komt;

    • h.

      schuldhulpverlening: het begeleiden of ondersteunen van een inwoner bij het vinden van een oplossing voor zijn (dreigende problematische) schuldsituatie, maar ook bij het vinden van een oplossing voor de eventuele oorzaken hiervan, alsmede het verlenen van nazorg;

    • i.

      problematische schuldsituatie: de situatie waarin van een natuurlijk persoon redelijkerwijs is te voorzien dat hij niet zal kunnen voortgaan met het betalen van de schulden van zijn huishouden of waarin hij heeft opgehouden te betalen;

    • j.

      ketenpartners: partners met wie het college afspraken heeft gemaakt in het kader van schuldhulpverlening;

    • k.

      gehuwd: gehuwd in de zin van artikel 3 Participatiewet;

    • l.

      ondernemer: zelfstandige als bedoeld in de Bbz 2004;

    • m.

      onverwijld: onder het begrip onverwijld in artikel 8 lid 1 wordt verstaan, uiterlijk binnen 30 dagen, gerekend vanaf het moment waarop het te melden feit of de omstandigheid zich heeft voorgedaan, dan wel kenbaar werd voor verzoeker;

    • n.

      onregelbare schuldenaar: een verzoeker die zich stelselmatig niet aan de afspraken houdt of kan houden en/of niet gemotiveerd is – indien mogelijk – meer inkomen te verwerven en ten gunste van crediteuren keuzen te maken in het bestedingspatroon;

    • o.

      niet-regelbare schulden: schulden die niet meegenomen kunnen worden in het kader van een schuldregeling, omdat de aard van de schuld zich tegen een minnelijke schuldregeling in de zin van een saneringskrediet of schuldbemiddeling verzet. Het gaat dan om schulden die buiten de schuldregeling vallen;

    • p.

      toets: na achttien maanden toetst de schuldhulpverlener of verzoeker zijn eigen administratie kan beheren.

Artikel 2 Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening

  • 1. Inwoners van 18 jaar en ouder van de gemeente Steenwijkerland met een (dreigende problematische) schuldsituatie die zij zonder hulp niet kunnen oplossen.

  • 2. Schuldhulpverlening is niet toegankelijk voor ondernemers met een nog functionerende onderneming en inwoners die met hun bedrijf staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.

  • 3. In afwijking van het eerste lid kunnen de volgende inwoners uit Steenwijkerland met een (dreigende problematische) schuldsituatie wel in aanmerking komen voor informatie en advies:

    • a.

      inwoners jonger dan 18 jaar

    • b.

      ondernemers met een nog functionerende onderneming en inwoners die met hun bedrijf staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.

Artikel 3 Melding schuldhulpverlening

  • 1. Verzoekers kunnen zich op de volgende wijzen melden bij het college voor schuldhulpverlening:

    • a.

      via het inloopspreekuur;

    • b.

      telefonisch bij schuldhulpverleners;

    • c.

      per brief; of

    • d.

      per e-mail.

  • 2. Van een melding als bedoeld in het eerste lid is sprake indien verzoeker de volgende gegevens heeft doorgegeven:

    • a.

      NAW-gegevens en BSN van verzoeker;

    • b.

      contactgegevens van verzoeker;

    • c.

      eventuele naam en contactgegevens van gemachtigde van verzoeker;

    • d.

      datum van de aanmelding;

    • e.

      reden van de melding (is er sprake van een bedreigende situatie); en

    • f.

      naam van degene met wie verzoeker gehuwd is.

  • 3. De melding als bedoeld in het eerste lid kan ook via een derde plaatsvinden, indien deze derde daartoe gemachtigd is door verzoeker.

  • 4. Verzoekers die gehuwd zijn dienen zich gezamenlijk tot het college te wenden.

Artikel 4 Wachttijd en procedure in bedreigende situatie (crisisinterventie)

Indien de schuldhulpverlener bij de melding constateert dat sprake is van een bedreigende situatie, draagt de schuldhulpverlener verzoeker per direct over aan de GKB. De GKB houdt binnen drie werkdagen na de melding het intakegesprek met verzoeker waarin zijn hulpvraag wordt vastgesteld. De GKB past de crisisinterventie namens het college toe om de bedreigende situatie af te wenden.

Artikel 5 Wachttijd en procedure algemeen

  • 1. Binnen twee weken na de melding als bedoeld in artikel 3 vindt een intakegesprek plaats. Met dit intakegesprek stelt de schuldhulpverlener de hulpvraag vast.

  • 2. Op basis van het intakegesprek, eventuele vervolggesprek(ken) en de door of namens verzoeker verstrekte gegevens maakt de schuldhulpverlener de afweging of en in welke mate verzoeker voor schuldhulpverlening in aanmerking komt. Daarbij onderzoekt de schuldhulpverlener achtereenvolgens de mogelijkheden van verzoeker om:

    • a.

      op eigen kracht zijn schulden te regelen;

    • b.

      met behulp van de schuldhulpverlener zijn schulden te regelen en;

    • c.

      met behulp van de GKB zijn schulden te regelen.

  • 3. Bij de afweging als bedoeld in het tweede lid spelen de volgende factoren een rol:

    • a.

      zwaarte en/of omvang van de schulden, alsmede de regelbaarheid daarvan;

    • b.

      psychosociale situatie;

    • c.

      houding en gedrag van verzoeker (motivatie);

    • d.

      een eventueel eerder gebruik van schuldhulpverlening.

  • 4. Op basis van de bevindingen naar aanleiding van het intakegesprek en eventuele vervolggesprekken als bedoeld in het tweede lid neemt de schuldhulpverlener een besluit.

Artikel 6 Aanbod schuldhulpverlening.

  • 1. Indien verzoeker op eigen kracht dan wel met behulp van de schuldhulpverlener zijn schulden of financiële situatie kan regelen, biedt het college één of meerdere van de volgende producten of diensten aan:

    • a.

      informatie en advies;

    • b.

      betalingsregelingen;

    • c.

      nazorg en preventie;

    • d.

      budgetbegeleiding door vrijwilligers.

  • 2. Indien verzoeker niet op eigen kracht dan wel met behulp van de schuldhulpverlener zijn schulden kan regelen, maar wel met behulp van de GKB, dan verwijst het college hem daar naar door. De GKB kan verzoeker in het kader van schuldhulpverlening één of meerdere van de volgende producten of diensten aanbieden:

    • a.

      herfinanciering;

    • b.

      budgetbeheer;

    • c.

      minnelijke schuldregelingen;

    • d.

      WSNP verklaring;

    • e.

      bewindvoering;

    • f.

      crisisinterventie.

Artikel 7 Duur budgetbeheer

  • 1. De duur van bekostigd budgetbeheer is maximaal achttien maanden.

  • 2. In afwijking van het eerste lid telt de periode die voorafgaat aan het treffen van de schuldregeling niet mee voor het bepalen van de duur van budgetbeheer.

  • 3. In afwijking van het eerste lid verlengt het college het bekostigd budgetbeheer eenmaal met achttien maanden indien de inwoner:

    • a.

      op de datum van verlenging een inkomen heeft dat lager is dan 120% van de voor hem geldende bijstandsnorm en,

    • b.

      hij blijkens een toets (nog) niet in staat is om zijn eigen administratie te voeren.

Artikel 7a Overgangsrecht duur budgetbeheer

  • 1. Voor verzoekers die op 30 april 2014 in door de gemeente bekostigd budgetbeheer zitten, is de duur van door de gemeente bekostigd budgetbeheer beperkt tot maximaal 36 maanden, gerekend vanaf de eerste maand waarop door de gemeente bekostigd budgetbeheer plaats vond.

  • 2. In afwijking van het vorige lid kan door de gemeente bekostigd budgetbeheer verlengd worden, indien de (minnelijke) schuldregeling nog niet is beëindigd.

Artikel 8 Verplichtingen

  • 1. Verzoeker doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk kan zijn dat zij van invloed kunnen zijn op schuldhulpverlening, zowel bij het verzoek als gedurende de looptijd van het schuldhulpverleningstraject.

  • 2. Verzoeker is verplicht om alle medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is gedurende de verzoekperiode en tijdens het schuldhulpverleningstraject. De medewerking bestaat onder andere uit:

    • a.

      het nakomen van afspraken;

    • b.

      geen nieuwe financiële verplichtingen en / of schulden aangaan;

    • c.

      het zich houden aan de bepalingen van de door verzoeker ondertekende overeenkomsten.

    • d.

      het tijdig verschijnen op een afspraak voor schuldhulpverlening;

    • e.

      het overleggen van een identiteitsbewijs, zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht;

    • f.

      het verlenen van toestemming om de voor de schuldhulpverlening van belang zijnde informatie in te winnen bij derden en te verstrekken aan derden;

    • g.

      het zich tot het uiterste inspannen om betaald werk te behouden dan wel fulltime betaald werk te krijgen;

    • h.

      meewerken aan door het college of UWV opgelegde re-integratieverplichtingen;

    • i.

      het treffen van maatregelen om de afloscapaciteit te verhogen, waaronder het beroep doen op inkomensverhogende regelingen, het vragen van kostgeld aan inwonende kinderen en het verkopen van niet noodzakelijke bezittingen;

    • j.

      het gebruiken van de beschikbare afloscapaciteit voor de aflossing van schulden;

    • k.

      het stipt nakomen van de overeengekomen aflossingsverplichtingen;

    • l.

      het zich houden aan de bepalingen van de afgesloten schuldhulpverleningsovereenkomst(en);

    • m.

      het nalaten van wat de voortgang van de schuldhulpverlening belemmert.

  • 3. De verplichtingen als bedoeld in het eerste en tweede lid gelden voor verzoeker ook jegens de GKB of andere derden die namens het college besluiten nemen in het kader van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening.

Artikel 9 Weigeren en beëindigen

  • 1. Indien verzoeker niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in artikel 8, eerste en tweede lid, kan het college besluiten om schuldhulpverlening te weigeren of te beëindigen.

  • 2. Alvorens een besluit te nemen als bedoeld in het eerste lid, stelt het college verzoeker eerst in de gelegenheid zijn verzuim binnen een daartoe door het college te stellen termijn te herstellen.

  • 3. Het college kan besluiten om schuldhulpverlening te weigeren dan wel te beëindigen indien de verzoeker:

    • a.

      een onregelbare schuldenaar is;

    • b.

      niet-regelbare schulden heeft;

    • c.

      niet meer tot de doelgroep behoort;

    • d.

      het schuldhulpverleningstraject succesvol heeft afgerond;

    • e.

      schuldhulpverlening is toegekend op grond van door hem onjuist verstrekte gegevens en deze toekenning niet zou zijn gegeven indien het college wel over de juiste gegevens had beschikt ten tijde van de besluitvorming;

    • f.

      zich misdraagt ten opzichte van schuldhulpverleners, medewerkers van de GKB of vrijwilligers, belast met werkzaamheden in het kader van schuldhulpverlening;

    • g.

      in staat is om zijn schulden zelf te regelen dan wel in staat is de schulden of de financiële huishouding zelfstandig te beheren;

    • h.

      de geboden hulpverlening, gelet op de persoonlijke omstandigheden van de schuldenaar, niet (langer) passend is;

    • i.

      daar schriftelijk om verzoekt;

    • j.

      één of meer schuldeisers heeft die weigeren mee te werken aan de schuldregeling.

Artikel 10 Recidive - hernieuwd verzoek

  • 1. Een verzoeker kan schuldhulpverlening worden geweigerd, indien hij minder dan twee jaar voorafgaand aan de dag waarop hij zich tot het college wendt voor schuldhulpverlening een minnelijke of wettelijke schuldregeling als bedoeld in artikel 6, tweede lid, succesvol heeft doorlopen.

  • 2. Een verzoeker kan schuldhulpverlening worden geweigerd indien minder dan één jaar voorafgaand aan de dag waarop hij zich voor schuldhulpverlening tot het college wendt, schuldhulpverlening is geweigerd of beëindigd op grond van artikel 9, lid 1 of lid 3, tenzij sprake is van weigering of beëindiging op grond van artikel 9, lid 3, onderdelen c, d en g.

  • 3. In afwijking van het eerste en tweede lid kan verzoeker nog wel informatie en advies en/of een doorverwijzing krijgen.

  • 4. Het in dit artikel bepaalde geldt evenzo voor gedragingen die voor inwerkingtreding van deze beleidsregels hebben plaatsgevonden.

Artikel 11 Hardheidsclausule en onvoorziene omstandigheden

  • 1. Het college kan in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van de bepalingen in deze regeling, indien onverkorte toepassing daarvan aanleiding geeft of zou leiden tot onredelijkheid of onbillijkheid van overwegende aard.

  • 2. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels zijn met ingang van de eerste dag na datum van publicatie van kracht en werken terug tot 1 januari 2020.

Artikel 13 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: Beleidsregels Integrale schuldhulpverlening Steenwijkerland 2020.

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van Steenwijkerland,

de secretaris,

Judith de Groot

de burgemeester,

Rob Bats