Uitgiftebeleid groenstroken in de gemeente Steenwijk(erland) 2001

Geldend van 09-05-2001 t/m heden

Intitulé

Uitgiftebeleid groenstroken in de gemeente Steenwijk(erland) 2001

Inleiding.

Er komen bij de gemeente Steenwijkerland vele verzoeken van particulieren, bedrijven en instellingen binnen om groenstroken aan te mogen kopen, te huren, of in bruikleen te nemen. De praktijk was dat vele groenstroken in gebruik werden gegeven, of dat particulieren, bedrijven en instellingen illegaal zelf groenstroken van de gemeente in gebruik namen zonder dit te melden bij de gemeente. Daarnaast is het voor de afdeling Beheer Openbare Ruimte soms onduidelijk welke groenstroken momenteel in eigendom van de gemeente of bijvoorbeeld de woningbouwverenigingen zijn, en wie verantwoordelijk is voor het onderhoud van de desbetreffende groenstrook vanwege gemaakte afspraken in het verleden. Kortom, een duidelijk groenstrokenbeleid binnen de gemeente Steenwijkerland is gewenst. Om in de toekomst een structurele oplossing en kader voor de uitgifte van groenstroken te bieden zijn er twee zaken noodzakelijk. Ten eerste een beleidsnota waarin het uitgiftebeleid groenstroken van de gemeente wordt beschreven. In deze beleidsnota worden criteria aangegeven waaronder de gemeente groenstroken wil verkopen. Ten tweede dient er een functiekaart met de gemeentelijke groenstroken te worden ontwikkeld. Op basis van de Grootschalige Basis Kaart Steenwijk (GBKS) kan een inventarisatie gemaakt worden van alle gemeentelijke groenstroken. Met deze beleidsnota kan vervolgens worden aangegeven of de desbetreffende groenstrook kan worden verkocht.

In deze beleidsnota wordt in principe gesproken over het verkopen van groenstroken. Het verhuren van groenstroken is uitsluitend aan de orde als tijdelijke oplossing voor mensen die een huurwoning hebben. Daarna zal actief worden getracht deze stukken aan de eigenaar (veelal de woonstichting) te verkopen. Het in bruikleen geven van groenstroken heeft veel nadelen voor de gemeente opgeleverd. Het in bruikleen geven van groenstroken aan particulieren, bedrijven en instellingen heeft voor de gemeente ook het juridische nadeel dat door verjaring de gebruiker van de grond eigenaar kan worden zonder hiervoor te betalen aan de gemeente. Nadien heeft de gemeente heeft geen zeggenschap meer over de grond. Voorts heeft het in bruikleen geven van groenstroken door de gemeente tot diverse ongewenste situaties geleid. De kosten die door de nutsbedrijven moeten worden gemaakt om toegang te krijgen tot de kabels en leidingen zijn in sommige gevallen zeer fors. Een aantal gebruikers hebben zelfs vijvers en muurtjes gebouwd op de groenstroken. Voorts onderhouden sommige gebruikers de in gebruik gegeven of genomen gemeentegrond zeer slecht. Indien de gebruikers van een groenstrook bij de aankoop betalen, zullen zij zich wellicht bewuster zijn van de verantwoordelijkheden die behoren bij het in eigendom hebben, en kunnen zij worden aangesproken op de voorwaarden die bij de verkoop zijn bepaald. Tenslotte kunnen de gebruikers het recht van bruikleen op ieder moment opzeggen zonder dat daar kosten aan verbonden zijn voor het ongedaan maken van de achtergelaten beplanting.

Het verhuren van groenstroken bezorgt de gemeentelijke organisatie veel administratieve rompslomp, met daarbij ook nog het controleren van het gebruik van de diverse verhuurde groenstroken door de afdeling Beheer Openbare Ruimte. Gezien bovenstaande redenen zal het groenstroken uitgiftebeleid in de toekomst uitsluitend gericht zijn op het verkopen van groenstroken. Zoals hiervoor is aangegeven wordt alleen bij huurwoningen tijdelijk verhuurd teneinde verjaring te stuiten met het doel de groenstroken te verkopen aan de woning eigenaar.

In deze nota worden criteria geformuleerd op basis waarvan de aanvragen van particulieren, bedrijven en instellingen om groenstroken aan hen te verkopen, kunnen worden getoetst. De criteria geven aan welke functies groenstroken in het algemeen kunnen hebben. Het gaat hierbij duidelijk om groenstroken die in woonwijken liggen.

De beoordelingscriteria voor de uitgifte van groenstroken zijn:

  • 1.

    ruimtelijk criteria;

  • 2.

    infrastructurele criteria;

  • 3.

    cultuurtechnische en -esthetische criteria.

In deze beleidsnota wordt per hoofdstuk één van de bovenstaande criteria behandeld. Aan de hand van in de hoofdstuk 1 tot en met 3 beschreven criteria kan er bepaald worden of het groen een duidelijk functie heeft en niet gemist kan worden, of dat er sprake is van snippergroen. Voordat wordt overgegaan tot de verkoop van grond is het noodzakelijk dat het verzoek van burgers en instellingen en bedrijven om grond te verkopen op basis van de bovengenoemde criteria positief wordt beoordeeld. In hoofdstuk vier worden de uitgangspunten beschreven hoe de verzoeken die positief zijn beoordeeld op basis van de eerder genoemde criteria financieel en administratief worden afgehandeld. In de bijlage is een toetsingslijst opgenomen waarin alle conclusies die zijn geformuleerd op basis van bovengenoemde criteria zijn weergegeven.

Het primaat voor het advies ten aanzien van eventuele verzoeken voor de verkoop van gemeentelijk groenstroken ligt bij de afdeling Ruimtelijke- en Economische Ontwikkeling.

Voor een goede beoordeling van de verzoeken wordt advies gevraagd aan de afdelingen Beheer Openbare Ruimte, Ruimtelijke- en Economische Ontwikkeling. De medewerkers van de afdeling Beheer Openbare Ruimte zullen ter plaatse de situatie moeten gaan beoordelen. De bevoegdheid te beslissen tot de verkoop van de groenstrook of het afwijzen van het verzoek hieromtrent is gemandateerd aan het hoofd van de afdeling Ruimtelijke- en Economische Ontwikkeling.

Indien in de toekomst een functiekaart gemeentelijke groenstroken aanwezig is, kan de afdeling Ruimtelijke- en Economische Ontwikkeling makkelijker zelfstandig een beoordeling maken ten aanzien van de verkoop van gemeentelijke groenstroken.

1. Ruimtelijke criteria.

A.

In bepaalde situaties worden groenstrookjes gebruikt om de stedenbouwkundige opzet

van een wijk ruimtelijk te versterken. In dat geval wordt bijvoorbeeld beplanting gebruikt om een bepaalde route door een wijk te benadrukken (schets 1), dan wel een relatie te leggen tussen twee verschillende planelementen (schets 2). Het gaat hierbij dus om de ruimtelijke functie van de groenstrook. Ook speelt hier de sociale veiligheid een rol.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 1a.

Strookjes groen die, naar het oordeel van de gemeente, een ruimtelijke functie hebben in een wijk worden niet verkocht.

B.

Soms hebben groenstrookjes als openbaar groen een camouflerende functie. Met name waar de privé-achtertuin grenst aan de openbare weg is het soms wenselijk de achtererven met de daarop geplaatste bebouwing zoals duivenhokken, kippenrennen, serres, enz. aan het oog te onttrekken door een strookje openbaar groen (schets 3). Deze groenstroken hebben een duidelijke camouflerende functie tussen het privé terreinen en de openbare ruimte.

afbeelding binnen de regeling

In verband met de duidelijkheid en de beleving van het ruimtelijk patroon van een wijk in de toekomst is het niet wenselijk dergelijke groenstroken af te stoten. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken zal moeten worden aangegeven welke groenstroken een dergelijke functie hebben binnen de gemeente Steenwijk.

Conclusie 1b.

Strookjes openbaar groen, die naar het oordeel van de gemeente een (camouflerende) functie hebben of krijgen, zodanig dat eerder sprake is van aankledingsgroen, in bestaande of toekomstige ruimtelijke opbouw van een wijk c.q. de beleving ervan, worden niet verkocht.

C.

Soms hebben deze strookjes groen een duidelijke functie in de aankleding van bijvoorbeeld een speelplek of een zithoekje. Zij doorbreken in dat geval veelal het steenachtige karakter van dergelijke plekken (schets 4).

Daarnaast zal door een bepaalde opbouw van een dergelijke strook een zekere ruimtewerking worden gesuggereerd (schets 5). Deze kan verloren gaan wanneer dergelijke stroken worden verkocht.

afbeelding binnen de regeling

In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken kan worden aangegeven welke strookjes openbaar groen een duidelijke functie hebben in de aankleding van speelplekken en/of zithoekjes, dan wel in positieve zin bijdragen aan de ruimtelijke beleving ervan.

Conclusie 1c.

Strookjes openbaar groen die, naar het oordeel van de gemeente een duidelijke functie hebben in de aankleding van speelplekken en/of zithoekjes, dan wel in positieve zin bijdragen aan de ruimtelijke beleving ervan, worden niet verkocht.

D.

De aanvraag van een particulier, bedrijf of instelling om een strookje openbaar groen

aan te mogen kopen, moet steeds in samenhang met de aangrenzende percelen worden beoordeeld. Het solitair verkopen van strookjes groen kan in bepaalde gevallen anders snel leiden tot ongewenste versnippering, (schets 6) die daardoor bovendien relatief arbeidsintensief in het onderhoud worden, en afbreuk doen aan de beleving van de totaliteit. Het is niet de taak van de gemeente om te zorgen dat alle eigenaren van belendende percelen instemmen met de aankoop van de groenstrook.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 1d.

Indien als gevolg van de verkoop van groenstroken een ongewenste versnippering ontstaat omdat niet alle eigenaren van de belendende percelen akkoord gaan met de koop van de groenstrook, gaat de transactie niet door.

E.

Evenzo is het denkbaar dat een particulier, bedrijf of instelling verzoekt om een gedeelte van een strookje openbaar groen te mogen kopen (schets 7). Ook dit heeft een ongewenste versnippering van het groen tot gevolg, waarbij het bovendien mogelijk kan zijn dat de resterende door de gemeente in te planten strook, te gering wordt om deze nog aantrekkelijk in te richten.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 1e.

Groenstroken van de gemeente, die niet zijn totaliteit worden overgenomen, en waarbij dit naar het oordeel van de gemeente bezwaarlijk is, worden in beginsel niet verkocht.

F.

Tenslotte kan het voorkomen dat een particulier, bedrijf of instelling vraagt om een groenstrook te kopen die niet direct grenst aan het perceel waar de particulier, het bedrijf of de instelling eigenaar van is. Dit kan leiden tot een ongewenste versnippering van het groen en het onderhoud ervan binnen een wijk. Ook kan het leiden

tot extra kosten vanwege het verleggen van bijvoorbeeld een trottoir.

Conclusie 1f.

Waar strookjes openbaar groen niet grenzen aan het grondgebied van de aanvragende eigenaar worden deze niet aan derden verkocht.

2 Infrastructurele criteria

A.

In bepaalde situaties wordt door de afdeling Ruimtelijk Beheer de beplanting van strookjes openbaar groen opzettelijk laag gehouden: b.v. in verband met uitzichthoeken bij onoverzichtelijke kruisingen (schets 8), uitpaden van fietsers (schets 9) en spelende kinderen (schets 10). In de toekomst worden deze groenstroken in de functiekaart gemeentelijke groenstroken aangegeven zodat de functionele verkeerstechnische waarde van deze groenstroken duidelijk wordt.

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Weliswaar kan deze verplichting ook via het stellen van verkoopvoorwaarden worden opgelegd aan de toekomstige eigenaren van de bedoelde strookjes en verbiedt de Algemene Plaatselijke Verordening (artikel 2.1.6.3. APV) uitzicht belemmerende planting. Bomen, heggen en struiken, die het vrije uitzicht kunnen belemmeren, of op een andere wijze hinder of gevaar op kunnen leveren voor het wegverkeer, kunnen op last van de Algemene Plaatselijke Verordening worden verwijderd na aanschrijving door burgemeester en wethouders. Als de groenstrook in eigendom is van de gemeente kan deze belemmerende beplanting worden verwijderd door de afdeling Ruimtelijk Beheer. Als de groenstrook in bezit is van particulieren, bedrijven of instellingen kan dit uitlopen op slepende procedures.

Conclusie 2a.

Tot de verkoop van groenstroken zal alleen worden overgegaan indien door de huidige of mogelijke toekomstige inrichting geen gevaar voor de verkeersveiligheid zal ontstaan. Ingeval van verkoop zullen nadere verkoopvoorwaarden worden gesteld aan aard, hoogte en dichtheid van de beplanting en aan de erfafscheiding, zodat ondermeer de verkeersveiligheid gewaarborgd blijft.

B.

Sommige strookjes grond hebben een doorgangsfunctie c.q. ontsluitingsfunctie voor andere plandelen zoals water (schets 11), speelveld

(schets 12) of straatjes (schets 13).

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Het verkopen van dergelijke strookjes zou betekenen dat bepaalde planelementen onbereikbaar worden voor derden c.q. de verkeerstechnische opzet van een buurt of industrieterrein wordt aangetast en het onderhoud wordt bemoeilijkt. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken dienen deze stroken te worden vermeld, zodat duidelijk wordt dat deze groenstroken een belangrijke functie hebben.

Conclusie 2b.

Tot verkoop van strookjes zal uitsluitend worden overgegaan indien de verkeerscirculatie binnen een buurt en de bereikbaarheid van andere planelementen daardoor niet wordt aangetast.

C.

Kleinere strookjes openbaar groen hebben vaak de functie om geparkeerde auto’s aan

het zicht te onttrekken, dan wel (m.n. ’s avonds) de lichtbundels van de koplampen van

de auto’s enigszins te temperen (schets 14). Waar deze strookjes een dergelijke functie hebben lijkt het wenselijk daaraan niet te tornen. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken moet worden vermeld welke groenstroken een camouflerende functie hebben.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 2c.

Strookjes groen, die naar het oordeel van de gemeente een camouflerende functie hebben voor geparkeerde auto’s of het temperen van lichtbundels worden niet verkocht.

D.

In bepaalde situaties liggen rioleringen, hoofdkabels en/of –leidingen onder stukjes openbaar groen. De beplanting is daar veelal op aangepast (geen diepwortelende planten) terwijl deze tevens in verband met reparaties, aanpassing leidingverloop en soort gelijke zaken eenvoudig uitgraafbaar en herplantbaar moet zijn. De nutsbedrijven die hoofdkabels en/of -leidingen in gemeentelijk grond hebben liggen zijn veelal een groot tegenstander van het verkopen van deze groenstroken. In een aantal bestemmingsplannen worden groenstroken nadrukkelijk aangewezen voor het leggen van grotere kabels en leidingen door de nutsbedrijven. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken zal moet worden aangegeven dat in deze groenstroken kabels en leidingen liggen.

Conclusie 2d.

Strookjes openbaar groen waarin rioleringen, kabels en/of leidingen liggen worden niet verkocht, tenzij na overleg met de beheerders van de rioleringen, kabels en/of leidingen blijkt dat door middel van het stellen van verkoopvoorwaarden de bezwaren, die aan de verkoop kleven, kunnen worden weggenomen.

E.

Ook staan in groenstrookjes soms schakelkasten (kabeltelevisie), Gasdruk-regelstations, transformatorkastjes van nutsbedrijven (schets 15). Deze moeten vaak van alle zijden toegankelijk blijven in verband met reparatiewerkzaamheden enz. door de nutsbedrijven. Om

beschadiging van privé-eigendommen te voorkomen en om reparatiewerkzaamheden niet te belemmeren, is het wenselijk de gronden om deze elementen deels in eigen beheer te houden.

Afhankelijk van de soort voorziening en situatie kan de verkoop van een deel van het openbaar groen worden bezien. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken zal moeten worden aangegeven of het mogelijk is, afhankelijk van de soort voorziening en de situatie, de

groenstrook te verkopen. De ondergrond van de hier bedoelde voorzieningen kan wel worden verkocht aan de nutsbedrijven.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 2e.

Strookjes openbaar groen, waarin schakelkasten, gasdrukregelstations, transformatorhuisjes en vergelijkbare nutsvoorzieningen zijn aangebracht, worden niet aan derden verkocht, tenzij na overleg met de beheerders van deze voorzieningen, blijkt dat door middel van het stellen van verkoopvoorwaarden de bezwaren, die aan de verkoop kleven, kunnen worden weggenomen.

F.

Tenslotte is het mogelijk dat bepaalde strookjes grond bereikbaar moeten blijven in verband met werkzaamheden die door overheidslichamen moeten worden verricht zoals het opschonen van boezem- c.q. polderwater. Ook dan is het wenselijk deze gronden niet aan particulieren, bedrijven of instellingen te verkopen. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken zal moeten worden aangegeven dat deze bepaalde strookjes grond functioneel zijn voor de werkzaamheden die door overheidslichamen moeten worden verricht.

Conclusie 2f.

Strookjes openbaar groen, die in verband met civieltechnische / cultuurtechnische werkzaamheden bereikbaar moeten blijven, worden niet aan derden verkocht.

3 Cultuurtechnische en cultuuresthetische criteria.

A.

In de wat oudere wijken begint de beplanting na een aantal jaren tot volle wasdom te komen. Dit heeft grotere bomen en vollere heesters en struiken tot gevolg. Vaak gaat het hierbij om straatbepalende waardevolle bomen en beplanting. Het zou jammer zijn dit proces te verstoren door dergelijk groen nu in handen van derden te geven. Het is erg moeilijk hiervoor eenduidige algemene richtlijnen te ontwikkelen, omdat elke soort beplanting haar eigen levenscyclus heeft.

Immers de reden van een particulier om een strookje openbaar groen over te nemen is meestal niet het behouden of conserveren van de bestaande situatie. Ook indirect kan het uitbreiden van de privé-tuin met een stukje openbaar groen invloed hebben op bestaande waardevolle beplanting. Verzoeken tot rooien van opgaande beplanting in verband met de bezonning en dergelijke kunnen het gevolg zijn. Bovendien is de ene soort beplanting wat eenvoudiger verplaatsbaar c.q. vervangbaar dan de andere. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken dient te worden aangegeven welke groenstroken een soort beplanting bevat die uit cultuurtechnische c.q. -esthetisch oogpunt behouden dient te blijven.

Conclusie 3a.

Strookjes openbaar groen worden niet verkocht wanneer de waardevolle en/of moeilijk vervangbare beplanting verloren zou kunnen gaan en of het esthetisch aanzien zou worden aangetast.

B.

Evenzo wordt bepaalde beplanting aangelegd in samenhang met de omgeving, waarbij vorm, afmetingen, kleur, structuur, en textuur een rol spelen (schets 16). Verwijderen c.q. verplaatsen van deze beplanting kan het, bij de aanleg door de afdeling Ruimtelijk Beheer, beoogde effect

voor “natuurlijke evenwicht”, verstoren. Bovendien is het zeer de vraag of de nieuwe of toekomstige situatie (incl. de privé-beplanting) een nieuw evenwicht zal ontstaan. In een toekomstige functiekaart gemeentelijke groenstroken zal moeten worden aangegeven dat deze beplanting een belangrijke functie vertegenwoordigd.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 3b.

Strookjes openbaar groen, behorend tot een integraal aangelegd beplantingsplan, worden niet verkocht.

C.

Bij verkoop van strookjes groen kunnen ten aanzien van de toekomstige gebruikssituatie conflicten optreden ten opzichte van de resterende openbare (groen)voorzieningen. De slagschaduw van een wat grotere boom zou daardoor namelijk juist in de nieuwe tuin kunnen reiken (schets 17), hetgeen weer tot verzoeken tot rooien kan leiden. Aangezien voor

uitgifte de gehele situatie als openbaar groen was ingericht mag na wijziging van de situatie

geen aanspraak gemaakt worden op het aanpassen van de resterende in het openbaar

gebied blijvende groenvoorziening.

afbeelding binnen de regeling

Conclusie 3c.

Bij verkoop van strookjes openbaar groen dient de bestaande situatie te worden geaccepteerd en kan geen honorering van verzoeken tot aanpassing van het resterende openbaar groen plaatsvinden.

4 Uitgangspunten verkoop van groenstroken

A.

Met het verkopen van strookjes openbaar groen aan particulieren, bedrijven of instellingen zijn ook financiële belangen gemoeid. Daarbij dient ondermeer gedacht te worden aan de personeelslasten bij de beoordeling, het opstellen van verkoopcontracten en de incasso van de daarin omschreven revenuen. Het grote voordeel van de verkoop van groenstroken is dat het onderhoud van deze groenstroken veelal zeer arbeidsintensief is, zodat de kosten voor de onderhoudswerkzaamheden van de afdeling Ruimtelijk Beheer kunnen komen te vervallen. Een ander voordeel is dat de verkoop van de groenstroken extra financiën opleveren voor de gemeente.

De met het uitgeven van stukjes grond gemoeide financiële belangen zijn als volgt te onderscheiden:

  • 1.

    Administratieve beheerskosten:

    • a.

      beoordeling van de aanvragen op de mogelijkheden van verkoop van groenstroken;

    • b.

      opstellen en afhandelen van de verkoopovereenkomsten;

    • c.

      incasso van de te betalen koopsom bij verkoop van de groenstroken.

  • 2.

    Technische beheerskosten:

    • a.

      controle op naleving van het toegestane gebruik door de afdeling Ruimtelijk Beheer;

    • b.

      het opstellen en muteren van de functiekaart;

    • c.

      het toeleveren van een advies per aanvraag.

  • 3.

    Revenuen:

    • a.

      het vervallen van de met de normale onderhoudswerkzaamheden verbonden kosten;

    • b.

      de voor de verkoop te ontvangen vergoeding.

In beginsel worden groenstroken verkocht om van de bovenstaande kosten van het groenonderhoud af te zijn.

Conclusie 4a.

Groenstroken worden in beginsel verkocht tenzij de opgestelde uitgangspunten een belemmering vormen.

B.

Het huidige beleid ten aanzien van de verkoop van groenstroken is gebaseerd op een besluit van het College van Burgemeester en Wethouders van 16 februari 1982. In deze vergadering is besloten om groenstroken te verkopen aan de bewoners. De prijs die betaald diende te worden, was 50% van de prijs per m2 van de desbetreffende exploitatieopzet. Als er voor het betreffende gebied geen exploitatieopzet beschikbaar werd een prijs van € 13,50 per m2 gehanteerd. In de praktijk werden veel groenstroken voor de standaardprijs van € 13,50 per m2 verkocht. Voor percelen die al jarenlang op een legale wijze gratis in gebruik zijn bij particulieren wordt voorgesteld deze prijs te hanteren c.q. te handhaven. Op deze wijze worden de gebruikers gestimuleerd om het perceel toch aan te kopen. Bij een te hoge prijs per m2 kunnen de gebruikers afzien van aankoop, zodat de oplossing voor het uiteindelijke probleem uitblijft.

Conclusie 4b.

Voor groenstroken die al jaren legaal en schriftelijk in gebruik zijn gegeven wordt de verkoopprijs vastgesteld op € 13,50per m2

C.

De prijs van € 13,50 per m2 is voor nieuwe aanvragen aan de lage kant, gezien het feit dat er sinds jaren geen inflatiecorrectie heeft plaatsgevonden. De prijs van € 22,50 per m2 voor nieuwe aanvragen is meer marktconform.

Conclusie 4c.

Voor nieuwe aanvragen, tot een oppervlakte van maximaal 100 m2 , is de marktconforme verkoopprijs voor groenstroken bepaald op € 22,50per m2.

D.

In het verleden zijn er wel groenstroken verkocht van meer dan 100 m2. Deze grond werd zodoende voor relatieve lage prijs verkocht ten opzichte van de verkoopprijs van gronden voor bouwgrond. Wellicht gaat de koper in de toekomst deze grond wel bebouwen. Indien de koper echter plannen heeft om de grond te gaan gebruiken als bouwgrond dan zal in de meeste gevallen het bestemmingsplan aangepast dienen te worden. Een groenstrook is in principe een klein stukje grond waarbij de grens kan worden gelegd bij 100 m2. Deze oppervlakte is subjectief en willekeurig bepaald. Er zijn ook gemeenten in Nederland die de grens voor snippergroenstroken leggen bij 50 m2. Indien de koper een groenstrook wil kopen die groter is dan 100 m2 dient de grondprijs over de oppervlakte vanaf 100 m2 hoger te liggen dan de nieuwe voorgestelde prijs van € 22,50 per m2. Meestal wordt hierbij gewerkt met een prijs die 50% van de gemiddelde vierkante meterprijs voor bouwgrond die in de gemeente wordt gehanteerd. Gemiddeld zou dit in de gemeente Steenwijkerland neer komen op het hanteren van een grondprijs van € 36,-- per m2.

Conclusie 4d.

Bij groenstroken die worden verkocht met een oppervlakte boven de 100 m², wordt een prijs gehanteerd van € 36,--- per m² gerekend over de oppervlakte vanaf 100 m².

E.

Sommige burgers vragen aan de gemeente om een openbare groenstrook te kopen met het doel om bijvoorbeeld de grond te gaan gebruiken voor het bouwen van een carport, een garage of het uitbreiden van de woning. Indien het bestemmingsplan het toelaat om deze bouwwerken te gaan bouwen, ligt het meer in de lijn om de grond te verkopen voor een

bouwgrondprijs. Vaak zijn de bouwgrondprijzen van deze percelen lager vastgesteld dan de huidige prijzen voor bouwgrond binnen de gemeente. Voorgesteld wordt een prijs van € 36,--- per m² te hanteren die in de lijn ligt met de hiervoor genoemde prijzen voor het verkopen van

groenstroken. Indien een bestemmingsplan wijziging noodzakelijk is om de beoogde bebouwing te kunnen realiseren, worden deze kosten eveneens aan de koper doorberekend.

Conclusie 4e.

Groenstroken die worden verkocht met het doel en de mogelijkheid, eventueel na een bestemmingsplan wijziging, om er een bouwwerk op te plaatsen worden verkocht voor € 36,-- per m2 , gerekend over de totale oppervlakte van de te verkopen groenstrook.

F.

Groenstroken worden alleen maar verkocht indien de koper eigenaar is van het naastgelegen perceel. Zodoende worden groenstroken gelegen bij huurwoningen niet verkocht aan huurders. Indien de toetsingscriteria het toelaten, worden groenstrokengelegen naast huurwoningen in eerste instantie verkocht aan de verhuurder. Indien dit in de gegeven omstandigheden gewenst is om bijvoorbeeld verjaring te stuiten zal het noodzakelijk om de groenstroken bij uitzondering wel te verhuren. De gemeente streeft er naar overeenstemming te bereiken met de woningcorporaties ten aanzien van de verkoop van de huidige in bruikleen gegeven groenstroken bij huurwoningen.

Conclusie 4f.

Groenstroken bij huurwoningen worden verkocht aan de verhuurder. Huidige in bruikleen gegeven groenstroken bij huurwoningen zullen in principe onder nader te bepalen voorwaarden worden over gedragen aan de woningcorporaties. Bij uitzondering is het in sommige gevallen noodzakelijk de groenstroken tijdelijk te verhuren aan de huurders van de woningen totdat overeenstemming bereikt is met de woning corporatie.

G.

Er zijn ook toekomstige kopers die vragen aan de gemeente of er aanpassing van de groenstrook ten aanzien van de hoogte of de beplanting kan plaatsvinden. Gemeentelijke gronden worden bij verkoop over gedragen in de staat waarin deze zich bevindt bij eigendomsoverdracht of bij eerdere in gebruikneming. Groenstroken worden bij verkoop daarom uitsluitend overgedragen in de staat waarin deze zich bevindt op het moment van eigendomsoverdracht. Dit betekent dat eventuele verzoeken voor aanpassing van de groenstroken worden afgewezen.

Conclusie 4g.

Groenstroken worden overgedragen in de staat waarin het zich bevindt bij de eigendomsoverdracht. Eventuele verzoeken tot aanpassing van de groenstrook worden niet gehonoreerd vanwege de daarmee samenhangende kosten.

H.

Om willekeur te voorkomen en gelijkheid na te streven zullen, nadat de nota "Uitgifte groenstroken in de gemeente Steenwijk" door de gemeenteraad is vastgesteld, alle gebruikers van de in gebruik gegeven gemeentelijke groenstroken worden aangeschreven met het aanbod de groenstrook te kopen. Indien de gebruiker van de in gebruik gegeven groenstrook de grond niet wil kopen, wordt de groenstrook weer in onderhoud genomen door de gemeente. Indien sprake is van goede trouw, kan de gebruiker van een gemeentelijke groenstrook na 30 jaar, conform het Nieuw Burgerlijk Wetboek door verjaring eigenaar worden van de in bruikleen gegevengrond. In de praktijk zullen hierdoor weinig problemen optreden. Goede trouw is namelijk moeilijk aan te tonen door de gebruiker van een gemeentelijke groenstrook.

Conclusie 4h.

Alle huidige gebruikers van in gebruikgegeven groenstroken worden aangeschreven met het aanbod de groenstrook te kopen. Indien de gebruiker de groenstrook niet wil kopen, wordt de groenstrook weer overgedragen aan de gemeente en het onderhoud weer uitgevoerd door de gemeente.

I.

Groenstroken waar door de nutsbedrijven bijvoorbeeld trafo’s e.d. worden gebouwd worden verkocht tegen de prijzen zoals die zijn vastgesteld in de exploitatieopzet geldend dat gebied. Na de looptijd van de exploitatie worden de prijzen geïndexeerd, volgens de index “werknemers laag”. Gronden die niet gelegen zijn in een exploitatiegebied worden verkocht tegen een door de afdeling Ruimtelijke – en Economische Ontwikkeling nader vast te stellen prijs, rekening houdend met een minimumprijs van € 56,50. De reden dat hier een hogere grondprijs wordt gehanteerd dan de gebruikelijke “groenprijzen” is omdat het hier geen particulier betreft maar zakelijke dienstverlening. Hiermee rekening houdende kan tevens gezegd worden dat per transactie relatief weinig grond gemoeid is, wat op zich een prijsverhogende werking kan hebben. Indien de gemeente Steenwijkerland nog andere werkzaamheden moet verrichten om de bouw mogelijk te maken of het overige groen aan te passen op de nieuw ontstane situatie worden deze kosten eveneens doorberekend.

Conclusie 4i.

De verkoop van gronden aan de nutsbedrijven ten behoeve van de bouw van trafo’s e.d. kan geschieden tegen prijzen overeenkomst de exploitatieopzet geldend voor dat gebied. Overige gronden tegen een nader vast te stellen prijs, met een minimum van

€ 56,50.

Bijlage 1. Toetsingslijst verkoop of verhuur van groenstroken.

Op basis van de conclusies onder de paragrafen 1 tot en met 3 kan een toetsingslijst worden opgesteld. Per conclusie dient eerst beoordeeld te worden of de conclusie van toepassing is op de aanvraag voor de verkoop van de desbetreffende groenstrook. Is de conclusie van toepassing is, dan kan worden beoordeeld of de conclusie positief of negatief uitvalt ten aanzien van de desbetreffende groenstrook. Indien één conclusie negatief uitvalt, wordt de groenstrook niet verkocht.

Nr.

Conclusie

Pos.

Neg.

N.V.T.

1. Ruimtelijke Criteria

1a.

Geen ruimtelijke functie binnen de wijk

1b.

Geen (camouflerende) functie in bestaande of toekomstige ruimtelijke opbouw van een wijk c.q. de beleving ervan

1c.

Geen duidelijk functie in de aankleding van speelplekken en/of zithoekjes, dan wel in positieve zin bijdragen aan de ruimtelijke beleving ervan

1d.

De eigenaren van de belangrijkste belendende percelen ook bereid zijn tot dezelfde transactie, zodat er geen versnippering plaatsvindt

1e.

De groenstrook wordt in zijn totaliteit overgenomen, zodat een logische nieuwe erfgrens ontstaat

1f.

Strookjes openbaar groen grenst aan het grondgebied van de aanvragende eigenaar

2. Infrastructurele criteria

2a.

De toekomstige en huidige inrichting levert geen gevaar voor de verkeersveiligheid

2b.

De verkeerscirculatie binnen de buurt en de bereikbaarheid van andere planelementen wordt niet aangetast

2c.

Camouflerende functie voor bijvoorbeeld geparkeerde auto’s

2d.

Rioleringen en/of leidingen aanwezig in de groenstroken, eventueel na overleg met de beheerders van de voorzieningen

2e.

Schakelkasten, gasregelstations, transformatorhuisjes en vergelijkbare nutsvoorzieningen aanwezig op de openbare groenstroken, eventueel na overleg met de beheerders van de voorzieningen

2f.

Bereikbaarheid voor civieltechnische- en cultuurtechnische werkzaamheden blijft gehandhaafd

3. Cultuurtechnische en esthetische criteria.

3a.

Geen waardevolle en/of moeilijk vervangbare beplanting gaat verloren c.q. het esthetisch aanzien wordt niet aangetast

3b.

Niet behorend tot een integraal aangelegd beplantingsplan

3c.

De bestaande situatie wordt geaccepteerd. Er vindt geen aanpassing plaats van het resterende groen als gevolg van de verkoop van de groenstrook

TABEL I

Richtlijnen verkoop groenstroken

4a.

Groenstroken worden in beginsel verkocht

4b.

Groenstroken die al jaren legaal en schriftelijk in gebruik zijn gegeven wordt de verkoopprijs vastgesteld op € 13,50 per m²

4c.

Voor nieuwe aanvragen is de verkoopprijs van groenstroken tot 100 m² is bepaald

op € 22,50 per m²

4d.

Vanaf 100 m² geldt een verkoopprijs van € 36,-- per m²

4e.

Groenstroken die worden aangekocht door burgers met het doel om er een bouwwerk op te zetten, worden eveneens voor de prijs van € 36,-- per m² verkocht, gerekend over de gehele oppervlakte. De eventuele kosten van de bestemmingsplanwijziging dienen eveneens door de koper te worden betaald

4f.

Huidige in bruikleen gegeven groenstroken bij huurwoningen worden in principe onder nader te bepalen voorwaarden verkocht aan de woningcorporaties

4g.

Groenstroken worden overgedragen in de staat waarin deze zich bevinden bij eigendomsoverdracht. Eventuele verzoeken tot aanpassing van de groenstrook worden, vanwege de kosten, niet gehonoreerd

4h.

Indien de gebruikers niet op het aanbod tot koop ingaan dien het gebruik te worden beëindigd. Het beheer en onderhoud van de groenstrook komt daarna weer bij de gemeente

4i.

De verkoop van gronden aan de nutsbedrijven ten behoeve van de bouw van trafo’s e.d. kan geschieden tegen prijzen overeenkomstig de exploitatieopzet, geldend voor dat gebied. Overige gronden tegen een nader vast te stellen prijs met een minimum van

€ 56,50.

TABEL II

Ingroeiregeling t.a.v. verkoop groenstroken gelegen in de voormalige gemeente IJsselham en Brederwiede, over de periode vanaf 01-01-2001 tot 01-01-2003

4a.

Groenstroken worden in beginsel verkocht

4b.

Groenstroken die al jaren legaal en schriftelijk in gebruik zijn gegeven wordt de verkoopprijs vastgesteld op € 13,50 per m²

4c.

Voor nieuwe aanvragen is de verkoopprijs van groenstroken tot 100 m² is bepaald

op € 17,88 per m²

4d.

Vanaf 100 m² geldt een verkoopprijs van € 27,23-- per m²

4e.

Groenstroken die worden aangekocht door burgers met het doel om er een bouwwerk op te zetten, worden eveneens voor de prijs van € 27,23,-- per m² verkocht, gerekend over de gehele oppervlakte. De eventuele kosten van de bestemmingsplanwijziging dienen eveneens door de koper te worden betaald

4f.

Huidige in bruikleen gegeven groenstroken bij huurwoningen worden in principe onder nader te bepalen voorwaarden verkocht aan de woningcorporaties

4g.

Groenstroken worden overgedragen in de staat waarin deze zich bevinden bij eigendomsoverdracht. Eventuele verzoeken tot aanpassing van de groenstrook worden, vanwege de kosten, niet gehonoreerd

4h.

Indien de gebruikers niet op het aanbod tot koop ingaan dien het gebruik te worden beëindigd. Het beheer en onderhoud van de groenstrook komt daarna weer bij de gemeente

4i.

De verkoop van gronden aan de nutsbedrijven ten behoeve van de bouw van trafo’s e.d. kan geschieden tegen prijzen overeenkomstig de exploitatieopzet, geldend voor dat gebied. Overige gronden tegen een nader vast te stellen prijs met een minimum van

€ 56,50.

N.B. MET INGANG VAN 01-01-2003 GELDEN VOOR DE GEHELE GEMEENTE (DUS OOK VOOR DE VOORMALIGE GEMEENTE BREDERWIEDE EN IJSSELHAM) DEZELFDE PRIJZEN ZOALS GENOEMD IN TABEL 1