ALGEMENE VERORDENING ONDERGRONDSE INFRASTRUCTUREN 2019 GEMEENTE STEIN

Geldend van 26-06-2019 t/m heden

Intitulé

ALGEMENE VERORDENING ONDERGRONDSE INFRASTRUCTUREN 2019 GEMEENTE STEIN

DE RAAD VAN DE GEMEENTE STEIN,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stein d.d. 28 mei 2019 gelet op artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikelen 5.2 en 5.4, vierde lid, van de Telecommunicatiewet en artikelen 149, 154, 156 en 229 van de Gemeentewet;

HOOFDSTUK 1: INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1 – Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. belanghebbenden:

de bewoners (omwonenden) en bedrijfsmatige gebruikers van alle percelen, grenzend aan het tracé van kabels en/of leidingen, waar de werkzaamheden worden uitgevoerd.

b. breekverbod:

tijdelijke opschorting van graaf- en/of opbreekwerkzaamheden, op last van het college, in verband met vergunde evenementen of extreme weersomstandigheden. Onder extreme weersomstandigheden worden in ieder geval inbegrepen wateroverlast, sneeuwval of ijzel en vorst. Grondslag voor de opschorting is de overlast voor de bewoners en/of schade voor de gemeente Stein door bijvoorbeeld breuk van vastgevroren bestratingsmateriaal of niet goed te verdichten ondergrond dan wel het niet (meer) aaneengesloten kunnen afwerken van sleuven of verhardingen.

c. boring:

het maken van een holle ruimte in de grond, zonder daarbij de omringende grondslag te verwijderen.

d. bovengrondse voorzieningen:

transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations die onderdeel uitmaken van een net of netwerk, als bedoeld in. onderdeel o van dit artikel, die bovengronds in de openbare ruimte worden geplaatst.

e. calamiteit:

1. een onvoorziene gebeurtenis zoals een onderbreking in de voorziening met een overschrijding van de voor verstoringen gehanteerde “normale” tijdsduur en aantal klanten;

2. een aanzienlijke, ongecontroleerde waterlekkage of gasuitstroming onder hoge druk;

3. een ernstig ongeval door bijv. brand of explosie met een grote maatschappelijke impact en aanzien van de openbare orde en/of veiligheid.

f. college:

het college van burgemeester en wethouders van gemeente Stein dan wel de gemandateerde medewerker.

g. digitale meldsysteem:

dit is het digitale meldsysteem, ( MOOR) dat door het college wordt gehanteerd en waarmee de communicatie over kabels en leidingen met het college dient te worden gevoerd.

h. gedoogplichtige:

degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikel 5.2, eerste lid van de Telecommunicatiewet, een publiekrechtelijke vergunning of een privaatrechtelijke overeenkomst.

i. groenvoorziening:

het geheel van aanplant, zoals bomen, beplanting, bosplantsoen, bloemberm, gras of gazon.

j. grondroerder:

degene, onder wiens verantwoordelijkheid of leiding graafwerkzaamheden feitelijk worden verricht.

k. handhole:

afsluitbare ondergrondse holle behuizing voor het onderbrengen van voornamelijk appendages of apparatuur met toegangsluik onder de verharding of op maaiveldniveau,

l. (huis)aansluiting:

het gedeelte van de kabel of leiding dat een netwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt onder andere ten behoeve van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onder a tot en met e, van de Wet waardering onroerende zaken.

m. instemmingsbesluit:

besluit van het college op een melding van voorgenomen werkzaamheden aan kabels ten behoeve van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, als bedoeld in artikel 5.4 eerste lid van de Telecommunicatiewet (niet zijnde werkzaamheden van niet-ingrijpende aard dan wel spoedeisende werkzaamheden c.q. calamiteiten.

n. kabels en/of leidingen:

kabels en/of (buis)leidingen als onderdeel van een net(werk), daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, voorzieningen (afsluiters, brandkranen, lassen etc.) en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer, en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken; voorbeelden van deze kabels en/of leidingen zijn kabels als bedoeld in de Telecommunicatiewet, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen), waterleidingen, stadsverwarmingsleidingen, kabels en/of leidingen ten behoeve van industriële netwerken en signaalkabels.

o. net of netwerk:

één of meerdere ondergrondse kabel(s) of leiding(en),daaronder mede begrepen lege buizen ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie (een, al dan niet openbaar, elektronisch communicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1. onder e en h van de Telecommunicatiewet).

p. netbeheerder:

degene die als natuurlijk persoon handelende in de uitoefening van een beroep of bedrijf dan wel als rechtspersoon

• beheerder is van een net of netwerk voor levering van elektriciteit, gas, water, warmte of WKO (Warmte Koude Opslag) of

• aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk.

q. melding:

melding als bedoeld in artikel 4, tweede en vierde lid. Het betreft werkzaamheden, waarvoor geen vergunning of instemmingsbesluit noodzakelijk is.

r. mantelbuis:

beschermbuis (staal of kunststof) om een kabel of leiding.

s. montagegat of lasgat:

sleuven met over het algemeen beperkte afmetingen, die worden gemaakt t.b.v. de toegang tot een handhole, het opgraven van een kabelrol t.b.v. (huis)aansluitingen, het maken van aftakkingen, voor het herstellen van kabel- of leidingstoringen of voor inspectiedoeleinden.

t. niet-openbare kabels en/of leidingen:

kabels en/of leidingen dan wel het netwerk, waartoe deze behoren, die niet gebruikt worden om openbare (voor het publiek beschikbare) diensten aan te bieden.

u. openbare gronden:

1. openbare wegen met inbegrip van de daartoe behorende stoepen, glooiingen, bermen, sloten, bruggen, viaducten, tunnels, duikers, beschoeiingen en andere werken.

2. wateren met de daartoe behorende bruggen, plantsoenen, pleinen en andere plaatsen, die voor eenieder toegankelijk zijn.

v. persing:

een (niet-) bestuurbare boortechniek, uitgevoerd vanuit een werkput, waarbij door een horizontaal heiblok een buis nagenoeg horizontaal in de grond wordt gedreven of getrokken

w. sleuf: de opening die ontstaat door het verwijderen van verharding en/of grond ten behoeve van het leggen van kabels en/of leidingen.

x. verharding: gedeelte van de wegconstructie boven de funderingslaag. Verhardingen zijn onder te verdelen in:

1. gesloten verharding: een verharding met een aaneengesloten structuur, zoals:

• asfaltverharding,

• betonverharding,

• open verharding voorzien van een gebonden voegvulling waardoor plaatvorming ontstaat,

• half-verharding waarbij als gevolg van toevoegstoffen of in het product aanwezige stoffen een plaatvorming ontstaat.

2. open verharding: een verharding bestaande uit los naast elkaar gelegen elementen. In tegenstelling tot een gesloten verharding heeft een open verharding voegen en is in meer of mindere mate water- en gasdoorlatend. Voorbeelden van open verhardingen zijn:

• bestrating: een elementenverharding waarbij gebruik wordt gemaakt van materialen (gebakken of beton) in reguliere formaten en patronen zoals:

- gebakken klinkers dikformaat, waalformaat, keiformaat,

- betonstraatstenen (BSS) 10 x 20 cm,

- betontegels 30 x 30 cm tot 50 x 50 cm.

• sierbestrating: een elementenverharding waarbij gebruik is gemaakt van bijzondere formaten en/of patronen zoals:

- natuursteenverharding,

- bestrating in afwijkende verbanden,

- bijzondere objecten.

3. half-verharding: een half-verharding bestaat uit onsamenhangend materiaal dat meer draagkracht levert dan de originele grond.

Voorbeelden van half-verhardingsmaterialen zijn grind, gebroken puin, menggranulaat, gebroken natuursteen, leemgrind, kleischelpen, stol, boomschors en houtsnippers.

Toelichting:

- indien er tussen materialen binding ontstaat, is er niet langer sprake van een half-verharding. De hoeveelheid binding bepaalt of er sprake is van half- of gesloten verharding.

- voor de gebroken materialen zoals gebroken puin, menggranulaat en gebroken natuursteen geldt een maximale korrelafmeting van 50 mm.

4. gasdoorlatende verharding: een constructie van een open verharding al dan niet voorzien van een fundering van een ongebonden steenmengsel of een half-verharding waarbij geen binding optreedt.

y. vergunning:

besluit van het college op een aanvraag van voorgenomen aaneengesloten werkzaamheden inzake kabels en/of leidingen (niet zijnde werkzaamheden van niet-ingrijpende aard dan wel spoedeisende werkzaamheden c.q. calamiteiten) in, op en boven openbare gronden die door de gemeente beheerd worden, uitgezonderd voor kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk.

z. werken:

werken zijn te verdelen in:

1. grote werken:

Alle werken met uitzondering van werkzaamheden van niet ingrijpende aard en spoedeisende werkzaamheden c.q. calamiteiten.

2. werkzaamheden van niet ingrijpende aard:

•het aanbrengen of opruimen van kabels en/of leidingen in reeds aangebrachte voorzieningen (mantelbuizen);

•het maken van een montagegat c.q. lasgat inclusief een opbreking met een beperkte afmeting (maximaal 2 x 2m) die wordt gemaakt ten behoeve van:

- toegang tot een handhole;

- het plaatsen van afsluiters;

•aftakkingen voor het herstellen van kabel- c.q. leidingstoringen;

•inspectiedoeleinden

•werkzaamheden (nieuw aanleg, reparaties of onderhoudswerk) aan kabels en/of leidingen met een gezamenlijke lengte van minder dan 25 meter;

•een solo te plaatsen handhole c.q. kabelinspectieput.

3. spoedeisende werkzaamheden c.q. calamiteiten:

noodzakelijke werkzaamheden die geen uitstel dulden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing in de dienstverlening via het betreffend net. Calamiteiten zijn een mogelijk resultaat van de ernstige belemmering of storing.

aa. werkzaamheden:

handmatige en/of mechanische (graaf)werkzaamheden, inclusief het opbreken en herstellen van de sleufverharding en sleuf loze technieken in, op en boven openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels en/of leidingen.

Artikel 2 – Toepasselijkheid

1. Burgemeester en wethouders zijn belast met de coördinatie van werkzaamheden in of op openbare gronden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen.

2. Deze verordening is van toepassing op werkzaamheden verband houdend met het aanleggen, instandhouden en opruimen van kabels en leidingen in of op openbare gronden, voor zover de gemeente Stein deze gronden beheert, in bezit heeft dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet en de Belemmeringenwet Privaatrecht.

3. Voor Enexis, WML en Het GroeneNet (HGN) staat de inhoud van de van toepassing zijnde OGN2011 in rangorde boven de inhoud van deze verordening. Deze verordening heeft bijgevolg een aanvullende werking op de OGN2011 voor Enexis, WML en HGN.

4. Voor N.V. Nederlandse Gasunie staat de inhoud van de overeenkomst van levering en afname van gas tussen NGU en de gemeente Stein d.d. 8 februari 1968 (inclusief latere wijzigingen) en de vergunning voor het leggen van gasleidingen d.d. 8 februari 1968 in rangorde boven de inhoud van deze verordening. Deze verordening heeft bijgevolg een aanvullende werking op de overeenkomst van levering en afname van gas tussen NGU en de gemeente Stein d.d. 8 februari 1968 en de vergunning voor het leggen van gasleidingen d.d. 8 februari 1968.

Artikel 3 – Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Deze zijn onder meer vastgelegd in het Handboek Kabels en Leidingen 2019 gemeente Stein, waarnaar deze verordening in diverse bepalingen verwijst; deze verwijzingen worden ook geacht betrekking te hebben op eventuele door het college in de toekomst vast te stellen nieuwe versies van het Handboek Kabels en Leidingen.

HOOFDSTUK 2: AANVRAGEN EN MELDEN VAN GRAAFWERKZAAMHEDEN

Artikel 4 – Instemmingvereiste

1. Het is verboden zonder of in afwijking van een door het college genomen instemmingbesluit omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden, medegebruik van voorzieningen en de afstemming van voorgenomen werkzaamheden met overige netbeheerders, kabels en/of leidingen in of op openbare gronden aan te leggen, in stand te houden of op te ruimen.

2. Voor het verrichten van spoedeisende werkzaamheden (voor definities hiervan, zie Handboek kabels en leidingen gemeente Stein 2019, onderdeel begripsbepalingen) is geen instemming of vergunning, als bedoeld in het eerste lid, noodzakelijk maar kan worden volstaan met een melding aan het college.

3. Het instemmingbesluit vervalt indien daarvan geen gebruik wordt gemaakt binnen 6 maanden na de datum waarop het besluit onherroepelijk is geworden.

Artikel 5 – Aanvragen en melden

1. Een netbeheerder, of haar gemachtigde hoofdaannemer, die werkzaamheden wil verrichten, vraagt daarvoor een instemmingbesluit aan of doet een melding, als bedoeld in artikel 4, bij het college.

2. Een netbeheerder, of haar gemachtigde hoofdaannemer, die werkzaamheden wil verrichten kan hierover vooroverleg voeren met het college ten einde de instemmingaanvraag, als bedoeld in het eerste lid, voor te bereiden.

3. Behoudens voor zover artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet van toepassing is, wordt, wanneer de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente Stein, uiterlijk vier werkweken na ontvangst van de instemmingaanvraag, als genoemd in het eerste lid, het college schriftelijk in kennis gesteld van de uitkomsten van het (voor)overleg tussen de grondroerder en de overige gedoogplichtige(n).

4. De melding voor het verrichten van werkzaamheden van minder ingrijpende aard dient 5 werkdagen voor aanvang te worden gedaan.

5. De melding voor het verrichten van reguliere werkzaamheden dient 3 werkdagen voor aanvang te worden gedaan.

6. De melding voor spoedeisende werkzaamheden dient voorafgaand aan de start van de werkzaamheden te worden gedaan.

Artikel 6 – Gegevensverstrekking

1. Voor het aanvragen van een instemmingbesluit, als bedoeld in artikel 4, dient gebruik te worden gemaakt van daartoe door het college vastgestelde digitale platform Moor.

2. Bij een aanvraag voor een instemmingbesluit, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, dienen de volgende gegevens te worden verstrekt:

a. eenmalig het vigerende uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel van de netbeheerder;

b. een machtiging indien het een instemmingaanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels of leidingen voor of namens een netbeheerder;

c. naam, adres en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen en van de (onder)aannemer, evenals de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden;

d. een opgave van het aantal, de soort en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen;

e. welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en aard van de werkzaamheden;

f. een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:

- een opgave van het gewenste tracé;

- een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, van permanente als tijdelijke aard, evenals van de situering daarvan;

- een opgave of er een riool, niet zijnde een huisaansluiting, wordt gekruist middels een persing of (gestuurde) boring;

- de, ten behoeve van het werk, te nemen verkeersmaatregelen;

- de te nemen maatregelen in verband met bereikbaarheid van panden en bedrijven;

- de informatievoorziening naar en afstemming met betrokken partijen zoals bewoners,

bedrijven, hulpdiensten en openbaar vervoerbedrijven;

- faseringen van de werkzaamheden;

- het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden.

3. Indien de werkzaamheden betrekking hebben op kabels en leidingen van elektronische communicatienetwerken dient, aanvullend op het tweede lid, bij de instemmingaanvraag tevens (eenmalig) een kopie van de door de Autoriteit Consument en Markt (ACM) afgegeven registratie te worden verstrekt.

4. Bij een melding, als bedoeld in artikel 4, tweede lid, dienen de volgende gegevens te worden verstrekt:

a. een machtiging indien het een melding betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels of leidingen voor of namens een netbeheerder;

b. naam, adres en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen, naam en adres van de aannemer(s) en onderaannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, evenals de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden;

c. de dagtekening van de melding;

d. de lengte van de sleuf die wordt opengebroken;

e. het oppervlak van het lasgat dat wordt opengebroken.

5. Het college kan nadere regels stellen betreffende de te verstrekken gegevens evenals over de wijze waarop die dienen te worden verstrekt.

Artikel 7 - Termijnen

1. Een beslissing op een aanvraag voor een instemmingbesluit wordt genomen uiterlijk 2 weken na de dag van ontvangst van de volledige instemmingaanvraag. Betreft het een instemmingaanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken dan beslist het college binnen acht weken na de dag van ontvangst van een volledig ingevulde instemmingaanvraag.

2. Een beoordeling, of een aanvraag voor een instemmingbesluit volledig is, wordt genomen uiterlijk 5 werkdagen na de dag van ontvangst van de instemmingaanvraag.

3. Een beslissing, op een melding van een definitieve aanvangsdatum werkzaamheden en voor werkzaamheden van minder ingrijpende aard, wordt genomen uiterlijk 3 werkdagen na de dag van ontvangst van de melding.

4. De termijnen, zoals bedoeld in het eerste lid, kunnen ten hoogste tot acht weken worden verdaagd.

5. Indien van de bevoegdheid tot verdaging gebruik wordt gemaakt, doet het college daarvan vóór afloop van de termijnen zoals genoemd in het eerste lid, een schriftelijke bevestiging toekomen aan de grondroerder.

6. Na het besluit voor instemming dienen de werkzaamheden, waarvoor het instemmingbesluit is genomen, binnen 6 maanden in uitvoering te worden genomen. Als deze termijn is verstreken en de werkzaamheden zijn niet opgestart, is het instemmingbesluit op dat moment vervallen.

7. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 8 – Voorschriften en beperkingen

1. Het college kan aan het instemmingbesluit nadere voorschriften of beperkingen verbinden in het belang van:

a. de openbare orde;

b. veiligheid, waaronder mede verstaan wordt de verkeersveiligheid en/of een goede doorstroming van het verkeer;

c. het voorkomen of beperken van schade of overlast; waaronder mede verstaan wordt de bescherming van eventuele archeologische vondsten, van groenvoorzieningen, bomen en beplantingen en van het uiterlijke aanzien van de omgeving;

d. de bereikbaarheid van gronden of gebouwen; waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik van openbare gronden en gebouwen en het doelmatig beheer en onderhoud ervan en het belang van nader aan te geven grote lokale evenementen als weekmarkten en kermissen;

e. de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor reeds in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede verstaan worden werken ten behoeve van de riolering en de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit.

2. De voorschriften of beperkingen, zoals genoemd in het eerste lid, kunnen slechts betrekking hebben op:

a. het tijdstip, de plaats en wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en leidingen;

b. het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, die door derden of de gemeente Stein tegen marktconforme prijzen ter beschikking worden gesteld;

c. afstemming met betrekking tot overige in de grond aanwezige werken;

d. kasten en andere toebehoren behorende bij het netwerk.

3. De grondroerder dient omwonenden ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden voor de start van de werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden:

a. voor werkzaamheden waarvoor een instemmingsbesluit is vereist: minimaal drie (3) werkdagen én,

b. voor werkzaamheden waarvoor een melding is vereist: minimaal één (1) werkdag.

4. De grondroerder vergoedt aan de gemeente Stein de schade voortvloeiend uit de werkzaamheden, waarbij de omvang beperkt is tot vergoeding van de marktconforme kosten van de voorzieningen en van de marktconforme kosten van onderhoud.

5. Conform het bepaalde in de Telecommunicatiewet, worden voor de uitgifte van instemmingbesluiten marktconforme tarieven in rekening gebracht aan die verzoekers die vallen onder het regiem van de Telecommunicatiewet. Deze marktconforme kosten, ten behoeve van de uitgifte van een instemmingsbesluit, zijn aangegeven in het Handboek Kabels en Leidingen 2019 gemeente Stein.

6. De gemeente Stein heeft het primaat voor de herbestrating, het terugbrengen van de groenvoorzieningen en het uitvoeren van rioolinspecties ter plaatse van kruisingen van infrastructuur, door middel van boringen/persingen, met rioleringen. De grondroerder draagt de marktconforme kosten voor herstel en rioolinspectie. De marktconforme kosten voor herbestrating en rioolinspecties zijn aangegeven in het Handboek Kabels en Leidingen 2019 gemeente Stein.

7. De grondroerder draagt ook de kosten voor de degeneratie van de bestrating. De tarieven zijn aangegeven in het Handboek Kabels en Leidingen 2019 gemeente Stein.

8. Indien binnen één jaar na groot onderhoud of herinrichting van openbare gronden een grondroerder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college specifiek schadeherstel ten einde de situatie terug te brengen in de “oude staat”. De hiermee gepaard gaande marktconforme kosten zijn voor rekening van de grondroerder.

9. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een instemmingbesluit door een aanvrager zijn leges verschuldigd conform de Legesverordening van de gemeente Stein.

Artikel 9 – (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

1. Een grondroerder dient op verzoek van het college bij de aanleg van kabels en leidingen in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door overige netbeheerders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde, voorzieningen. Indien dit technisch haalbaar is en medegebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid.

2. Het vooroverleg als bedoeld in artikel 5, tweede lid, dan wel een door het college geïnitieerd overleg naar aanleiding van een instemmingaanvraag als bedoeld in artikel 5, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

3. Indien een grondroerder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de grondroerder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.

4. Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels en leidingen, dient de grondroerder, in overleg met de gemeente Stein, een alternatief tracé te kiezen.

HOOFDSTUK 3: OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 10 – Verleggingen

1. Op het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, waaronder het verplaatsen, op verzoek van de gemeente zijn de wettelijke regels van de Telecommunicatiewet van toepassing.

2. Op het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en/of leidingen die ten dienste staan van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen, niet zijnde de kabels volgens artikel 10 sub 1, in of op openbare gronden, waaronder het verplaatsen, gelden de volgende bepalingen, tenzij en voor zover daarover andersluidende afspraken zijn overeengekomen tussen partijen:

a. de netbeheerder is verplicht op aanwijzing van de gemeente over te gaan tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en leidingen ten dienste van zijn netwerk, waaronder het verplaatsen, voor zover deze noodzakelijk zijn voor de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door of vanwege de gemeente;

b. compensatie kan worden verleend:

op basis van afzonderlijke schriftelijke overeenkomsten tussen netbeheerders en het college van B&W van de gemeente Stein. Als deze niet zijn gemaakt dan: conform de door het college vast te stellen “Verlegregeling Kabels en Leidingen 2019 gemeente Stein”, dan wel op basis van door het college geactualiseerde versies van deze verlegregeling.

c. Na een aanwijzing tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en leidingen gaat de netbeheerder zo snel mogelijk over tot de uitvoering, doch niet later dan vijftien (15) werkweken na de datum van ontvangst van de aanwijzing.

Artikel 11 – Breekverbod

1. Als er sprake is van extreme weersomstandigheden is het college bevoegd een breekverbod in te stellen. De vaststelling dat er sprake is van extreme weersomstandigheden is een bevoegdheid van het college.

2. Tijdig of in ieder geval één dag voor beëindiging van het breekverbod, zal het college de betrokken grondroerders hierover informeren.

3. Indien er sprake is van een breekverbod is het verboden breek- en graafwerkzaamheden uit te voeren in de openbare grond en/of bestrating.

4. Het breekverbod is niet van toepassing in geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing en waarvan uitstel niet mogelijk is.

Artikel 12 – Eigendom

1. Indien de eigendom, exploitatie of beheer van de kabel of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, draagt de oude netbeheerder zorg voor het overdragen van de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabel of leiding op de nieuwe netbeheerder.

2. De netbeheerder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.

Artikel 13 – Niet-openbare kabels en leidingen

1. Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en leidingen in openbare wegen en wateren is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing.

2. Deze verordening houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente Stein met betrekking tot niet-openbare kabels en leidingen.

3. Met betrekking tot verzoeken voor het verleggen van niet-openbare kabels geldt dat deze op verzoek van de gemeente, op kosten van de eigenaar van de kabels, uitgevoerd dienen te worden mits de noodzaak wordt aangetoond.

4. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kunnen burgemeester en wethouders op een aanvraag een instemmingbesluit verlenen voor de aanleg van een ander netwerk dan een openbaar telecommunicatiewerk of een omroepnetwerk, indien krachtens een door de aanvrager bij de aanvraag over te leggen overeenkomst tussen de aanvrager en aanbieder:

• het netwerk wordt aangelegd en onderhouden door een aanbieder;

• de leidingen op de beheertekeningen van deze aanbieder worden/zijn geregistreerd.

5. Indien de overeenkomst/instemming/vergunning waarin de ligging van het netwerk is vastgelegd wordt beëindigd, kan het netwerk door of vanwege de gemeente worden verwijderd. Met het oog hierop betaalt de aanvrager bij de instemmingaanvraag een verwijderingsbijdrage aan de gemeente overeenkomstig een in de legesverordening vastgesteld tarief.

6. Het overige in deze verordening bepaalde is van overeenkomstige toepassing op netwerken die met toepassing van het derde lid worden aangelegd.

Artikel 14 – Digitale gegevens

Het college verlangt dat het aanvragen van een instemmingbesluit en het verstrekken van gegevens digitaal plaats vinden via een door hen daartoe aan te wijzen digitaal platform.

Artikel 15 – Overleg

1. Het college organiseert periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente Stein bekende netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen worden uitgenodigd.

2. In dit overleg worden de plannen van de gemeente Stein en van de diverse netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

HOOFDSTUK 4: HANDHAVINGS- EN TOEZICHTBEPALINGEN

Artikel 16 – Toezicht en handhaving door ambtenaren

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen ambtenaren.

Artikel 17 – Naleving voorschriften

1. Indien een grondroerder zich niet houdt aan de voorschriften en beperkingen uit het instemmingbesluit, kan het college het instemmingbesluit intrekken.

2. Wanneer het college een besluit neemt op grond van het artikel 4 van deze verordening, kan het college verlangen dat de oorspronkelijke situatie wordt hersteld.

Artikel 18 – Handhaving en sancties

1. Het college is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

zonder voorafgaand instemmingbesluit of melding, als bedoeld in artikel 5 van deze verordening;

a. in afwijking van de voorschriften uit het instemmingbesluit;

b. in strijd met het geldende breekverbod.

2. Het college is bevoegd sancties op te leggen indien werkzaamheden worden verricht zonder instemmingbesluit:

a. bij de eerste overtreding volgt een waarschuwing aan het desbetreffende netwerkbedrijf en de uitvoerend grondroerder;

b. bij de tweede overtreding wordt de desbetreffende uitvoerende grondroerder voor een periode van 1 maand na constatering niet geaccepteerd om als gemachtigde namens de netbeheerder werkzaamheden in de openbare ruimte van de gemeente Stein uit te voeren;

c. bij de derde overtreding is de periode , zoals bedoeld onder sub b., 3 maanden en bij de vierde overtreding en alle overtredingen daarna: 6 maanden.

HOOFDSTUK 5: OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 19 – Inwerkingtreding,

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking. Op de datum van inwerkingtreding van de in het eerste lid genoemde verordening wordt de huidige Telecommunicatieverordening gemeente Stein ingetrokken.

Artikel 20 – Overgangsbepalingen

De aanwezigheid van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden, voor zover deze zijn aangelegd met toepassing van de Telecommunicatieverordening gemeente Stein en/of op basis van andere aantoonbare en gelegaliseerde afspraken, zoals die hebben gegolden tot de inwerkingtreding van deze verordening, worden met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening eveneens beheerst door de regels van deze verordening.

Deze verordening is van toepassing op alle meldingen vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 21 – Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: "Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2019 gemeente Stein".

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Stein in zijn openbare vergadering van 20 juni 2019 .

De Griffier,

De Voorzitter,