Beleidsregel ontheffingverlening voetgangerszone Kaatsbaan

Geldend van 16-09-2011 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel voor ontheffingverlening voetgangerszone Kaatsbaan’’

Het college van burgemeester en wethouders,

gelet op het bepaalde in artikel 4:81 algemene wet bestuursrecht:

Besluit:

Vast te stellen

‘’Beleidsregel voor ontheffingverlening voetgangerszone Kaatsbaan’’

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • 1.

    college: het college van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    bewoners: personen die ingeschreven staan in de GBA (gemeentelijke basisadministratie) op een adres aan de Kaatsbaan.

  • 3.

    doorgaand fietsverkeer: fietsverkeer dat vanaf de Vecht doorgang zoekt via de Kaatsbaan naar de Nassaustraat.

  • 4.

    gebruiker lease en huurauto: lease en huurauto’s staan op naam van een onderneming. De persoon die hierin rijdt is niet de eigenaar van de auto maar dient wel een schriftelijk bewijs te hebben dat deze daadwerkelijk de gebruiker is van deze lease- of huurauto.

  • 5.

    houder van motorvoertuig: degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande, dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet aangehouden register van opgegeven kentekens, als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van de aanvraag in het register was ingeschreven, dan wel degene die met schriftelijke bewijsstukken kan aantonen dat het motorvoertuig op het moment van de aanvraag nog voor tenminste drie maanden aan hem ter beschikking is gesteld door een instantie die is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken.

  • 6.

    houder van de ontheffing: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie de ontheffing is verleend.

  • 7.

    incidentele ontheffing: een ontheffing voor een dag, een week of een maand voor noodzakelijke ritten, die verband houden met verhuis-, installatie-, (ver)bouw-, sloop en onderhoudswerkzaamheden aan woningen en ondernemingen aan de Kaatsbaan.

  • 8.

    kentekenbewijs: document waarop het kenteken staat aangetekend van het motorvoertuig waarvoor ontheffing wordt gevraagd van het verbod om de verbodszone te berijden.

  • 9.

    leveranciers: personen die met een gemotoriseerd voertuig producten leveren aan ondernemers op de Kaatsbaan.

  • 10.

    motorvoertuig: alle gemotoriseerde voertuigen, met uitzondering van gehandicaptenvoertuigen.

  • 11.

    ontheffing: ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het RVV 1990.

  • 12.

    ondernemers: een zelfstandige die gericht is op productie of afzet van goederen of verlening van diensten.

  • 13.

    RVV 1990: reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990.

  • 14.

    Taxi-bedrijf: een erkend bedrijf, dat na afspraak en tegen betaling, zorgt voor personenvervoer.

  • 15.

    vaste ontheffing: ontheffing met een geldigheidsduur van maximaal 12 maanden.

  • 16.

    vaste leverancier: een leverancier die met regelmaat, eens per week of eens per twee weken, goederen levert aan ondernemers op de Kaatsbaan.

  • 17.

    venstertijden: de door het college bij verkeersbesluit van 24 augustus 2009 vastgestelde tijden zijnde maandag t/m zaterdag van 07.00-11.00 uur, waarop de voetgangerszone zonder ontheffing toegankelijk is voor bevoorradend verkeer.

  • 18.

    voetgangerszone: de Kaatsbaan waarop het verkeersbesluit van 24 februari 2009 van kracht is.

  • 19.

    winkelend publiek: personen die per fiets of te voet gebruik maken van de Kaatsbaan en de functies die hier aanwezig zijn.

Artikel 2 Voorschriften en beperkingen, kenbaarheid

  • 1. Degene aan wie krachtens deze beleidsregel ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

  • 2. Degene die bedoelde ontheffing heeft verkregen, dient deze als bewijs daarvan duidelijk zichtbaar achter de voorruit van het voertuig waarvoor de ontheffing is verleend te plaatsen.

Artikel 3 Vaste ontheffing voor bewoners

1.Het college kan een vaste ontheffing verlenen voor het inrijden van de voetgangerszone, indien een bewoner of een ondernemer:

  • a.

    op het aangegeven adres binnen de voetgangerszone Kaatsbaan staat ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie, én;

  • b.

    eigenaar is van het voertuig waarvoor de aanvraag is ingediend of gebruiker van een lease- of huurvoertuig én;

  • c.

    kan aantonen dat het laden en lossen van goederen en personen niet binnen de venstertijden kan plaatsvinden én;

  • d.

    kan aantonen dat de laad- en losactiviteiten niet via het parkeerterrein Nassauplein of Achter Raadhoven kunnen plaatsvinden.

Artikel 4 Vaste ontheffing voor andere situaties

1.Het college kan een vaste ontheffing verlenen

  • a.

    aan een eigenaar of houder van een motorvoertuig voor het berijden van de voetgangerszone indien is aangetoond dat er sprake is van noodzakelijke ritten die verband houden met veiligheid, hygiëne en volksgezondheid, waaronder ritten van waardetransporten en taxi-bedrijven, voor zover deze ritten plaatsvinden in de normale werkuitvoering;

  • b.

    aan een vaste leverancier die per gemotoriseerd voertuig waren aanlevert die niet binnen de venstertijden geleverd kunnen worden. Hierbij denkende aan verswaren als vlees, groenten, bloemen;

indien kan worden aangetoond dat de laad en losactiviteiten niet via de parkeerterreinen Nassauplein en Achter Raadhoven kunnen plaatsvinden

2.Artsen, verloskundigen, medewerkers van zorginstellingen en servicemonteurs worden geacht over een ontheffing te beschikken indien en voor zover zij actief zijn met de uitoefening van hun functionele werkzaamheden.

Artikel 5 Incidentele ontheffing

Het college kan aan een aanvrager van een incidentele ontheffing deze voor bepaalde tijd verlenen voor het rijden, laden en lossen in de voetgangerszone, indien;

1.een aanvrager aantoont dat hij/zij verhuis-, (ver)bouw-, installatie of reparatiewerkzaamheden binnen de voetgangerszone moet uitvoeren, én;

de goederen niet binnen de venstertijden vervoerd kunnen worden, én;

de goederen niet op andere wijze dan met een motorvoertuig vervoerd kunnen worden;

2.voor een evenement het noodzakelijk is dat de aanvrager buiten de venstertijden met een motorvoertuig gebruik moet maken van de voetgangerszone en waarvoor een evenementenvergunning is verleend.

Deze ontheffing wordt verstrekt voor een periode die in relatie staat tot de in de aanvraag aangegeven tijd die nodig is voor de uitvoering van de werkzaamheden.

Artikel 6 De aanvraag van de ontheffing

  • 1. De ontheffing kan uitsluitend schriftelijk worden aangevraagd bij de gemeente Stichtse Vecht.

  • 2. In de aanvraag voor een ontheffing dient in ieder geval te worden vermeld:

    • a.

      de naam, adres- en woonplaatsgegevens;

    • b.

      de gegevens van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd, schriftelijk en in de vorm van een kopie van kentekenbewijs;

    • c.

      de aantoonbare noodzaak van de ontheffing.;

Artikel 7 Termijn van beslissing op de aanvraag voor verlening ontheffing

  • 1. Het college beslist binnen zes weken na ontvangst van de aanvraag of de ontheffing zal worden afgegeven.

  • 2. Een incidentele ontheffing dient twee weken voor aanvang van de werkzaamheden te worden aangevraagd.

  • 3. De in het eerste lid genoemde termijn kan met ten hoogste vier weken worden verlengd, mits het college de aanvrager daarvan in kennis stelt binnen de in het eerste lid genoemde termijn.

Artikel 8 Inhoud ontheffing

  • 1. Indien een ontheffing wordt verleend, wordt daarin in ieder geval bepaald:

    • a.

      de periode waarin de ontheffing geldt;

    • b.

      de naam van de ontheffinghouder en de gegevens van het motorvoertuig waarvoor de ontheffing is verleend;

  • 2. Een ontheffing is niet overdraagbaar.

  • 3. Een vaste ontheffing wordt verleend voor de periode van ten hoogste een jaar, tenzij anders op de ontheffing is aangegeven.

Artikel 9 Verlenging ontheffing

  • 1. De houder van de ontheffing wordt verzocht schriftelijk kenbaar te maken of de ontheffing verlengd moet worden. Hij dient daarvoor aan te geven of de gegevens die aan de ontheffing ten grondslag liggen een wijziging hebben ondergaan. Indien zulks het geval is, dient hij die wijziging eveneens aan te geven.

  • 2. Indien de gegevens die aan de ontheffing ten grondslag hebben gelegen zijn gewijzigd maakt het college een nieuwe afweging ten aanzien van het besluit om al dan niet die ontheffing te verlengen.

  • 3. Een incidentele ontheffing kan op een daartoe strekkend verzoek van de houder van de ontheffing worden verlengd, indien zulks naar het oordeel van college noodzakelijk is.

Artikel 10 Weigeringgronden

Het college kan de ontheffing weigeren indien:

  • 1.

    De noodzaak voor het verkrijgen ervan niet uit de aanvraag blijkt, zulks ter beoordeling van het college.

  • 2.

    Aan de eisen die aan het verkrijgen van een ontheffing worden gesteld niet wordt voldaan, bijvoorbeeld het niet of niet geheel overleggen van de persoons- en/of voertuiggegevens, of bijvoorbeeld het niet voldoen aan de eis van het woonachtig zijn in een woning binnen de voetgangerszone.

  • 3.

    Een ontheffing van de aanvrager in ten hoogste een jaar voorafgaande aan de beslissing op de aanvraag wegens het handelen in strijd met de ontheffing voorschriften en beperkingen is ingetrokken.

  • 4.

    De aanvrager in het voorafgaande jaar aan de beslissing op de aanvraag gebruik heeft gemaakt van een vervalsing van de ontheffing.

Artikel 11 Calamiteitenregeling

  • 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 6 kan in geval van een calamiteit de aanvraag telefonisch geschieden. Onder een calamiteit wordt in dit verband verstaan een situatie die onverwacht plaatsvindt, schade en/of letsel kan veroorzaken en onmiddellijk herstel of ingrijpen behoeft.

  • 2. De melding wordt gedaan door de belanghebbende onder opgaaf van redenen en met vermelding van wie de ontheffing gebruik moet maken. Tevens wordt aangegeven met welk voertuig dit gebeurt.

  • 3. Na het doen van de melding is de houder van de ontheffing gerechtigd tot het binnenrijden van de voetgangerszone, ook al kan de houder geen ontheffingsbewijs overleggen. Het ontheffingsbewijs wordt zo spoedig mogelijk aan de houder toegezonden.

  • 4. Indien misbruik van de calamiteitenregeling is geconstateerd, trekt het college de ontheffing in.

Artikel 12 Intrekkings- en wijzigingsgronden

Het college kan de ontheffing intrekken of wijzigen:

  • 1.

    Op aanvraag van de houder van de ontheffing.

  • 2.

    Wanneer de houder van de ontheffing de voetgangerszone verlaat.

  • 3.

    Wanneer zich een wijziging voordoet in één van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de ontheffing.

  • 4.

    Indien blijkt dat bij de aanvraag van een ontheffing onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt.

  • 5.

    Wanneer de houder van de ontheffing de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften en beperkingen niet of niet behoorlijk nakomt.

Artikel 13 Algemene voorwaarden

  • 1. De verkeersveiligheid mag niet in gevaar worden gebracht.

  • 2. Het overige verkeer wordt zo min mogelijk gehinderd.

  • 3. De ontheffing mag alleen gebruikt worden voor het doel waarvoor deze is verleend.

Artikel 14 Kosten

Op het in behandeling nemen of wijzigen van een aanvraag om ontheffing is de legesverordening van het jaar van aanvraag of wijziging van toepassing.

Artikel 15 Overgangsbepalingen

  • 1. Ontheffingen krachtens artikel 87 RVV inzake het inrijden van de voetgangerszones die zijn verleend voor de inwerkingtreding van deze beleidsregel blijven van kracht totdat de termijn waarvoor zij werden verleend, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.

  • 2. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze beleidsregel een artikel 87 RVV- aanvraag voor een ontheffing is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze beleidsregel niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze beleidsregel toegepast.

Artikel 16 Citeertitel

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als:

‘’Beleidsregel ontheffingverlening voetgangerszone Kaatsbaan’’

Artikel 17 In werking treding

Deze beleidsregel treedt inwerking op de eerste dag na bekendmaking.

Maarssen,

B en W van de gemeente Stichtse Vecht