Regeling vervallen per 01-01-2018

Verordening op de heffing en invordering van kadegelden 2017

Geldend van 23-12-2016 t/m 31-12-2017

Intitulé

Verordening kadegelden 2017

De raad van de gemeente Stichtse Vecht,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 november 2016;

gehoord de commissie bestuur en financiën van 6 december 2016;

gelet op artikel 229, eerste lid aanhef en onderdeel a van de Gemeentewet ;

besluit

vast te stellen de

Verordening op de heffing en invordering van kadegelden 2017

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    vaartuig : een drijvend lichaam, dat bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of voor het dragen of vervoeren van al dan niet met het drijvende lichaam één geheel uitmakende voorwerpen;

  • b.

    dag : een tijdvak van 24 uur, aanvangende te 0.00 uur;

  • c.

    maand : een kalendermaand;

  • d.

    kwartaal : kalenderkwartaal;

  • e.

    lengte : de lengte over alles.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam kadegeld wordt een recht geheven ter zake van het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen zoals kaden, steigers en glooiingen, die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.

Er worden in de Stichtse Vecht, onder de benaming kadegelden, rechten geheven wegens het gebruik maken van de onderstaande openbare aanlegplaatsen, qua nummering overeenkomend met die van het verkeersbesluit van Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht. Met K wordt de kilometrering aangegeven, zijnde de afstand over water van de bron van de Vecht (weerdsluis te Utrecht) tot het midden van de afmeervoorziening, Met L wordt de lengte van de afmeervoorziening in meters aangegeven. Met li of re wordt aangegeven of het de linker- of de rechteroever betreft, gerekend vanaf de bron van de Vecht.

Oud Zuilen Dorspsstraat K 4.600 L 155 re

Oud Zuilen Groenh. K 4.770 L 15 li

Oud Zuilen Vechtzijde K 4.900 L 145 li

Oud Zuilen Oostwaard K 5.150 L 160 re

Maarssen nabij Vechtenstein K 8.200 L 75 re

Maarssen t.o. Vechtenstein K 8.210 L 27 li

Maarssen Huis ten Bosch K 8.550 L 80 re

Maarssen Langegracht K 8.750 L 253 re

Maarssen nabij Bolenstein K 9.050 L 148 li

Maarssen Doornburgh-Goudenstein K 9.360 L 478 re (deels walstroom)

Breukelen nabij Gunterstein K 13.900 L 47 re

Breukelen Loswal K 14.480 L 113 li (deels walstroom)

Loenen Z van Cr. Brug K 18.170 L 142 li

Loenen N van Cr.brug K 18.500 L 193 li (deels walstroom)

Vreeland N van brug K 21.640 L 45 li

Nigtevecht bij pontje K 29.000 L 14 li

Een en ander zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende kaart, waarop tevens is aangegeven waar walstroom beschikbaar is.

Artikel 3 Belastingplicht

Het recht wordt geheven van de reder, de eigenaar, de gezagvoerder, de schipper, de geleider of de gebruiker van het vaartuig.

Artikel 4 Aanvang belastingplicht

De belastingplicht ontstaat vanaf het moment dat feitelijk gebruik wordt gemaakt van de in artikel 1 bedoelde kaden, steigers en glooiingen.

Artikel 5 Tarief

  • 1. Het recht wordt geheven naar de lengte van het vaartuig,

  • 2. Het recht bedraagt, per dag, per strekkende meter:

    • a.

      voor ligplaatsen met de beschikbaarheid van walstroom € 1,25

    • b.

      voor ligplaatsen zonder de beschikbaarheid van walstroom € 0,85

  • 3. De in dit artikel genoemde bedragen zijn inclusief BTW.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar; de rechten worden geheven in de periode van 1 april tot 1 oktober.

Artikel 7 Vrijstellingen

Kadegelden worden niet geheven ter zake van:

  • 1.

    een vaartuig, behorende aan de gemeente, provincie, rijkswaterstaat, de waterpolitie, voor zover dit vaartuig uitsluitend voor de openbare dienst wordt gebruikt;

  • 2.

    een vaartuig van een aannemer van werken voor de onder 1 genoemde openbare diensten, voor zover dit vaartuig voor de aangenomen werken wordt gebruikt;

  • 3.

    een jol of een sloep, die behoort tot de inventaris van een vaartuig en geen motorschip is;

  • 4.

    een hospitaalschip of een schip dat als zodanig dienst doet;

  • 5.

    een roeiboot of een kano behorende bij een onder deze verordening vallend vaartuig.

Artikel 8 Wijze van heffing

Het kadegeld wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of ander schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9 , eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de kadegelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de kadegelden.

Artikel 12 Overgangsrecht

De ‘Verordening op de heffing en invordering van kadegelden 2016’ van 16 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening kadegelden 2017’.

20 december 2016

Griffier Voorzitter

Nadere regels heffing en invordering kadegelden

kaart bij verordening kadegelden