Regeling vervallen per 01-01-2016

Handhavingsverordening 2011

Geldend van 21-01-2011 t/m 31-12-2015 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2011

Intitulé

Handhavingsverordening 2011

De raad van de gemeente Stichtse Vecht;

gelezen het voorstel van de Stuurgroep herindeling van november 2010;

gehoord de commissie herindeling Stichtse Vecht;

gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet en artikel 8a van de Wet werk en bijstand, artikel 12, eerste lid, onderdeel c, van de Wet investeren in jongeren, artikel 35, eerste lid ,onder c, van de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en artikel 35, eerste lid, onder c, Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk gewezen zelfstandigen;

overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen met betrekking tot het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik van de Wet werk en uitkering, de Wet investeren in jongeren, de Wet Inkomensvoorziening ouder en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de Wet Inkomenvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

gelet op de Wet Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorziening aan Gemeenten (Wet BUIG, stb. 2009, 592);

b e s l u i t :

vast te stellen de

HANDHAVINGSVERORDENING 2011

Artikel 1 Begrippen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      Wetten: WWB: Wet werk en bijstand; WIJ: Wet investeren in jongeren; IOAW: Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers; IOAZ: Wet Inkomenvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; Bbz 2004: Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004; BUIG: Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorziening aan Gemeenten.

    • b.

      de uitkering: de uitkering op grond van de WWB, het werkleeraanbod en de inkomensvoorziening op grond van de WIJ alsmede de uitkering op grond van de IOAW dan wel IOAZ;

    • c.

      Handhaven: bewerkstelligen dat de wet wordt nageleefd

    • d.

      Fraude: het verwijtbaar informatie achterhouden, of verwijtbaar onjuiste informatie verstrekken met het doel een (hogere) uitkering te ontvangen anders dan waarop men op grond van juiste en/of volledige informatie recht zou hebben

    • e.

      belanghebbende: degenen wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;

    • f.

      het college: burgemeester en wethouders van de gemeente Stichtse Vecht ;

    • g.

      de gemeenteraad: de raad van de gemeenteStichtse Vecht ;

    • h.

      het beleidsplan: het door het college vastgestelde beleidsplan voor handhaving.

  • 2. Voor zover niet anders is bepaald worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in de WWB, WIJ, IOAW en IOAZ en de Awb (Algemene wet bestuursrecht).

Artikel 2 Preventie

  • 1. Bij aanvraag en bij toekenning van de uitkering worden de voor belanghebbende geldende verplichtingen en de consequenties van het niet nakomen daarvan mondeling en schriftelijk aan belanghebbende kenbaar gemaakt.

  • 2. In het beleidsplan staat op welke wijze naast het onder het eerste lid van dit artikel bepaalde aandacht wordt besteed aan het voorkomen van fraude.

Artikel 3 Controle

  • 1. In het beleidsplan staan de controlesystematiek (signaalsturing en themacontroles) en de middelen om de rechtmatigheid van de uitkering te controleren. Deze systematiek kan worden toegepast bij aanvraag, tijdens en na beëindiging van de uitkering.

  • 2. Op basis van de in het eerste lid genoemde controlesystematiek neemt het college besluiten met betrekking tot de rechtmatigheid van de uitkering en de wederzijdse, tussen het college en de belanghebbende, resterende verplichtingen en de afhandeling ervan.

  • 3. Als onderdeel van de onder het eerste lid genoemde controlesystematiek voert het college periodiek bestandsvergelijkingen uit waarbij actuele gegevens bij externe partijen worden gecontroleerd.

  • 4. Elke belanghebbende die intensief onderzocht is, wordt hiervan in ieder geval achteraf op de hoogte gesteld. Daarbij wordt het controleresultaat aangegeven en het opslagbeleid van de extra vergaarde klantgegevens benoemd.

  • 5. Het college doet jaarlijks verslag aan de raad over de doelmatigheid van de uitvoering op het gebied van fraude, misbruik en oneigenlijk gebruik.

Artikel 4 Verlaging van de uitkering

  • Indien de belanghebbende onjuiste, onvolledige of in het geheel geen inlichtingen verstrekt die van belang zijn of kunnen zijn voor de bepaling van de hoogte, de duur en de voortzetting van de uitkering, verlaagt het college de uitkering conform hetgeen hierover is bepaald in de Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ en de Maatregelenverordening WIJ zoals die nu nog van toepassing zijn in de voormalige gemeenten Loenen, Breukelen en Maarssen. Dit laat onverminderd de mogelijkheid tot terugvordering van de ten onrechte ontvangen uitkering.

Artikel 5 Aangifte bij het Openbaar Ministerie

  • Indien een gedraging van belanghebbende als bedoeld in artikel 4 leidt tot benadeling van de gemeente, doet het college, onverminderd de mogelijkheid de uitkering te verlagen en de ten onrechte ontvangen uitkering terug te vorderen, aangifte bij het Openbaar Ministerie, in overeenstemming met het door de Openbaar Ministerie op dit punt gehanteerde uitgangspunten en hetgeen hierover is bepaald in de Maatregelenverordening WWB, IOAW, IOAZ en de Maatregelenverordening WIJ.

Artikel 6 Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen waarin deze verordening en het beleidsplan niet voorzien, beslist het college.

  • 2. Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 7 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

  • 2. De verordeningen handhaving, door de raad van Maarssen vastgesteld op 14 december 2009, door de raad van Breukelen vastgesteld op 27 oktober 2009 en door de raad van Loenen vastgesteld op 27 oktober 2009, worden ingetrokken met ingang van 1 januari 2011.

Artikel 8 Citeertitel

  • Deze verordening wordt aangehaald als “Handhavingsverordening 2011”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 3 januari 2011.
de griffier, de voorzitter,

Toelichting

ALGEMENE TOELICHTING

Handhavingsverordening 2011

Algemeen

De inwerkingtreding van de WIJ en de Wet Bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten (Wet BUIG), plus het ontstaan van de nieuwe gemeente Stichte Vecht heeft tot de onderhavige Handhavingsverordening 2011 geleid. Thans is in de artikelen 8a van de WWB, 12, eerste lid, onderdeel c, van de WIJ, 35, eerste lid, onderdeel c, van de IOAW en 35, eerste lid, onderdeel c, van de IOAZ bepaald dat de gemeenteraad in het kader van het financiële beheer bij verordening regels stelt voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van uitkering, uitkering of inkomensvoorziening alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van die wetten. De gemeenteraad stelt op hoofdlijnen het beleid rondom handhaving vast door middel van deze Handhavingsverordening 2011. Verdere invulling vindt plaats in het beleidsplan Hoogwaardig Handhaven.

Deze verordening ziet toe op de werkingsgebieden van de IOAW, IOAZ en WIJ. Er is daarnaast gekozen voor een gecombineerde handhavingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en WIJ omdat, gelet op de verwantschap tussen die wetten, het bestaande handhavingsbeleid in het kader van de WWB ook toepasbaar is op de uitvoering van de IOAW, IOAZ en WIJ.

-.-.-.-.-.-.-.-

ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING

Handhavingsverordening 2011

Artikel 1 Begripsomschrijving

De begrippen die in de verordening worden gebruikt hebben een gelijkluidende betekenis als de

omschrijving daarvan in de WWB, IOAW, IOAZ en WIJ.

Artikel 2 Preventie

De gemeente Stichtse Vecht werkt met het concept Hoogwaardige Handhaving. Eén van de uitgangspunten is dat fraude door goede voorlichting voorkomen kan worden. Door belanghebbende duidelijk uit te leggen wat de verplichtingen zijn en wat de gevolgen van het niet nakomen zijn, kan misbruik worden voorkomen. Preventieve elementen versterken het draagvlak bij de belanghebbenden. Dit maakt het mogelijk om repressieve elementen in te zetten: controle op maat en feitelijke sanctionering (artikel 5).

De inlichtingenplicht op grond van de WWB, IOAZ, IOAW en WIJ geldt voor belanghebbende vanaf het moment dat hij een aanvraag voor een uitkering indient. Op dat moment worden de geldende verplichtingen, waaronder dus de inlichtingenplicht, zowel mondeling als schriftelijk aan hem kenbaar gemaakt. Tevens worden de consequenties van het schenden van de inlichtingenplicht uitgelegd. Wanneer de uitkering aan belanghebbende wordt toegekend, zal de klantmanager de aan belanghebbende opgelegde verplichtingen in een gesprek uitleggen. Deze verplichtingen worden ook opgenomen in de toekenningsbeschikking. Indien de verplichtingen wijzigen, wordt dit per beschikking aan belanghebbende kenbaar gemaakt.

In het beleidsplan Hoogwaardig Handhaven staat aangegeven op welke andere manieren aandacht wordt besteed aan het voorkomen van fraude. Te denken valt aan folders, informatie in de Nieuwsbrief Sociale Zaken en op de gemeentelijke internetsite of aan publicaties in de media over de resultaten van fraudebestrijding.

Artikel 3 Controle

Bij de uitkeringsaanvraag en zolang belanghebbende een uitkering ontvangt, wordt onderzoek gedaan naar de rechtmatigheid. Een rechtmatigheidsonderzoek kan regulier of intensief zijn. De intensiviteit van het rechtmatigheidsonderzoek is enerzijds afhankelijk van signalen (bijv. signalen van het Inlichtingenbureau, tips of signalen van belanghebbende zelf) en anderzijds van door de gemeente nader te benoemen thema’s (bijv. bepaalde beroepen, inkomsten of samenlevingsvormen). In het beleidsplan wordt aangegeven hoe het reguliere en het intensieve controletraject eruit zien en welke thema’s leiden tot een intensief controletraject. Een regulier onderzoek worden standaardcontroles uitgevoerd. Op basis van een signaal en/of controlethema wordt overgegaan tot een intensieve controle waarbij aanvullend onderzoek wordt verricht. Bij een intensieve controle kunnen allerlei bronnen worden geraadpleegd. Belanghebbende wordt op de hoogte gesteld dat er intensief onderzoek is gedaan, welke gegevens zijn gebruikt en wat er met de gegevens en resultaten is en wordt gedaan.

Artikelen 4 en 5 Verlaging van de uitkering en aangifte bij het Openbaar Ministerie

In principe leidt schending van de inlichtingenplicht tot een verlaging van de uitkering op grond van de Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ en de Maatregelenverordening WIJ. Als het fraudebedrag een bepaalde hoogte overschrijdt, moet aangifte worden gedaan bij het Openbaar Ministerie. Op dit moment ligt de aangiftegrens bij een fraudebedrag van € 10.000,-- of meer. Als de aangifte niet leidt tot strafvervolging, zal de gemeente alsnog conform de Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ en de Maatregelenverordening WIJ de uitkering verlagen. De ten onrechte verstrekte uitkering kan altijd worden teruggevorderd. De voorwaarden voor aangifte zullen worden afgestemd met het Openbaar Ministerie en zullen worden vermeld in het beleidsplan.

-.-.-.-.-.-.-.-