Regeling vervallen per 01-11-2014

Verordening winkeltijden Strijen 2012

Geldend van 15-12-2012 t/m 31-10-2014

Intitulé

Verordening winkeltijden Strijen 2012

De raad van de gemeente Strijen;

gelezen het bijgaande raadsvoorstel d.d. 25 september 2012 inzake de Winkeltijdenverordening Strijen 2012 en de Toelichting op artikel 10 van de Winkeltijdenverordening Strijen 2012;

gelet op de Winkeltijdenwet en het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet;

besluit

vast te stellen

de Verordening winkeltijden Strijen 2012 en de toelichting op artikel 10:

Ongestructureerd artikel

Agendapunt

Verordening winkeltijden Strijen 2012

De raad van de gemeente Strijen;

gelezen het bijgaande raadsvoorstel d.d. 25 september 2012 inzake de Winkeltijdenverordening Strijen 2012 en de Toelichting op artikel 10 van de Winkeltijdenverordening Strijen 2012;

gelet op de Winkeltijdenwet en het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet;

besluit

vast te stellen

de Verordening winkeltijden Strijen 2012 en de toelichting op artikel 10:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b.

    winkel: een winkel als bedoeld in artikel 1 van de wet;

  • c.

    feestdag: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2. Beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een aanvraag om een ontheffing binnen acht weken.

  • 2. Het college kan de beslissing voor ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 3. Overdracht van de ontheffing

  • 1. Een ontheffing op grond van deze verordening is overdraagbaar na verkregen toestemming van het college.

  • 2. In geval van een voorgenomen overdracht doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 4. Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten dit noodzakelijk maken in verband met het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

  • f.

    de houder dit aanvraagt.

Artikel 5. Feestdagenregeling

  • 1. De verboden genoemd in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college aan te wijzen, feestdagen per kalenderjaar.

  • 2. Deze bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

Artikel 6. Openstelling van levensmiddelenwinkels op de avonden van feestdagen

  • 1. Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b van de wet genoemde verboden aan winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren plegen te worden verkocht met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet.

  • 2. Het college kan de ontheffing voor ten hoogste één winkel verlenen.

  • 3. Aan de ontheffing worden in elk geval de volgende voorschriften verbonden:

    • 1.

      de winkel dient op de feestdagen vóór 16.00 uur gesloten te zijn.

  • 4. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling.

Artikel 7. Ontheffing feestdagenregeling voor bijzondere situaties

  • 1. Het college kan voor wat betreft feestdagen ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet genoemde verboden, ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen;

    • c.

      tentoonstellingen in kunstateliers en galeries

  • 2. De ontheffing kan worden verleend in geval van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen of beurzen.

Artikel 8. Verbod straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen

In de gemeente Strijen geldt de vrijstelling, bedoeld in artikel 12, eerste lid van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet, niet.

Artikel 9. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur (nachtwinkels)

  • 1. Het college kan gebieden aanwijzen waar het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid onder c, van de wet niet geldt.

  • 2. Het college kan categorieën winkels en overige vormen van detailhandel aanwijzen waarvoor de verboden van artikel 2, eerste lid, onder c, van de wet, niet gelden.

Artikel 10. Toerisme

De verboden, bedoeld in artikel 2, eerste lid van de wet gelden, om reden van op de gemeente gericht toerisme, voor zover zij betrekking hebben op de zondagen en de feestdagen, niet

  • a.

    voor de volgende delen van de gemeente: jachthaven te Strijensas;

  • b.

    gedurende 1 april tot 1 oktober;

  • c.

    op de volgende dagen en tijdstippen: zondag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag;

  • d.

    voor de verkoop van de volgende artikelen: in hoofdzaak watersportartikelen.

Artikel 11. Intrekking voorgaande regeling

De Verordening inzake de winkeltijden Strijen 1996 wordt ingetrokken.

Artikel 11a. Bepaalde winkels

De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

  • a.

    musea;

  • b.

    winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksprodukten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

  • c.

    winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.

Artikel 11b. Openstelling anders dan voor verkoop

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

    • a.

      winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;

    • b.

      winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen.

  • 2. De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 11c. Straatverkoop van bepaalde goederen

De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden ook ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken in de gemeente Strijen.

Artikel 11d. Begraafplaatsen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht en die zijn gelegen op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang van een begraafplaats, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op een begraafplaats dan wel op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang daarvan, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

Artikel 11e. Culturele evenementen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

Artikel 11f. Sportcomplexen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

Artikel 11g. Bejaardenoorden

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten.

Artikel 11h. E.H. Communie

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk foto-artikelen plegen te worden verkocht, voor zover het betreden van die winkel noodzakelijk is voor het vervaardigen van portretfoto's ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie.

  • 2. De in het eerste lid vervatte vrijstelling geldt niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 11i. Allerheiligen en Allerzielen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht, op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

Artikel 11j. Ramadan

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van winkels, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden.

Artikel 11k. Bedevaartplaats

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels die zijn gelegen in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, indien in die winkel op die dagen en gedurende die tijd geen andere goederen worden verkocht dan:

    • a.

      voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken;

    • b.

      religieuze artikelen en souvenirs;

    • c.

      bloemen en planten.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van:

    • a.

      voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken;

    • b.

      religieuze artikelen en souvenirs;

    • c.

      bloemen en planten.

Artikel 11l. Carnaval

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen.

Artikel 11m. Kermis

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht, indien in de gemeente, waarin de winkel is gelegen, een kermis wordt gehouden, gedurende de openingstijden van die kermis.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein, waar een kermis wordt gehouden.

Artikel 12. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking.

Artikel 14. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Winkeltijdenverordening Strijen 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 24 september 2013.
De griffier, de voorzitter
M.A. Bourdrez A.J. Moerkerke

Toelichting bij artikel 10 van de Winkeltijdenverordening Strijen 2012

Met deze toelichting bij het toerismeartikel uit de Winkeltijdenverordening geven wij gevolg aan de motiveringsplicht als bedoeld in artikel 3 lid 7 Winkeltijdenwet (Wtw). Deze motivering dient in ieder geval twee onderdelen te bevatten. In de eerste plaats moeten wij motiveren dat is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van artikel 3, derde lid, onder a. In de tweede plaats dient de motivering van het besluit een grondig inzicht te geven in de belangenafweging die aan het besluit ten grondslag ligt (artikel 3, lid 6).

De hierna gegeven motivering voldoet aan deze wettelijke eisen.

Toepassingsvoorwaarden

Wij hebben op grond van artikel 3 lid 3 Wtw de bevoegdheid om bij verordening als de onderhavige vrijstelling te verlenen van het verbod om winkels op zon- en feestdagen geopend te hebben. Deze bevoegdheid is aan voorwaarden gebonden. Deze voorwaarden zijn gesteld in artikel 3 lid 3 onder a van de Wtw.

Er dient binnen de gemeente sprake te zijn van 1) op de gemeente of een deel daarvan gericht toerisme met een substantiële omvang, 2) mits de aantrekkingskracht voor dat toerisme geheel of nagenoeg geheel is gelegen buiten de verkoopactiviteiten die door de vrijstelling mogelijk worden gemaakt (het toerisme dient autonoom te zijn).

De vaststelling of aan deze voorwaarden is voldaan, vergt een beoordeling van alle feiten en omstandigheden van het geval, die nauw verweven is met de specifieke situatie van deze gemeente. Wij hebben daarom een zekere beoordelingsvrijheid, die de rechter bij zijn toetsing behoort te respecteren.

Wij stellen vast dat, om de hiernavolgende redenen, aan deze toepassingsvoorwaarden is voldaan.

1. Autonoom toerisme met een substantiële omvang

In deze gemeente is sprake van autonoom toerisme met een substantiële omvang. In deze gemeente is namelijk een aantal unieke toeristische trekpleisters c.q. voorzieningen aanwezig, op grond waarvan deze gemeente zich onderscheidt van andere gemeenten: de jachthaven te Strijensas.

De jachthaven wordt genoemd in reisgidsen ten behoeve van de pleziervaart, onder andere van de ANWB, staat vermeld op websites voor waterrecreatie en staat vermeld bij de VVV Hoeksche Waard.

a. Autonoom toerisme

Deze toeristische trekpleister maakt al sinds 1971 onderdeel uit van deze gemeente en trekt sindsdien toeristen. De omstandigheid dat er reeds toerisme was in de jachtenhaven van Strijensas voor dat de zondagopenstelling mogelijk is geworden, toont de autonome aantrekkingskracht van de jachthaven op toeristen.

b. Substantiële omvang

De jachthaven heeft 370 ligplaatsen en enkele plaatsen voor passerende vaartuigen tegen ongeveer 400 inwoners voor de kern Strijensas en ongeveer 8900 inwoners voor de hele gemeente Strijen. Dit betekent ongeveer 1 boot per 25 inwoners van de gemeente Strijen, terwijl de verhouding Nederland ligt op 1 boot per 75 inwoners.

Hieruit blijkt dat de jachthaven vooral voorziet in een behoefte van bezoekers van buiten de gemeente Strijen. Daarmee is sprake van meer dan ‘enig’ toerisme.

Dit toerisme is substantieel gelet op de navolgende cijfers:

De aanwezigheid van een professionele havenmeester;

De aanwezigheid van een verhuurbedrijf voor motorjachten;

De aanwezigheid van een restaurant met personeel.

De gemeente Strijen ontvangt jaarlijks ongeveer € 20.000,00 aan toeristenbelasting, dat is ongeveer 60% van het totale bedrag dat de gemeente Strijen aan toeristenbelasting ontvangt.

2. Winkelopenstelling ten behoeve van het toerisme

De toeristische trekpleister is gelegen aan de rand van de kern Strijensas, aan het Hollands Diep. Zie de onderstaande luchtfoto en plattegrond

De openstelling van winkels is nodig ten behoeve van het bezoek van toeristen aan de toeristische trekpleister omdat voor het adequaat en veilig uitoefenen van waterrecreatie het mogelijk moet zijn om de vaartuigen ter plekke in orde te maken bij enige gebreken.

De benodigde materialen kunnen worden aangeschaft in een winkel met in hoofdzaak watersportartikelen.

Nu aan de toepassingsvoorwaarden van artikel 3, derde lid, onder a,Wtw is voldaan is de raad bevoegd van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3 lid 3 onder a gebruik te maken. In artikel 10 van deze verordening maakt de raad van deze bevoegdheid gebruik .

3. Inventarisatie van de belangen

De raad mag deze bevoegdheid toepassen na afweging van de daarbij betrokken belangen (artikel 3 lid 6 WTW). De raad is verplicht in ieder geval de volgende belangen in de afweging te betrekken:

  • a.

    Werkgelegenheid en economische bedrijvigheid in de gemeente, waaronder mede wordt begrepen het belang van winkeliers met weinig of geen personeel en van winkelpersoneel;

  • b.

    De zondagsrust;

  • c.

    De leefbaarheid, de veiligheid en de openbare orde in de gemeente.

4. Omschrijving van de belangen

a.Economische belangen

In de gemeente Strijen is sprake van economische bedrijvigheid. In de kern Strijensas is de bedrijvigheid gering. Er zijn geen winkels, er is wel een café/pension. In de jachthaven is een café/restaurant gevestigd, zijn enkele bedrijven gelieerd aan de waterrecreatie actief en bevindt zich een winkel met watersportartikelen.

De reeds bestaande zondagopenstelling van de winkel met watersportartikelen op het terrein van de jachthaven heeft recent geen discussie te weeg gebracht, noch tot opmerkingen geleid van winkeliers met weinig of geen personeel ter plaatse.

b.Zondagsrust

In de gemeente Strijen wordt de zondagsrust als belangrijk ervaren. Het terrein van de jachthaven wordt van de kern Strijensas gescheiden door een dijk. De dijk beperkt de invloed van de activiteiten in de jachthaven op de rust in het dorp.

c.Leefbaarheid, veiligheid en openbare orde

De leefbaarheid, veiligheid en openbare orde in de gemeente is als volgt te omschrijven. Het haventerrein is beperkt toegankelijk en staat onder toezicht van een havenmeester. Problemen met betrekking tot leefbaarheid, veiligheid en openbare orde hebben zich in de huidige situatie met zondagopenstelling ten aanzien de jachthaven niet voorgedaan.

5. Afweging van de belangen

Het doel van de Wtw is onder meer het borgen van de zondagsrust door zondagopenstelling van winkels te verbieden. Dit is de hoofdregel. Dit belang heeft de raad betrokken en gewogen. Echter, dit belang is voor de jachthaven in Strijensas van onvoldoende gewicht gebleken, na afweging van andere betrokken belangen en door het stellen van voorwaarden en beperkingen.

De omvang van de jachthaven in Strijensas en haar ligging aan het Hollands Diep vereisen een voorzieningenniveau waarbij gebruikers van pleziervaartuigen de nodige aanpassingen of reparaties aan hun vaartuig kunnen uitvoeren. Hierdoor wordt de veiligheid op en aan het water gewaarborgd. Daarom is het nodig dat de gebruikers van pleziervaartuigen tijdens het seizoen de beschikking hebben over benodigde watersportartikelen, die in een winkel verkocht worden. Vandaar de voorwaarde aan de openstelling dat dit enkel mogelijk is tussen 1 april en 1 oktober, het vaarseizoen.

De openstelling van de winkel vergroot het aanbod van de faciliteiten in de haven. Die wordt hierdoor aantrekkelijker hetgeen positieve invloed kan hebben op de aanwezige horeca in Strijensas.

Gelet op de situering van het terrein van de jachthaven aan de rand van het dorp Strijensas, waarbij zich tussen het dorp en de haven een dijk bevindt, is de invloed van de activiteiten van de haven op het dorp beperkt. De openstelling van winkels op zon- en feestdagen richt zich op de gebruikers van de haven. De voorwaarde dat er in de winkel slechts in hoofdzaak watersportartikelen mogen worden verkocht, beperkt de gebruikerskring van de winkel en de toestroom van bezoekers.

De raad overweegt dat er geen tot nauwelijks verstoring van de zondagsrust voor de bewoners van Strijensas zal plaatsvinden als gevolg van de zondagopenstelling. Die leidt evenmin tot een aantasting van de leefbaarheid, veiligheid of openbare orde, aangezien er in de bestaande situatie met de openstelling van de winkel op de haven op zon- en feestdagen tussen 1 april en 1 september geen problemen hebben voorgedan.

Na deze afweging constateert de raad dat voor de jachthaven in Strijensas de verboden, bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Winkeltijdenwet, niet gelden onder de voorwaarden als omschreven in artikel 10 Winkeltijdenverordening Strijen 2012.