Plan van Aanpak sportaccomodaties gemeente Terneuzen

Geldend van 10-11-2016 t/m heden

Intitulé

Plan van Aanpak sportaccomodaties gemeente Terneuzen

Voorbeschouwing

Voor u ligt het “Plan van Aanpak sportaccommodaties gemeente Terneuzen”.

Een plan van aanpak waarin wij op hoofdlijnen aangeven hoe we nu en in de nabije toekomst willen omgaan met de sportaccommodaties in onze gemeente.

Met sportaccommodaties doelen wij op onze gemeentelijke binnen- en buitensportaccommodaties en onze gemeentelijke zwembaden.

Gezien het toenemende gebruik van de openbare ruimte voor het sportief bezig zijn, besteden wij eveneens aandacht aan de gebruiksmogelijkheden van de openbare ruimte.

Een belangrijke aanleiding om nu een Plan van Aanpak op te stellen, is het gegeven dat er op dit moment een aantal belangrijke ontwikkelingen spelen, te weten de demografische ontwikkelingen in onze regio en een aantal specifieke ontwikkelingen op sportgebied. Hier komt bij dat zowel overheden als sportverenigingen vaak te maken hebben met financieel

beperkte middelen. Die ontwikkelingen kunnen gevolgen hebben voor het gebruik van de huidige sportaccommodaties en ze kunnen ook van invloed zijn op de wijze waarop wij het beheer en de exploitatie van sportvoorzieningen nu en in de toekomst zien .

In dit Plan van Aanpak gaan we in op de vraag hoe wij voornemens zijn om de bestaande structuur van sportvoorzieningen passend en toekomstbestendig te maken.

Meer concreet geven wij aan hoe wij de basis willen leggen voor een sportinfrastructuur die voor iedereen toegankelijk en bereikbaar is, die betaalbaar is, waar vraag en aanbod op elkaar zijn afgestemd en waar ruimte is voor vernieuwing als het gaat om duurzaamheid en toekomstbestendigheid.

Dit doen we door allereerst de huidige sportvoorzieningen in beeld te brengen en door nader in te gaan op de ontwikkelingen en de te verwachten gevolgen daarvan.

Aan die gevolgen verbinden we vervolgens conclusies, we benoemen de speerpunten van ons beleid en we stellen een overzicht op met concrete uitvoeringsplannen. Na vaststelling van het Plan van Aanpak werken we de uitvoeringsplannen binnen een passend tijdpad nader uit.

Hoofdstuk 1 Aanleiding en context

De aanleiding

In juni 2015 heeft de Raad de notitie “Afwegingskader sport- en welzijnsvoorzieningen” vastgesteld.

Aan de basis van dit afwegingskader lagen de uitkomsten van het Masterplan Voorzieningen Zeeuws – Vlaanderen (MPV). Gezien de demografische ontwikkelingen wordt in het MPV voorgesteld om te komen tot een toekomstbestendige en passende voorzieningenstructuur die aansluit bij de beleidsontwikkelingen en bij de behoefte van de inwoners van Zeeuws - Vlaanderen.

Het afwegingskader zelf richt zich specifiek op de sport- en welzijnsvoorzieningen in de gemeente Terneuzen en bevat richtinggevende adviezen die moeten zorgen voor een evenwicht tussen capaciteit en ruimtebehoefte en tussen vernieuwing en behoud. Ook begrippen als bereikbaarheid en leefbaarheid spelen hierbij een rol.

In de Raad van 12 november 2015 zijn twee moties ingediend die in de Besluitenlijst als volgt zijn omschreven :

  • 1.

    een motie waarin “het College wordt opgedragen om met een Plan van Aanpak te komen waarin met naam en toenaam omschreven staat welke sport- en welzijnsvoorzieningen er, met als Benchmark de rest van Nederland, te veel zijn en een tijdspad waarin concreet wordt aangegeven, welke voorzieningen gesloten c.q. buiten gebruik gesteld gaan worden”;

  • 2.

    een motie waarin “de Raad het College verzoekt om met een Plan van Aanpak te komen waarin analyses zijn opgenomen over de exploitatie, beheer, externe ontwikkelingen, toekomstig beheer van zwembaden en de financiële en maatschappelijke gevolgen en een vergelijking van mogelijke toekomstscenario’s”.

Met de mededeling van de wethouder Sport c.a. dat hij in 2016 een Plan van Aanpak voor alle sportaccommodaties (inclusief de zwembaden) zal aanbieden, worden beide moties ingetrokken.

De context

Nog afgezien van de ingediende moties heeft het College van B&W steeds de intentie gehad om de Raad in 2016 een Plan van Aanpak sportaccommodaties te presenteren. Juist nu vanwege:

  • ·

    het logische vervolg op het in 2015 gepresenteerde afwegingskader sport en welzijnsvoorzieningen

  • ·

    de huidige ontwikkelingen die van invloed zijn op het (veranderende) gebruik van de sportaccommodaties.

Het afwegingskader geeft ons de volgende input mee:

  • -

    de huidige karakteristiek van een decentrale voorzieningenstructuur, kleinschalig van opzet met kleine verzorgingsgebieden en een beperkte clustering op kernniveau;

  • -

    het ‘versnipperde’ aanbod van alle sportaccommodaties kent “overall gezien” een lage bezettingsgraad en een dalend ledenaantal (ten opzichte van 2011) en dus is er in een aantal situaties sprake van (getalsmatige) overcapaciteit; zie de inventarisatie van het sportaanbod in hoofdstuk 2;

  • -

    insteken op organisatorische fusie en clustering en multifunctioneel gebruik van sportvoorzieningen om zo robuuste, levensvatbare (financieel beheersbare) voorzieningen met een acceptabele bezettingsgraad overeind te houden, zo mogelijk centreren in de grotere kernen;

  • -

    vernieuwingen zoveel mogelijk richten op robuuste voorzieningen in de grote kernen.

Hoofdstuk 2 Bestaand aanbod van sportvoorzieningen

In dit hoofdstuk vindt u een bondig overzicht van de huidige infrastructuur van gemeentelijke binnen- en buitensportaccommodaties. We benoemen de rol- en taakverdeling tussen de verschillende partijen (gemeente en gebruikers) als het gaat om beheer en exploitatie van de sportaccommodaties. We voegen nogmaals de bijlagen toe waarin het ledenaantal van 2005 en 2015 tegen elkaar wordt afgezet en waarin we de verhouding tussen capaciteit en ruimtebehoefte weergeven.

Om het beeld van sportvoorzieningen compleet te hebben, benoemen we ook de sportvoorzieningen die volledig in private handen zijn en we geven een globaal beeld van bestaande sportmogelijkheden in de openbare ruimte.

Gemeentelijke buitensportaccommodaties:

  • ·

    12 voetbalaccommodaties

  • ·

    9 tennisaccommodaties

  • ·

    5 buitenzwembaden

  • ·

    5 boogschuttersaccommodaties

  • ·

    2 korfbalaccommodaties

  • ·

    1 honkbalaccommodatie

  • ·

    1 hockeyaccommodatie

  • ·

    1 atletiekaccommodatie

Gemeentelijke binnensportaccommodaties:

  • ·

    3 sporthallen (Axel, Sas van Gent, Terneuzen)

  • ·

    13 gymnastieklokalen

  • ·

    1 binnenzwembad

Private sportaccommodaties

  • ·

    18 holes golfbaan De Woeste Kop

  • ·

    Motocrossterrein RES

  • ·

    Zweefvliegterrein EZAC

  • ·

    Ruitersportterrein RSV Axel

  • ·

    Skihal Skidome

  • ·

    diverse fitnesscentra

  • ·

    3 watersportaccommodaties

Sportmogelijkheden in de openbare ruimte

  • ·

    wandel- en fietspaden (routes) voor wandelsport, hardlopen (joggen) en skeeleren

  • ·

    wandel- en fietspaden en polderwegen voor fietsen en wielrennen

  • ·

    bootcamps, fitness in de buitenlucht

Taak- en rolverdeling en overcapaciteit

De karakteristiek van ons huidige voorzieningenniveau van sportaccommodaties hebben we al eerder in het afwegingskader beschreven:

Een decentrale (versnipperde) structuur van kleinschalige voorzieningen met een beperkte clustering op kernniveau.

De gemeentelijke gymnastiekzalen en de zwembaden zijn volledig in eigendom, beheer en onderhoud bij de gemeente.

Alle bestaande tennisaccommodaties zijn geprivatiseerd en worden volledig beheerd en onderhouden door de tennisverenigingen.

Drie voetbalaccommodaties, te weten VV Terneuzen, VV Terneuzense Boys en HSV Hoek zijn geprivatiseerd en de clubs zijn volledig verantwoordelijk voor het beheer en het onderhoud van hun voetbalaccommodatie.

De voetbalaccommodaties van de overige verenigingen zijn niet geprivatiseerd en hier is de gemeente verantwoordelijk voor het groenonderhoud. De vereniging is verantwoordelijk voor het klein (wekelijkse) groenonderhoud en voor het beheer en onderhoud van de opstallen zoals kleedlokalen en kantine.

Deze laatste situatie geldt ook voor de overige buitensportaccommodaties zoals korfbal, hockey, honk- en softbal, boogschutterij en de atletiekaccommodatie.

Eén voetbalvereniging, VV RIA, is naast het klein groenonderhoud ook verantwoordelijk voor het groot groenonderhoud en ontvangt daarvoor van de gemeente een financiële bijdrage.

De bijlagen tonen ons in grote lijnen het volgende beeld.

Een capaciteitsoverschot aan voetbalvelden en tennisbanen.

Ten opzichte van 2005 een lichte daling in 2015 van het totaal aantal leden bij de voetbalsport met de kanttekening dat juist het aantal jeugdleden is gestegen. Het aandeel jeugdleden bedraagt in totaal 62%; het aandeel seniorleden is 38%.

In het tennis is sprake van een forse daling van het totaal aantal jeugd- én seniorleden ten opzichte van 2005.

In totaliteit is er een fors capaciteitsoverschot aan tennisbanen.

Het aandeel jeugdleden bij tennis bedraagt 21 %; het aandeel seniorleden is 79%.

De overige gemeentelijke buitensportaccommodaties voor korfbal, honkbal en atletiek voorzien in een, voor deze sporten, noodzakelijke basisvoorziening.

De gymnastieklokalen zijn een noodzakelijke (onderwijs)voorziening voor gymnastiekonderwijs. Daarnaast worden deze gymnastieklokalen verhuurd voor overige sportactiviteiten. Bijlage 4 toont een evenwichtige verhouding in het gebruik voor gymnastiekonderwijs en voor overige sportactiviteiten, alhoewel diverse gymlokalen niet intensief worden gebruikt.

In hoofdstuk 4 geven we onze conclusies op dit beeld waarvan ook de buitenzwembaden deel uitmaken.

Hoofdstuk 3 Relevante ontwikkelingen

De bevolkingssamenstelling in Zeeuws – Vlaanderen verandert

Diverse onderzoeken waaronder ook die uit het MPV hebben aangetoond dat het aantal inwoners in Zeeuws – Vlaanderen daalt en dat er tegelijkertijd sprake is van ontgroening en vergrijzing. Prognoses geven aan dat die trend naar verwachting in de toekomst verder zal doorzetten.

Deze demografische trends brengen een veranderend gebruik van het voorzieningenniveau met zich mee. In Terneuzen is dat nu al duidelijk merkbaar. In het onderwijs bijvoorbeeld zien we als gevolg van ontgroening een verminderd gebruik van schoolgebouwen. Ook in de sport zien we in Terneuzen een daling van het ledenaantal bij sportverenigingen. Dit gegeven heeft gevolgen voor het gebruik en de bezettingsgraad van de sportvoorzieningen.

Vergrijzing van de bevolking bijvoorbeeld is een demografische factor die van invloed is op het gebruik van sportvoorzieningen terwijl tegelijkertijd een toenemende sportdeelname door ouderen ervoor zorgt dat er anders wordt gesport.

De wijze van sportdeelname verandert

Mensen sporten op een andere manier dan in het verleden. Naast het sporten in verenigingsverband zien we een toename van Terneuzense inwoners die individueel of samen in ongeorganiseerd verband sporten. We zien dit steeds meer voorkomen in de openbare ruimte en in fitnesscentra.

Sportief bezig zijn staat steeds meer in het teken van het nastreven van een gezonde leefstijl, ter voorkoming van welvaartsziekten als obesitas en suikerziekte, als effectieve aanpak bij sociaal - emotionele problematiek. “Sport als doel” wordt steeds vaker aangevuld met “sport als middel”.

Sport als middel om mensen te laten meedoen, als middel om sociale verbanden in buurten of dorpskernen te versterken (leefbaarheid) en zelfs als onderdeel van citymarketing.

Sport wordt een zichtbaar onderdeel van onze gemeente en er ontstaat een wisselwerking met de openbare ruimte

Ondersteunende cijfers Zeeuwse sportmonitor 2013

SportZeeland en SCOOP hebben in 2013 een representatief onderzoek uitgevoerd onder de Zeeuwse inwoners vanaf 16 jaar op het terrein van sport, bewegen en een actieve leefstijl.

Specifiek voor Terneuzen komen daar de volgende uitkomsten uit naar voren.

  • ·

    58% is sporter, d.w.z. sport minimaal 12 keer per jaar

    • o

      Provincie Zeeland 59%

    • o

      Landelijk 65%

  • ·

    31% is lid van een sportvereniging en/of sportschool (Zeeland 30%)

  • ·

    Top 5 van sporten die in 2013 werden beoefend:

    oFitness (21%), wandelen (18%), hardlopen, trimmen (15%),zwemmen (14%), wielrennen, toerfietsen (13%); dit is ook het Zeeuwse beeld

  • ·

    Tevredenheid voor sportvoorzieningen in eigen wijk / kern:

    o20% geeft onvoldoende; 14% geeft rapportcijfer 6, 22% geeft een 7 en 44% geeft een rapportcijfer 8 of hoger:

  • ·

    Vervoer naar sportvoorzieningen:

    oAuto (44%), fiets (44%), openbaar vervoer (0%) en ander vervoermiddel of lopend (11%)

  • ·

    Vrijwilligerswerk binnen de sport(vereniging) geldt voor 24%

Uit een kwalitatief imago – onderzoek voor Terneuzen uit 2015 blijkt dat de sportvoorzieningen een “bovengemiddelde waardering” krijgen .

Hoofdstuk 4 Conclusies en uitvoeringsplannen

Conclusies

Ten opzichte van 2005 is er nu sprake van een dalend ledenaantal bij de sportverenigingen en van een capaciteitsoverschot aan voetbalvelden en tennisbanen.

Oorzaken zijn o.a. de eerder geschetste ontwikkelingen

Voetbal

Er zijn enkele voetbalverenigingen met een overschot van één veld. Er is geen enkele voetbalvereniging met een overschot van meer dan één veld.

Het ledenaantal daalt langzaam en enkele voetbalverenigingen hebben nu te maken met een stijgend ledenaantal; de oorzaak hiervan ligt bij de toenemende populariteit van het “meisjes- en damesvoetbal”.

Bij 10 voetbalclubs is het aantal jeugdleden hoger dan het aantal seniorleden. Slechts bij 2 voetbalclubs is dat andersom.

Er is echter een ‘versnipperde’ overcapaciteit van 5 voetbalvelden met de aantekening dat dat bij 5 verschillende clubs het geval is.

Tennis

Alle tennisverenigingen kennen een overcapaciteit aan tennisbanen. Dat overschot varieert als volgt:

  • -

    1 baan bij de tennisverenigingen met een capaciteit van 2 banen

  • -

    2 banen bij de tennisverenigingen met een capaciteit van 3 banen en in één geval bij een tennisvereniging met een capaciteit van 4 banen

  • -

    3 banen bij een tennisvereniging met een capaciteit van 5 banen

  • -

    5 banen bij een tennisvereniging met een capaciteit van 11 banen.

Het ledenaantal is bij alle tennisverenigingen fors gedaald terwijl het aantal jeugdleden bij alle tennisverenigingen veel lager is dan het aantal seniorleden, Het jeugdaandeel van alle tennisverenigingen bedraagt gemiddeld 21 %.

Overige sportaccommodaties

De overige sportaccommodaties waaronder hockey, korfbal, honk- en softbal, atletiek en boogschutterij hebben allen een basisaccommodatie die voorziet in de behoefte.

Wij kunnen niet voorbijgaan aan de ontstane overcapaciteit van (gedeeltelijke) sportvoorzieningen. Om die reden stellen wij een uitvoeringsplan voor waarin we tot concrete maatregelen komen om vraag en aanbod en capaciteit versus ruimtebehoefte op elkaar af te stemmen. Wij stellen voor om dit uitvoeringsplan in de 2e helft van 2018 als Raadsvoorstel te presenteren. We hebben dan gelegenheid om de gebruikers van de sportaccommodaties te consulteren teneinde draagvlak te creëren. Tegelijkertijd kunnen we iets verder in de tijd zien hoe de ontwikkelingen zich hebben geëvolueerd en kunnen we daar met ons uitvoeringsplan en bijbehorende maatregelen op inspelen.

Het is nu nog niet het moment om “van bovenaf” op puur getalsmatige basis, ons uit te spreken over sanering van overcapaciteit. Gebruikers en eventueel de sportbonden moeten zeker betrokken worden in deze discussie die voor verenigingen en voor onze sportinfrastructuur vergaande gevolgen kunnen hebben. Draagvlak is daarbij onmisbaar.

In de toelichting op uitvoeringsplan 3 zetten wij in op besluiten en maatregelen in de 2e helft van 2018. De stand van de ontwikkelingen medio 2018 kunnen wij daarin meenemen.

Openbare ruimte als sportvoorziening

Steeds meer zien we dat de openbare ruimte (stads- of dorpskern, polders, natuurgebieden) door individuele inwoners en al dan niet georganiseerde groepen van inwoners wordt gebruikt om sportief bezig te zijn.

Dalende ledenaantallen bij verenigingen zijn onder meer het gevolg van het toenemende sporten op individuele basis en vaak gaat het hierbij om wandelen, hardlopen of fietsen in de openbare ruimte.

Wij zijn van mening dat de openbare ruimte nog beter kan worden benut en/of worden ingericht voor sportactiviteiten en dat een sportieve openbare ruimte ook qua uitstraling en beeldvorming een positieve uitwerking kan hebben op onze gemeente.

Zie bijvoorbeeld de Marathon van Zeeuws – Vlaanderen en de positieve uitstraling die dit heeft voor zowel Hulst als Terneuzen.

Groenonderhoud

De afgelopen twee jaren hebben we kunnen bezuinigen op het reguliere groenonderhoud door rechtstreekse inkoop zonder tussenhandel van dezelfde kwaliteit graszaad en door het inhuren van materieel en personeel van Dethon Groen.

Gymnastieklokalen

We beschikken over 13 gemeentelijke gymnastieklokalen die allen een gebruiksfunctie hebben van gymnastiekonderwijs. Een gymnastieklokaal is een belangrijke voorziening in de dorpskernen waar een basisschool is vanwege het verstrekken van gymnastiekonderwijs en de wettelijke zorgplicht van de gemeente voor een ruimte voor gymnastiekonderwijs.

Buitenzwembaden

We hebben de beschikking over 5 openlucht zwembaden. Dat is in Nederland een uniek aantal als je het afzet tegen het aantal inwoners van onze gemeente.

Qua exploitatie en beheer vergen deze 5 openluchtbaden een forse financiële investering die jaarlijks terugkeert terwijl deze buitenbaden zo’n 3 maanden per jaar zijn geopend.

In een tijd waarin de gemeentefinanciën nog steeds onder spanning staan, wordt het steeds lastiger om een dergelijke openstelling met bijbehorende structurele lasten te verantwoorden.

Ook de bezoekersaantallen spelen een belangrijke rol in de afweging tot deze verantwoording.

Om die reden leggen wij u op zeer korte termijn een uitvoeringsplan voor waarin deze afwegingen en een uiteindelijke keuze aan de Raad wordt voorgelegd.

Uitvoeringsplan 1

“De toekomst van onze buitenzwembaden”.

Opbrengst is een raadsvoorstel voor het 1e kwartaal van 2017.

De gemeentelijke kosten voor het open houden van de zwembaden in Zaamslag, Axel, Sas van Gent en Koewacht bedroegen in 2015 ruim € 750.000,00. De kosten van het buitenbad in de kern Terneuzen zijn verweven in de kosten van het binnenbad omdat er onder andere 1 technische installatie is voor het binnen- en buitenbad.

In het uitvoeringsplan “De toekomst van onze openluchtzwembaden” geven we uitgebreid voeding aan de discussie over het wel of niet in stand houden van de huidige openluchtzwembaden. Per openluchtzwembad schenken we aandacht aan de historische gegevens, de aanwezige voorzieningen en bezoekersaantallen. Uiteraard voorziet het plan ook in een financiële  paragraaf met exploitatiekosten en boekwaarden.

Aangezien we hebben besloten tot het aangaan van aanzienlijke investeringen in 2012, geven wij ook een financiële doorkijk naar de toekomst over 5 en 10 jaar.

Uitvoeringsplan 2

“Beleid investeringssubsidies buitensportaccommodaties”

Opbrengst is een raadsvoorstel in het 2e kwartaal van 2017.

De huidige beleidsnotitie dateert uit 2010 en is op onderdelen “ingehaald” door de huidige ontwikkelingen. Wij stellen een herijking van het huidige beleid van investeringssubsidies voor met de volgende uitgangspunten:

  • -

    Nadere voorwaarden stellen aan investeringen die met uitbreiding te maken hebben waaronder een beoordeling van de noodzaak, mogelijke verwijzing naar overcapaciteit elders;

  • -

    Vervangingsinvesteringen afstemmen op noodzakelijke ruimtebehoefte en niet op aanwezige capaciteit;

  • -

    Richtlijnen opstellen over aantoonbare noodzaak van vervanging/ uitbreiding en over de gewenste of noodzakelijke kwaliteit van de aangevraagde voorziening.

Uitvoeringsplan 3

“Kwaliteitsimpuls sportaccommodaties”

Opbrengst is een raadsvoorstel voor de 2e helft van 2017

Bij het toekomstbestendig houden van sportvoorzieningen hoort ook het maken van kwaliteitsslagen. Hierbij spreken wij ons uit voor vernieuwing en kwaliteit in het geval van robuuste sportvoorzieningen in de grote kernen.

Een goed voorbeeld is het sportpark Oude Vaart met binnensportaccommodatie Vliegende Vaart, buitenzwembad, tennisbanen, hockeyvelden, een korfbalaccommodatie, een honk- en softbalaccommodatie en enkele natuurgrasvelden die vrij speelbaar zijn.

Op dit moment bereiden wij een voorstel voor om de vervanging van tennisbanen gepaard te laten gaan met een vermindering van het aantal banen en de vrijkomende ruimte te benutten voor een uitbreiding van de ligweide, een duurzame ontwikkeling die gericht is op de toekomst.

Uitvoeringsplan 4

“Sportieve inrichting van de openbare ruimte”

Opbrengst is een raadsvoorstel voor de 1e helft van 2018

Dit uitvoeringsplan speelt in op de ontwikkeling van een toenemend gebruik van de openbare ruimte als sportvoorziening. Het zorgt voor een toenemend en gevarieerd aanbod voor de sportieve gebruikers en voor een positieve uitstraling van de gemeente.

Uitgangspunten zijn:

  • -

    Een vanzelfsprekende focus op de openbare ruimte als sportvoorziening; bijeen herinrichting van de openbare ruimte moet sportgelegenheid een vanzelfsprekend bespreekpunt zijn

  • -

    Binnen de gemeentelijke organisatie wordt de openbare ruimte als sportgelegenheid integraal benaderd; inrichting openbare ruimte, groenonderhoud, infrastructuur maar ook mogelijke beleidsterreinen als gezondheid, jeugd, …

  • -

    Aandacht en kansen voor de economische effecten

  • -

    Samenwerking stimuleren met commerciële aanbieders.

Uitvoeringsplan 5

“Aanpak overcapaciteit sportaccommodaties”

Opbrengst is een raadsvoorstel in de 2e helft van 2018

Gezien de exploitatie- en onderhoudskosten die zowel verenigingen als de gemeente voor deze overcapaciteit moeten aanwenden, zullen wij in het uitvoeringsplan “overcapaciteit sportaccommodaties” met voorstellen en daaruit voortvloeiende maatregelen komen om de overcapaciteit terug te dringen en de kosten beheersbaar te houden.

Uitgangspunten bij deze geplande aanpak zijn:

  • -

    Bezuinigen op onderhoud

  • -

    Efficiënter gebruik of medegebruik (multifunctioneel) van accommodaties

  • -

    Fusies en samenwerkingsvormen van verenigingen en bijbehorende sportvoorzieningen

  • -

    Verwijzing naar beschikbare en bereikbare voorziening elders

  • -

    In relevante situaties wellicht zelfs het saneren van sportvoorzieningen.

Een belangrijke voorwaarde voor het toepassen van deze maatregelen is dat wij hierover het gesprek aangaan met de gebruikers van de sportaccommodaties en ook met sportbonden teneinde draagvlak voor deze geplande maatregelen te creëren.