Regeling vervallen per 01-01-2012

Treasurystatuut gemeente Teylingen 2009

Geldend van 03-09-2010 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2009

Intitulé

Treasurystatuut gemeente Teylingen 2009

Een bij de aanvang van het jaar op basis van de Wet fido gefixeerd percentage van het begrotingstotaal van de gemeente dat bij de realisatie niet mag worden overschreden; De raad der gemeente Teylingen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 oktober 2009;

gelet op de Financiële beheersverordening gemeente Teylingen 2008;

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden;

BESLUIT:

vast te stellen:

TREASURYSTATUUT GEMEENTE TEYLINGEN 2009

Algemeen

I Begrippenkader

Artikel 1.

In dit statuut wordt verstaan onder:

II Doelstellingen van de treasuryfunctie

 

 

- Financiering

Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen;

- Geldstromenbeheer

Al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer);

- Intern liquiditeitsrisico

De risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjaren investeringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen;

- Kasgeldlimiet

Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar;

- Koersrisico

Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen;

- Kredietrisico

De risico’s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit;

- Liquiditeitenbeheer

Het financieren en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar;

- Liquiditeitenplanning

Een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld per tijdseenheid;

- Medium term note

Verhandelbare schuldbekentenis aan toonder;

- Nettingovereenkomst

Een overeenkomst op grond waarvan de wederzijdse verplichtingen tussen partijen verrekend worden waardoor wordt bepaald wat de ene partij per saldo aan de andere partij verschuldigd is;

- Rating

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier;

- Rentecompensatiecircuit

Dit is een systeem waarbij de (valutaire) debet en creditsaldi van alle rekeningen van een organisatie worden samengevoegd tot één gecombineerd saldo, waarover de rente wordt berekend.

- Renterisico

Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen;

- Renterisiconorm

Een bij de aanvang van het jaar op basis van de Wet fido gefixeerd percentage van het begrotingstotaal van de gemeente dat bij de realisatie niet mag worden overschreden;

- Rentetypische looptijd

Het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de voorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening niet beïnvloedbare, constante rentevergoeding;

- Saldobeheer

Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen;

- Rentevisie

Toekomstverwachting over de rente-ontwikkeling;

- Solvabiliteitsratio van 0%

Status die door een bancaire toezichthouder in een EU-lidstaat aan het schuldpapier van e en instelling kan worden toegekend;

- Treasuryfunctie

De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer;

- Uitzetting

Het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeengekomen condities en bedingen. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot één jaar en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode van één jaar of langer.

Artikel 2.

Doelstellingen van de treasuryfunctie zijn:

  • 1.

    Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;

  • 2.

    Het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s;

  • 3.

    Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;

  • 4.

    Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van dit statuut.

Risicobeheer

III Uitgangspunten risicobeheer

Artikel 3.

Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:

  • 1.

    De gemeente mag leningen of garanties uit hoofde van de “publieke taak” uitsluitend verstrekken aan door de Gemeenteraad goedgekeurde derde partijen, waarbij vooraf informatie wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij.

  • 2.

    De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut;

IV Renterisicobeheer

Artikel 4.

  • 1.

    De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet fido;

  • 2.

    De renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet fido;

  • 3.

    Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitenplanning;

  • 4.

    De rentetypische looptijd en het renteniveau van de betreffende lening/uitzetting wordt 5. zoveel mogelijk afgestemd op de actuele rentestand en de rentevisie;

  • 5.

    Binnen de kaders gesteld in III en IV, wordt naar spreiding in de rentetypische looptijden van uitzettingen gestreefd.

V Koersrisicobeheer

Artikel 5.

  • 1.

    De gemeente beperkt de koersrisico’s op uitzettingen uit hoofde van treasury, door uitsluitend financiële producten te hanteren met minimaal hoofdsomgarantie (aan het einde van de looptijd) of te beleggen in vastrentende waarden

  • 2.

    Tevens beperkt de gemeente de koersrisico’s door conform artikel 7 de looptijd van de uitzettingen af te stemmen op de liquiditeitenplanning.

VI Kredietrisicobeheer

Artikel 6.

  • 1.

    Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury gelden de volgende uitgangspunten:

    • a.

      Uitzettingen vinden uitsluitend plaats bij:

      • -

        Instellingen, voor wiens waardepapier een solvabiliteitsratio van 0% geldt;

      • -

        Nederlandse financiële instellingen met ten minste een triple A-rating van één van de volgende erkende ratingbureaus: Moody’s, Standard & Poors;

      • -

        Instellingen die de uitgezette middelen duurzaam investeren waarbij de gevolgen voor mens en milieu meewegen.

    • b.

      Indien de rating na het afsluiten van een contract daalt onder het niveau triple A zal verscherpt toezicht worden gehouden op de kredietwaardigheid van de instelling en zal de uitzetting eventueel opgeëist worden.

    • c.

      Bij het uitzetten van beleggingen wordt ook het spreiden van risico’s in overweging genomen.

  • 2.

    Bij het verstrekken van leningen of garantstelling uit hoofde van de publieke taak worden zoveel mogelijk zekerheden of garanties geëist.

  • 3.

    Bij nieuw te verstrekken geldleningen uit hoofde van de publieke taak wordt een opslagpercentage op het rentetarief van 0,2% gehanteerd voor risico en administratie.

VII Intern liquiditeitsrisicobeheer

Artikel 7.

De gemeente beperkt haar interne liquiditeitsrisico’s door haar treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitenplanning (looptijd tot één jaar), alsmede een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van minimaal 4 jaar.

VIII Valutarisicobeheer

Artikel 8.

Valutarisico’s worden in de gemeente uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de euro.

Eventuele valutarisico’s die voortvloeien uit operationele transacties worden door de gemeente direct ingedekt.

Gemeentefinanciering

IX Financiering

Artikel 9.

Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Financieringen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak;

  • 2.

    Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) te gebruiken teneinde het renteresultaat te optimaliseren;

  • 3.

    Aangaan van leningen met enkel het doel de aangetrokken gelden tegen een hogerrendement uit te zetten (Near Banking) is niet toegestaan;

  • 4.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn: onderhandse leningen en medium term notes (MTN);

  • 5.

    De gemeente vraagt offertes op bij minimaal 2 instellingen alvorens een financiering wordt aangetrokken.

  • 6.

    Tijdelijk overtollige gelden van aangetrokken leningen voor projectfinanciering worden uitgezet bij de financiële onderneming waar deze leningen zijn aangegaan, onverminderd artikel 6, eerste lid.

  • 7.

    Indien een nettingovereenkomst is afgesloten met een financiële onderneming met betrekking tot het uitzetten van tijdelijke overtollige gelden van aangetrokken leningen voor projectfinanciering als bedoeld in zesde lid, is artikel 6, eerste lid, niet van toepassing.

X Langlopende uitzettingen

Artikel 10.

Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Uitzettingen worden uitsluitend gedaan onder de in artikel 4, 5 en 6 genoemde voorwaarden;

  • 2.

    De gemeente vraagt schriftelijk offertes op bij minimaal 2 instellingen alvorens een langlopende uitzetting wordt gedaan.

XI Relatiebeheer

Artikel 11.

De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Bankrelaties en hun bancaire condities worden jaarlijks beoordeeld;

  • 2.

    Bankrelaties dienen wat betreft hun kredietwaardigheid minimaal te voldoen aan de eisen die zijn gesteld in artikel 6;

Kasbeheer

XII Geldstromenbeheer

Artikel 12.

Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te beperken wordt:

  • 1.

    Het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar en de liquiditeitenplanning af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig worden nagekomen;

  • 2.

    Het betalingsverkeer wordt zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd binnen één bank.

XIII Saldo- en liquiditeitenbeheer

Artikel 13.

Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen:

  • 1.

    De gemeente streeft naar concentratie van de overtollige liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities;

  • 2.

    Indien er een liquiditeitsbehoefte ontstaat dan kan de gemeente kortlopende middelen aantrekken. Hierbij wordt – conform artikel 4 lid 1 - de kasgeldlimiet niet overschreden;

  • 3.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet op rekening courant;

  • 4.

    Toegestane instrumenten bij het uitzetten van gelden voor een periode korter dan één jaar zijn rekening-courant, daggeld, spaarrekeningen en deposito’s;

  • 5.

    Bij het extern uitzetten van gelden korter dan één jaar zijn slechts de in artikel 6 genoemde tegenpartijen toegestaan;

  • 6.

    De gemeente vraagt offertes op bij minimaal 2 instellingen alvorens middelen worden aangetrokken of uitgezet met een looptijd korter dan één jaar.

Administratieve organisatie en interne controle

XIV Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

Artikel 14.

In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle:

  • 1.

    De uitvoering van de treasuryfunctie is rechtmatig en doelmatig;

  • 2.

    De treasuryactiviteiten worden adequaat uitgevoerd en bijgestuurd;

  • 3.

    De juistheid, tijdigheid en volledigheid van de informatie is verzekerd;

  • 4.

    Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd.

XV Verantwoordelijkheden

Artikel 15.

De verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.

 

 

Functie

Verantwoordelijkheden

Gemeenteraad

Het vaststellen van treasurydoelstellingen, het treasurybeleid, globale richtlijnen en limieten; Het vaststellen van de treasuryparagraaf in begroting en jaarrekening; Het houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan; Het evalueren en als gevolg daarvan (eventueel) bijstellen van het treasurybeleid; Het uitvoeren van de niet aan het college van B&W overgedragen treasuryactiviteiten.

College van B&W

Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele verantwoordelijkheid); Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties (voor zover de Gemeenteraad dit niet aan zich heeft voorbehouden); Het rapporteren aan de Gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid.

Portefeuillehouder Financiën

Het uitvoeren van het treasurybeleid (politieke verantwoordelijkheid).

Directie

Het uitvoeren van het treasurybeleid (ambtelijke verantwoordelijkheid).

Beleidmedewerker A belast met financiën (afdeling Advies en Ondersteuning)

Het maken van beleidswijzingen op het gebied van treasury; Het opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury; Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen; Het controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie en hierover rapporteren aan het college van B&W.

Afdelingshoofd Bedrijfsinformatie

Het uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de treasuryparagraaf; Het zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten; Het rapporteren aan B&W over de uitvoering van het treasurybeheer; Het afleggen van verantwoording aan de directie.

De afdelingshoofden

Het zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun sector aanlevert aan de afdeling Bedrijfsinformatie met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten. Het zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan de afdeling Bedrijfsinformatie;

De vakspecialist B belast met treasury (afdeling Bedrijfsinformatie)

Het uitvoeren van de activiteiten met betrekking tot de volgende deelfuncties: het risicobeheer, gemeentefinanciering (financiering, uitzetting en relatiebeheer) en kasbeheer. Deze activiteiten moeten conform dit treasurystatuut en de treasuryparagraaf worden uitgevoerd en de transacties dienen geautoriseerd te zijn door het afdelingshoofd Bedrijfsinformatie; Het opstellen van de rentevisie; Het aantrekken en uitzetten van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer; Het beheren van de geldstro men; Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen; Het afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties; Het schriftelijk vastleggen van de treasurytransacties en het doorgeven hiervan aan de kassier; Het mede voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied; Het adviseren van de afdelingen/sectoren over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten; Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de aan de gemeentelijke administratie; Het afleggen van verantwoording aan het hoofd afdeling Bedrijfsinformatie over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Vakspecialist D/Administratief medewerker A (onderdeel boekhouding afdeling Bedrijfsinformatie)

Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen; Het afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer; Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie; Het rapporteren aan het hoofd afdeling Bedrijfsinformatie belast met controle over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Financiële administratie

Het juist en volledig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, inkomsten, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie;

Vakspecialist B belast met interne Controle (afdeling Advies en Ondersteuning)

Het voeren van de interne controle op de uitgevoerde treasurytransacties en hierover rapporteren aan het Hoofd afdeling Bedrijfsinformatie; Het afleggen van verantwoording aan de controller over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Controller

Toetsen van het geheel van treasuryactiviteiten aan de gestelde kaders.

De externe accountant

Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren omtrent de feitelijke naleving van het treasurystatuut.

XVI Bevoegdheden

Artikel 16.

In onderstaande tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde fiattering.

 

 

 

 

 

 

Bevoegd functionaris

Autorisatie door

Saldo-, liquiditeiten- en geldstromenbeheer

1. Het uitzetten van geld via callgeld, deposito en spaarrekening

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

Teamcoördinator B Bedrijfsadministratie

2. Het aantrekken van geld via callgeld of kasgeld

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

Teamcoördinator B Bedrijfsadministratie

3. Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen

Vakspecialist D/Adm. medewerker A onderdeel boekhouding Afdeling Bedrijfsinformatie (1e handtekening)

Teamcoördinator B Bedrijfsadministratie (2e handtekening)

Bankrelatiebeheer

4. Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

Teamcoördinator B Bedrijfsadministratie

5. Bankcondities en tarieven afspreken

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

Teamcoördinator B Bedrijfsadministratie

Risicobeheer

6.

 

 

Financiering en uitzetting

7. Het afsluiten van kredietfaciliteiten

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

Hoofd afdeling Bedrijfsinformatie

8. Het aantrekken van gelden via onderhandse leningen en MTN’s zoals vastgelegd in het statuut

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

College van B&W

9. Het uitzetten van gelden via (staats)obligaties, MTN’s, onderhandse geldleningen zoals vastgelegd in het treasurystatuut

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

College van B&W

10. Het beleggen in garantieproducten

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling Bedrijfsinformatie

College van B&W

11. Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak

College van B&W

Gemeenteraad

12. Het garanderen van gelden uit hoofd van de publieke taak

College van B&W

Gemeenteraad

XVII Informatievoorziening

Artikel 17.

Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient ten minste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen:

 

 

 

 

Informatie

Frequentie

Informatie-verstrekker

Informatie-ontvanger

1. Gegevens m.b.t. toekomstige uitgaven en ontvangsten voor de liquiditeitenplanning

Kwartaal / Incidenteel

Afdelings-hoofden

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling BI

2. Liquiditeitenplanning

Kwartaal

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling BI

Teamcoördinator B Bedrijfsadministratie

3. Treasurybeleid in treasuryparagraaf van begroting

Jaarlijks

Beleid A (financieel beleid) Afdeling A&O

Gemeenteraad

4. Voortgang onderdelen treasuryparagraaf via managementrapportage

Management-rapportage

Afdeling Bedrijfs-informatie

College van B&W

5. Voortgang onderdelen treasuryparagraaf via bestuursrapportage

Bestuurs-rapportage

Afdeling Bedrijfs-informatie

Gemeenteraad

6. Verantwoording n.a.v. treasuryparagraaf via jaarverslag

Jaarlijks

Afdeling Bedrijfs-informatie/ Advies en Ondersteuning

Gemeenteraad

7. Informatie aan derden (toezichthouder en CBS) zoals genoemd in art. 8 Wet fido

Kwartaal

Vakspecialist C belast met treasury Afdeling BI

Derden

8. Lenings- / uitzettings-/ garantiebesluiten

binnen 14 dagen na besluit

College van B&W

Provincie

XVIII Inwerkingtreding

Artikel 18.

  • 1.

    Dit statuut treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 juli 2009.

  • 2.

    Dit statuut vervangt het treasurystatuut gemeente Teylingen 2006.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam “Treasurystatuut 2009”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 17 december 2009.
De raad voornoemd,
De griffier, de voorzitter,
R. van Dijk drs. S.W.J.G. Schelberg