Regeling vervallen per 24-02-2016

Verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ Tiel

Geldend van 06-03-2010 t/m 23-02-2016

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ Tiel

Verordening Clientparticipatie WWB en WIJ gemeente Tiel

De raad van de gemeente Tiel,

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet, artikel 47 WWB, en artikel 12, eerste lid

onderdeel d en het tweede lid van de Wet investeren in jongeren;

overwegende dat het noodzakelijk is regels inzake cliëntenparticipatie vanuit de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren bij verordening vast te leggen;

gelet op het advies van de commissie samenleving d.d. 2 februari 2010;

besluit:

vast te stellen: de verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ Tiel

De verordening.

Artikel 1 - Begrippen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand, de Wet investering in jongeren en de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

Cliëntenraad : de Cliëntenraad WWB - WIJ als bedoeld in artikel 2;

de Afdeling : de Afdeling Werk,Inkomen & Zorg van de gemeente Tiel;

College : het college van Burgemeester en Wethouders van Tiel;

Raad : de gemeenteraad van Tiel;

Gemeente : de gemeente Tiel.

Artikel 2 - Benoeming cliëntenraad

  • 1.

    Het college stelt een Cliëntenraad WWB - WIJ in.

  • 2.

    De leden van de Cliëntenraad WWB-WIJ worden benoemd door het college, dan wel bij mandaat door het afdelingshoofd werk, inkomen & zorg van de gemeente Tiel.

  • 3.

    Voor benoeming als lid van de Cliëntenraad komen in aanmerking;

    • -

      individuele personen, die deskundig zijn en/of betrokken zijn bij de uitvoering van de Wet werk en bijstand en/of de Wet investeren in jongeren of daarbij behorende flankerende beleidsterreinen of voorzieningen binnen de gemeente Tiel,

    • -

      vertegenwoordigers van belangengroepen of belangenorganisaties welke zijn betrokken bij de uitvoering van de Wet werk en bijstand, de Wet investering in jongeren of daarbij behorende flankerende beleidsterreinen of voorzieningen binnen de gemeente Tiel.

  • 4.

    De benoeming als bedoeld in lid 2 vindt plaats op basis van een voordracht van de onder het derde lid genoemde personen, groepen of organisaties; en vervolgens op voordracht van de bestaande Cliëntenraad.

  • 5.

    De leden worden benoemd voor de periode van vier jaar, welke periode gelijk loopt met de zittingsperiode van de gemeenteraadsleden. Herbenoeming is mogelijk, mits het lid opnieuw wordt voorgedragen overeenkomstig het vierde lid.

  • 6.

    De leden verrichten hun werkzaamheden zonder last, maar voeren wel ruggespraak met hun achterban.

  • 7.

    Het lidmaatschap van de Cliëntenraad is onverenigbaar met het lidmaatschap van de raad dan wel het college.

  • 8.

    Een lid kan zijn lidmaatschap tussentijds doen eindigen.

  • 9.

    De Cliëntenraad bestaat uit minimaal 6 en maximaal 12 leden. Indien het aantal leden tot onder het minimumaantal daalt, worden zo spoedig mogelijk een of meer nieuwe leden voorgedragen en vervolgens benoemd.

Artikel 3 - Taken

  • 1.

    De Cliëntenraad is bevoegd gevraagd en ongevraagd advies te geven aan het college over de uitvoering van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren in de gemeente en zaken die het daar mee flankerende beleid en de flankerende voorzieningen betreffen en de dienstverleningsketen waarbinnen die uitvoering plaatsheeft.

  • 2.

    Ingeval de Cliëntenraad door of namens het College om advies is gevraagd, zorgt de Cliëntenraad binnen 6 weken voor een schriftelijk en gemotiveerd advies.

  • 3.

    De Cliëntenraad is niet bevoegd zich te mengen in aangelegenheden met betrekking tot een individuele belanghebbende en de gemeente.

  • 4.

    De cliëntenraad levert een inspanning om zowel de doelgroep van de WWB als de WIJ te vertegenwoordigen in en via de cliëntenraad en/of tenminste de belangen van de doelgroepen WWB en WIJ te behartigen.

Artikel 4 - Overleg van en met de Cliëntenraad

  • 1.

    De Cliëntenraad komt zo vaak bijeen als nodig is voor een adequate vervulling van zijn taken.

  • 2.

    De Cliëntenraad kiest in beginsel uit zijn midden een voorzitter.

  • 3.

    De Cliëntenraad kiest uit zijn midden een secretaris.

  • 4.

    De Cliëntenraad heeft tenminste viermaal per kalenderjaar een overleg met het College en/of de afdeling.

  • 5.

    Dit overleg wordt wisselend voorgezeten door de voorzitter van de Cliëntenraad respektievelijk het hoofd van de afdeling.

  • 6.

    De agenda voor dit overleg wordt opgesteld door de secretaris van de Cliëntenraad in samenspraak met een door of namens het College aangewezen medewerker van de afdeling.

  • 7.

    Van het overleg wordt een verslag gemaakt door een medewerker van de afdeling. Een afschrift van dit verslag wordt verzonden aan de Raad.

Artikel 5 - Facilitering

  • 1.

    Het College draagt zorg voor een goede en tijdige informatievoorziening richting Cliëntenraad met betrekking tot zaken die tot het taakgebied van het Cliëntenraad behoren.

  • 2.

    Het college zendt uit eigen beweging of op verzoek afschriften van relevante stukken aan de Cliëntenraad.

  • 3.

    De griffier van de Raad zendt de Cliëntenraad afschriften van relevante Raadsstukken

  • 4.

    Het College draagt zorg voor de faciliteiten ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de Cliëntenraad door jaarlijks daarvoor een financieel budget beschikbaar te stellen.

  • 5.

    Jaarlijks vóór 1 mei wordt door de Cliëntenraad een begroting ingediend bij het College voor het volgende kalenderjaar. Daarbij wordt een schriftelijke verantwoording ingediend over het voorgaande kalenderjaar.

  • De door het College te accorderen begroting van de Cliëntenraad wordt opgenomen in de door de gemeente vast te stellen begroting voor het volgende kalenderjaar.

Artikel 6.

De Cliëntenraad stelt voor zijn eigen functioneren een reglement op. Van dit reglement verstrekt de Cliëntenraad een afschrift aan het College.

Artikel 7 – Deelname andere gemeenten

De Cliëntenraad maakt deelname aan zijn bijeenkomsten mogelijk door een afvaardiging van max. 2 leden van een Cliëntenraad per gemeente waarvoor of waarmee de gemeente Tiel de uitvoering van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren doet.

Deze afgevaardigde leden uit andere clientenraden hebben binnen de Cliëntenraad van de gemeente Tiel geen stemrecht.

Artikel 8 – Onvoorzien.

In zaken en aangelegenheden waarin deze verordening niet voorziet, wordt voorzien door een besluit van het College.

Artikel 9 - Verantwoording

Over de uitvoering van deze verordening legt het College jaarlijks verantwoording af aan de Raad.

Artikel 10

Deze verordening treedt, onder gelijktijdige intrekking van de Verordening Cliëntenparticipatie WWB gemeente Tiel, in werking op de eerste dag na de bekendmaking daarvan.

Artikel 11

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Cliëntenparticipatie WWB en WIJ gemeente Tiel 2009.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering
van 17 februari 2010,
de griffier, de voorzitter,

Nota-toelichting

Toelichting:

Algemene toelichting

Artikel 47 WWB draagt aan de gemeenteraad op om een verordening te maken over de wijze waarop de personen bedoeld in artikel 7 lid 1 WWB of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WWB.

Daarmee wordt aansluiting gezocht bij de Wet SUWI, waarin staat dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoeringsstructuur waarin de cliënt centraal staat.

In deze verordening is gekozen voor het instellen van een Cliëntenraad. Door in deze Cliëntenraad leden te benoemen die worden voorgedragen door de verschillende belangenorganisaties kunnen de ideeën van cliënten over de uitvoering van de WWB effectief worden verwoord.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

Er is voor gekozen om begrippen die reeds zijn omschreven in de WWB, WIJ of Awb niet afzonderlijk te definiëren in de Verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de WWB, WIJ of Awb ook de Verordening moet worden gewijzigd.

Artikel 2

Alhoewel de Raad de verordening moet vaststellen, is er om pragmatische redenen voor gekozen dat het College (eventueel bij mandaat) de Cliëntenraad instelt en de leden daarvan benoemt.

Het is belangrijk dat de leden van de Cliëntenraad een duidelijke binding hebben met de doelgroepen van de WWB en WIJ, daarom hebben personen, belangenorganisaties en -groepen de bevoegdheid om de leden voor te dragen. De wijze waarop deze organisaties tot hun voordracht komen is bewust niet geregeld. Juist omdat de leden gedragen moeten worden door de achterban, is het zaak dat deze organisaties zelf tot een voordracht komen. E.e.a. wordt gekanaliseerd via de Cliëntenraad zelf. De Cliëntenraad zal op deze wijze zelf het evenwicht bewaken tussen clienten en deskundigen in de Cliëntenraad.

Omdat het belangrijk is dat de leden van de Cliëntenraad voldoende binding houden met de doelgroepen, is de benoemingsduur beperkt tot de raadsperiode en kunnen zij alleen worden herbenoemd als zij wederom worden voorgedragen. Daarmee wordt voorkomen dat leden van de Cliëntenraad tot in lengte van jaren kunnen blijven zitten, terwijl zij inmiddels vervreemd kunnen zijn van hun achterban.

Artikel 3

Dit artikel bepaalt de reikwijdte van de taken en bevoegdheden die aan de Cliëntenraad zijn toebedeeld. Naast een adviserende taak over de uitvoering van de WWB en WIJ heeft de Cliëntenraad ook recht van initiatief op dit terrein. Omdat sommige onderwerpen nauw kunnen samenhangen met de uitvoering van de WWB en WIJ, maar strikt genomen daar zelf geen deel van uitmaken, is de bevoegdheid van de Cliëntenraad uitgebreid met deze onderwerpen. De Cliëntenraad wordt in ieder geval om advies gevraagd bij het opstellen en wijzigen van beleidsplannen, verordeningen, formulieren en voorlichtingsmateriaal met betrekking tot de WWB en WIJ

Uitdrukkelijk worden individuele zaken buiten het overleg met de Cliëntenraad gehouden omdat de Cliëntenraad geen belanghebbende is ten aanzien van beslissingen die betrekking hebben op individuele gevallen.

Artikel 4

Dit artikel bevat de kern van de zaken die op grond van artikel 47 WWB en 12 WIJ in de verordening moeten worden geregeld.

De gemeente overlegt minstens vier maal per kalenderjaar met de Cliëntenraad. Ingeval daartoe een reden is kan er dus vaker worden overlegd. Het is logisch om enkel vaker te vergaderen indien beide partijen hiertoe reden zien.

Artikel 5

Zonder relevante stukken kan de Cliëntenraad niets beginnen. Het college dient daarom ervoor te zorgen dat de Cliëntenraad over de benodigde stukken kan beschikken. Om te voorkomen dat het College ook geheime stukken of willekeurig welke stukken dan ook op verzoek aan de Cliëntenraad zou moeten zenden, is bepaald dat het om ‘relevante’ stukken moet gaan.

Ter vereenvoudiging van de uitvoering voor het college is bepaald dat de relevante Raadstukken ‘automatisch’ worden verzonden via de griffie van de Raad. Het College hoeft deze stukken dus niet ook nog eens zelf te verzenden.

De facilitering van de Cliëntenraad is geregeld door het toekennen van een jaarlijks budget. De Cliëntenraad kan zodoende op zelfstandige wijze in haar behoeften voorzien.

Artikel 7

Er is sprake van samenwerking op het gebied van de WWB en WIJ door Tiel met andere gemeenten.

Vooral voor gemeenten waarvoor Tiel de WWB en de WIJ uitvoert is het redelijk en zinvol om de clientparticipatie vanuit die gemeenten te waarborgen. Met deze bepaling wordt mogelijk gemaakt dat leden van clientenraden uit andere gemeenten kunnen deelnemen aan de beraadslaging en informatie uitwisseling van de Cliëntenraad Tiel. De Cliëntenraad Tiel verricht geen werkzaamheden voor de clientparticipatie in de bedoelde andere gemeenten.

Artikel 9

Het is logisch dat het College bij de jaarlijkse verantwoording over de uitvoering van de WWB en WIJ ook verantwoording aflegt over de uitvoering van deze verordening. Dit artikel is dus niet geschreven om in voorkomende gevallen tussentijdse vragen van de Raad te kunnen ontlopen.

Toelichting betreffende de Wet investeren in jongeren en cliëntenparticipatie

Op 1 oktober 2009 treedt de Wet investeren in jongeren (WIJ) in werking. Doelstelling van deze wet is de duurzame arbeidsparticipatie in regulier werk van jongeren tot 27 jaar. Om dit te bereiken is in de wet een recht op een zgn. werkleeraanbod vastgelegd. Dit werkleerrecht berust op het uitgangspunt dat jongeren die goed geschoold zijn en over voldoende kwalificaties beschikken gemakkelijker aan het werk zullen komen en daardoor zelfstandig in hun levensonderhoud kunnen voorzien.

Verordening cliëntenparticipatie

Met een verordening cliëntenparticipatie WIJ wordt invulling gegeven aan de in artikel 12 WIJ gegeven opdracht om regels te stellen met betrekking tot de wijze waarop jongeren, of

hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WIJ. Het behoort tot de gemeentelijke beleidsvrijheid om daarin eigen beleidskeuzes te maken. Van de zijde van de regering is op vragen vanuit de Tweede Kamer opgemerkt dat het voor de hand ligt om aansluiting te zoeken bij de bestaande vormen van cliëntenparticipatie in het kader van de WWB. Deze suggestie is overgenomen en wordt geformaliseerd door een wijziging van de verordening cliëntenparticipatie WWB. Deze krijgt daardoor niet alleen een andere inhoud maar ook een andere naam en zal voortaan als verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ door het leven gaan.

Over e.e.a. is in de cliëntenraad WWB gesproken.

Uitkomst is dat de cliëntenraad in staat en bereid is om de belangen van jongeren te behartigen bij de uitvoering van de WIJ en hierin dus een centrale rol te spelen.

Gelet hierop is verordening cliëntenparticipatie WWB aangevuld met de (vertegenwoordigers van de) jongeren als achterban voor de cliëntenraad. Door middel van de cliëntenparticipatie worden de jongeren of hun vertegenwoordigers betrokken bij de uitvoering van deze wet.