Regeling vervallen per 11-07-2014

Winkeltijdenverordening Tilburg

Geldend van 01-07-2013 t/m 10-07-2014

Intitulé

Winkeltijdenverordening Tilburg

Besluit

1.De gewijzigde Winkeltijdenverordening Tilburg vast te stellen, waarmee de Winkeltijdenverordening Tilburg vastgesteld op 10 juni 2013 komt te vervallen.

Winkeltijdenverordening Tilburg.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b.

    feestdagen: Nieuwjaarsdag, eerste Paasdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, eerste Pinksterdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van Tilburg;

  • d.

    ontheffing: een ontheffing van de verboden, vervat in artikel 2 van de wet.

  • e.

    werkdagen: maandag tot en met zaterdag

Artikel 2 Beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een aanvraag voor een ontheffing binnen 6 weken.

  • 2. Hij kan de beslissing voor ten hoogste 4 weken verdagen.

Artikel 3 Overdracht van de ontheffing

  • 1. Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemming van het college.

  • 2. In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffingen doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college, onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 4 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of niet worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen 6 maanden na datum van verlening;

  • f.

    de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Artikel 5 Zon- en feestdagenregeling

  • 1. De verboden bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a en b, van de wet gelden niet voor kampeerterreinen op zondagen niet zijnde een feestdag, Goede Vrijdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en tweede Kerstdag tot 22.00 uur.

  • 2. De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b, van de wet, gelden niet op zondagen niet zijnde een feestdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en tweede Kerstdag tussen 08.00 en 18.00 uur.

  • 3. Het college is bevoegd in bijzondere gevallen te bepalen, dat de in het eerste en tweede lid opgenomen vrijstellingen niet gelden voor één of meer in het collegebesluit aan te wijzen zon- of feestdagen.

Artikel 6 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

  • 1.

    • Het college kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op zon- en feestdagen ten behoeve van:

      • a.

        bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

      • b.

        het uitstallen van goederen;

      • c.

        tentoonstellingen in kunstateliers en galeries.

  • 2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen, beurzen, evenementen.

  • 3. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 7 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

  • 1. Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid onder c. van de wet,

  • 2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen, beurzen, speciale (verkoop)acties

  • 3. De ontheffing kan, onverminderd het bepaalde in het tweede lid, worden geweigerd of ingetrokken indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 8a Straatverkoop

De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken met uitzondering van de periode tussen 04.00 uur en 10.00 uur op zondag

Artikel 8b Kermissen

  • 1. De in artikel 2, tweede lid, van de wet genoemde verboden, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van snoepgoed op een terrein waar een kermis wordt gehouden als bedoeld in de 'Verordening vaststelling plaatsen en tijden kermis 1997', gedurende de openingstijden van die kermis.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet genoemde verboden, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein waar een kermis wordt gehouden als bedoeld in de 'Verordening vaststelling plaatsen en tijden kermis 1997', gedurende de openingstijden van die kermis.

Artikel 8c Hasseltse Kapel

De in artikel 2, tweede lid van de wet genoemde verboden, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van snoepgoed, voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken, religieuze artikelen en souvenirs alsmede voor bloemen en planten op het voorterrein van de Hasseltse Kapel gedurende de maand mei.

Artikel 8d Bepaalde winkels

De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

  • a.

    musea;

  • b.

    winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksprodukten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

  • c.

    winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.

Artikel 8e Culturele evenementen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

Artikel 8f Sportcomplexen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

Artikel 8g Bejaardenoorden

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten.

Artikel 8h Ramadan

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van winkels, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden.

Artikel 9 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college aangewezen ambtenaren.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van haar bekendmaking.

Op deze dag vervalt de Winkeltijdenverordening Tilburg 2013.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als 'Winkeltijdenverordening Tilburg".

TOELICHTING WINKELTIJDENVERORDENING

Algemeen

De Winkeltijdenverordening is gebaseerd op de Winkeltijdenwet (hierna: de wet). De hoofdlijnen van deze wet zijn:

  • -

    Op maandag t/m zaterdag, de werkdagen, is openstelling van winkels toegestaan tussen 06.00 en 22.00 uur. Gemeenten mogen gedurende deze uren geen beperkingen opleggen aan de openstelling van winkels.

  • -

    Gedurende de nachturen van 22.00 tot 06.00 uur is winkelopening op werkdagen niet

toegestaan. Gemeenten kunnen evenwel vrijstellingen en ontheffingen van deze verplichte winkelsluiting verlenen. Op 24 december, 4 mei en op Goede Vrijdag gaat dit nachtregime in om 19.00 uur.

-Op zon- en feestdagen is winkelopening niet toegestaan. Voor maximaal 12 zon- en feestdagen per kalenderjaar kan de gemeente vrijstelling van deze verplichte sluiting verlenen. Als feestdagen worden hierbij aangemerkt Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag.

Artikelgewijs

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 2 van de wet. Koninginnedag is in de wet niet meer aangemerkt als een feestdag. De wet noemt eerste Paasdag, eerste Pinksterdag niet omdat deze altijd op zondag vallen.

Artikel 2 Beslistermijn

In de praktijk worden verzoeken per omgaande beantwoord (binnen twee weken). Bij verzoeken die gevolgen kunnen hebben voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse van de winkel kan het nodig zijn advies van bijvoorbeeld de politie in te winnen. In die gevallen zal een beslissing langer op zich kunnen laten wachten.

Artikel 3 Overdracht van de ontheffing

De bepaling bindt de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van het college. Deze tussenkomst geeft het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in de handel en wandel van de opvolger.

Artikel 4 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

In de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is niet aangegeven in welke situaties een besluit

ingetrokken kan worden. Dit moet dan ook in de verordening worden bepaald. Op het besluit tot intrekking van een ontheffing is de Awb van toepassing (bezwaar- en beroepmogelijkheden).

Artikel 5 Zon- en feestdagenregeling

Op grond van het bepaalde in lid 1 wordt vrijstelling verleend aan de winkels op kampeerterreinen. De winkels mogen tot uiterlijk 22.00 uur geopend zijn. Met dit tijdstip is aansluiting gezocht bij de openingstijden die in de wet zijn gesteld tijdens werkdagen.

De wet geeft aan dat de gemeente bevoegd is om bij verordening af te wijken van het verbod op winkelopenstelling buiten werkdagen van 06.00u tot 22.00u. Ondanks de mogelijk negatieve effecten die verruiming van de openingstijden kan hebben voor individuele ondernemers, in de meeste gevallen zelfstandige ondernemers uit het midden- en

kleinbedrijf, is het zeer aannemelijk dat dit over het geheel een positief effect heeft op het economisch

functioneren van de stad. Om deze reden kiezen we voor het invoeren van een koopzondagenregeling waarbij de winkels geopend mogen zijn van 08.00u tot 18.00u op alle zon- en feestdagen met uitzondering van Nieuwjaarsdag, Eerste Paasdag, Eerste Pinksterdag en Eerste Kerstdag.

Op grond van het bepaalde in lid 3 kan het college van burgemeester en wethouders beslissen om op een beperkt aantal zon- of feestdagen de winkels niet toe te staan geopend te zijn. Het college streeft ernaar dit minimaal 6 weken voor de betreffende zon- of feestdag bekend te maken.

Artikel 6 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties

Enerzijds gaat het in dit artikel over bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard, anderzijds gaat het over het uitstallen van goederen. In lid 2 van dit artikel worden de bijzondere gelegenheden nader gedefinieerd. Van dit artikel kan in bijzondere situaties gebruik worden gemaakt indien er reden is om op een van de in artikel 5 aangegeven feestdagen geopend te zijn of om af te wijken van de eveneens in artikel 5 vastgestelde openingstijden op zondag. Bij het verkrijgen van een ontheffing zal moeten worden aangetoond dat de gelegenheid die als reden voor de aanvraag dient van bijzondere aard is. Deze bijzondere gelegenheden van tijdelijke zullen moeten afwijken van de reguliere activiteiten die in de winkel of het winkelcentrum plaatsvinden om voor ontheffing in aanmerking te komen. Hierbij kan worden gedacht aan activiteiten die, onafhankelijk van de winkelopenstelling, zelfstandig publiek trekken. Zo is de ontheffingsmogelijkheid voor evenementen met name bedoeld voor de situatie waarin in het betreffende gebied een groot publieksaantrekkend evenement plaats vindt. De hierdoor gegenereerde bezoekersstroom kan voor de in het gebied gevestigde ondernemers aanleiding vormen een aanvraag in te dienen om geopend te mogen zijn. Het is niet de bedoeling ontheffing te verlenen voor een evenement dat uitsluitend ten doel heeft de openstelling van de winkels mogelijk te maken. Naast deze ontheffingsmogelijkheid is er de mogelijkheid ontheffing te verlenen ten behoeve van specifieke winkels of winkelcentra bijvoorbeeld in geval het gaat om een bestaansjubileum of een heropening.

In artikel 7 is wel een ontheffingsmogelijkheid opgenomen voor bijzondere verkoopacties op werkdagen tussen 22.00u en 06.00u. Dit sluit beter aan bij het doel van deze ontheffingsmogelijkheid, die gericht is op bijvoorbeeld openstelling van winkels ten behoeve van de wereldwijde uitgave van een boek of game of daarmee vergelijkbare acties.

Bij het verlenen van de ontheffing zal tevens een beoordeling plaatsvinden of de woonsituatie of leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel. Het voorstel leggen we voor aan de medewerkers belast met veiligheid en handhaving als ontheffing samenvalt met evenementen.

Artikel 7 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Artikel 7 van de wet geeft de mogelijkheid de openingstijden op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur te reguleren.

In Tilburg wordt er voor gekozen om geen avondwinkels toe te staan. Het inrichten van een ontheffingstelsel leidt tot vergroting van administratieve lasten voor zowel gemeente als ondernemers. Bovendien zal het toestaan van openstelling van een beperkt aantal winkels leiden tot een oneerlijke situatie voor ondernemers omdat er, mede ter voorkoming van overlast slechts een beperkt aantal ontheffingen zou kunnen worden verleend.

Bij een ontheffing voor een incidentele openstelling zal moeten worden aangetoond dat de gelegenheid die als reden voor de aanvraag dient van bijzondere aard is.

In dit artikel is een ontheffingsmogelijkheid opgenomen voor bijzondere verkoopacties tussen 22.00u en 06.00u. Hierbij kan worden gedacht aan ontheffingen ten behoeve van openstelling van winkels bij bijvoorbeeld een wereldwijde uitgave van een boek of game of daarmee vergelijkbare acties.

Bij het verlenen van de ontheffing zal tevens een beoordeling plaatsvinden of de woonsituatie of leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel. Het voorstel leggen we voor aan de medewerkers belast met veiligheid en handhaving als ontheffing samenvalt met evenementen.

Artikel 8 Algemeen

Met de wijziging van de Winkeltijdenwet zijn substantieel aantal bepalingen uit het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet van rechtswege vervallen. Het gaat onder meer vrijstellingen voor snackbars, ijscomannen, videotheken, (bloemen)winkels bij begraafplaatsen en in bejaardenoorden, evenals openstellingen bij bijzondere gelegenheden van religieuze aard.

Voor een aantal bepalingen uit de modelverordening van de VNG is door het toestaan van openstelling op van 08.00 tot 18.00u geen noodzaak meer om deze op te nemen. Dit geldt onder meer voor openstelling ten behoeve van de verkoop van bloemen nabij begraafplaatsen en tijdens Allerzielen en Allerheiligen, voor openstelling anders dan voor verkoop (bv. toetreding van een lunchroom via een winkel of fietsverhuur) en voor openstelling van feestartikelenwinkels tijdens carnaval.

Daar waar ruimere openingstijden nodig zijn, zoals voor cafetaria's of videotheken zijn deze worden opgenomen in de verordening. Een aantal bepalingen, zoals straatverkoop, kermissen en verkoop bij de Hasseltse Kapel stonden reeds in de verordening.

Artikel 8a Straatverkoop

Dit artikel verleent voor de zon- en feestdagen vrijstelling voor straatverkoop van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken. In de praktijk is er in de nacht van zaterdag op zondag geregeld sprake van overlast bij straatverkoop na sluiting van horeca-inrichtingen, om deze reden is een beperking van deze vrijstelling opgenomen tijdens deze periode . Artikel 8 beoogt deze overlast te voorkomen.

Artikel 8b Kermissen

De verkopers van voor directe consumptie geschikte eetwaren vielen voor de wijziging van de winkeltijdenwet onder de vrijstelling van artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit, in de huidige verordening is dit geregeld in artikel 8a. De verkoop van snoepgoed (zuurstokken, kaneelstokken enz. enz.) vallen hier niet onder. Daarom wordt kermisexploitanten conform het eerste lid toegestaan snoepgoed tot sluitingstijd aan de man te mogen brengen.

Het tweede lid van dit artikel biedt de mogelijkheid aan kermisexploitanten die feestartikelen en speelgoed verkopen dit ook te kunnen doen op werkdagen na 22.00 uur tot sluitingstijd van de kermis.

Artikel 8c Hasseltse Kapel

In de maand mei vinden in Tilburg jaarlijks gebedsdiensten plaats in de Hasseltse Kapel. Voor deze lokale traditionele Mariaverering kan geen vrijstelling worden verkregen op basis van artikel 20 van het Vrijstellingenbesluit. Daarom is dit artikel opgenomen.

Artikel 9 Toezicht

Deze bepaling maakt het mogelijk dat het college ambtenaren aanwijst, die toezicht houden op naleving van de verordening. Te denken is aan ambtenaren van de afdeling Handhaving. Daarnaast is op grond van het Wetboek van Strafvordering de Politie al bevoegd op te treden tegen wetsovertredingen en overtredingen van de op de wet gebaseerde verordening.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening zal worden bekendgemaakt, zodra het Initiatiefvoorstel van de Tweede Kamerleden Verhoeven en van Tongeren tot wijziging van de Winkeltijdenwet (Kamerstukken I 2012/13, 32412) in werking is getreden,

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 24 juni 2013.

de griffier,

de voorzitter,