Beheersregeling BAG Tilburg

Artikel 1 Begripsbepalingen

• a.

  Adres: de combinatie van de woonplaatsnaam, de naam van de openbare ruimte en het nummer, dat op grond van de Verordening naamgeving en nummering aan een object is toegekend.

• b.

  Beheerder: de functionaris aan wie burgemeester en wethouders het beheer van de Basisregistratie adressen en gebouwen heeft opgedragen.

• c.

  Bron: het orgaan van welke een gegeven dat is opgenomen in de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG), afkomstig is.

• d.

  Brondocument: het document of het gewaarmerkte afschrift dat ten grondslag ligt aan een mutatie in de basisregistratie; te weten een besluit genomen door of namens het daartoe bevoegde orgaan, een verklaring van een daartoe bevoegde ambtenaar of het procesverbaal van het onderzoek door de beheerder naar een kennelijke fout in de registratie.

• e.

  Catalogus: de algemene opsomming en nadere omschrijving van de gegevens zoals deze worden gebruikt in de basisregistratie.

• f.

  Geometrie: de minimaal tweedimensionale geometrische representatie van de omtrekken van een vastgoedobject bestaande uit een reeks coördinaten in het Rijksdriehoek stelsel, die gezamenlijk een gesloten polygoon vormen.

• g.

  Leverancier: het orgaan dat verantwoordelijk is voor het aanleveren van gegevens aan de beheerder.

• h.

  Vastgoedgegeven: een beschrijving van een feit dat betrekking heeft op een vastgoedobject.

• i.

  Vastgoedobject: alle objecten die onderdeel zijn van de basisregistratie adressen en gebouwen.

• j.

  Register: openbaar gemeentelijk register waarin alle voorgeschreven brondocumenten ten aanzien van de in de basisregistratie opgenomen gegevens worden opgenomen.

• k.

  Basisregistratie adressen en gebouwen (BAG): gemeentelijke registratie die gegevens bevat over adressen en gebouwen en langs geautomatiseerde weg wordt gevoerd.

• l.

  Verordening: de Verordening naamgeving en nummering (adressen) van de gemeente Tilburg.

Artikel 2 Doelstelling

• 1.

  De basisregistratie adressen en gebouwen stelt gegevens beschikbaar voor de gehele gemeentelijke organisatie, evenals aan andere overheden, burgers, bedrijven en instanties.

• 2.

  Elke mutatie van gegevens in de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) dient te zijn gebaseerd op een brondocument dat is opgenomen in het register.

• 3.

  Gemeentelijke gebruikers mogen bij hun werkzaamheden vertrouwen op de in de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) opgenomen gegevens.

Artikel 3 Inhoud registratie

De basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) en het register bestaat uit de volgende onderdelen die in aparte hoofdstukken nader worden geregeld. Deze zijn: “Naamgeving en Nummering” en “Gebouwen Registratie”.

Artikel 4 BAG Catalogus

In de catalogus worden onder andere beschreven:

• a.

  de objecten van registratie;

• b.

  de bij de objecten te registreren gegevens;

• c.

  de aan die gegevens gestelde kwaliteitseisen;

• d.

  de bronnen van die gegevens.

De gemeente conformeert zich aan de meest recente landelijk vastgestelde catalogus op basis van de Regeling basisregistratie adressen en gebouwen.

De beheerder is bevoegd de catalogus aan te vullen met gemeente specifieke onderdelen, voor zover deze wijzigingen niet strijdig zijn met de van toepassing zijnde voorschriften uit wet- en regelgeving en dit reglement. Iedere leverancier en iedere gemeentelijke afnemer is bevoegd hiertoe voorstellen aan te dragen.

Artikel 5 Toegang en gebruik

• 1.

  Burgemeester en wethouders stellen de gegevens uit de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) digitaal beschikbaar voor diensten, van de gemeente, overeenkomstig de kwaliteitsnormen zoals die door burgemeester en wethouders zijn voorgeschreven.

• 2.

  Afdelingen zijn bij de uitvoering van hun taken verplicht gebruik te maken van dezelfde adres en gebouwgegevens als die, op het moment van het gebruik, in de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) zijn opgenomen.

• 3.

  Afdelingen, zijn verplicht bij informatieverstrekking aan derden gebruik te maken van gegevens zoals die in de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) zijn opgenomen, tenzij wet- of regelgeving een ander gebruik voorschrijft.

• 4.

  Gemeentelijke diensten en bedrijven mogen de gegevens uit de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) alleen gebruiken voor het doel waarvoor deze verstrekt zijn.

Artikel 6 Beheerder

• 1.

  Het hoofd van het gemeentelijke organisatieonderdeel, belast met de informatievoorziening adressen en gebouwen (Afdeling Informatievoorziening), is de beheerder van de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG).

• 2.

  De beheerder heeft ten minste de volgende taken en bevoegdheden:

• a.

  het zorg dragen voor de nodige voorzieningen van technische en organisatorische aard ten

• b.

  behoeve van de beschikbaarheid van de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) en het register;

• c.

  het zorg dragen voor de nodige voorzieningen van technische en organisatorische aard ten behoeve van de beveiliging van de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) en het register tegen verlies of aantasting van daarin opgenomen gegevens en tegen onbevoegde inzage, wijziging of verstrekking daarvan;

• d.

  het zorg dragen voor het opnemen en verwerken van de gegevens die door de leveranciers worden aangeleverd;

• e.

  het bevorderen van de kwaliteit van de op te nemen en opgenomen gegevens;

• f.

  de verstrekking van de opgenomen gegevens overeenkomstig de afspraken met de afnemers;

• g.

  het controleren van de geleverde en opgenomen gegevens;

• h.

  het aanbrengen van wijzigingen in de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) op basis van in een document neergelegde resultaten van onderzoek naar mogelijke onjuistheden in die registratie als bedoeld in artikel 9.2 en 9.4;

• i.

  het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over de administratieve organisatie betreffende de registratie van adres en gebouwgegevens;

• j.

  Ervoor zorgdragen dat documenten die voor besluitvorming aan burgemeester en wethouders worden voorgelegd aan de inschrijvingsvereisten voldoen;

• 3.

  De beheerder heeft in ieder geval niet de bevoegdheid om documenten die zijn ingeschreven in het register te vervangen, te antidateren, bijlagen toe te voegen of te verwijderen, kantlijnaantekeningen te maken en het document onder een ander nummer dan het oorspronkelijke nummer op te bergen;.

Artikel 7 Leverancier

De leverancier van gegevens waarborgt de kwaliteit van de door hem te leveren gegevens overeenkomstig de door burgemeester en wethouders gestelde regels.

Artikel 8 Brondocumentenregister

• 1.

  De beheerder richt een brondocumentenregister in, waarin alle brondocumenten worden opgeslagen.

• 2.

  Burgemeester en wethouders kunnen aanwijzingen geven met betrekking tot de inrichting en de beveiliging van het register.

Artikel 9 Terugmelding

• 1.

  Gemeentelijke organisatieonderdelen hebben de plicht kennelijke onjuistheden met betrekking tot gegevens uit de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) te melden aan de beheerder.

• 2.

  De beheerder stelt een onderzoek in naar de melding en meldt zijn bevindingen uiterlijk binnen twee werkdagen aan de melder, tenzij het onderzoek niet binnen twee werkdagen kan worden afgerond. De beheerder plaatst dan de aantekening "in onderzoek" bij het betreffende object en neem uiterlijk na zes maanden een besluit over het al dan niet accepteren van het nieuwe gegeven op basis van de resultaten van het onderzoek.

• 3.

  Indien een beslissing door de leverancier van het gegeven genomen moet worden, zendt de beheerder de melding onmiddellijk na uitvoering van artikel 9.2 door aan de leverancier van het gegeven.

• 4.

  De leverancier is verplicht de meldingen van kennelijke onjuistheden in onderzoek te nemen.

• 5.

  De leverancier informeert de beheerder uiterlijk binnen een maand over de wijze waarop de melding wordt behandeld en de termijn van afdoening. De beheerder informeert vervolgens de melder.

• 6.

  De beheerder bewaakt de voortgang van de afhandeling van de meldingen.

• 7.

  Na afhandeling van de melding stelt de beheerder een ambtelijke verklaring van de melding en de afhandeling op en neemt deze op in het register.

Artikel 10 Systematiek van benoemen

• 1.

  Naamgeving openbare ruimte moet duidelijk, herkenbaar, doelmatig en doeltreffend zijn.

• 2.

  De naamgeving van openbare ruimte moet zoveel mogelijk systematisch zijn; ten behoeve hiervan dient de naamgeving plaats te vinden op basis van samenhangende categorieën. Dit bevordert ook de vindbaarheid van straten.

• 3.

  Bij naamgeving in nieuwe wijken worden namen gegeven van dezelfde soort of groepen van personen, dieren, plaatsen, voorwerpen en dergelijke. In bestaande wijken dienen nieuwe straatnamen te passen in het wijkbeeld.

Artikel 11 Naamgeving naar personen

• 1.

  Er wordt geen openbare ruimte vernoemd naar nog in leven zijnde personen, behoudens naamgeving naar leden van het Koninklijk Huis. Er wordt geen openbare ruimte vernoemd naar personen die nog geen tien jaar overleden zijn.

• 2.

  Bij naamgeving naar personen wordt op het straatnaambord zo mogelijk een nadere beschrijving gegeven van de genoemde persoon (bijv. natuurkundige componist, enz.) en de periode waarin deze persoon heeft geleefd.

Artikel 12 Schrijfwijze en Uitspraak

• 1.

  Bij naamgeving moet verwarring worden voorkomen; De individuele nieuwe namen mogen niet teveel lijken op reeds in de betreffende woonplaats aanwezige straatnamen.

• 2.

  Namen, die gemakkelijk verkeerd kunnen worden geschreven of uitgesproken moeten vermeden worden; daarbij wordt rekening gehouden met klankverwantschap in het plaatselijk dialect.

• 3.

  Ter voorkoming van problemen met postverkeer of automatisering, mogen de namen van openbare ruimten uit maximaal 80 karakters bestaan.

Artikel 13 Achtervoegsels openbare ruimte

Vanuit aspecten van ruimtelijke ordening of stedenbouw wordt naar de aard van de openbare ruimte bepaald, welk achtervoegsel de openbare ruimte krijgt. Daarbij kan gedacht worden aan de volgende achtervoegsels: straat, weg, laan, baan, ring, pad, dreef, vaart, park, plein, plaats, eind, hof , etc.

Artikel 14 Overige bepalingen naamgeving openbare ruimte

• 1.

  Er worden geen namen gegeven die associaties opwekken aan alledaagse, banale of onwelvoeglijke zaken, begrippen of woorden.

• 2.

  In gevallen waarin deze richtlijnen niet voorzien, wordt beslist door het college.

Artikel 15 Brondocument openbare ruimte

Ten behoeve van een goede registratie en eenduidigheid in de brondocumenten dient het besluit vergezeld te worden van een situatietekening, welke voldoet aan de volgende eisen

• a.

  Noordpijl;

• b.

  Duidelijke geometrische aanduiding betrokken openbare ruimte;

• c.

  Vermelden toegekende namen.

Artikel 16 Nummeringvoorschriften per woonplaats

De huisnummers worden straatgewijs toegekend, in een doorlopende nummering van even nummers aan de ene zijde en oneven nummers aan de andere zijde van de straat en met inachtneming van het hierna bepaalde:

• 1.

  In de woonplaats Tilburg worden huisnummers toegekend van noord naar zuid, en van oost naar west; de oneven nummers worden ter rechterzijde en de even nummers ter linkerzijde aangebracht. De wijze van toekenning van de nummers gebeurt overeenkomstig systeem B van de Nederlandse Norm NEN 1773, uitgave 1983 met dien verstande dat in Tilburg van oost naar west wordt genummerd.

• 2.

  In de woonplaats Berkel-Enschot worden huisnummers in Berkel toegekend te beginnen vanaf de St.Willibrorduskerk (Willibrordusstraat 1) met even nummers aan de rechterzijde en in Enschot te beginnen vanaf de St.Caeciliakerk (Kerkstraat 4) met even nummers aan de rechterzijde. De wijze van toekenning van de nummers gebeurt overeenkomstig systeem A van de Nederlandse Norm NEN 1773, uitgave 1983.

• 3.

  In de woonplaats Udenhout worden huisnummers toegekend te beginnen vanaf het kruispunt Slimstraat, Groenstraat, Schoorstraat en Kreitenmolenstraat met even nummers aan de rechterzijde. De wijze van toekenning van de nummers gebeurt overeenkomstig systeem A van de Nederlandse Norm NEN 1773, uitgave 1983

Artikel 17 Subnummering

• 1.

  Indien onvoldoende vrije nummers beschikbaar zijn om in een straat of in een complex zelfstandige nummers toe te kennen kan gewerkt worden met "subnummering".

• 2.

  De subnummering kan door middel van cijfertoevoegingen: 01, 02, 03, etc. of er kan in alfabetische volgorde een letter worden toegevoegd. De letters "i, o, u en y" worden niet gebruikt. De letters worden als kleine letter vastgesteld.

Artikel 18 Overige bepalingen voor nummering

• 1.

  Aan een plein wordt oplopend genummerd met de wijzers van de klok mee.

• 2.

  In een appartementengebouw wordt genummerd van beneden naar boven, te beginnen op de begane grond. Betreft het een gebouw met een centrale lift of een centraal trappenhuis dan wordt per etage genummerd volgens het principe van pleinnummering als bedoeld onder lid 1 (op elke verdieping met de wijzers van de klok mee); bij een galerij- of corridor-flatgebouw of appartementengebouw wordt per etage genummerd als ware het een straat.

Artikel 19 Nummering

Ten behoeve van een goede registratie en eenduidigheid in de brondocumenten dienen deze te voldoen aan de volgende eisen.

• 1.

  De nummerbeschikking regelt de nummeraanduiding.

• 2.

  Elke nummerbeschikking heeft een uniek volgnummer.

• 3.

  De nummerbeschikking bevat een situatietekening. Deze situatietekening dient om de ligging van de objecten geometrisch te kunnen weergeven.

• 4.

  De beheerder van de registratie formuleert de eisen te stellen aan de situatietekeningen ten behoeve van de vastlegging van de geometrie.

• 5.

  Indien het in de beschikking gaat om meerdere bouwlagen en de situatie alleen via een bovenaanzicht niet duidelijk is weer te geven, dan dient een plattegrond of gevelschetsen ter verduidelijking te worden toegevoegd.

Artikel 20 Wijzigen bestaande naamgeving en/of nummering

• 1.

  Het wijzigen van een bestaande naam door een nieuwe naam moet zoveel mogelijk voorkomen worden. Indien vervanging noodzakelijk is dienen belanghebbenden hiervan ruimschoots tevoren op de hoogte gesteld te worden en dient een termijn van minimaal zes weken aangehouden te worden voor de ingangsdatum, tenzij anders overeengekomen met de belanghebbende(n). Bij voorkeur wordt voor ondernemers een overgangsperiode van een jaar gehanteerd. Rekening dient te worden gehouden met de mogelijkheid tot het indienen en behandelen van bezwaarschriften ingevolge de Algemene wet bestuursrecht.

• 2.

  Van hun voornemen om wijziging te brengen in reeds toegekende straatnamen of huisnummers stelt het college alle bewoners en/ of anderszins belanghebbende tijdig in kennis. Belanghebbenden worden in de gelegenheid gesteld hun eventuele zienswijzen kenbaar te maken gedurende een periode van tenminste zes weken.

• 3.

  Het college probeert zoveel mogelijk tegemoet te komen aan eventuele bezwaren van belanghebbenden.

Artikel 21 Plaatsing van de nummerdragers

Nummerdragers worden zo veel mogelijk aangebracht overeenkomstig het gestelde in de Nederlandse norm NEN 1773, uitgave 1983. Hierbij rekening houdend met de volgende voorschriften.

• 1.

  Wanneer de ingang van een gebouw of van een zelfstandig deel daarvan onmiddellijk aan de straat is gelegen wordt het huisnummer aangebracht in het vlak van de voorgevel naast de ingang, zodanig dat het huisnummer vanaf de straat duidelijk leesbaar is.

• 2.

  Wanneer de ingang van een gebouw of een zelfstandig deel van een gebouw aan een binnenterrein is gelegen of zich althans niet onmiddellijk aan de straat bevindt, wordt het huisnummer aangebracht naast die ingang en bovendien zodanig naast de aan de straat gelegen toegang, dat het huisnummer vanaf de straat duidelijk leesbaar is.

• 3.

  Wanneer de toegang leidt naar meer gebouwen of zelfstandige delen van een of meer gebouwen, dan wordt overeenkomstig door ons te geven aanwijzingen naast die toegang in beknopte vorm een aanduiding geplaatst van de huisnummers, die bij de ingangen van die gebouwen of zelfstandige delen zijn aangebracht.

• 4.

  Elk huisnummer wordt zodanig geplaatst, dat de bovenkant van het huisnummer of de huisnummerplaat zich op tenminste 2.10 meter en ten hoogste 2.30 meter boven het peil van de straat bevindt, of, indien de hoogte van de terreinafscheiding minder bedraagt dan 2.10 meter, zoveel mogelijk nabij de bovenkant van de afscheiding.

• 5.

  Wanneer dit door ons noodzakelijk wordt geacht, kunnen in de gevallen, hierboven artikel 21 onder 2 tot en met 4 bedoeld, de huisnummers eveneens aangebracht worden bij de voor elk zelfstandig deel van een gebouw bestemde brievenbus.

Artikel 22 Afmetingen en vormgeving nummerdragers

• 1.

  De vastgestelde huisnummers worden aangebracht met gebruikmaking van een huisnummerplaatje (drager).

• 2.

  Nummerdragers moeten voldoen aan het gestelde inzake afmetingen en vormgeving in de Nederlandse norm NEN 1772:2010/C1:2014.

• 3.

  Dit huisnummerplaatje is in de woonplaats Udenhout donkerblauw met verhoogde witte cijfers (en indien nodig subnummering); in de overige woonplaatsen van de gemeente is dit huisnummerbordje wit met verhoogde zwarte cijfers (en indien nodig letters).

• 4.

  Indien niet kan worden voldaan aan het voorschrift van het tweede lid, hebben de nummerdragers een mate van leesbaarheid die ten minste gelijkwaardig is aan wat wordt beoogd met het eerste lid.

Artikel 23 Materiaalkeuze voor de nummerdragers

• 1.

  Het materiaal dat wordt toegepast voor de vervaardiging van al dan niet te verlichten nummerdragers, is in overeenstemming met het over de uitvoering van de dragers gestelde in de Nederlandse norm NEN 1772:2010/C1:2014.

• 2.

  Op verzoek van de rechthebbende kan door ons worden toegestaan, dat de rechthebbende op eigen kosten een huisnummer aanbrengt dat afwijkend is van de bij dit besluit behorende modellen.

Artikel 24 Naamdragers

De naamdragers moeten voldoen aan de gestelde functionele eisen ten aanzien van de afmetingen, de uitvoering, de constructie, de kleursoorten en de lichttechnische eigenschappen van de toegepaste materialen en de plaatsing van naamborden en naamverwijsborden, zoals vervat in de Nederlandse norm NEN 1772:2010/C1:2014.

Artikel 25 De registratie

• 1.

  De registratie is het onderdeel van de basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) dat alle op grond van de Verordening naamgeving en nummering toegekende benamingen van openbare ruimten en adressen binnen het grondgebied van de gemeente bevat, met een verwijzing naar het in het register opgenomen brondocument dat aan de opname ten grondslag ligt en waarin alle in de catalogus voorgeschreven gegevens van panden en de in de verordening bedoelde objecten worden geregistreerd.

• 2.

  In de registratie worden de gegevens van de objecten gekoppeld aan de gegevens naamgeving en nummering.

• 3.

  De daartoe aangewezen leverancier levert de gegevens op de volgende tijdstippen:

• a.

  Verleende vergunningen gelijktijdig met de bekendmaking daarvan;

• b.

  Verklaringen over statusmutaties en (andere) constateringen uiterlijk een maand na het feitelijk intreden van die mutatie.

• 4.

  De beheerder van de registratie kan nadere eisen stellen aan de wijze waarop de gegevens worden aangeleverd.

• 5.

  De leverancier draagt er zorg voor dat de gegevens die aan de beheerder worden geleverd juiste gegevens bevatten en voldoen aan de eisen van de catalogus.

• 6.

  In de registratie wordt bij elk geregistreerd gegeven het unieke kenmerk van het brondocument, waarop de opname berust, vastgelegd.

• 7.

  In de registratie worden de in de BAG catalogus voorgeschreven gegevens opgenomen.

Artikel 26 Toegang tot de registratie

De registratie dient in ieder geval toegankelijk te zijn door middel van een combinatie van woonplaatsnaam, naamgeving openbare ruimte en, in het geval van objecten, een nummeraanduiding of de geometrie. Daarnaast dienen voldoende voorzieningen aanwezig te zijn om met behulp van gegevens ten aanzien van de naamgeving openbare ruimte een overzicht te verkrijgen van nummeraanduidingen die daaraan zijn gerelateerd.

Artikel 27 Termijnen voor de registratie

• 1.

  De leverancier draagt er zorg voor dat besluiten inzake naamgeving en nummering gelijktijdig met de bekendmaking worden aangeboden aan de beheerder.

• 2.

  De beheerder van de registratie draagt er zorg voor dat deze besluiten binnen 4 werkdagen na de bekendmaking daarvan zijn geregistreerd.

Artikel 28 Geometrie gebouwen

• 1.

  De pandgeometrie wordt in de gebouwenregistratie opgenomen conform de grondslagen van de BAG met de BGT als bronbestand .

• 2.

  Verblijfsobjecten moeten middels puntcoördinaat worden weergegeven. De representatie van dit coördinaat moet binnen de pandcontouren gelegen zijn.

Artikel 30 Controle

Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de wijze waarop de controle op de uitvoering van dit reglement wordt uitgevoerd.

Artikel 31 Middelen

De leveranciers en het college van burgemeester en wethouders dragen elk de eigen kosten, voortvloeiend uit de werkzaamheden die hem in of op grond van dit reglement zijn opgedragen.

Artikel 32 Beslissingsbevoegdheid

In gevallen waarin deze richtlijnen niet voorzien wordt, mede op advies van de betrokken gemandateerde, beslist door ons college.

Artikel 33 Inwerkingtreding

Deze richtlijnen treden in werking zodra zij zijn bekend gemaakt. Deze richtlijnen kunnen worden aangehaald “beheersregeling BAG Tilburg".

Artikel 34 Vervallen oude regels

Met inwerkingtreding van deze uitvoeringsvoorschriften vervallen alle eerdere gemeentelijke richtlijnen omtrent straatnaamgeving en huisnummering.

Aldus vastgesteld door het college in de vergadering van 26 februari 2019.

De secretaris,

De burgemeester,