Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tubbergen houdende regels omtrent toepassing wegingsfactoren en taxatietarieven wet waardering onroerende zaken

Geldend van 22-12-2020 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tubbergen houdende regels omtrent toepassing wegingsfactoren en taxatietarieven wet waardering onroerende zaken

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Tubbergen,

Gelet op art. 1:3, vierde lid, Awb, art. 7:15 Awb en art. 2, eerste lid, aanhef, onderdelen a en b, tweede

en derde lid, Bpb juncto onderdeel C.1. van de bij dat Besluit behorende bijlage, en artikel 6 van het

Besluit tarieven in strafzaken 2003,

Besluit vast te stellen de volgende beleidsregels:

TOEPASSING WEGINGSFACTOREN EN TAXATIETARIEVEN WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN

Artikel 1. Zaken die met een wegingsfactor van 1 worden gewaardeerd

  • 1. Een bezwaar in een zaak die niet tot een van de categorieën van artikel 2 of artikel 3 behoort, wordt in beginsel als gemiddeld met een wegingsfactor van 1 gekwalificeerd.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid heeft de heffingsambtenaar de bevoegdheid om op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht, een lagere of hogere wegingsfactor toe te kennen naarmate de betreffende zaak lichter of zwaarder is dan een gemiddelde zaak.

Artikel 2. Zaken die met een wegingsfactor van 0,5 worden gewaardeerd

  • a. zaken waarin het alleen over de proceskostenvergoeding gaat.

Artikel 3. Zaken die met een wegingsfactor van 0,25 worden gewaardeerd

  • a. zaken waarin het om een verkeerde tenaamstelling gaat,

  • b. zaken waarin het om een verkeerde adresaanduiding gaat,

  • c. zaken waarin het om een verkeerde belanghebbende gaat,

  • d. zaken waarin het om een pro-forma bezwaarschrift zonder aanvulling gaat,

  • e. zaken waarin het bezwaarschrift niet nader gemotiveerd is en alleen de hoogte van de waarde wordt betwist.

Artikel 4. Afwijkende wegingsfactor

Indien de heffingsambtenaar van oordeel is dat toepassing van de in bovenstaande artikelen genoemde wegingsfactor niet in overeenstemming is met de bewerkelijkheid en de gecompliceerdheid van de zaak en de daarmee verband houdende werkbelasting van de rechtsbijstandverlener dient dit in de beslissing op bezwaar uitdrukkelijk gemotiveerd te worden.

Artikel 5. Berekening kostenvergoeding voor de deskundige die aan een partij verslag heeft uitgebracht

Het bedrag van de kosten, bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van het Bpb, wordt vastgesteld door het uurtarief van artikel 6 te vermenigvuldigen met het aantal uren dat op grond van artikel 7 wordt toegekend.

Artikel 6. Uurtarieven voor de deskundige die aan een partij verslag heeft uitgebracht:

Het tarief voor het opstellen van een deskundigenverslag bedraagt bij de taxatie van:

  • -

    een woning volgens de vergelijkingsmethode: € 53,- (excl. BTW) per uur,

  • -

    een woning volgens de bestemmingswaardemethode: € 68,- (excl. BTW) per uur,

  • -

    een courante niet-woning volgens de vergelijkingsmethode of huurwaardekapitalisatiemethode: € 68,- (excl. BTW) per uur,

  • -

    een incourante niet-woning: het gefactureerde bedrag met een maximum van € 116,09 (excl. BTW) per uur.

Artikel 7. Toe te kennen uren voor de deskundige die aan een partij verslag heeft uitgebracht:

Het aantal uren voor een deskundigenverslag bedraagt bij een taxatie van:

  • -

    een woning bij een inpandige opname: 4,

  • -

    een woning bij een niet-inpandige opname: 2.

Artikel 8. Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking op de in art. 3:42 Awb voorgeschreven wijze.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Tubbergen van 15 december 2020

Het college van burgemeester en wethouders voornoemd,

de burgemeester,

drs. ing. W.A.M. Haverkamp-Wenker

de secretaris,

J.L.M. Scholten