Regeling vervallen per 01-01-2012

Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2011

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2011

Raadsbesluit nr. 10 i

Betreft: Verordening toeristenbelasting 2011

De raad van de gemeente Tynaarlo;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 november 2009;

gelet op het bepaalde in artikel 224 van de Gemeentewet;

B E S L U I T:

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2011

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.

Artikel 2 Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 1.

  • 2.

    De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

  • 3.

    Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

Artikel 3 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

1.van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;

2.van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder

verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

3.van degene die verblijf houdt in een gemeubileerde woning voor welk verblijf forensenbelasting is verschuldigd;

4.op vaartuigen voor welk verblijf watertoeristenbelasting is verschuldigd.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.

Artikel 5 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing

  • 1.

    Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:

    • a.

      kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig ander onderkomen of

      ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde

      waarvoor een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,

      onderdeel a, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht  is vereist; een en ander voor zover

      deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel

      worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

    • b.

      kampeerterrein: terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en volgens die inrichting

      bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van

      kampeermiddelen

    • c.

      vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en

      dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van eenzelfde kampeermiddel gedurende

      een seizoen of een jaar.

    • d.

      volgtijdige standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein

      en dat ter beschikking wordt gesteld voor de volgtijdige plaatsing van verschillende

      kampeermiddelen.

    • e.

      woning: een huis, een naar aard en inrichting vergelijkbare ander onderkomen of een deel van

      een huis of een vergelijkbaar onderkomen.

    • f.

      particulier: een natuurlijk persoon die buiten de uitoefening van een bedrijf of beroep

      gelegenheid biedt tot verblijf.

    • g.

      particulier verhuurde woning: een woning die door een particulier ter beschikking wordt gesteld voor het houden van verblijf met overnachting tegen een vergoeding in welke vorm dan ook.

  • 2.

    Voor particulier verhuurde woningen en voor kampeermiddelen op vaste of volgtijdige standplaatsen kan het aantal overnachtingen op een bij de aangifte gedaan verzoek van de belastingplichtige forfaitair worden vastgesteld.

  • 3.

    Bij de forfaitaire berekening voor particulier verhuurde woningen wordt per woning:

    • a.

      het aantal overnachtende personen gesteld op 3

b.

het aantal nachten gesteld op:

als een woning in het belastingjaar geschikt is voor gebruik of alleen mag worden gebruikt gedurende:

meer dan

maar niet meer dan

45 nachten

-

9 maanden

60 nachten

9 maanden

12 maanden

  • 4.

    Bij de forfaitaire berekening voor kampeermiddelen op vaste standplaatsen wordt per standplaats:

    • a.

      het aantal overnachtende personen gesteld op 3 personen

b.

het aantal nachten gesteld op:

als een woning in het belastingjaar geschikt is voor gebruik of alleen mag worden gebruikt gedurende:

meer dan

maar niet meer dan

45 nachten

-

9 maanden

60 nachten

9 maanden

12 maanden

  5. Bij de forfaitaire berekening voor kampeermiddelen op volgtijdige standplaatsen, wordt: per

standplaats:

  • a.

    het aantal overnachtende personen gesteld op 3 personen.

  • b.

    het aantal nachten gesteld op de gemiddelde bezetting per kalenderdag vermenigvuldigd met 365 dagen. De gemiddelde bezetting per kalenderdag is het gemiddelde van zes tellingen gedurende het belastingjaar, waarbij iedere telling binnen een afzonderlijke periode van twee maanden valt.

Artikel 6 Belastingtarief

Het tarief bedraagt per overnachting € 0,95.

Artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt door middel van aanslag geheven.

Artikel 9 Aanslaggrens

Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, gedurende het belastingjaar minder dan tien zal of heeft belopen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990  moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, en de tweede termijn twee maanden later.

  • 2. De Algemene termijnenwet  is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

De “Verordening toeristenbelasting 2010” van de gemeente Tynaarlo, vastgesteld bij raadsbesluit van 24 november 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 2

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 3

    Deze verordening wordt aangehaald als ”Verordening toeristenbelasting 2011”.

Vries, 8 december 2009

De raad voornoemd,

F.van Zuilen, voorzitter

J.L. de Jong, griffier