Regeling vervallen per 01-01-2022

Reglement Burgerlijke stand 2011

Geldend van 01-01-2012 t/m 31-12-2021

Intitulé

Reglement Burgerlijke stand 2011

 

REGLEMENT BURGERLIJKE STAND TYTSJERKSTERADIEL 2011

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Tytsjerksteradiel;

 

gelet op het bepaalde in artikel 16, e.v. van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de artikelen 1 tot en met 4 van het Besluit burgerlijke stand 1994;

 

besluiten vast te stellen:

 

het volgende Reglement houdende bepalingen ten aanzien van de ambtenaren van de burgerlijke stand, de buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand en de openstelling van het bureau van de burgerlijke stand.

 

Artikel 1  -      Begripsbepalingen

Dit reglement verstaat onder

a.         de wet: Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (Wet van 14 oktober 1993 tot herziening van Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (Stb. 1994, 555);

b.         het besluit: Besluit burgerlijke stand 1994 (Stb. 1994, 160) als gewijzigd bij besluit van 19 december 1994, Stb. 900);

c.         ambtenaar van de burgerlijke stand: een ambtenaar in dienst van de gemeente of van een andere gemeente als zodanig benoemd door burgemeester en wethouders (art. 16 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek);

d.         buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand: een ambtenaar in dienst van de gemeente of van een andere gemeente, of een persoon die geen ambtenaar in gemeentelijke dienst is, als zodanig benoemd door burgemeester en wethouders (art. 16 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek);

e.         gemeentehuis:

            1. het gemeentehuis te Burgum;

            2. elke andere locatie, die met toepassing van de criteria genoemd in artikel 6 van dit reglement, voor incidenteel gebruik wordt aangewezen als gemeentehuis.   

 

Artikel 2  -      Ambtenaar van de burgerlijke stand, buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.

1.         Burgemeester en wethouders kunnen tot ambtenaar van de burgerlijke stand benoemen:

            a. ambtenaren in dienst van de gemeente;

            b. ambtenaren in dienst van een andere gemeente.

2.         Het minimum aan ambtenaren van de burgerlijke stand is twee.

3.         Burgemeester en wethouders kunnen buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand benoemen.

4.         De in de vorige leden bedoelde ambtenaren en buitengewone ambtenaren kunnen door burgemeester en wethouders worden geschorst en ontslagen.

 

Artikel 3  -      Benoeming, schorsing en ontslag

1.         De ambtenaar van de burgerlijke stand wordt voor een in het benoemingsbesluit te bepalen periode benoemd. Deze periode mag maximaal het tijdvak betreffen gedurende hetwelk de ambtenaar in dienst zal zijn van de gemeente.

2.         De buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt voor een in het benoemingsbesluit te bepalen periode benoemd.

 

 

 

 

Artikel 4  -      Bureau Burgerlijke Stand

De werkzaamheden ten behoeve van de burgerlijke stand zijn ondergebracht bij het Bureau Burgerlijke Stand. De coördinator Burgerzaken van de Afdeling Financiële en Juridische Zaken is belast met de algemene en dagelijkse leiding van het bureau.

 

Artikel 5  -      Locatie

  • 1.

    Onverminderd hetgeen daarover bij of krachtens Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek is bepaald, verrichten de (buitengewoon) ambtenaren van de burgerlijke stand hun werkzaamheden in het gemeentehuis.

  • 2.

    De ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand kunnen, voorzover daartoe gewichtige redenen bestaan, elders binnen de gemeente hun wettelijke taken verrichten.

  • 3.

    Voor locaties, die voor incidenteel gebruik als gemeentehuis worden aangewezen, als bedoeld onder artikel 1, sub. e, onder 2., gelden de regels zoals vermeld in artikel 6 van dit reglement.

  • 4.

    Aanwijzing van een locatie tot gemeentehuis voor incidenteel gebruik, vindt plaats ten behoeve van de plechtigheid die betrekking heeft op de sluiting van één enkel vooraf bepaald huwelijk of één enkele vooraf bepaalde registratie van partnerschap of één enkele vooraf bepaalde omzetting.

  • 5.

    Na beëindiging van de plechtigheid of ingeval de plechtigheid op de afgesproken dag geen doorgang vindt, verliest de locatie van rechtswege de status van gemeentehuis. In geval de plechtigheid niet heeft plaatsgevonden op de vastgelegde datum en betrokkenen willen een plechtigheid alsnog in een andere locatie laten plaatsvinden dan overeenkomstig dit lid eerder is afgesproken, dient ten aanzien van die andere locatie een hernieuwde aanwijzing plaats te vinden.

 

Artikel 6  -      Algemene criteria voor locaties, die voor incidenteel gebruik als

                        gemeentehuis worden aangewezen.

  • 1.

    Locaties, die voor incidenteel gebruik als gemeentehuis worden aangewezen, moeten tenminste voldoen aan de volgende criteria:

    • 1.

      er moet sprake zijn van een overdekte ruimte, welke aan minimaal één zijde wind- en waterdicht is;

    • 2.

      de veiligheid en de uitvoering van de taken van de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand moeten voldoende gewaarborgd zijn;

    • 3.

      de aanwijzing als trouwlocatie mag niet leiden tot strijd met de openbare orde of de goede smaak en zeden, zulks ter beoordeling van burgemeester en wethouders;

    • 4.

      voor de duur van het gebruik als trouwlocatie moet de openbaarheid van de locatie gegarandeerd worden, hetgeen betekent dat de toegang tot de locatie en de eigenlijke huwelijksvoltrekking voor een ieder vrij en op eenvoudige wijze mogelijk is.  

  • 2.

    Wanneer de locatie, die voor incidenteel gebruik als gemeentehuis wordt aangewezen, een schip betreft, gelden naast het bepaalde in het eerste lid de volgende criteria:

    • 1.

      de naam van het schip en de gegevens van de eigenaar moeten schriftelijk aan burgemeester en wethouders kenbaar worden gemaakt ;

    • 2.

      de locatie, waar het schip ten behoeve van de huwelijksvoltrekking zal worden afgemeerd, moet openbaar toegankelijk zijn en voor een ieder, met inbegrip van hulpdiensten, in voldoende mate bereikbaar zijn; 

    • 3.

      het schip moet gedurende een periode, te rekenen vanaf een half uur voor, tijdens en tot een half uur na de huwelijksvoltrekking, met uitgeschakelde motor/schroef, stabiel met de vaste wal zijn verbonden door middel van passende trossen of hydraulische steekpalen en via een voor ieder bereikbare en veilige loopplank toegankelijk zijn;

    • 4.

      het schip moet zijn ingericht voor groepsvervoer van 12 of meer personen, blijkende uit een geldig “certificaat van onderzoek” volgens de Binnenschepenwet.          

  • 3.

    Aanwijzing van een locatie voor incidenteel gebruik als gemeentehuis vindt plaats op verzoek en door middel van een te sluiten overeenkomst, waaruit de instemming van de eigenaar/beheerder voor het gebruik van de locatie blijkt. Het ontbreken van bedoelde instemming leidt tot het niet in behandeling nemen van het verzoek.

  • 4.

    Het verzoek tot aanwijzing als bedoeld in het vorige lid, met inbegrip van eventuele bijlagen, moet uiterlijk 8 weken vóór de gewenste datum waarop de huwelijksvoltrekking zal plaatsvinden worden ingediend. Het verzoek vermeldt tenminste de namen van het bruidspaar of de partners, de dag, het tijdstip en de locatie en de naam van de eigenaar/beheerder van de locatie. Het verzoek moet door tenminste één van de direct betrokkenen zijn gedagtekend en ondertekend.

  • 5.

    Een locatie, die voor incidenteel gebruik als gemeentehuis wordt aangewezen, wordt door de eigenaar/beheerder voor de duur van de plechtigheid om niet aan de gemeente ter beschikking gesteld.

  • 6.

    De gemeente stelt ten behoeve van de plechtigheid in een locatie voor incidenteel gebruik en voor de duur van de plechtigheid uitsluitend een ambtenaar of bijzonder ambtenaar van de burgerlijke stand beschikbaar; een gemeentelijke bode is niet aanwezig.  

  • 7.

    De gemeente is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de beschikbaarheid, de inrichting, aankleding en verzorging van een locatie, die voor incidenteel gebruik als gemeentehuis is aangewezen.

 

 

Artikel 7  -      Openstelling

1.   Het bureau van de burgerlijke stand is voor het publiek geopend:

a.         voor huwelijksvoltrekkingen en registraties partnerschap

            - op maandag tot en met donderdag van 09.00 t/m 11.30 uur en van

13.00 t/m 15.30 uur;

            - op vrijdag van 09.00 t/m 11.30 uur en van 13.00 t/m 16.30 uur;

            - op zaterdag van 09.00 t/m 13.00 uur

b.         voor het voltrekken van gratis huwelijken en registraties partnerschap is het bureau geopend op maandag- en woensdagochtend om 09.00 uur;

            gratis huwelijken en registraties partnerschap worden alleen voltrokken in het gemeentehuis, als bedoeld in artikel 1, sub. e, onder 1;      

c.         voor overige werkzaamheden is het bureau burgerlijke stand geopend:

- op maandag van 12:30 tot 16:30 uur

- dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag van 09:00 tot 16:30 uur;

d.         het huis van de gemeente als bedoeld in artikel 1, sub. e, onder 2 (incidenteel gebruik),

is voor het voltrekken van huwelijken en registraties partnerschap geopend:

- op maandag tot en met donderdag: van 08.30 t/m 11.30 uur en 13.00 t/m 15.30 uur;

- op vrijdagen in de maanden januari t/m april, juni t/m augustus en november en

december: van 08.30 t/m 11.30 uur en van 13.00 t/m 16.30 uur;

- op vrijdagen in de maanden mei, september en oktober: van 08.30 t/m 11:30 uur en van 13.00 t/m 14.30 uur;

- op zaterdag: 09.00 t/m 16.00 uur.

 

2.   Het bureau en het huis van de gemeente zijn gesloten indien de in lid 1 vastgestelde openstelling samenvalt met algemeen erkende of daarmee gelijk gestelde feestdagen in de zin van artikel 3 van de Algemene Termijnenwet of andere door burgemeester en wethouders aangewezen dagen, waarop het bureau niet of slechts gedeeltelijk is geopend.

3.   Het bureau van de burgerlijke stand kan op zaterdag, zondag en andere dagen dat het bureau regulier gesloten is, voor het publiek beperkt geopend zijn op door burgemeester en wethouders, na voorafgaande bekendmaking, te bepalen uren.

4.   Het bureau van de burgerlijke stand zal op verzoek van belanghebbende, gedaan aan burgemeester en wethouders, worden geopend op zaterdag, zondag en de andere dagen dat het bureau gesloten is, indien de belanghebbende aantoont dat met de te verrichten werkzaamheden niet kan worden gewacht tot de eerstvolgende openstelling van het bureau.

5.   In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders besluiten tot afwijking van de in het eerste lid aangegeven uren.

 

Artikel 7  -      Slotbebepalinqen

1.   Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2012; per die datum komt het reglement van 2008 te vervallen.

2.   Het reglement kan worden aangehaald als Reglement Burgerlijke Stand Tytsjerksteradiel 2011.

 

 

 

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. 22 mei 2011

 

 

   

 

T. Dijk, secretaris                           drs. E.J. ter Keurs, burgemeester   

 

 

 

TOELICHTING OP HET REGLEMENT BURGERLIJKE STAND TYTSJERKSTERADIEL 2011

 

Artikel 1 - Begripsbepaling

 

In dit artikel worden de basisbegrippen uit het reglement opgesomd en beschreven. Met name het onderscheid tussen de ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt hier expliciet gemaakt (artikel 16, Boek 1, Burgerlijk Wetboek) .

 

In lid e. is opgenomen welke locaties als gemeentehuis worden beschouwd, te onderscheiden in de vaste locaties en de locaties, die voor incidenteel gebruik worden aangewezen. 

 

Artikel 2 - Ambtenaar van de burgerlijke stand, buitenqewoon ambtenaar van de burgerlijke stand

 

Voor de ambtenaar van de burgerlijke stand geldt, dat deze in dienst moet zijn van de gemeente of van een andere gemeente. De “gewone” ambtenaren burgerlijke stand zijn belast met het opnemen in onder hem berustende registers van de burgerlijke stand van akten en daaraan toe te voegen latere vermeldingen en tevens met al datgene wat de instandhouding van de registers en de zorg voor de toegankelijkheid van de daarin neergelegde gegevens betreft (artikel 16d,eerste lid, Boek 1 BW). Dit slaat op de administratieve taken van de burgerlijke stand, die dus alleen zijn opgedragen aan de gewone ambtenaren van de burgerlijke stand.

 

Voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand geldt dat deze in dienst kan zijn van de gemeente of van een andere gemeente. De buitengewoon ambtenaar kan ook een persoon zijn, die niet in dienst is van de gemeente of van een andere gemeente. De buitengewoon ambtenaar kan uitsluitend worden belast met de huwelijksvoltrekking (artikelen 59, 60, 63, 64, 65 en 67 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek) en niet met andere werkzaamheden, die de burgerlijke stand betreffen.

 

In lid 1 wordt bepaald dat het college de mogelijkheid heeft ambtenaren van de burgerlijke stand te benoemen. Het betreft de ambtenaren in dienst van de eigen gemeente (lid 1a.) en ambtenaren in dienst van een andere gemeente (lid 1b. ).

Met lid 1b. wordt bedoeld dat er ambtenaren van de burgerlijke stand in de gemeente kunnen zijn, die in dienst zijn bij een andere gemeente. Deze ambtenaren moeten worden benoemd door burgemeester en wethouders van de gemeente waar de ambtenaar zijn werkzaamheden als ambtenaar van de burgerlijke stand gaat verrichten.

In lid 2 wordt bepaald dat, conform artikel 16, lid 1 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, het minimum aantal ambtenaren van de burgerlijke stand, in dienst van de eigen en/of andere gemeente, twee is. Als burgemeester en wethouders dat nodig vinden kan het aantal meer dan twee zijn.

In lid 3 wordt bepaald dat er buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand kunnen worden benoemd. Dat is geen verplichting. Deze personen kunnen in dienst zijn van de eigen of een andere gemeente, maar dit hoeft niet. Ieder persoon kan door burgemeester en wethouders worden benoemd tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.

 

Artikel 3 - Benoeming

 

In dit artikel is vastgelegd voor welke periode een (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand kan worden benoemd (artikel 16, Boek 1, Burgerlij k Wetboek).

Met lid 1 wordt bepaald dat een ambtenaar van de burgerlijke stand steeds voor een bepaalde periode dient te worden benoemd. Deze periode mag maximaal de periode zijn dat de betreffende ambtenaar in dienst is van de gemeente of van een andere gemeente.

Ook bestaat de mogelijkheid om een andere maximale benoemingsperiode op te

nemen, zoals b.v. de tijd dat de ambtenaar in dienst is in een bepaalde functie of bij een bepaalde afdeling. Dit kan per individueel geval in het benoemingsbesluit worden bepaald.

Volgens lid 2 wordt ook een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor een bepaalde periode benoemd. Aan de benoemingsperiode is geen maximum verbonden.

 

Artikel 4 - Bureau

 

In dit artikel is vastgelegd dat de administratieve werkzaamheden rondom de burgerlijke stand plaatsvinden in het bureau b.s. Door de leiding van het bureau op te dragen aan de coördinator Burgerzaken is de koppeling gelegd met de “bevolkingsadministratie”.   

 

Artikel 5 - Locatie

In dit artikel wordt bepaald waar de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zijn werkzaamheden moet verrichten.

Deze werkzaamheden moeten worden verricht in de locaties, die als gemeentehuis zijn aangewezen.

De bepaling in lid 2, dat de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zijn werkzaamheden ook elders binnen de gemeente mag verrichten als daartoe gewichtige redenen bestaan, ziet op situaties dat in verband met ernstige ziekte of andere omstandigheden (b.v. hechtenis) moet worden uitgeweken naar locaties, die niet als gemeentehuis zijn aangewezen (artikel 1 Besluit burgerlijke stand 1994 en artikel 64 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek).

De leden 3 t/m 5 zijn specifiek toegespitst op de voor incidenteel gebruik als gemeentehuis aangewezen gebouwen.

 

Artikel 6 - Algemene criteria voor locaties, die voor incidenteel gebruik als gemeentehuis worden aangewezen

In dit artikel zijn de minimale eisen opgenomen, waaraan incidenteel aan te wijzen locaties tenminste moeten voldoen (overdekt, veilig, uitstraling en openbaar toegankelijk tijdens de huwelijksvoltrekking).

Het 2e lid bevat nog enkele aanvullende eisen, die gelden als een schip als eenmalige locatie wordt aangewezen (naam schip, afmeerlocatie, verbinding met de wal, inrichting/veiligheid).

De bepaling over de verbinding van het schip met de vaste wal tijdens de huwelijksvoltrekking vloeit voort uit de eis van openbaarheid van de plechtigheid. Het Openbaar Ministerie vindt huwelijksvoltrekkingen op een schip alleen acceptabel als het schip op een van te voren bepaalde plaats en tijd is afgemeerd en tijdens de huwelijksvoltrekking daar afgemeerd blijft. Zodra de ambtenaar van de burgerlijke stand de formele huwelijksvoltrekking heeft afgerond mogen “de trossen los”.

In het 3e lid wordt genoemd, dat de daadwerkelijke aanwijzing van de locatie voor incidenteel gebruik plaatsvindt via een overeenkomst. Omdat de incidentele locaties veelal privé-eigendom zullen zijn is gekozen voor een overeenkomst op basis van het civiele recht. Via deze overeenkomst geeft de eigenaar van de particuliere locatie zijn uitdrukkelijke instemming aan het gebruik van de locatie als gemeentehuis, dus als tijdelijke openbare locatie.

De termijn, die in het vierde lid is opgenomen, geeft de mogelijkheid aan het personeel van het bureau burgerlijke stand om de voorgedragen locatie te beoordelen op de (minimale) eisen en eventueel daarover nog overleg te voeren met het bruidspaar/de eigenaar van het gebouw.

In de leden 5 t/m 7 is vastgelegd, dat de locatie voor de duur van de eigenlijke huwelijksvoltrekking gratis aan de gemeente beschikbaar wordt gesteld, dat er van de kant van de gemeente alleen een (bijzondere) ambtenaar van de burgerlijke stand aanwezig is en dat de gemeente geen enkele verantwoordelijkheid draagt voor de locatie.   

 

Artikel 6 - Openstelling

In dit artikel wordt bepaald wanneer het bureau van de burgerlijke stand is geopend (artikel 16c, Boek 1, Burgerlijk Wetboek).

In dit artikel worden zowel de reguliere dagelijkse openingstijden als de openingstijden voor de zaterdag, zondag, de algemeen erkende feestdagen en de overige door burgemeester en wethouders aan te wijzen dagen, waarop de gemeentelijke diensten niet of slechts gedeeltelijk zijn geopend, genoemd.

Deze tijden vallen overigens niet altijd samen met de openingstijden van de balies in het gemeentehuis. Dat heeft te maken met het feit, dat voor verschillende werkzaamheden in het kader van de burgerlijke stand in verband met verbindingen etc. de nodige tijd gemoeid is, die moeten kunnen worden afgerond voordat het gemeentehuis de deuren sluit.

De regeling biedt de mogelijkheid om in bijzondere gevallen van de vastgestelde tijden af te wijken.

 

Artikel 7 – Slotbepaling

Dit artikel spreekt zich.

 

 

MODEL BENOEMINGSBESLUIT BUITENGEWOON AMBTENAAR VAN DE

BURGERLIJKE STAND

Burgemeester en wethouders van de gemeente Tytsjerksteradiel;

gelet op artikel 16, eerste, tweede en derde lid van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

besluiten:

I.          met ingang van ………………. te benoemen tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand:

(voor- en achternaam betrokkene), geboren te .(geboorteplaats) op .- ..- (geboortedatum).

 

  • 1.

    dat de benoeming geldt voor de termijn van 5 jaren, behoudens herbenoeming vóór de afloop van de termijn.

  • 2.

    deze benoeming vervalt tevens bij vertrek uit de gemeente Tytsjerksteradiel.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders d.d.

                       

de secretaris, de burgemeester

 

                       

 

 

TOELICHTING OP HET MODEL BENOEMINGSBESLUIT BUITENGEWOON

AMBTENAAR VAN DE BURGERLIJKE STAND

Op 1 januari 1995 is de Wet Mulder (Wet van 14 oktober 1993 tot herziening van Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (Stb. 1993, 555) in werking getreden. Gevolg van deze herziening is ondermeer de mogelijkheid om personen die al of nìet in dienst zijn van de gemeente te benoemen tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand. Deze benoeming kan aan de hand van het voorliggende model benoemingsbesluit plaatsvinden.

ad I. De tussen haakjes geplaatste zinsnede heeft - gelet op het gestelde in de circulaire -uiteraard slechts alleen betrekking op personen die vóór 1 januari 1995 tot ambtenaar van de burgerlijke stand met volledige bevoegdheid waren benoemd en die niet in dienst van de gemeente zijn. Zij voldoen vanaf dat moment niet meer aan het wettelijk vereiste dat alleen gemeente-ambtenaren ambtenaar van de burgerlijke stand mogen zijn. Zij dienen daarom met ingang van 1 januari 1995 opnieuw te worden benoemd en wel uitdrukkelijk tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.

Bevoegdheden

Voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand gelden de volgende bepalingen:

a. De buitengewoon ambtenaar kan in dienst zijn van de gemeente of van een andere gemeente;

b. De buitengewoon ambtenaar kan een persoon zijn niet in dienst van de gemeente of van een andere gemeente;

c. De buitengewoon ambtenaar kan uitsluitend worden belast met de huwelijksvoltrekking (artikelen 59, 60, 63, 64, 65 en 67 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek).

Beëdiging

Het is niet nodig dat betrokkenen de in het vierde lid van artikel 16 voorgeschreven eed of belofte opnieuw afleggen. Dit omdat de reeds afgelegde eed of belofte zijn geldigheid behoud, ook indien de ambtenaar zijn werkzaamheden verricht buiten het arrondissement waar hij zijn eed of belofte heeft afgelegd.