Verordening van gemeente Tytsjerksteradiel houdende Haven-, Kade- en Opslaggeld 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening van gemeente Tytsjerksteradiel houdende Haven-, Kade- en Opslaggeld 2018

Artikel 1 Aard der heffing

  • 1. Onder de naam kadegeld c.q. opslaggeld wordt een recht geheven voor het gebruik of genot van een gemeentelijke kade, opslag of loswal (hierna te noemen "kade"), gelegen aan openbaar vaarwater in de gemeente.

  • 2. Onder de naam havengeld wordt een recht geheven voor het innemen van een ligplaats met een woonschip in de gemeentelijke woonschepenhaven, in de havens en aan de oevers in Earnewâld, genoemd in deze verordening en de bijbehorende tabel.

Artikel 2 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

vaartuigen : alle soorten vaartuigen en drijvende voorwerpen;

woonschip : schip dat uitsluitend of in hoofdzaak gebezigd wordt of bestemd is voor bewoning;

ligplaats : plaats in het water, bestemd of aangewezen om door een woonschip bij verblijf te worden ingenomen met bijbehorende voorzieningen;

abonnement : het voor een bepaalde tijd verzekeren van een bepaald recht;

ton : 1.000 kilogram;

dag : een etmaal of een gedeelte daarvan;

week : een tijdvak van zeven achtereenvolgende dagen of een gedeelte daarvan;

maand : een kalendermaand of een gedeelte daarvan;

kwartaal : een tijdvak van drie achtereenvolgende maanden of een gedeelte daarvan;

jaar : een kalenderjaar of een gedeelte daarvan.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. Het kadegeld wordt geheven van de gezagvoerder, de eigenaar of de gebruiker van het vaartuig, dat aan de opslag aanlegt of al dan niet door middel van een overslagvaartuig daaraan laadt of lost.

  • 2. Het opslaggeld wordt geheven van de rechthebbende of de geadresseerden of verzenders van de materialen of voorwerpen, die zich op de opslag bevinden, of door hen, die deze materialen of goederen op de opslag deponeren.

  • 3. Het havengeld wordt geheven van de eigenaar of de gebruiker van het vaartuig.

Artikel 4 Wijze van heffing

  • 1. De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende nota of kennisgeving waarop het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders stelt het model van de in het eerste lid bedoelde nota vast.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en tarieven

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bijbehorende tarieventabel.

  • 2. Wanneer een abonnement wordt genomen of opnieuw wordt genomen, vindt geen verrekening plaats met reeds eerder betaalde rechten.

  • 3. De abonnementen moeten schriftelijk worden aangevraagd bij het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 6 Vrijstellingen

  • 1. Geen kadegeld wordt geheven:

    • a.

      voor het verblijf van vaartuigen aan een opslag gedurende de zondagen of algemeen erkende christelijke feestdagen;

    • b.

      voor hospitaalschepen;

    • c.

      voor vaartuigen, eigendom van of varende voor het Rijk of de provincie, mits niet bestemd om personeel of goederen tegen betaling te vervoeren;

    • d.

      voor oorlogsvaartuigen van vreemde naties;

    • e.

      voor het verblijf van vaartuigen, die ten gevolge van ijsvorming niet kunnen vertrekken.

  • 2. Geen opslaggeld wordt geheven voor goederen of materialen opgeslagen op door de gemeente verhuurde gedeelten van de opslagplaatsen.

  • 3. Geen havengeld wordt geheven voor de woonschepenhaven te Earnewâld voor woonschepen die ten hoogste veertien dagen in een kalenderjaar van deze haven gebruik maken.

Artikel 7 Betaling

  • 1. De haven-, kade- en opslaggelden moeten, behoudens het bepaalde in het tweede lid worden voldaan op het tijdstip waarop een ligplaats wordt ingenomen, onderscheidenlijk het gebruik als bedoeld in artikel 1 een aanvang neemt, dan welk op het tijdstip waarop een abonnement wordt aangevraagd.

  • 2. Indien het verschuldigde bedrag niet op het in het eerste lid genoemde tijdstip kan worden vastgesteld (zomede in geval van verlenging van voor een bepaalde termijn verstrekte vergunning) moeten de haven-, kade- en opslaggelden, worden voldaan binnen 4 weken na de dagtekening van de in artikel 4 bedoelde nota.

  • 3. De rechten als bedoeld in punt 3. onderdeel a. van de tarieventabel moeten worden betaald in twee termijnen waarvan de eerste vervalt twee maanden na de dagtekening van de nota en de tweede en tevens laatste termijn twee maanden later.

Artikel 8 Kwijtschelding van belasting

De mogelijkheid van kwijtschelding wegens onvermogen, als bedoeld in artikel 255, lid 1 en van de Gemeentewet juncto artikel 26 van de Invorderingswet 1990, is niet van toepassing op de rechten genoemd in deze verordening.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening op de heffing en invordering van Haven-, kade- en opslaggeld 2017” vastgesteld in de raadsvergadering d.d. 15 december 2016 als mede de bijbehorende tarieventabel, worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Haven-, Kade- enOpslaggeld 2018”.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Tytsjerksteradiel in zijn openbare vergadering van 21 december 2017.

De Raad voornoemd,

de griffier de voorzitter

mr. S. K. Dijkstra drs. L.J. Gebben