Regeling vervallen per 01-12-2011

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing

Geldend van 01-01-2010 t/m 30-11-2011

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing

De Raad van de gemeente Uden;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 13 oktober 2009;

gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

b e s l u i t

vast te stellen de

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Brabant Water NV: Brabant Water NV, gevestigd te ’s-Hertogenbosch;

  • 2.

    verbruiksperiode: de periode waarop de afrekening van de Brabant Water NV voor de levering van water betrekking heeft.

Artikel 2. Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1. Onder de naam ‘afvalstoffenheffing’ wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

  • 2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel voor gebruik is afgestaan: degene die dat gedeelte voor gebruik heeft afgestaan.

Artikel 4. Maatstaf van heffing en belastingtarief

Artikel 4. Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:

  • a.

    indien dat perceel wordt gebruikt door één persoon € 223,44;

  • b.

    Indien dat perceel wordt gebruikt door meer dan één persoon € 270,24;

  • c.

    indien dat perceel wordt gebruikt door meer dan één persoon en gebruik wordt gemaakt van een container voor restafval met een inhoud van 120 liter € 223,44.

Artikel 5. Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6. Wijze van heffing

  • 1. De belasting wordt geheven bij wege van een schriftelijke en gedateerde kennisgeving, waarop het verschuldigde bedrag van de belasting wordt vermeld.

  • 2. Indien de belasting niet kan worden geheven door middel van een kennisgeving als bedoeld in het eerste lid wordt de belasting bij wege van aanslag geheven.

Artikel 7. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt.

Artikel 8. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 is:

    • a.

      indien de belasting wordt geheven door middel van een kennisgeving de belasting invorderbaar in 4 termijnen. In afwijking hiervan geldt, dat ingeval de belasting door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van belastingschuldige kan worden afgeschreven, de belasting invorderbaar is in twaalf termijnen;

    • b.

      indien de belasting wordt geheven door middel van een aanslag de belasting invorderbaar in twee termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet vermeld en de tweede een maand later.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 9. Nadere regels door het College van burgemeester en wethouders

Het College van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeerartikel

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    De Verordening afvalstoffenheffing van 6 november 2008 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening afvalstoffenheffing'.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 12 november 2009.
De Raad voornoemd
de griffier de burgemeester
drs. M.A.H. Heffels drs. H.A.G. Hellegers