Regeling vervallen per 23-03-2018

Parkeerexcessenverordening

Geldend van 08-12-2006 t/m 22-03-2018

Intitulé

Parkeerexcessenverordening

PARKEEREXCESSENVERORDENING

Verordening vastgesteld bij Raadsbesluit van 30 november 2006, nummer 06/102, in werking getreden met ingang van 8 december 2006. Per deze datum vervalt de Parkeerexcessenverordening, vastgesteld bij Raadsbesluit van 20 december 1973, nummer 73/189, in werking getreden op 29 maart 1974, sedertdien gewijzigd.

Gebaseerd op artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 173, lid 2 van de Wegenverkeerswet 1994, het Besluit wegslepen van voertuigen en artikel 10.23, lid 1 van de Wet milieubeheer.

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    weg: de weg, als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder b, van de Wegenverkeerswet 1994;

  • b.

    voertuigen: alle voertuigen met uitzondering van:

    • 1.

      treinen en trams;

    • 2.

      fietsen, bromfietsen;

    • 3.

      invalidenvoertuigen in de zin van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

    • 4.

      kruiwagens, kinderwagens en dergelijke kleine voertuigen, rolstoelen;

  • c.

    parkeren: het laten stilstaan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van passagiers of voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen.

Artikel 2

  • 1.

    Het is verboden een voertuigwrak op de weg of van de weg af zichtbaar te plaatsen of te hebben.

  • 2.

    Onder voertuigwrak wordt verstaan: een voertuig dat rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en tevens in een kennelijk verwaarloosde toestand verkeert.

  • 3.

    Het verbod geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet milieubeheer.

Artikel 3

  • 1.

    Het is een ieder, die er zijn bedrijf of nevenbedrijf dan wel een gewoonte van maakt voertuigen te stallen, te herstellen, te verhuren, te verhandelen of te slopen, verboden, drie of meer voertuigen waarvan redelijkerwijze is aan te nemen, dat ze hem toebehoren of zijn toevertrouwd, in elkaars nabijheid op de weg te parkeren.

  • 2.

    Het in het eerste lid vervatte verbod geldt niet gedurende de tijd, die nodig is voor en gebruikt wordt tot het verrichten van herstel- of onderhoudswerkzaamheden, die niet meer dan een half uur vergen.

Artikel 4

Het is verboden drie of meer voertuigen, welke zijn voorzien van aanduidingen van commerciële reclame, in elkaars nabijheid op door het college bij een openbaar bekend te maken besluit aangewezen wegen en tijdstippen te parkeren, indien redelijke wijze is aan te nemen, dat deze voertuigen aldaar zijn geparkeerd voor het maken van commerciële reclame.

Artikel 5

  • 1.

    Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter te parkeren op een door het college aangewezen plaats, waar dit naar zijn oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente.

  • 2.

    Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter te parkeren op een door het college aangewezen weg, waar dit parkeren naar zijn oordeel buitensporig is met het oog op de verdeling van beschikbare parkeerruimte.

  • 3.

    Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet op werkdagen van maandag tot en met vrijdag, dagelijks van 08.00 tot 18.00 uur.

Artikel 6

  • 1.

    Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter, tussen zonsopgang en zonsondergang op de weg te parkeren bij een voor bewoning bestemd gebouw op zodanige wijze dat daardoor het uitzicht vanuit dat gebouw op hinderlijke wijze wordt belemmerd of anderszins hinder of overlast wordt aangedaan.

  • 2.

    Het verbod geldt niet gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt voor het uitvoeren van werkzaamheden waarvoor de aanwezigheid van het voertuig ter plaatse noodzakelijk is.

Artikel 7

Het is verboden een oplegger, een aanhangwagen, dan wel een voertuig, dat voorzien is van een aanduiding van commerciële reclame op de weg te parkeren, daar waar het college dit blijkens een openbaar bekend te maken besluit schadelijk acht voor het uiterlijk aanzien of de leefbaarheid van de gemeente.

Artikel 8

Het is de eigenaar, houder of bestuurder van een voertuig met een lengte van meer dan 8 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter verboden een dergelijk voertuig op de openbare weg te parkeren in dat gedeelte van de gemeente zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende kaart.

Artikel 9

Het is verboden een woonwagen, kampeerwagen, caravan, camper, magazijnwagen, aanhangwagen, keetwagen of ander dergelijk voertuig:

  • a.

    langer dan op drie achtereenvolgende dagen te plaatsen of te hebben op een door het college aangewezen weg, waar dit naar zijn oordeel buitensporig is met het oog op de verdeling van beschikbare parkeerruimte of schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente;

  • b.

    op een door het college aangewezen plaats te parkeren, waar dit naar zijn oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente.

Artikel 10

Het is verboden een voertuig waarmede om andere dan eenvoudig en onmiddellijk te verhelpen redenen op de weg niet mag of kan worden gereden, zonder wezenlijke onderbreking langer dan veertien dagen op de weg te parkeren.

Artikel 11

  • 1.

    Het college kan van de verbodsbepalingen in deze verordening ontheffing verlenen.

  • 2.

    Het college kan aan de ontheffing voorwaarden verbinden.

Artikel 12

Overtreding van enige bepaling van deze verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 13

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel "Parkeerexcessenverordening".

  • 2.

    Zij treedt in werking op de dag na die van haar afkondiging.

  • 3.

    Met ingang van de datum van inwerkingtreding vervalt de "Parkeerexcessenverordening" zoals die voor het laatst is gewijzigd bij besluit van de raad d.d. 24 februari 1994.