Regeling vervallen per 01-10-2021

Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Uitgeest 2021

Geldend van 23-07-2021 t/m 30-09-2021 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2021

Intitulé

Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Uitgeest 2021

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Uitgeest,

overwegende dat:

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden een inwoner in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten (TONK);

  • -

    het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen.

gelet op:

  • -

    titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 35 van de Participatiewet;

besluit:

vast te stellen de

Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Uitgeest 2021

Artikel 1. Begripsbepaling

  • 1. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      aanvrager: de persoon die de aanvraag indient en diens eventuele partner conform artikel 3 van de wet;

    • b.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Uitgeest;

    • c.

      eigen woning: door een aanvrager bewoonde zelfstandige woning, woonschip of woonwagen, waarvan deze eigenaar of mede-eigenaar is;

    • d.

      huurwoning: door een aanvrager bewoonde zelfstandige woning of woonwagen met een huur boven de huurtoeslaggrens of woonboot, waarvan deze huurder is en beschikt over een (commerciële) huurovereenkomst;

    • e.

      inkomen: het netto maandinkomen exclusief vakantietoeslag van de aanvrager/ontvanger van de TONK en diens eventuele partner;

    • f.

      inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële daling van het inkomen als gevolg van de coronacrisis;

    • g.

      inwoner: degene die als ingezetene in de basisregistratie personen in de gemeente is ingeschreven;

    • h.

      voorliggende voorziening: een voorziening zoals bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de wet;

    • i.

      wet: de Participatiewet.

  • 2. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet.

Artikel 2. Aanvraag

  • 1. De aanvrager verklaart schriftelijk bij het indienen van een volledig ingevulde en ondertekende aanvraag tegemoetkoming TONK:

    • a.

      dat de inkomensterugval het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus;

    • b.

      hoe hoog het inkomen van de aanvrager en de eventuele partner is en waar dit uit bestaat;

    • c.

      hoe hoog het beschikbare geldmiddelen en vermogen zijn en waar dit uit bestaat.

  • 2. De aanvrager overlegt bij de aanvraag kopie(ën) van een geldig identiteitsbewijs, niet zijnde een rijbewijs.

  • 3. Een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021 tot 1 oktober 2021.

  • 4. Het college kan achteraf steekproefsgewijs controles uitvoeren ten einde de rechtmatigheid van de verstrekking vast te stellen.

Artikel 3. Doelgroep

Een financiële tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvrager:

  • a.

    die rechthebbende is zoals benoemd in artikel 11 van de wet;

  • b.

    die door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in zijn of haar inkomen van minimaal 25%; en

  • c.

    die daardoor noodzakelijke particuliere woonlasten niet meer kan voldoen; en

  • d.

    die geen aanspraak kan maken op een voorliggende voorziening of voor wie een voorliggende voorziening niet toereikend is.

Artikel 4. Voorwaarden tegemoetkoming TONK

  • 1. Het college kan op aanvraag een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de aanvrager die als gevolg van een onvoorziene inkomensterugval van minimaal 25% door de coronacrisis zijn noodzakelijke particuliere woonlasten niet meer kan voldoen uit het (gezins)inkomen en de beschikbare geldmiddelen, waarbij uitsluitend de beschikbare geldmiddelen boven de in artikel 7, derde lid genoemde vermogensgrenzen in aanmerking worden genomen.

  • 2. Het aandeel van de noodzakelijke kosten als bedoeld in artikel 5 van deze beleidsregels bedraagt minimaal 33% van het actuele inkomen. Dit deel van het inkomen dient de inwoner zelf aan te wenden voor de betaling van de vaste woonlasten zoals omschreven in artikel 5 van deze beleidsregels.

  • 3. De forfaitaire tegemoetkoming bedraagt (maximaal) € 500 per maand en wordt maandelijks uitbetaald.

  • 4. De tegemoetkoming TONK wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari tot 1 oktober 2021.

  • 5. De tegemoetkoming TONK wordt in principe om niet verstrekt.

Artikel 5. Noodzakelijke kosten

  • 1. De tegemoetkoming TONK kan betrekking hebben op de volgende voor de aanvrager noodzakelijke algemene kosten van het bestaan:

    • a.

      kosten van (kale) huur van een particuliere (commercieel) gehuurde woning;

    • b.

      kosten van de hypotheek en hypotheekrente van de particuliere woning;

    • c.

      kosten van elektriciteit, gas en water voor de particuliere woning;

    • d.

      servicekosten voor de particuliere woning;

    • e.

      kosten van de Vereniging van Eigenaars voor de particuliere woning;

    • f.

      stageld, pacht, etc. voor de particuliere woning.

  • 2. Uitsluitend de vaste woonlasten die betrekking hebben op de woning die door de aanvrager zelf wordt bewoond kunnen voor de tegemoetkoming TONK in aanmerking komen.

  • 3. Bij de vaststelling van de hoogte van de noodzakelijke kosten worden op de in het eerste lid genoemde kosten in mindering gebracht:

    • a.

      de eventueel aan de aanvrager toegekende bijzondere bijstand voor woonkosten;

    • b.

      de mogelijk te ontvangen huurtoeslag; en

    • c.

      de bijdragen in de vaste woonlasten van medebewoners.

Artikel 6. Inkomen en inkomensterugval

  • 1. De kostendelersnorm is niet van toepassing.

  • 2. Onder (gezins)inkomen wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      inkomen uit of in verband met arbeid van de aanvrager en de eventuele partner;

    • b.

      inkomen uit een uitkering van de aanvrager en de eventuele partner;

    • c.

      inkomen uit verhuur van de aanvrager en de eventuele partner; en

    • d.

      inkomen uit partneralimentatie en/of kinderalimentatie van de aanvrager en de eventuele partner.

  • 3. Het inkomen van ondernemers en zelfstandigen wordt bepaald aan de hand van:

    • a.

      de jaarrekening 2019 voor de vaststelling van het reguliere inkomen;

    • b.

      een berekening van de ondernemer voor het inkomen van januari 2021.

  • 4. Bij onregelmatige inkomsten is het gemiddelde inkomen in de drie maanden voorafgaande aan de maand van de aanvraag bepalend.

  • 5. De inkomensterugval wordt in beginsel vastgesteld door de hoogte van het (gezins)inkomen in januari 2020 af te zetten tegen het (gezins)inkomen van de maand voorafgaande aan de eerste maand waarover de tegemoetkoming wordt aangevraagd.

Artikel 7. Beschikbare geldmiddelen en vermogen

  • 1. Beschikbare geldmiddelen zijn geldmiddelen waarover de aanvrager en de eventuele partner op 1 januari 2021 beschikt of redelijkerwijs kon beschikken.

  • 2. Onder beschikbare geldmiddelen wordt verstaan:

    • a.

      contant geld;

    • b.

      geld op betaal- en spaarrekeningen (met uitzondering van spaargelden bestemd voor kinderen die behoren tot het huishouden);

  • 3. De vermogensgrens is vastgesteld op € 31.340.

  • 4. Het vermogen verbonden in de eigen woning wordt niet meegerekend.

  • 5. In afwijking van het derde lid is het vermogen van ondernemers en zelfstandigen vastgesteld op € 46.250.

  • 6. Als het vermogen genoemd in het derde en vijfde lid meer bedraagt dan genoemde bedragen bestaat er geen recht op een tegemoetkoming TONK.

Artikel 8. Afzien opleggen verhuisverplichting

Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregels in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK geen verhuisverplichting op.

Artikel 9. Afwijken reguliere bijzondere bijstand

De “Beleidsregels sociaal domein gemeente Uitgeest 2017” zijn niet van toepassing op de aanvragen TONK.

Artikel 10. Hardheidsclausule

Als de aanvrager op grond van deze beleidsregels niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden, waaronder een terugval in (gezins)inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien zeer dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 11 Inwerkingtreding, duur beleidsregels en citeertitel

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2021 en vervallen op 1 oktober 2021.

  • 2. Deze beleidsregels blijven van toepassing ten aanzien van aanvragen die zijn ingediend voor 1 juli 2021.

  • 3. Deze beleidsregels worden aangehaald als: "Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Uitgeest 2021".

Ondertekening

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders gemeente Uitgeest, 23 maart 2021.

De heer P. Schouten

Gemeentesecretaris

de heer S.M. Nieuwland

Burgemeester