Beleid escortbedrijven

Geldend van 01-08-2013 t/m heden

Intitulé

Beleid escortbedrijven

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Uithoorn heeft de volgende beleidsregel vastgesteld: Beleid escortbedrijven

De beleidsregel houdt in dat maximaal drie escortbedrijven binnen de grenzen van de gemeente Uithoorn worden toegestaan.

Toelichting

Sinds de opheffing van het bordeelverbod in 2000 is het in Nederland niet meer verboden om prostitutie te exploiteren. Sinds die tijd is de prostitutie in Nederland niet meer strafbaar, mits voldaan worden aan bepaalde voorwaarden.

Deze wetswijziging betekende dat het van belang was om een lokaal prostitutiebeleid te ontwikkelen. Wanneer geen verordening (vergunningplicht) en beleid zou worden ontwikkeld zou de kans bestaan dat prostitutiebedrijven zich op ongewenste wijze manifesteren zonder dat daar tegen opgetreden kon worden.

In de gemeente Uithoorn is op grond van artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn 2012 verboden zonder vergunning een seksinrichting of escortbedrijf te exploiteren. Medio 2000 is de Nota lokaal prostitutiebeleid gemeente Uithoorn vastgesteld.

In dit beleid is onder andere bepaald dat binnen de grenzen van de gemeente Uithoorn slechts één seksinrichting wordt toegestaan. Hierbij wordt dus geen onderscheid gemaakt tussen bordelen, seksbioscopen, sekstheaters of welke andere vorm dan ook.

Bekend is dat sommige escortbedrijven zich schuldig maken aan mensenhandel. De prostituees worden onder het mom van het vinden van werk geronseld en tegen hun wil vastgehouden. Op rijksniveau is de bestrijding van mensenhandel als prioriteit benoemd.

Ten aanzien van het aantal escortbedrijven is destijds besloten geen maximumstelsel in te stellen vanwege het feit dat de uitstraling op de woon- en leefomgeving niet zonder meer onevenredig als belastend kan worden genoemd omdat de activiteiten zich veelal onttrekken aan de openbaarheid.

Daarbij kan worden gesteld dat er weinig grip is op de vestiging van dergelijke bedrijven omdat zij zich bijvoorbeeld kunnen vestigen in een andere gemeente dan waar de prostituees werken of waar ze adverteren. Vaak verwijzen advertenties naar een Informatienummer en in die gevallen is het niet duidelijk in welke gemeente het bedrijf gevestigd is. Bedrijven die alleen via een website werken, zijn nog moeilijker aan een bepaalde gemeente te koppelen. Er waren op het moment van vaststelling van dit beleid geen escortbedrijven bekend in de gemeente.

Aanhangig is het wetsvoorstel Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche. Dit wetsvoorstel ligt momenteel voor plenaire behandeling bij de Eerste Kamer. Naar verwachting zal na het zomerreces meer duidelijk worden over de haalbaarheid van het wetsvoorstel. Dit voorstel stelt tot doel de oorzaken van het voortbestaan van misstanden in de prostitutiebranche aan te pakken.

De kern van het wetsvoorstel wordt gevormd door de invoering van een verplicht en uniform vergunningenstelsel voor de uitoefening van een seksbedrijf. Hierdoor ontstaat meer uniformiteit in lokaal vergunningenbeleid. In het wetsvoorstel is opgenomen aan welke vergunningsvoorwaarden de exploitant in ieder geval moet voldoen. Ook krijgen gemeenten met dit wetsvoorstel de mogelijkheid onder voorwaarden voor een nuloptie te kiezen. Verder voorziet het wetsvoorstel in:

  • -

    een registratieplicht voor alle prostituees;

  • -

    een aantal maatregelen en instrumenten om toezicht en handhaving te vergemakkelijken;

  • -

    het strafbaar stellen van het gebruikmaken van illegaal aanbod van prostitutie.

Een instrument om toezicht en handhaving te vergemakkelijken is de instelling van een landelijk register voor vergunningen van escortbedrijven. Hiermee wordt het duidelijk waar de bedrijven feitelijk zijn gevestigd.

Gelet op het aantal inwoners, de voorzieningen binnen de omliggende gemeenten, de doelstellingen van het prostitutiebeleid, de bescherming van de woon- en leefomgeving en het belang van de openbare orde en veiligheid is het niet wenselijk om ongelimiteerde vergunningsmogelijkheden voor escortbedrijven te bieden.

Daarom heeft het college besloten om het beleid te hanteren maximaal drie vergunningen voor de exploitatie van escortbedrijven toe te staan.

Dat betekent als er drie vergunningen vergeven zijn en er een aanvraag komt voor een vierde vergunning deze zal worden geweigerd.

Wanneer een vergunninghouder een nieuwe vergunning aanvraagt omdat zijn zakelijk adres wijzigt dan wordt voorgesteld dit niet te zien als een nieuwe ondernemer maar als een wijziging van de feitelijke omstandigheden.

Wanneer een vergunninghouder echter zijn ondernemersvorm wijzigt (bijvoorbeeld van eenmansbedrijf naar BV of vof) dan dient dit gezien te worden als een nieuwe ondernemer. Wanneer hiervoor een vergunning wordt aangevraagd zal het maximumstelsel gelden.