Regeling vervallen per 31-12-2011

Verordening forensenbelasting 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m 30-12-2011

Intitulé

Verordening forensenbelasting 2011

De raad van de gemeente Uithoorn;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2010, nr.RV10.65;

gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening forensenbelasting 2011

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    Onder de naam forensenbelasting wordt een directe belasting geheven van natuurlijke personen die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan negentig (90) dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.

  • 2.

    Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 3 Vrijstelling

Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een algemeen vertegenwoordigend lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De belasting bedraagt een vast bedrag per woning per belastingjaar.

Artikel 5 Tarief

  • 1.

    De belasting bedraagt voor een woning behorend tot de voor de heffing van de onroerende-zaakbelastingen als volgt aangeduide objecten:

    • a.

      Het Fort 1 tot en met 46 (even en oneven nummers) € 606,00.

    • b.

      Het Korte Eind 1, HS 1 tot en met HS 95 (even en oneven nummers) € 180,30.

  • 2.

    Voor een niet onder het eerste lid vallende woning bedraagt de belasting ingeval van:

    • a.

      een voor permanente bewoning geschikte woning € 606,00.

    • b.

      een niet voor permanente bewoning geschikte woning € 180,30.

Artikel 6 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede één maand later.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen minder is dan € 3.500 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de woonforensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de woonforensenbelasting.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    De “Verordening forensenbelasting 2010” wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking met dien verstande dat indien de bekendmaking vóór 1 januari 2011 plaatsvindt, de verordening niet eerder in werking treed dan de in het derde lid genoemde datum.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening forensenbelasting 2011”.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van de
raad van Uithoorn van 11 november 2010, nr.4.1/3.0
De griffier (plv), De voorzitter,
(mr. J.H. van Leeuwen) (mevr. drs. D.H. Oudshoorn)