Beleidsregel subsidie technisch kader sportverenigingen 2006

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

Beleidsregel Subsidie Technisch Kader sportverenigingen 2006

(besluit van 16 mei 2006)

Het college van burgemeester en wethouders;

gelet op de Algemene Subsidieverordening 2002;

BESLUIT

vast te stellen de:

BELEIDSREGEL Subsidie Technisch

Kader sportverenigingen 2006

Artikel 1

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

-verordening: de Algemene Subsidieverordening 2002

(Gemeenteblad van Utrecht 2002, nr. 13);

• -

  vereniging: al dan niet een rechtspersoon in de sport, die aangesloten is bij een landelijke bond of overkoepelende sportorganisatie voor de betrokken tak van sport;

• -

  technisch kader: bevoegde functionarissen, die sportactiviteiten begeleiden, die gericht zijn op het verbeteren van de (spel)technische en bewegingstechnische vaardigheden en de lichamelijke conditie van leden van sportverenigingen;

• -

  bevoegdheid: de bevoegdheid van het technisch kader, die is ontleend aan het bezit van:

  • de akte van bekwaamheid voor het geven van lichamelijke oefening aan scholen voor basis- en voortgezet onderwijs van een MBO-, HBO- of WO-instelling:

• middelbaar beroepsonderwijs: M.D.G.O.’s sport en bewegen, het diploma CIOS, of naar het oordeel van burgemeester en wethouders daarmee gelijk te stellen onderwijsinstelling

• hoger beroepsonderwijs: academies voor lichamelijke opvoeding

• universitair onderwijs: bewegingswetenschappen;

• door een erkende sportbond afgegeven sporttechnische diploma’s met een gezamenlijke opleidingsduur van tenminste 70 uren;

-arbeidsovereenkomst: de tussen de vereniging en het technisch kader geldende overeenkomst, waarin een arbeidsrechtelijke of daarmee gelijk te stellen gezagsverhouding is geregeld.

Artikel 2

Volgens artikel 5.2, eerste lid, van de verordening moet de aanvraag voor de verlening van de subsidie, worden ingediend vóór 1 juli van het jaar, dat voorafgaat aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

Artikel 3

• 1.

  De aanvraag voor de verlening bevat een opgave van de verwachte situatie in het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. De opgave omvat de volgende gegevens:

  • -

    een opgave van de verwachte omvang van het (gedurende dat jaar) bevoegde technisch kader, waarvoor een arbeidsovereenkomst geldt en waarvoor subsidie wordt gevraagd;

  • -

    de (concept) begroting voor dat jaar, waarin de opgave voor het technisch kader is opgenomen.

• 2.

  De aanvraag wordt ingediend bij de afdeling Sport en Recreatie van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling op het gemeentelijke formulier Aanvraag Subsidie Technisch kader sportverenigingen.

Artikel 4

• 1.

  Burgemeester en wethouders kunnen sportverenigingen een jaarlijkse subsidie verlenen van 25% van de kaderkosten met een maximum van EUR 2.800,00 per vereniging/per tak van sport.

• 2.

  Bij de vaststelling van het subsidiabele bedrag gelden de volgende maximale ‘uurlonen’:

a) EUR 12,25 bruto per uur voor technisch kaderleden met een bondsopleiding en

b) EUR 17,70 bruto per uur voor technisch kaderleden met diploma van middelbaar- en/of hoger beroepsonderwijs en of universitair onderwijs.

3.Van het subsidiebedrag dat wordt verleend, wordt een voorschot van

80 % uitbetaald in het jaar voorafgaande aan het jaar, waarvoor subsidie gevraagd wordt. De overige 20 % wordt bij de (definitieve) gemeen- telijke vaststelling uitbetaald als dat op basis van de verantwoording gerechtvaardigd is en met inachtneming van het bepaalde in artikel 5.

Artikel 5

Volgens artikel 2.4. van de verordening geldt het bedrag, dat op de gemeentebegroting voor subsidie technisch kader beschikbaar is, als het subsidieplafond. Dit betekent dat bij overschrijding van de begrotingspost als volgt wordt gehandeld:

• -

  alleen tijdig ingediende aanvragen worden in behandeling genomen;

• -

  de op aanvraag verleende subsidies worden in verhouding naar beneden bijgesteld.

Artikel 6

Volgens artikel 5.7., eerste lid, van de verordening moet de aanvraag voor de vaststelling van de subsidie voor 1 mei van het jaar, dat volgt op het jaar waarvoor de subsidie is verleend, worden ingediend. Dit betreft de verantwoording achteraf over de werkelijke inzet van het technisch kader en de financiële vertaling daarvan voor de (definitieve) gemeentelijke vaststelling van de subsidie.

Artikel 7

• 1.

  De aanvraag voor de vaststelling bevat een opgave van de werkelijke situatie in het jaar waarvoor de subsidie is verleend. De opgave omvat de volgende gegevens:

  • -

    een verslag van de financiële resultaten over het afgelopen kalenderjaar, dat wil zeggen de exploitatierekening en balans over het vorig boekjaar;

  • -

    een opgave van het gedurende dat jaar bij haar werkzame technisch kader waarvoor subsidie wordt gevraagd;

  • -

    per technisch kaderlid een afschrift van het diploma, waaraan het kaderlid de bevoegdheid ontleent;

  • -

    een getekende arbeidsovereenkomst van elk technisch kaderlid en een verklaring voor de ontvangst van het bedrag, dat voor subsidiëring in aanmerking is gebracht.

• 2.

  De aanvraag wordt ingediend bij de afdeling Sport en Recreatie van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling op het gemeentelijke aanvraag- formulier Vaststelling Subsidie Technisch kader sportverenigingen.

Artikel 8

Op basis van de aanvraag voor de vaststelling van de Subsidie Technisch kader sportverenigingen wordt, met inachtneming van het bepaalde in artikel 5 (subsidieplafond), de definitieve subsidie vastgesteld. Het verschil tussen het voorschot van 80 % (voorlopig verleende subsidiebedrag) en het

definitief vastgestelde subsidiebedrag wordt uitbetaald of teruggevorderd (als het voorschot hoger was dan de definitieve subsidie).

Artikel 9

Met betrekking tot de Subsidie Technisch kader sportverenigingen gelden voor het overige de bepalingen van de Algemene subsidieverordening 2002.

Artikel 10

Deze beleidsregel is van toepassing op de verlening van Subsidie Technisch kader sportverenigingen met ingang van 1 juni 2006.

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, gehouden op 16 mei 2006.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. M.J.C. Heeremans Mr. A.H. Brouwer-Korf

Bekendmaking heeft plaatsgevonden op 31 mei 2006.

Deze beleidsregel is in werking getreden op 1 juni 2006.