Regeling vervallen per 23-05-2017

Besluit aanwijzing gebieden cameratoezicht mei 2017

Geldend van 08-05-2017 t/m 22-05-2017

Intitulé

Besluit aanwijzing gebieden cameratoezicht mei 2017

Besluit aanwijzing gebieden cameratoezicht mei 2017

DE BURGEMEESTER VAN UTRECHT;

gehoord de beraadslaging met de driehoek;

overwegende dat:

  • ·

    de burgemeester, indien dat in het belang van de handhaving van de openbare orde nodig is, bevoegd is om op basis van artikel 151c van de Gemeentewet en artikel 2:5 van de Algemene Plaatselijke Verordening Utrecht 2014 voor een bepaalde duur camera’s in te zetten ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats;

  • ·

    het cameratoezicht in de hierna genoemde straten en gebieden voldoet aan de eisen die artikel 151c van de Gemeentewet stelt aan het instellen van cameratoezicht (zoals kenbaarheid van cameratoezicht, proportionaliteit, subsidiariteit);

  • ·

    de belangen van openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en van strafbare feiten in het onderhavige geval zwaarder wegen dan het individuele belang van de burgers (bescherming van de persoonlijke levenssfeer);

  • ·

    de duur van de aanwijzing en de omvang van de gebieden proportioneel zijn in relatie tot het beoogde legitieme doel;

  • ·

    het uitoefenen van voornoemde controlebevoegdheden in de bewuste gebieden een onderdeel is van een breder pakket aan maatregelen ter vergroting van leefbaarheid en veiligheid;

  • ·

    aan het einde van voorgestelde periode van het vaste cameratoezicht een uitvoeringsplan zal worden opgesteld waaruit moet blijken of het cameratoezicht in genoemde gebieden dient te worden voortgezet;

  • ·

    de effectiviteit van flexibel cameratoezicht na 2017 getoetst wordt in een aparte evaluatie;

  • ·

    het maximaal aantal camera’s in Utrecht in 2014 door de gemeenteraad is vastgesteld op 78, waardoor het afbouwen van gebieden waar het toezicht vervalt en het invoeren van nieuwe gebieden gefaseerd plaatsvindt;

  • ·

    voor de proef met flexibel cameratoezicht maximaal drie camera’s beschikbaar zijn;

gelet op het bepaalde in artikel 151c van de Gemeentewet en artikel 2:5 van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2014;

BESLUIT de volgende gebieden aan te wijzen voor cameratoezicht:

Artikel I

  • a. het gebied Kanaleneiland-noord, bestaande uit: Rooseveltlaan (vanaf Chruchilllaan tot Peltlaan), Bernadottelaan, Auriollaan, Bevinlaan, Peltlaan, Marshalllaan, Monetlaan, Trumanlaan, Spaaklaan;

  • b. Het gebied Kanaleneiland-zuid, bestaande uit:Marco Pololaan, Vasco da Gamalaan, deel Pizarrolaan,

  • c. het gebied Bernhardplein, bestaande uit: Adriaan Mulderstraat, Prins Bernhardplein, Burgemeester Norbruislaan beide zijden gelegen tussen Bazelstraat en Prins Bernhardplein/ De Muinck Keizerlaan, Boelesteinlaan, Queeckhovenplein, Henny Knipschildplantsoen, De Muinck Keizerlaan beide zijden gelegen tussen Prins Bernhardplein en Elsenburglaan, Prinses Christinalaan, Prins Bernhardlaan beide zijden gelegen tussen Prins Bernhardplein/De Muinck Keizerlaan en De Lessepstraat/Zwanenvechtlaan;

  • d. het gebied Zuilen Oost, bestaande uit: Zwanenvechtlaan tussen Wallensteinlaan en Prinses Margrietstraat, Doornburglaan, dr. Max Euwestraat;

  • e. het gebied Amsterdamsestraatweg, Amsterdamsestraatweg tussen Daalstraat en Korenbloemstraat, Anjelierstraat, tot aan Esdoornstraat, deel Fabriekstraat, Goudsbloemstraat, tot aan 2e Daalsedijk, Boorstraat, tot aan Spijkerstraat, deel 1e Daalsedijk, driehoek Tiendstraat/Kerkweg/Bethlehemweg, Mimosastraat tot aan Begoniastraat, Ondiep-zuidzijde tot aan Plantage, deel Egelantierstraat;

  • f. het gebied Overvecht Wolgadreef, bestaande uit Euterpedreef, Fortunadreef, Dianadreef, Wolgadreef, Atlasdreef.

  • g. het gebied Zandpad, volgt na uitvoering;

  • h. het gebied Lombok-Oost, bestaande uit: Wolff en Dekenplein, Vleutenseweg (tussen Bandoengstraat en Westplein, inclusief de kruising Westplein/Daalsetunnel/Vleutenseweg), Damstraat, Kanaalstraat (tussen J.P.Coenstraat en Westplein),Javastraat (tussen Vleutenseweg en Ceramstraat), Leidsche Rijn inclusief oevers, groenstroken en parken (tussen Timorkade en Westplein, inclusief hoek Leidsche Kade, tramhalte Van Sijpesteijnkade en kruising met Croeselaan), Leidseweg (tussen J.P.Coenstraat en Westplein), Westplein, Kanonstraat, Leidsekade (tussen Timorkade en Kanonstraat), J.J.A. Goeverneurstraat (tussen Vleutenseweg en J. Kinkerstraat), Javastraat (tussen Vleutenseweg en Ceramstraat), P.A. de Genestestraat (tussen Vleutenseweg en J. Kinkerstraat), Graadt van Roggenweg (tussen Westplein en ruim na de kruising met Croeselaan);

  • i. het gebied rond stadion Galgenwaard, bestaande uit: Waterlinieweg, Stadionlaan, Herculesplein.

  • j. het gebied Binnenstad, bestaande uit: Westplein, Daalsetunnel, Catharijnekade, Vredenburg (inclusief de Sint Jacobsstraat tot de overbrugging met winkelcentrum La Vie), Lange Viestraat, Oudegracht, Jacobijnenstraat, Predikherenkerkhof, Breedstraat, Korte Lauwerstraat, Wijde Begijnestraat, Voorstraat, Boothstraat, Janskerkhof, Nobelstraat, Lange Jansstraat, Neude (met inbegrip van de zijstraat Kintgenshaven), Schoutenstraat, Korte Minrebroederstraat, Oudkerkhof, Janskerkhof, Lucasbolwerk (tot en met hoek Nachtegaalstraat/Wittevrouwensingel/Maliesingel), Achter Sint Pieter (tot Keistraat) Korte Jansstraat (tot en met de busbaan aan het Janskerkhof), Domstraat, Stadhuisbrug, Vismarkt, Servetstraat, Choorstraat, Lijnmarkt, Zadelstraat, Mariastraat, Mariaplaats, Mariahoek, Catharijnebaan, Moreelsepark, Laan van Puntenburg, Stationsplein (inclusief begin Adema van Scheltemabaan), denkbeeldige lijn van Stationsplein naar Jaarbeursplein, Jaarbeursplein, Croeselaan (tussen Westplein en Van Zijstweg, Mineurslaan, Van Sijpesteijnkade, Van Sijpesteijntunnel, Smakkelaarsveld, Nieuwe Daalstraat, Knipstraat, Leidseveer, Daalsesingel, Lange Koestraat (tussen Daalsesingel en Catharijnekade), Catharijnebaan (tussen Daalsetunnel en Mariaplaats), Rijnkade, Willemsplantsoen, Catharijnesingel (tussen Daalsesingel en Moreelsepark), Laan van Puntenburg, Herman Gorterstraat, Spoorstraat, Biltstraat (tussen Wittevrouwensingel en Kruisstraat), Wittevrouwensingel (vanaf Kruisstraat tot Sint Janshovenstraat), Wittevrouwenkade, Lange Jufferstraat (vanaf Lucasbolwerk tot Keizershof), Wittevrouwenstraat, Voorstraat (vanaf Wittevrouwenstraat tot aan Begijnesteeg), Plompetorengracht, Drift (vanaf Wittevrouwenstraat tot Janskerkhof), Nijntje pleintje, Van Asch van Wijkkade tussen Weerdbrug en van Asch van Wijkbrug deel 1e Achterstraat, Van Asch van Wijckskade tussen Weerdbrug en van Asch van Wijckbrug deel Oudegracht, deel Nieuwekade, Adelaarstraat (vanaf Bemuurde Weerd Oostzijde tot de kruising Hopakker / Merelstraat), Kaatstraat, Herenweg (vanaf einde Kaatstraat tot Monicahof) Bemuurde Weerd Oostzijde (Vanaf Flieruilensteeg tot Weerdsluis), Bemuurde Weerd Westzijde, (deels) Zeedijk (vanaf Kaatstraat).

  • k. Tijdelijke uitbreiding van het gebied Lombok-Oost zoals omschreven onder h,gebied k is gelegen binnende straten Damstraat, Kanaalstraat, JP Coenstraat en Leidseweg.

Artikel II

  • a.

    dat dit besluit geldt tot 1 juni 2017 met uitzondering van het bepaalde

    onder I, sub j, het gebied Binnenstad en sub k, het gebied Lombok-oost;

  • b.

    dat dit besluit ten aanzien van het bepaalde onder I, sub j, het gebied

    Binnenstad, geldt tot 1 januari 2019;

  • c.

    dat dit besluit ten aanzien van het bepaalde onder I, sub k, het gebied

Lombok-oost, geldt tussen 4 mei en 12 augustus 2017;

Artikel III

  • a. dat dit besluit in werking treedt op de eerste dag na dagtekening van het Gemeenteblad waarin het wordt geplaatst;

  • b. dat op de datum bedoeld in artikel III a. het aanwijzingsbesluit van februari 2017 (kenmerk: 4198090) komt te vervallen.

Artikel IV

Dit besluit wordt aangehaald als: Aanwijzingsbesluit cameratoezicht mei 2017.

Aldus vastgesteld door de burgemeester op 2 mei 2017

de burgemeester van Utrecht,

mr. J.H.C. van Zanen.

Bezwaarclausule

Vindt u het besluit om bepaalde reden onjuist?

Als u vindt dat het besluit onjuist is, dan kunt u bezwaar maken. U kunt uw bezwaar digitaal indienen. Daarvoor kunt u alleen gebruik maken van het door de gemeente beschikbaar gestelde digitale formulier. Dit vindt u op www.utrecht.nl/bezwaar. U kunt het bezwaar niet per e-mail insturen. Maakt u liever per brief bezwaar, dan kunt u uw bezwaarschrift sturen aan de burgemeester van Utrecht.

Het adres is:

Postbus 16200

3500 CE Utrecht

Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift indient binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit. Daarmee voorkomt u dat wij uw bezwaarschrift niet meer kunnen behandelen.

In het bezwaarschrift neemt u in ieder geval op:

  • -

    uw naam, adres, datum en handtekening; graag ook het telefoonnummer waarop u overdag te bereiken bent;

  • -

    een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift is gericht; vermeld hierbij de verzenddatum en het kenmerk van dat besluit of stuur een kopie daarvan mee;

  • -

    de reden waarom u vindt dat het besluit onjuist is;

  • -

    een volmacht, indien het bezwaarschrift niet door belanghebbende, maar door een ander, namens hem of haar wordt ingediend.

De indiener van het bezwaarschrift kan, als onverwijlde spoed dat – gelet op de betrokken belangen – vereist, eveneens een voorlopige voorziening vragen aan de voorzieningenrechter van de rechtbank Utrecht, sector bestuursrecht, postbus 13023, 3507 LZ Utrecht. Voor het in behandeling nemen van een dergelijk verzoek bent u griffierecht aan de rechtbank verschuldigd.

Kenmerk 4449332

Toelichting

In dit besluit worden gebieden aangewezen met openbare orde- cameratoezicht. Het gaat in deze gebieden om cameratoezicht als bedoeld in artikel 151c Gemeentewet en artikel 2:5 van de Algemene Plaatselijke Verordening Utrecht. Met ingang van 1 juli 2016 is artikel 151c van de Gemeentewet gewijzigd. Geschrapt is het vereiste van toezicht door middel van vaste camera’s. Daarmee krijgt de burgemeester de mogelijkheid cameratoezicht flexibeler en meer passend bij de actuele noodzaak in te zetten in de publieke ruimte. Vaste camera’s

De plaatsingsduur voor het cameratoezicht is 12 maanden, ingaande op 1 juni 2016, dit geldt voor alle gebieden in Utrecht, met uitzondering van de binnenstad. Hiervoor geldt een plaatsingsduur van vier jaar. Het gebruik van camera’s in dit gebied wordt wel ieder jaar geëvalueerd.

In het jaarlijkse uitvoeringsplan cameratoezicht wordt de effectiviteit van camera’s beoordeeld aan de hand van het door de raad vastgestelde Beleidskader 2014-2018. In het uitvoeringsplan staat centraal hoe de effectiviteit van de huidige camera’s verbeterd kan worden op basis van een analyse van cijfers, registraties door politie en signalen uit de wijken.

Flexibele camera’s

De plaatsingsduur van flexibele camera’s wordt bepaald in dit aanwijzingsbesluit. Uitgegaan wordt van een operationele periode van maximaal drie maanden per locatie. De totale aanwijzingstijd is langer dan 3 maanden omdat de camera’s geplaatst, getest en weggehaald moeten worden.

De effectiviteit van flexibel cameratoezicht wordt na 2017 getoetst in een aparte evaluatie.

De criteria waaraan vast en flexibel cameratoezicht getoetst worden zijn:

In Utrecht worden in de eerste plaats de Europese richtlijnen gevolgd voor cameratoezicht: Maatschappelijke behoefte: De vraag of er sprake is van een dringende maatschappelijke behoefte.

  • ·

    Het proportionaliteitsbeginsel: Evenwichtige verhouding tussen inzet cameratoezicht in verhouding tot de geconstateerde criminaliteit en overlast.

  • ·

    Het subsidiariteitsbeginsel: Indien het geformuleerde doel met alternatieve (minder ingrijpende) maatregelen behaald kan worden.

Naast de Europese richtlijnen is in Utrecht een aantal aanvullende criteria opgesteld:

  • ·

    Probleemanalyse : Er is een actuele analyse van de incidenten en de veiligheidssituatie. Wat zijn de doelen van het cameratoezicht? Welke mechanismen moeten in werking gezet worden?

  • ·

    Pakket aan maatregelen: Cameratoezicht is altijd onderdeel van een pakket aan maatregelen. Denk hierbij aan: - fysieke maatregelen; - (verhoogde) inzet toezichthouders / politie / jongerenwerk; - persoonsgerichte aanpakken; en draagt hiermee bij aan het beoogde doel van de inzet.

  • ·

    Opvolging: Er zijn afspraken gemaakt over het uitkijken en de opvolging door politie.

  • ·

    Evaluatie: Er is periodiek een evaluatie van de vooraf gestelde doelstelling voor het plaatsen van een camera.

Aanvullende criteria voor het plaatsen van camera's in de Binnenstad zijn als volgt: Uitgaansproblematiek: Er speelt uitgaansproblematiek op uitgaanspleinen en looproutes. Uit diverse onderzoeken blijkt dat de toegevoegde waarde van cameratoezicht in het kader van de openbare orde niet meer ter discussie staat in uitgaansgebieden. Ook gezien het geregistreerd aantal incidenten is het aannemelijk dat cameratoezicht in de Binnenstad een effectief instrument is.

  • ·

    Overlast en evenementen: Er spelen overlastproblemen en er vinden evenementen plaats. De Binnenstad kent speciale voorzieningen, zoals horeca, coffeeshops, daklozenopvang, etc. Ook zijn er in de Binnenstad regelmatig evenementen en demonstraties waarbij Cameratoezicht een effectief middel is voor het ondersteunen van de handhaving van de openbare orde, bijvoorbeeld bij Crowd watching.

  • ·

    Incidenten: Het aantal geregistreerde incidenten is in vergelijking tot andere gebieden in de stad hoog. In de Binnenstad gaat het met name om de incidenten, straatroof, autokraken en jeugdoverlast

De volgende criteria zijn aanvullend benoemd voor het plaatsen van een openbare orde camera in de wijken:

  • ·

    Overlastproblematiek: Er is sprake van hardnekkige (jongeren) overlastproblematiek en

  • ·

    Openbare orde: Er is sprake van langdurige verstoring (bij vast toezicht) OF een recente of een te verwachten verstoring (bij flexibel toezicht) van de openbare orde.

  • ·

    Incidenten: Het aantal geregistreerde incidenten is in vergelijking tot andere gebieden in de stad hoog. In de wijken gaat het met name om de incidenten straatroof, autokraken, woninginbraak, jeugdoverlast en de totale criminaliteit.

Door middel van bebording ter plaatse wordt aan het publiek duidelijk gemaakt dat men zich in een gebied bevindt waarin cameratoezicht wordt uitgeoefend.

Ook aan de eisen die aan de wijze waarop de beelden worden gemaakt (afscherming van woningen), geregistreerd (op basis van de Wet Politiegegevens), uitgekeken (eisen aan de ruimte en het personeel) en vastgelegd (met als doel handhaving van de openbare orde) wordt voldaan.

Toelichting op de gebieden:

Voor de verschillende gebieden is de afweging gemaakt of het huidige cameratoezicht in een gebied gecontinueerd moet worden.

1.Het doel van cameratoezicht in de Binnenstad is de handhaving van de openbare orde en het voorkomen van strafbare feiten tijdens uitgaansavonden, het tegengaan van overlast van dealers en (drugs)gebruikers. Cameratoezicht in het Stationsgebied is naast het voorgaande ook gericht op preventie en bestrijding van terrorisme.

In de Binnenstad wordt aan deze doelen bijgedragen door het inzetten van cameratoezicht.

2.Het doel van cameratoezicht in de wijken is de handhaving van de openbare orde en het voorkomen van strafbare feiten, het tegengaan van overlast en criminaliteit door jeugd(groepen).

In de wijken West, Noordwest, Overvecht, Noordoost en Zuidwest wordt aan deze doelen bijgedragen door het gebruik van cameratoezicht.

3.Buiten stadion Galgenwaard hangen drie camera's waarmee toezicht gehouden wordt op supporters direct voor, tijdens en na voetbalwedstrijden.