Reglement inzake samenstelling, taak en werkwijze van de Utrechtse Bibliotheekraad 2001

Artikel 1

• 1.

  De Utrechtse Bibliotheekraad, verder te noemen Bibliotheekraad, heeft als taak het adviseren over het te voeren strategische beleid van de bibliotheek met als doel het bevorderen van het optimaal functioneren van deze voorziening in de Utrechtse samenleving.

• 2.

  De Bibliotheekraad kan gevraagd of uit eigen beweging omtrent onderwerpen, liggende op de hoofdlijnen van het terrein van haar werkzaamheden, de directeur adviseren.

• 3.

  De Bibliotheekraad kan gevraagd en ongevraagd burgemeester en wethouders en de gemeenteraad adviseren omtrent onderwerpen, liggende op het terrein van haar werkzaamheden.

• 4.

  De Bibliotheekraad maakt haar advies kenbaar door overlegging van de notulen van haar vergaderingen of door indiening van afzonderlijke door voorzitter en secretaris ondertekende adviezen of voorstellen of een mondelinge presentatie daarvan.

5 Degene of het orgaan aan wie door de Bibliotheekraad advies is uitgebracht informeert de Bibliotheekraad binnen zes weken over de wijze waarop al dan niet aan het advies gehoor wordt gegeven.

Artikel 2

• 1.

  De Bibliotheekraad is samengesteld uit minimaal zeven leden, die gezamenlijk deskundigheid en ervaring hebben op het gebied van mediaen cultuureducatie, informatievoorziening, literatuur, muziek, omroep, massacommunicatie en informatietechnologie, op de hoogte zijn van de ontwikkelingen in deze sectoren en deze kunnen vertalen naar de multiculturele samenleving in de stad Utrecht.

• 2.

  De selectie zal geschieden door middel van een open sollicitatieprocedure.

• 3.

  De leden worden op voordracht van de Bibliotheekraad benoemd door burgemeester en wethouders.

• 4.

  Alle leden hebben op persoonlijke titel zitting in de Bibliotheekraad.

• 5.

  Burgemeester en wethouders benoemen op voordracht van de Bibliotheekraad vanuit de leden van de Bibliotheekraad een voorzitter voor twee jaar.

Artikel 3

• 1.

  De leden hebben zitting voor ten hoogste twee jaren.

• 2.

  Op 1 januari van elk jaar, voor het eerst op 1 januari 2001, treden tenminste drie leden af volgens een door de Bibliotheekraad op te stellen rooster van aftreden, dat aan burgemeester en wethouders wordt medegedeeld.

• 3.

  De afgetreden leden, evenzo de voorzitter zijn terstond herbenoembaar, tenzij zij reeds vier jaren aaneengesloten lid zijn.

• 4.

  Tussen het tijdstip van aftreden en dat van eventuele herbenoeming, die niet aansluit op de vorige drie leden van de in dit artikel geregelde zittingsperiode, dient een periode van tenminste twee jaren te zijn verstreken.

• 5.

  Een lid, dat benoemd is ter vervulling van een tussentijds opengevallen plaats, treedt af op het tijdstip, waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, moet aftreden.

• 6.

  De Bibliotheekraad geeft van een vacature zo spoedig mogelijk kennis aan burgemeester en wethouders.

Artikel 4

1.De vergaderingen van de Bibliotheekraad zijn openbaar behoudens de vergaderingen over die onderwerpen waarbij naar het oordeel van de voorzitter of tenminste twee leden van de Bibliotheekraad het belang van de gemeente Utrecht, de Gemeentebibliotheek of personen door de openbaarheid geschaad zou kunnen worden .

2 De wethouder belast met de portefeuille waarin het bibliotheekwerk is opgenomen, alsmede de directeur van de bibliotheek, kunnen de vergadering bijwonen.

3.De Bibliotheekraad vergadert als zij door de voorzitter daartoe bijeen geroepen wordt of indien tenminste twee van de leden dat verlangen. De Bibliotheekraad vergadert minimaal tweemaal per jaar.

4 De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering; de vergadering bepaalt de agenda.

Artikel 5

• 1.

  De Bibliotheekraad besluit niet als niet tenminste de meerderheid van het aantal leden aanwezig is.

• 2.

  Indien wegens het niet aanwezig zijn van het in vorig lid bedoelde aantal leden een nieuwe vergadering van de Bibliotheekraad is belegd, is voor deze nieuwe vergadering de aanwezigheid van de voorzitter en twee leden voldoende om te beraadslagen en te besluiten over de onderwerpen, welke voor de eerste vergadering aan de orde waren.

• 3.

  Besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen.

• 4.

  In geval van staken der stemmen heeft de voorzitter een beslissende stem.

Artikel 6

Aan de leden van de Bibliotheekraad kan een onkostenvergoeding worden toegekend.

Artikel 7

Dit reglement treedt in werking op de dag na besluitvorming.