Beleidsregel overgang van gulden naar euro bij de gemeentelijke belastingen

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

Beleidsregel overgang van gulden naar euro bij de gemeentelijke belastingen

(b. en w.-besluit van 4 december 2001)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, gelet op artikel 162 van de Gemeentewet en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht,

BESLUIT

vast te stellen de volgende

Beleidsregel overgang van gulden naar euro bij de gemeentelijke belastingen

Overwegingen:

Per 1 januari 2002 wordt de euro ingevoerd als de nieuwe en enig geldende valuta. Na deze datum zullen echter in het kader van de gemeentelijke belastingheffing en -invordering nog aanslagoplegging, afdoening van bezwaar-, verzoek- en beroepschriften en invorderingsmaatregelen plaatsvinden die betrekking hebben op de belastingjaren en belastingtijdvakken waarin de gulden de geldende valuta was.

Doordat de waardeverhouding tussen gulden en euro in decimalen wordt uitgedrukt kan door afrondingen verschillen ontstaan tussen verschuldigde guldenbedragen en eurobedragen. Specifieke maatregelen zijn noodzakelijk om te bewerkstelligen dat belastingschuldigen niet in een nadeliger positie worden gemanoeuvreerd ten gevolge van enig omrekening bij de vaststelling of inning van hun belastingschuld.

Artikel 1 Algemene omrekeningsregel

• 1.

  De tarieven van de gemeentelijke belastingen en rechten over belastingjaren en -tijdvakken van voor 2002 worden van gulden- naar eurobedragen omgerekend overeenkomstig de navolgende omrekenregels:

  • a.

    omrekening van het guldentarief tot een tarief in euro's geschiedt door het delen door 2,20371 en de uitkomst hiervan uit te drukken in vier decimalen;

  • b.

    op basis van de derde decimaal vindt vervolgens afronding plaats tot op twee decimalen voor de bepaling van het bedrag dat op het aanslagbiljet, nota of kennisgeving wordt afgedrukt, waarbij geldt: een 4 of lager wordt naar beneden afgerond en een 5 of hoger naar boven.

• 2.

  Indien een guldenbedrag, anders dan de ingevolge de Wet waardering onroerende zaken vastgestelde waarde voor een onroerende zaak, maatstaf van heffing vormt voor een belasting of recht, vindt omrekening van dit bedrag plaats overeenkomstig het eerste lid.

• 3.

  De omrekening van de ingevolge de Wet waardering onroerende zaken vastgestelde waarde van een onroerende zaak vindt plaats overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid met daaraan toegevoegd dat de tot op eurocenten omgerekende waarde vervolgens naar beneden wordt afgerond op hele euro's.

Artikel 2 Omrekening voor de onroerende-zaakbelastingen

In aanvulling op de omrekeningsregels van artikel 1, het eerste lid, geldt voor de onroerende-zaakbelastingen:

• a.

  de tarieven worden, alvorens te delen door 2,20371, eerst verminderd met NLG 0,01;

• b.

  de tot op eurocenten berekende verschuldigde belastingbedragen worden

  overeenkomstig het bepaalde in de betreffende verordeningen naar beneden

  afgerond op hele euro's.

Artikel 3 Omrekening van het rioolrecht gebruikersheffing voor grootafvoer In aanvulling op de omrekeningsregels van artikel 1, eerste lid, geldt voor het rioolrecht gebruikersheffing voor grootafvoer, dat het totaal berekende verschuldigde belastingbedrag in eurocenten overeenkomstig het bepaalde in de desbetreffende verordeningen naar beneden wordt afgerond op hele euro's.

Artikel 4 Openstaande belastingschulden

• 1.

  Van belastingschulden die op 1 januari 2002 niet volledig zijn voldaan worden het oorspronkelijke aanslagbedrag en het bedrag dat nog voldaan moet worden omgerekend overeenkomstig de omrekenregels van artikel 1, eerste lid.

• 2.

  Wanneer ten gevolge van de omrekening het eurobedrag dat nog voldaan moet worden, indien dit weer terugherleid wordt tot een guldenbedrag, hoger is dan het oorspronkelijke nog te betalen guldenbedrag vindt een administratieve correctie plaats tot het eurobedrag dat correspondeert met het oorspronkelijke nog verschuldigde guldenbedrag.

Artikel 5 Vermindering en ontheffing

• 1.

  Indien en voor zover de belastingverordening in de mogelijkheid van vermindering of ontheffing voorziet worden de maatstaf van heffing en het bedrag dat aan vermindering of ontheffing moet worden verleend berekend met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 1, 2 en 3.

• 2.

  Wanneer ten gevolge van de omrekening het eurobedrag dat aan vermindering of ontheffing verleend moet worden, indien dit weer terugherleid wordt tot een guldenbedrag, lager is dan het bedrag aan vermindering of ontheffing indien dit in een oorspronkelijke guldenbedrag zou zijn verleend, vindt een administratieve correctie plaats tot het eurobedrag dat correspondeert met het oorspronkelijk in guldens uit te drukken bedrag aan vermindering of ontheffing.

Artikel 6 Na te vorderen/na te heffen bedragen

Navorderings- of naheffingsaanslagen gemeentelijke belastingen of na te vorderen bedragen aan rechten worden berekend met in achtneming van de arti- kelen 1, 2 en 3.

Artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  Deze beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2002.

• 2.

  Deze beleidsregel kan worden aangehaald als: Beleidsregel overgang van gulden naar euro bij de gemeentelijke belastingen.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders, gehouden op 4 december 2001.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. W.J.P. Kok Mr. A.H. Brouwer-Korf

Bekendmaking is geschied op 19 december 2001.

Deze beleidsregel is in werking getreden op 1 januari 2002.