Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 7 april 2020, nr 820A7B12. tot vaststelling van subsidieafhandeling in verband met de Coronacrisis

Geldend van 15-04-2020 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 15-03-2020

Intitulé

Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 7 april 2020, nr 820A7B12. tot vaststelling van subsidieafhandeling in verband met de Coronacrisis

Gedeputeerde staten van Utrecht;

Gelet op artikelen 4:81 en 3:4 lid 2 Awb; titel 4:2 Awb en de Algemene Subsidieverordening Utrecht

Overwegende dat het wenselijk is beleidsregelsvast te stellen voor de behandeling en afhandeling van subsidieaanvragen, subsidieverleningen en subsidievaststellingen; ten einde de nadelige gevolgen door de huidige crisis door de uitbraak van het coronavirus voor de betrokken organisaties op te vangen;

het voor de desbetreffende organisaties van groot belang is om duidelijkheid te krijgen hoe de provincie in dit soort situaties omgaat met de subsidieverlening;

Besluiten de volgende beleidsregels vast te stellen:

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a)

    subsidie; aanspraak op financiële middelen zoals bedoeld in artikel 4:21 Awb, verstrekt op grond van de Algemene subsidieverordening Utrecht (ASV) of op grond van een ander wettelijk voorschrift waarvan gedeputeerde staten bevoegd zijn subsidie te verstrekken.

  • b)

    activiteit: een activiteit en/of een te leveren prestatie.

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1. Deze beleidsregels zijn van toepassing op subsidieaanvragen en subsidieverleningen van activiteiten die nadelige gevolgen ondervinden of dreigen te ondervinden door de coronavirusepidemie of maatregelen die hier mee samenhangen.

  • 2. Deze beleidsregels zijn van toepassing voor zover deze beleidsregels de bevoegdheid van gedeputeerde staten betreffen en voor zover Europese regelgeving deze niet in de weg staan.

HOOFDSTUK 2 BIJZONDERE BEPALINGEN

Artikel 3

Het college van gedeputeerde staten maakt geen gebruik van de bevoegdheid om de subsidie lager vast te stellen, voor zover cumulatief:

  • a.

    het niet of niet geheel plaatsvinden van de gesubsidieerde activiteit, of het niet nakomen van de in het kader van de subsidie opgelegde verplichting;

  • b.

    is veroorzaakt door de coronavirusepidemie of maatregelen die hier mee samenhangen; en

  • c.

    de uitgaven voor 15 maart 2020 zijn gedaan of onontkoombaar zijn wegens voor die datum aangegane verplichtingen.

Artikel 4

Het college van gedeputeerde staten beoordeelt in eerste instantie of de activiteit waarvoor reeds subsidie is aangevraagd of subsidie is verleend, alsnog op een later moment kan worden uitgevoerd dan wel de in verband met de subsidie afgesproken prestatie op een later moment kan worden gerealiseerd.

Artikel 5

In het geval een subsidieontvanger een verzoek doet om een gesubsidieerde activiteit, vanwege de coronavirusepidemie of maatregelen die hier mee samenhangen, uit te mogen stellen, zal het college van gedeputeerde staten dit verzoek vanuit het oogpunt van redelijkheid en billijkheid honoreren.

Artikel 6

Wanneer de afgesproken activiteit niet of gedeeltelijk niet kan worden nagekomen, ten gevolge van de coronavirusepidemie of maatregelen die hier mee samenhangen, zal het college van gedeputeerde staten rekening te houden met de reeds gemaakte kosten en deze in redelijkheid en billijkheid te vergoeden, tot maximaal het verleende bedrag.

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst en werken terug tot 15 maart 2020.

Artikel 8 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: subsidieafhandeling in verband met de Coronacrisis.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 7 april 2020.

Gedeputeerde staten van Utrecht,

Voorzitter

Secretaris