Besluit van provinciale staten van Utrecht van 10 december 2001, tot instelling van commissies voor de regiovisies in de zorgsectoren (Instellingsbesluit commissies regiovisies provincie Utrecht 2001).

Geldend van 05-01-2002 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-03-2000

Intitulé

Besluit van provinciale staten van Utrecht van 10 december 2001, tot instelling van commissies voor de regiovisies in de zorgsectoren (Instellingsbesluit commissies regiovisies provincie Utrecht 2001).

Besluit van provinciale staten van Utrecht van 10 december 2001, prov. blad 2002, 1, tot instelling van commissies voor de regiovisies in de zorgsectoren (Instellingsbesluit commissies regiovisies provincie Utrecht 2001).

Provinciale staten van Utrecht;

Op het voorstel van gedeputeerde staten van 9 oktober 2001, WEB/WZJ, nr. 2000WEB002003i;

Overwegende dat het wenselijk is belanghebbenden te betrekken bij het ontwikkelen van een visie op de gezondheidszorg in de regio;

Gelet op de artikelen 80 en 145 van de Provinciewet;

Besluiten:

ARTIKEL 1 Doelstelling

Er zijn commissies voor het opstellen van regiovisies met betrekking tot een doelmatig, evenwichtig en voor eenieder toegankelijk stelsel van gezondheidszorg.

ARTIKEL 2 Instelling

Er is een commissie voor:

  • a.

    een integrale regiovisie;

  • b.

    een regiovisie ouderenbeleid;

  • c.

    een regiovisie geestelijke gezondheidszorg midden-westelijk Utrecht;

  • d.

    een regiovisie geestelijke gezondheidszorg Utrecht-Oost;

  • e.

    een regiovisie voor mensen met een verstandelijke beperking;

  • f.

    een regiovisie voor mensen met een functiebeperking;

  • g.

    een visie op cure.

ARTIKEL 3 Samenstelling

  • 1 Elk van de in artikel 2 bedoelde commissies bestaat ten minste uit de volgende leden:

    • a.

      één vertegenwoordiger van de zorgvragers;

    • b.

      één vertegenwoordiger van de zorgaanbieders;

    • c.

      één vertegenwoordiger van de zorgverzekeraars;

    • d.

      één vertegenwoordiger van de utrechtse gemeenten;

    • e.

      één vertegenwoordiger van de Provincie Utrecht.

  • 2 De leden worden benoemd door gedeputeerde staten op voordracht van de organisaties die zij vertegenwoordigen.

  • 3 Indien gedeputeerde staten van mening zijn dat bepaalde groepen van belanghebbenden niet of onvoldoende zijn vertegenwoordigd in een commissie die hun belang behartigt, benoemen zij ook vertegenwoordigers van die groepen in die commissie.

ARTIKEL 4

  • 1 Een benoeming geldt voor vier jaar. Herbenoeming is mogelijk.

  • 2 Gedeputeerde staten kunnen leden tussentijds ontslaan op verzoek van het betrokken lid zelf, op verzoek van de organisatie die het lid heeft voorgedragen of op verzoek van de commissie.

ARTIKEL 5

De leden ontvangen een vergoeding met inachtneming van artikel 12 van de Verordening rechtspositie staten- en commissieleden. Besluit van 23 november 1994, prov. blad 65, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 22 mei 2000, prov. blad 18.

ARTIKEL 6

  • 1 Gedeputeerde staten wijzen, na overleg met de commissie, al dan niet uit haar midden een voorzitter aan.

  • 2 Gedeputeerde staten stellen een secretaris en verdere ambtelijke ondersteuning ter beschikking, tenzij anders wordt overeengekomen.

ARTIKEL 7 Werkwijze

  • 1 De commissie beslist in beginsel unaniem.

  • 2 Indien de commissie er niet in slaagt unaniem te beslissen, kan de commissie bij meerderheid van stemmen beslissen. Minderheidsstandpunten bij het opstellen van de regiovisie worden in een schriftelijke rapportage bijgevoegd.

  • 3 Indien de commissie bij stemming beslist, heeft ieder lid één stem.

ARTIKEL 8

  • 1 De commissie kan, in overeenstemming met gedeputeerde staten, subcommissies en werkgroepen instellen en haar leden benoemen. Artikel 5 is van overeenkomstige toepassing.

  • 2 Voor het overige bepaalt de commissie zelf haar werkwijze.

ARTIKEL 9 Taken en bevoegdheden

  • 1 De commissie stelt ten minste eens in de zes jaar een regiovisie op en zendt deze toe aan gedeputeerde staten.

  • 2 Gedeputeerde staten leggen de regiovisie ter accordering aan provinciale staten voor.

ARTIKEL 10

  • 1 De commissie bewaakt de uitvoering van de regiovisie.

  • 2 De commissie kan tussentijds wijzigingen van de regiovisie voorstellen en ter accordering voorleggen aan provinciale staten.

ARTIKEL 11

De commissie kan inspraak geven aan belanghebbenden en belangstellenden.

ARTIKEL 12 Slotbepalingen

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 maart 2000.

ARTIKEL 13

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit commissies regiovisies provincie Utrecht 2001.

Ondertekening

Voorzitter, B. Staal Griffier, H.H. Sietsma