Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Utrechtse Heuvelrug houdende regels omtrent coffeeshops (Coffeeshopbeleid Utrechtse Heuvelrug)

Geldend van 02-04-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Utrechtse Heuvelrug houdende regels omtrent coffeeshops (Coffeeshopbeleid Utrechtse Heuvelrug)

De burgemeester van de gemeente Utrechtse Heuvelrug,

Gelet op

artikel 174 Gemeentewet, artikel 13b Opiumwet, de landelijke Richtlijn inzake opsporings- en vervolgingsbeleid Opiumwetwet, artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht, de Wet Bibob en de Algemene Plaatselijke Verordening Utrechtse Heuvelrug 2019.

Besluit

het nieuwe ‘’Coffeeshopbeleid Utrechtse Heuvelrug’’ vast te stellen. Hiermee komt het huidige coffeeshopbeleid, zoals vastgesteld op 22 augustus 2013, te vervallen.

1. Inleiding

Dit nieuwe coffeeshopbeleid is gebaseerd op het coffeeshopbeleid van 2013 en de beleidsregels voor de toepassing van de bestuurlijke handhaving op grond van artikel 13b Opiumwet. In het vernieuwde coffeeshopbeleid is een handhavingsmatrix opgenomen die van toepassing is op geconstateerde overtredingen in en rondom de coffeeshop gevestigd in de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Door middel van deze handhavingsmatrix kan de burgemeester op een zorgvuldige en uniforme wijze optreden tegeneen coffeeshop die de voorwaarden overtreedt. Dit schept rechtszekerheid en transparantie.

De hoofddoelstelling van het nieuwe coffeeshopbeleid is en blijft het beheersen van drugsproblematiek waarbij de volgende beleidsuitgangspunten gelden:

1.1 Scheiding van markten

Coffeeshops leveren een belangrijke bijdrage aan de scheiding van de markten. We gaan uit van een aanbod van één coffeeshop, passend voor de grootte van onze gemeente, zodat softdrugsgebruikers niet zijn aangewezen op illegale verkoop.

1.2 Het beperken van illegale handel in softdrugs

Door het gedogen van de gereguleerde verkoop van softdrugs wordt de illegale handel in cannabis beperkt. Naast de bepalingen voor het beheersbaar verkopen van cannabis uit de coffeeshop in dit coffeeshopbeleid worden ook maatregelen genomen als er sprake is van illegale productie en handel in cannabis en organisaties die hennepteelt voorbereiden of bevorderen.

1.3 Een betere controle van de overheid op de handel in drugs

Uitgangspunt is om het gebruik door jongeren en kwetsbare gebruikers te voorkomen door strikte handhaving van de minimumleeftijd in coffeeshops, het weren van coffeeshops in de nabijheid van scholen en jongerencentra en het geven van voorlichting over de risico’s van drugsgebruik.

1.4 Begripsbepaling

Drugshandel

In deze beleidsregels wordt onder drugshandel verstaan: de verkoop, aflevering of verstrekking dan wel daartoe aanwezigheid van drugs in een pand en de daarbij behorende erven.

Coffeeshop

Een coffeeshop is een alcoholvrije horecagelegenheid waarin met inachtneming van gedoogcriteria de verkoop, aflevering of verstrekking dan wel daartoe aanwezigheid van softdrugs wordt gedoogd.

Ingezetene

Onder ingezetene wordt verstaan een persoon die zijn woonadres heeft in een gemeente in Nederland.

2. Juridisch kader

2.1 Artikel 13b Opiumwet

De invoering van artikel 13b Opiumwet (Wet Damocles) op 21 april 1999 heeft de burgemeester de bevoegdheid gegeven de vergunning van de coffeeshop te weigeren of in te trekken, indien de openbare orde gevaar loopt of het woon- of leefklimaat nadelig wordt beïnvloed. Hierbij dient rekening te worden gehouden met het karakter van de beoogde vestiging en de directe omgeving, de al aanwezige horeca en de wijze van bedrijfsvoering. Het artikel geeft de burgemeester ook de bevoegdheid de coffeeshop te sluiten voor bepaalde of onbepaalde tijd, conform de opgestelde handhavingsmatrix, bij overtreding van de gestelde voorwaarden.

2.2 Artikel 174 Gemeentewet

Op grond van artikel 174 Gemeentewet is de burgemeester belast met het toezicht op openbare inrichtingen, zoals coffeeshops, en met de uitvoering van verordeningen die betrekking hebben op dat toezicht. Hieruit volgt dat de bevoegdheid om de vestiging van een coffeeshop te reguleren, op te treden tegen overtreding van gestelde voorschriften en de ontwikkeling en vaststelling van beleid expliciet bij de burgemeester ligt. Een exploitant van een coffeeshop kan op overlast worden aangesproken en worden opgedragen maatregelen te treffen om de overlast tegen te gaan.

2.3 Wet Bibob

De Wet Bibob (Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) is een bestuursrechtelijk instrument om te voorkomen dat de overheid criminele activiteiten faciliteert. Het bestuursorgaan kan een integriteitstoets uitvoeren, de Bibob-toets, om te beoordelen of partijen waar de gemeente bijvoorbeeld vergunningen aan verleent integer zijn. De Bibob-toets start met een eigen onderzoek door het bestuursorgaan naar de aanvrager en gerelateerde personen met het uitreiken van het Bibob-vragenformulier. Indien het eigen onderzoek onvoldoende uitsluitsel geeft, wordt advies opgevraagd bij het Landelijke Bureau Bibob, onderdeel van het ministerie van Justitie & Veiligheid.

De conclusie van het eigen onderzoek, alsmede het advies van het Landelijk Bureau Bibob (LBB), levert drie mogelijke uitkomsten op, te weten geen gevaar, mindere mate van gevaar of ernstig gevaar.

2.4 Artikel 2:28 Algemene Plaatselijke Verordening Utrechtse Heuvelrug

Een coffeeshopexploitant is op grond van artikel 2:28 APV exploitatievergunning plichtig.

Een gedoogverklaring maakt de verkoop van softdrugs mogelijk in de coffeeshop. De exploitatievergunning wijkt af van een ‘gewone’ exploitatievergunning door de aanvullende voorschriften (hoofdstuk 5). De coffeeshop is een alcoholvrije inrichting. Hiervoor is geen drank- en horecavergunning nodig.

2.5 Beleidsregels

Op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een bestuursorgaan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een aan haar toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende, dan wel door haar gedelegeerde bevoegdheid. Op basis van artikel 13b van de Opiumwet is de burgemeester bevoegd tot het opleggen van een last onder bestuursdwang en/of een bestuurlijke waarschuwing.

2.6 Justitiële gedoogcriteria AHOJG-plus

Het begrip “coffeeshops” wordt in de richtlijnen gedefinieerd als “alcoholvrije horecagelegenheden waar handel in en gebruik van softdrugs plaatsvindt”.

Alleen in deze shops wordt het verkopen, afleveren, verstrekken dan wel daartoe aanwezig hebben van geringe hoeveelheden softdrugs (cannabis) gedoogd, mits wordt voldaan aan een aantal strikte voorschriften, waaronder ook de landelijk door het Openbaar Ministerie vastgestelde AHOJGI-criteria:

  • A:

    een affichering: dit betekent geen enkele vorm van reclame anders dan een summiere aanduiding op de betreffende lokaliteit;

  • H:

    een harddrugs: dit betekent dat geen harddrugs voorhanden mogen zijn en/of verkocht worden; Onder harddrugs wordt verstaan: alle middelen die vermeld zijn op lijst I bij de Opiumwet;

  • O:

    een overlast: onder overlast kan worden verstaan parkeeroverlast rond de coffeeshops, geluidshinder, vervuiling en/of voor of nabij de coffeeshops rondhangende klanten;

    De coffeeshophouder is verplicht een veiligheidsplan op te stellen om overlast te voorkomen. In dit veiligheidsplan staan verschillende maatregelen om overlast te voorkomen en de openbare orde en veiligheid in en rondom de coffeeshop te waarborgen. Daarnaast wordt in het veiligheidsplan de afspraken tussen politie, gemeente en exploitant over de bedrijfsvoering vastgelegd.

  • J:

    een verkoop aan jeugdigen en geen toegang voor jeugdigen tot een coffeeshop: gelet op de toename van het cannabisgebruik onder jongeren is gekozen voor een strikte handhaving van de leeftijdsgrens van achttien jaar;

  • G:

    een verkoop van grote hoeveelheden per transactie, dat wil zeggen hoeveelheden groter dan geschikt voor eigen gebruik (= 5 gram) en geen grotere handelsvoorraad dan 500 gram aanwezig in de inrichting. Onder transactie wordt verstaan: alle koop en verkoop in één coffeeshop op eenzelfde dag met betrekking tot eenzelfde koper.

  • I:

    een toegang tot de coffeeshop voor anderen dan ingezetenen van Nederland van achttien jaar of ouder. Als nadere aanvulling op het hiervoor vermelde I(ngezetenen)-criterium geldt het volgende:

    • -

      Onder ingezetene wordt verstaan een persoon die zijn woonadres heeft in een gemeente in Nederland;

    • -

      Het ingezetenschap wordt aangetoond door middel van een geldig identiteitsbewijs.

  • Eveneens gelden de volgende gedoogvoorwaarden (plus-criteria):

    • -

      Geen alcohol: coffeeshops mogen geen alcoholische dranken verkopen of ter verkoop aanwezig hebben

    • -

      De handelsvoorraad van de coffeeshop mag niet meer dan 500 gram bedragen.

Cumulatie

Bij cumulatie van op te leggen maatregelen, bijvoorbeeld als gevolg van overtredingen van verschillende AHOJGI-plus criteria, is de zwaarst gestelde maatregel van toepassing of kan worden afgeweken van het beleid, zie afwijkingsbevoegdheid in 4.2 van het Coffeeshopbeleid.

3. Ruimtelijke criteria met betrekking tot vestiging van een coffeeshop

In dit hoofdstuk staan de voorwaarden en criteria benoemd voor de vestiging en exploitatie van een coffeeshop binnen de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

3.1 Maximumstelsel en ruimtelijke criteria

Hieronder zijn ruimtelijke criteria opgenomen om overlast te beperken, de controle te kunnen behouden en de drempel tot coffeeshops voor jongeren te verhogen. Het betreft de volgende ruimtelijke criteria:

  • -

    De gemeente houdt vast aan de 1-optie. Dat betekent dat er ruimte is voor één coffeeshop binnen de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • -

    Niet binnen hemelsbreed 300 meter van onderwijsinstellingen in het primair en secundair onderwijs.

  • -

    In een pand met een horeca-bestemming, minimaal bestemd voor middelzware horeca. hieronder vallen onder andere cafés en restaurants met afhaalfunctie.

  • -

    In een pand dat voldoet aan de inrichtingseisen uit het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet1.

  • -

    De vestiging van een coffeeshop mag noch het woon- en leefklimaat in een straat of wijk noch het karakter van een straat op onaanvaardbare wijze aantasten.

  • -

    De vestiging van een nieuwe coffeeshop binnen een woonwijk is niet toegestaan.

  • -

    Vestiging van een coffeeshop is alleen mogelijk in winkelgebieden buiten de historische kernen van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • -

    Het winkelklimaat in de naaste omgeving mag door de aanwezigheid van de coffeeshop niet op ontoelaatbare wijze nadelig worden beïnvloed of dreigen te worden beïnvloed. Van ontoelaatbare nadelige beïnvloeding van het winkelklimaat is in elk geval sprake zodra een coffeeshop wordt of is gevestigd in een omgeving met overwegend winkels in een voetgangerszone, waarbij de bezoekers van de coffeeshop zijn aangewezen op dezelfde parkeervoorzieningen voor voertuigen als het publiek van die winkels.

4. Handhaving

4.1 Matrix handhaving coffeeshop

De burgemeester is bevoegd tot het treffen van maatregelen indien een coffeeshop zich niet houdt aan de AHOJGI-criteria alsmede overtreding van de in de gedoogverklaring opgenomen voorwaarden. Ter uitoefening van deze bevoegdheid zal de burgemeester volgens onderstaande handhavingsmatrix optreden.

Overtreding van gedoogcriteria

Bestuursrechtelijke maatregelen

Ingezetene

1e constatering

Waarschuwing

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Sluiting voor de duur van 3 maanden

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

Sluiting voor de duur van 6 maanden

4e constatering binnen twee jaar na de derde constatering

Sluiting voor de duur van 12 maanden

(Elke) volgende keer

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

Affichering

1e constatering

Waarschuwing

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Sluiting voor de duur van 3 maanden

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

Sluiting voor de duur van 6 maanden

4e constatering binnen twee jaar na de derde constatering

Sluiting voor 12 maanden

(Elke) volgende keer

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

Harddrugs

1e constatering

Sluiting voor de duur van 12 maanden

2e en volgende constatering binnen twee jaar na de vorige constatering

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

 
 

Overlast

1e constatering

De gemeente registreert en maakt afspraken met de coffeeshophouder om de overlast te beëindigen

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Waarschuwing met voornemen tot handhaving

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

(geen verbetering)

Sluiting voor de duur van 6 maanden

4e constatering binnen twee jaar na de derde constatering

(geen verbetering)

Sluiting voor onbepaalde tijd

 
 

Jeugd

1e constatering

Sluiting voor duur van 2 weken

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Sluiting voor duur van 6 maanden

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd.

 
 

Verkoop > 5 gram

1e constatering

Waarschuwing

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Sluiting voor de duur van 3 maanden

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

Sluiting voor de duur van 6 maanden

4e constatering binnen twee jaar na de derde constatering

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

 
 

Handelsvoorraad > 500 gr

1e constatering

> 500 gram tot 5 kilo handelsvoorraad

Sluiting voor de duur van maximaal 12 maanden, afhankelijk van de hoeveelheid aanwezige handelsvoorraad

> 5 kilo handelsvoorraad

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

2e constatering binnen 2 jaar na de vorige (eerste) opgelegde bestuurlijke maatregel

> 500 gram tot 5 kilo

Sluiting voor de duur van minimaal 3 maanden en maximaal 12 maanden, afhankelijk van de hoeveelheid aanwezige handelsvoorraad

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

> 5 kilo

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

3e constatering binnen 2 jaar na de tweede opgelegde bestuurlijke maatregel

Intrekken exploitatievergunning en sluiting voor onbepaalde tijd

 
 

Aanwezig zijn/verstrekken van en gebruik van alcohol in een coffeeshop

1e constatering

Sluiting voor de duur van 2 weken

2e constatering

Sluiting voor de duur van 6 maanden

3e constatering

Sluiting voor de duur van 12 maanden

(Elke) volgende keer

Sluiting voor onbepaalde tijd

 
 

Overtreden sluitingstijden

1e constatering

Waarschuwing

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Sluiting voor de duur van 3 maanden

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

Sluiting voor de duur van 6 maanden

4e constatering binnen twee jaar na de derde constatering

Sluiting voor de duur van 12 maanden

(Elke) volgende keer

Sluiting voor onbepaalde tijd

 
 

Leidinggevende niet aanwezig

1e constatering

Waarschuwing

2e constatering binnen twee jaar na de eerste constatering

Sluiting voor de duur van 2 weken

3e constatering binnen twee jaar na de tweede constatering

Sluiting voor de duur van 3 maanden

4e constatering binnen twee jaar na de derde constatering

Sluiting voor de duur van 6 maanden

(Elke) volgende keer

Sluiting voor onbepaalde tijd

4.2 Afwijkingsbevoegdheid

Op grond van artikel 4:84 Awb kan van deze beleidsregels worden afgeweken wanneer toepassing van dit beleid voor één of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met deze beleidsregels te dienen doelen. Ieder geval wordt altijd aan de hand van de concrete feiten en omstandigheden beoordeeld of sluiting of een minder vergaande sanctie opgelegd dient te worden. De burgemeester kan op grond van zijn discretionaire bevoegdheid en uit het oogpunt van proportionaliteit en subsidiariteit, gemotiveerd afwijken van deze beleidsregels.

5. Inwerkingtreding en overgangsrecht

Het coffeeshopbeleid Utrechtse Heuvelrug treedt inwerking één dag na publicatie in het gemeenteblad en op de website van de decentrale regelgeving van de overheid. Met het vaststellen van deze beleidsregels wordt het ‘’Coffeeshopbeleid Utrechtse Heuvelrug 2013’’ ingetrokken.

6. Citeertitel

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als ‘’Coffeeshopbeleid Utrechtse Heuvelrug’’.

Ondertekening

Aldus besloten op 23 maart 2021 te Doorn,

G.F. Naafs

De burgemeester van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

Bijlage I - Gedoogverklaring

  • A.

    Gedoogverklaring:

    • 1.

      Het is niet toegestaan een coffeeshop te exploiteren zonder een daartoe door de burgemeester afgegeven gedoogverklaring;

    • 2.

      De gedoogverklaring is aan de locatie van het verkooppunt en aan de persoon van de exploitant gebonden en is niet overdraagbaar.

  • B.

    Aanvraag gedoogverklaring:

  • De gedoogverklaring dient schriftelijk te worden aangevraagd bij de burgemeester van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • C.

    Te overleggen documenten bij aanvraag

  • Bij de aanvraag dienen in ieder geval de volgende documenten te worden meegezonden:

    • 1.

      Een kopie arbeidsovereenkomst leidinggevende(n)

    • 2.

      Plattegrond inrichting met aanduiding en functie ruimten en oppervlakten

    • 3.

      Volledig ingevuld en ondertekend vragenformulier BIBOB, inclusief de bijlagen

    • 4.

      Verklaring omtrent het gedrag van elke leidinggevende, niet ouder dan 3 maanden

    • 5.

      Jaarrekening afgelopen jaar

    • 6.

      Bewijs van goed betaalgedrag belastingdienst

    • 7.

      Origineel en geldig identiteitsbewijs leidinggevende

    • 8.

      Formulier opgave leidinggevende

    • 9.

      Schriftelijke verklaring of huurovereenkomst met datum en ondertekening van geen bezwaar van eigenaar en/of verhuurder van het pand waarin de inrichting is of zal worden gevestigd

    • 10.

      Een bewijs van inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.

    • 11.

      Een bewijs van opneming in de basisadministratie persoonsgegevens van exploitant, beheerder en personeel

    • 12.

      Een veiligheidsplan ter voorkoming en beperking van overlast rondom de coffeeshop.

  • D.

    Verleningsduur gedoogverklaring:

  • De gedoogverklaring wordt verleend voor de periode van 2 jaar met ingang van de dag na die waarop de verklaring is toegezonden aan de exploitant. Voor deze termijn is gekozen, omdat een afgegeven Bibob-advies voor twee jaar kan worden gebruikt ter motivering (artikel 29 Wet Bibob).

  • E.

    Verbinden van voorschriften aan gedoogverklaring:

  • De burgemeester verbindt aan de gedoogverklaring voorschriften ter bescherming van de belangen van het onderhavige coffeeshopbeleid (zie bijlage 1 gedoogverklaring coffeeshops)

Bijlage II - Opzet gedoogverklaring coffeeshop

Geachte…………..

Naar aanleiding van uw aanvraag / uw aanvraag tot wijziging van de gedoogverklaring verleen ik u hierbij een gedoogverklaring voor de verkoop van softdrugs als bedoeld in artikel 3 van de Opiumwet vanuit een verkooppunt (hierna te noemen: inrichting) gelegen ………………………onder de navolgende voorwaarden:

Voorwaarden

  • 1.

    Het pand waar de inrichting in gedreven wordt beschikt over een horecabestemming en voldoet aan de inrichtingseisen zoals die zijn opgenomen in het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet2 . Het pand bevindt zich bij vestiging hemelsbreed niet binnen 300 meter van een school. Onder scholen wordt verstaan onderwijsinstellingen in het primaire en secundaire onderwijs. Om de afstand tussen een coffeeshop en een school te meten, geldt de reëel af te leggen afstand te voet over de openbare weg tussen de voordeur van de coffeeshop tot de hoofdingang van de school.

  • 2.

    In verband met de sociale controle is het niet toegestaan ramen af te plakken of te verduisteren. Ook dient de deur die klanten gebruiken om toegang te krijgen tot de coffeeshop, vanaf de openbare weg zichtbaar zijn.

  • 3.

    In de inrichting mag geen alcoholhoudende drank in de zin van art. 1 Drank- en Horecawet aanwezig zijn3 .

  • 4.

    De coffeeshop dient van 22.00h tot 12.00h voor het publiek gesloten te zijn met uitzondering van vrijdag tot en met zondag. Voor die dagen geldt dat de inrichting voor het publiek gesloten moet zijn van 23.00h tot 12.00h.

  • 5.

    De inrichting mag pas geopend zijn indien één van de in de exploitatievergunning genoemde exploitanten/beheerders aanwezig is.

  • 6.

    In de inrichting mag per dag aan één en dezelfde persoon maximaal 5 gram aan softdrugs (producten van de hennepplant zoals vermeld in Lijst II van de Opiumwet) worden verkocht.

  • 7.

    In de inrichting mogen geen andere verdovende middelen dan softdrugs als bedoeld in artikel 3 van de Opiumwet aanwezig zijn.

  • 8.

    Personen die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, mogen niet in de inrichting aanwezig zijn. Verkoop van softdrugs aan personen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt is niet toegestaan. Indien duidelijk wordt dat een volwassen klant zich schuldig maakt aan doorverstrekking van softdrugs aan minderjarigen, zal geen verkoop meer plaatsvinden aan deze klant voor een periode van drie maanden. Bij herhaling zal de klant definitief worden geweigerd.

  • 9.

    Zowel om ongecontroleerde handel buiten te voorkomen alsook om ongewenste en onbedoelde confrontaties tussen coffeeshopbezoekers en anderen te vermijden, is het niet mogelijk om bij een coffeeshop een terras te exploiteren. Conform het gestelde in de Drugsnota is de plaatsing van kansspelautomaten zoals bedoeld in de Wet op de Kansspelen niet toegestaan. Daarnaast dienen drempelverlagende activiteiten te worden voorkomen.

  • 10.

    In de inrichting mogen alleen personen werkzaam zijn die beschikken over een positieve verklaring omtrent het gedrag. Zowel de exploitant, beheerder als overig personeel mogen in de afgelopen vijf jaar niet onherroepelijk veroordeeld zijn geweest. Het betreft hier veroordelingen ter zake misdrijven uit de Opiumwet, heling, geweldsdelicten of gebruik van en/of handel in vuurwapens.

  • 11.

    In de inrichting mogen worden verkocht: softdrugs, en softdrugs gerelateerde artikelen zoals rookwaren, alsmede niet-alcoholische dranken, snoepwaren en voorverpakte snacks. Ten aanzien van automatenverkoop is uitsluitend toegestaan verkoop van rookwaren en condooms.

  • 12.

    De inrichting mag geen overlast geven en mag het woon- en leefklimaat in de naaste omgeving niet nadelig beïnvloeden. Onder overlast kan bijvoorbeeld worden verstaan: parkeeroverlast, geluidshinder, stankoverlast, vervuiling en/of voor of nabij de inrichting rondhangende klanten.

  • 13.

    Bij gebleken overlast kan het aanstellen van een gecertificeerde portier als extra voorwaarde aan deze gedoogverklaring worden verbonden.

  • 14.

    Elke vorm van reclame voor de verkoop van softdrugs waaronder te verstaan iedere activiteit die dient om de aandacht vanaf de openbare weg op de verkoop van softdrugs te vestigen te bevorderen alsmede het op enigerlei andere wijze wervend optreden om daarmee de aandacht op de inrichting te vestigen, bijvoorbeeld door middel van het plaatsen van advertenties op sociale media of het verspreiden van foldermateriaal is verboden, met dien verstande dat van dit verbod is uitgesloten een naamsaanduiding van waaruit direct dan wel met ondersteuning van onderschrift of logo blijkt dat in de inrichting softdrugs worden verkocht.

  • 15.

    Onverminderd de mogelijkheid om tot intrekking van de gedoogverklaring over te gaan, kan de inrichting worden gesloten indien wordt vastgesteld dat in strijd wordt gehandeld met één of meer van de aan de gedoogverklaring verbonden voorwaarden, dan wel door misdrijf verkregen voorwerpen in de inrichting zijn gekocht, te koop aangeboden, verkocht dan wel bewaard of verborgen, dan wel in de inrichting wapens aanwezig zijn in de zin van de wet Wapens en Munitie, dan wel zulks in het belang van de openbare orde of ter voorkoming of beperking van overlast of aantasting van het woon- en leefklimaat noodzakelijk is.

  • 16.

    De maximale handelsvoorraad die in de inrichting aanwezig mag zijn, mag niet meer bedragen dan 500 gram.

  • 17.

    Naast de verplichting tot het voeren van een reguliere boekhouding dient een dagelijkse administratie plaats te vinden ten aanzien van de in de inrichting aanwezige hoeveelheden softdrugs. De administratie dient zodanig ingericht te worden dat gecontroleerd kan worden dat de maximale handelsvoorraad van 500 gram niet wordt overschreden.

  • 18.

    Er mogen geen softdrugs in de vorm van etenswaar worden verkocht zoals spacecake.

  • 19.

    In de inrichting moet op een voor de bezoekers duidelijke wijze de prijslijst van de softdrugs worden opgehangen (niet zichtbaar vanaf de buitenzijde van de inrichting).

  • 20.

    De softdrugs mogen niet gratis worden verstrekt. De verkoop van softdrugs moet direct worden afgerekend. Verkoop op rekening, ruilen tegen goederen, diensten, onderpand of anderszins is niet toegestaan.

  • 21.

    Tijdens de openingstijden van de inrichting dient door de exploitant of zijn personeel binnen en in de directe omgeving van de inrichting toezicht te worden gehouden ter voorkoming van overlast.

  • 22.

    Indien de exploitant portier(s) of ander beveiligingspersoneel in dienst heeft, dienen zij te voldoen aan het gestelde in de wet Particuliere Beveiligingsorganisaties en Recherchebureaus.

  • 23.

    Dagelijks dient na sluiting van de inrichting de directe omgeving ervan te worden gereinigd conform de voorschriften in het Activiteitenbesluit artikel 2.13.

  • 24.

    Op een voor de bezoekers duidelijke plaats in de inrichting dient een rek te worden geplaatst met daarin voor de bezoekers gratis mee te nemen foldermateriaal van Victas, Trimbos Instituut of een vergelijkbare organisatie waarin de gevolgen van het gebruik van drugs worden verwoord.

  • 25.

    Van deze gedoogverklaring kan geen gebruik worden gemaakt indien u niet in het bezit bent van een vergunning op grond van artikel 2:28 van de Algemeen plaatselijke verordening Utrechtse Heuvelrug voor het exploiteren van het horecabedrijf. Bij de behandeling van een verzoek om een (wijziging) van de exploitatievergunning en/of een (wijziging) van de gedoogverklaring zal te allen tijde een toetsing op grond van de Wet BIBOB (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) plaatsvinden.

  • 26.

    U bent verplicht een exemplaar van deze gedoogverklaring, of een kopie daarvan, in de inrichting aanwezig te hebben.

  • 27.

    U bent te allen tijde verplicht toezichthouders van de gemeente of politie toe te laten tot het pand. U bent verplicht mee te werken aan controles door daartoe bevoegde toezichthouders.

  • 28.

    De exploitant verplicht zich om minimaal één keer per jaar, op zijn/haar initiatief, een voortgangsgesprek te voeren met gemeente en politie.

  • 29.

    Er wordt slechts een gedoogverklaring afgegeven aan een natuurlijk persoon of een rechtspersoon die eenvoudig herleidbaar is tot een natuurlijk persoon. De gedoogverklaring is (rechts)persoonsgebonden, locatie gebonden en niet overdraagbaar.

  • 30.

    Bij wijziging van 1 of meer van de volgende onderdelen dient een nieuwe aanvraag voor een gedoogverklaring en een nieuwe aanvraag exploitatievergunning worden ingediend:

    • o

      wijziging exploitant / wijziging beheerder / wijziging rechtsvorm / wijziging samenstelling vennootschap / wijziging inrichting waardoor niet meer wordt voldaan aan de inrichtingseisen.

  • 31.

    Een nieuwe gedoogverklaring dient minimaal vier maanden voor afloop van de lopende gedoogverklaring te worden aangevraagd. Wanneer de aanvraag later wordt ingediend loopt de aanvrager het risico dat de procedure niet is afgerond voor de afloop van de gedoogverklaring.

  • 32.

    De exploitant zorgt ervoor dat zijn telefoonnummer in de buurt bekend is en dat tijdens openingstijden van de coffeeshop hijzelf of een leidinggevende bereikbaar is.

  • 33.

    De exploitant en de personen die werkzaam zijn binnen de coffeeshop dienen aanwijzingen en bevelen van de politie en/of gemeente onverwijld op te volgen.

  • 34.

    Ook na afgifte van deze gedoogverklaring kunnen gemotiveerd nadere voorwaarden worden gesteld.

Gegevens van het bedrijf

Naam:

Adres:

Aard bedrijf: Coffeeshop

Inschrijving KvK:

Bestemming pand: Horeca:

Naam exploitant:

Woonadres:

Naam beheerder 1:

Woonadres:

Geldigheid gedoogverklaring

Deze gedoogverklaring wordt verleend voor een periode van twee jaar ingaande op dagtekening van deze verklaring. De gedoogverklaring geldt voor u als ondernemer persoonlijk en is als zodanig niet overdraagbaar. Wijziging van één of meer van de volgende onderdelen dient een nieuwe aanvraag voor een gedoogverklaring en een nieuwe aanvraag exploitatievergunning te worden ingediend:

  • -

    wijziging exploitant / wijziging beheerder / wijziging rechtsvorm / wijziging samenstelling vennootschap / wijziging inrichting waardoor niet meer wordt voldaan aan de inrichtingseisen;

Indien éénn van de voorwaarden wordt overtreden kan de gedoogverklaring worden ingetrokken en kan sluiting volgen.

Leges

Voor de verleende gedoogverklaring bent u conform de legerverordening Utrechtse Heuvelrug een bedrag aan leges verschuldigd van €..,..

Ten behoeve van de betaling ontvangt u een afzonderlijke nota. U dient het bedrag te voldoen vóór de op de nota vermelde vervaldatum. Het bedrag aan leges is verschuldigd voor het in behandeling nemen van de aanvraag om een gedoogverklaring. Ook indien u geen gebruik maakt van de gedoogverklaring dient het bedrag te worden betaald.

Datum

De burgemeester van Utrechtse Heuvelrug,

G.F. Naafs

Een afschrift van deze gedoogverklaring is verzonden aan:

  • -

    Politie Midden Nederland

Bezwaar

Wilt u bezwaar maken? Dat kan binnen zes weken na verzending van de gedoogverklaring door het indienen van een bezwaarschrift bij de burgemeester van de gemeente Utrechtse Heuvelrug. In het bezwaarschrift zet u de datum, uw naam en adres en u omschrijft waartegen u bezwaar maakt en waarom u bezwaar maakt. Zet onder het bezwaarschrift uw handtekening. Verder verzoek ik u aan te geven op welk telefoonnummer en e-mailadres ik u kan bereiken.

Als er sprake is van een spoedeisend belang, kunt u de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland (sector bestuursrecht, postbus 16005, 3500 DA in Utrecht) vragen een voorlopige voorziening te treffen. Een verzoek om een voorlopige voorziening kunt u alleen indienen als u ook bezwaar heeft gemaakt.


Noot
1

Bij inwerkingtreding van de Alcoholwet is het Bouwbesluit eveneens van toepassing.

Noot
2

De Drank- en Horecawet wordt op termijn vervangen door de inwerkingtreding van de Alcoholwet.

Noot
3

De Drank- en Horecawet wordt op termijn vervangen door de inwerkingtreding van de Alcoholwet.